nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel I, onderdeel C, wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 61, eerste lid, komt als volgt te luiden:
1. Indien de verdachte niet overeenkomstig artikel 57 in verzekering wordt
gesteld, noch overeenkomstig artikel 60 voor de rechter-commissaris wordt
geleid, wordt hij in vrijheid gesteld, tenzij hij op bevel van de officier
van justitie of de hulpofficier voor wie de verdachte is geleid of die zelf
de verdachte heeft aangehouden, voor ten hoogste zes uren wordt opgehouden
voor onderzoek. Tijdens het ophouden voor onderzoek wordt de verdachte gehoord.
B
Artikel I, onderdeel D, wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 61a, eerste lid onder a, wordt «fotografische opnamen»
vervangen door: fotografische opnamen of video-opnamen.
2. In artikel 61a, eerste lid onder d, wordt «sorteerproef»
vervangen door: geuridentificatieproef.
3. In artikel 61a, eerste lid onder e, wordt na «afscheren»
en «knippen» telkens ingevoegd: of laten groeien.
4. Artikel 61a, eerste lid, onder f komt te luiden:
f. het dragen van bepaalde kleding of bepaalde attributen ten behoeve
van een confrontatie;
5. In artikel 61a, eerste lid onder h, wordt «op de handen»
vervangen door: op het lichaam.
C
Artikel I, onderdeel G, wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 62a, tweede lid, worden de woorden «een bevel tot de
maatregelen bedoeld in artikel 61a, eerste lid onder e en g,» vervangen
door: een bevel tot de maatregel bedoeld in artikel 61a, eerste lid, onder
e,.
D
In artikel I wordt na onderdeel H een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ha
Artikel 95, tweede lid, komt te luiden:
2. Met betrekking tot het onderzoek aan of in het lichaam of het onderzoek
aan de kleding van de aangehouden verdachte geldt artikel 56, eerste tot en
met vierde lid..
Toelichting
Onderdeel A
De wijziging is redactioneel.
Onderdeel B
De wijzigingen hebben betrekking op de omschrijving van een aantal maatregelen
in het belang van het onderzoek. In de praktijk wordt naast het maken van
foto's ook gebruik gemaakt van opname per video. Met het oog hierop is onderdeel
a aangepast. De sorteerproef wordt in de praktijk inmiddels aangeduid als
geuridentificatieproef; de naamgeving in onderdeel d is daaraan aangepast.
Naast het afscheren van een snor of baard of het afknippen van hoofdhaar kan
het voorkomen dat met het oog op een confrontatie ook het laten groeien van
belang kan zijn. Onderdeel e is derhalve aangevuld. In onderdeel f is een
redactionele wijziging aangebracht. Het doen aantrekken van bepaalde kleding
of het doen opzetten van bepaalde attributen is vervangen door de algemene
terminologie «het dragen van bepaalde kleding of bepaalde attributen».
Schotresten kunnen ook op andere onderdelen van het lichaam dan de handen
worden aangetroffen; onderdeel h voorziet derhalve in een ruimere omschrijving.
Onderdeel C
De plaatsing in een observatiecel was in artikel 62a, tweede lid, uitgezonderd
voor toepassing door de hulpofficier. Naar voren is gekomen dat dit in de
praktijk problemen op kan leveren. Daarbij kan worden gedacht aan gevallen
waarin meerdere verdachten gelijktijdig zijn aangehouden en waarbij sporen
veilig gesteld moeten worden. In die gevallen is het noodzakelijk dat een
aantal verdachten onder toezicht moet worden gehouden om het beschadigen of
verwijderen van sporen te voorkomen. Plaatsing in een observatiecel is dan
aangewezen. Hierbij speelt het tijdelement een belangrijke rol, de maatregel
dient zonder uitstel te kunnen worden toegepast. Door de voorgestelde wijziging
geldt ook hier de algemene regel van artikel 62a, tweede lid, de officier
van justitie is bevoegd, indien zijn optreden niet kan worden afgewacht komt
de bevoegdheid toe aan de hulpofficier die de ophouding voor onderzoek dan
wel de inverzekeringstelling heeft gelast.
Onderdeel D
De verwijzing in artikel 95, tweede lid, diende nog te worden aangepast.
De Minister van Justitie,
A. H. Korthals