Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2019
Hierbij ontvangt u drie rapportages over de status van de natuur in Nederland en in
de wereld1. Ten eerste gaat het om de zes-jaarlijkse nationale rapportage van de Vogelrichtlijn
en de Habitatrichtlijn, conform het verzoek van uw commissie voor Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit van 9 december jl. Ten tweede om de publieksversie van de zesde
Nationale Rapportage aan het verdrag tot behoud van de Biologische Diversiteit. De
officiële versie van deze rapportage ontving uw Kamer in juli 2019 (Kamerstuk 26 407, nr. 128). En ten derde om de geaccrediteerde Nederlandse vertaling van de hoofdboodschappen
van het Global Assessmen on Biodiversity and Ecosystem Serices van het Intergovernmental
Platform on Bodiversity and Ecosystem Services (IPBES). Een appreciatie van dit rapport
ontving u van mij op 7 oktober jl. (Kamerstuk 26 407, nr. 130).
De zesde jaarlijkse VHR rapportages
De zes-jaarlijkse rapportages van de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn zijn door
Nederland ingediend bij de Europese Commissie. Na een concept-fase, waarin vragen
van de Europese Commissie over deze rapportages zijn beantwoord, zijn de rapportages
sinds 1 november jl. definitief. Met deze nationale rapportages stelt Nederland de
status van vogels en de staat van instandhouding van de soorten en habitattypen van
de Habitatrichtlijn vast.
De rapportages bestaan uit meerdere databases. Sinds 1 november jl. zijn de databases
toegankelijk via Europese websites:
De rapportages zijn in een verplicht EU-format geüpload en daardoor vrij technisch
van aard en minder goed toegankelijk. Ik zal om die reden begin volgend jaar een brochure
met een duiding van de uitkomsten met uw Kamer delen.
Consistent beeld
Deze drie rapportages brengen een consistent beeld naar voren: voor bepaalde vogels,
soorten en habitattypen zijn positieve ontwikkelingen zichtbaar, maar gemiddeld genomen
gaat het niet goed met de natuur in Nederland. Dit onderstreept het belang van het
voeren van robuust en geïntegreerd natuurbeleid. De resultaten van de rapportages
zal ik meenemen in mijn nationale- en internationale beleid in de komende jaren.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten