25 424
Geestelijke gezondheidszorg

nr. 97
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 februari 2010

Hierbij bied ik u aan de Voorstudie naar de haalbaarheid en de wenselijkheid van een multidisciplinaire richtlijn dwang en drang die op mijn verzoek door het Trimbos instituut is uitgevoerd1. De voorstudie is aangekondigd in de beleidsvoornemens voor het terugdringen van dwang en drang in de ggz (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 30 492, nr. 34).

In de voorstudie concludeert het Trimbos instituut dat er voldoende argumenten zijn om een multidisciplinaire richtlijn dwang en drang te ontwikkelen. Een multidisciplinaire richtlijn voor dwangtoepassingen in de ggz is dringend nodig, aldus het Trimbos instituut. Verder is gebleken dat het beschikbare materiaal over dwang en drang in de ggz van voldoende kwaliteit is om tot een multidisciplinaire richtlijn voor dwangtoepassingen in de ggz te komen. Ten slotte lijkt een multidisciplinaire richtlijn de meest aangewezen vorm om het veld adviezen en aanbevelingen te geven over de toepassing van dwang en het terugdringen van dwangtoepassingen.

Voordat ik een standpunt inneem op de resultaten van de voorstudie, vind ik het van belang de reactie van de betrokken beroepsgroepen die met dwangtoepassing te maken hebben, te vernemen. Om die reden heb ik de voorstudie aan de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, het Nederlands Instituut van Psychologen, de Nederlandse Vereniging van Vrijgevestigde Psychologen & Psychotherapeuten en V&VN-Sociaal Psychiatrisch Verpleegkundigen gezonden. Ik heb deze beroepsgroepen verzocht inhoudelijk op de voorstudie te reageren uiterlijk voor 1 april 2010. Mede aan de hand van de reacties van de betreffende beroepsgroepen, zal ik u nader informeren over mijn inhoudelijke standpunt op de resultaten van de voorstudie. U kunt mijn standpunt zo spoedig mogelijk na ontvangst van de reactie van de beroepsgroepen, doch uiterlijk voor de zomer van 2010 verwachten.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven