25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 43 BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR MEDISCHE ZORG EN VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2017

In de brief van 14 juli 2017 ontving u de reactie op diverse Q-koorts adviezen (Kamerstuk 25 295, nr. 42). Wij willen u met deze brief informeren over een drietal punten dat in deze brief is toegezegd. Ten eerste over de stand van zaken rond de toegezegde tegemoetkoming ter erkenning voor Q-koortspatiënten. Ten tweede over onze toezegging om het Steun- en adviespunt (STAP) Q-koorts te financieren. Ten slotte is op 19 december 2017 het advies van het RIVM (Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) gepubliceerd over de kosteneffectiviteit van het opsporen van chronische Q-koorts.

Financiële tegemoetkoming Q-koortspatiënten

Het kabinet komt tot een tegemoetkoming als gebaar ter erkenning voor Q-koortspatiënten, die grote gevolgen hebben ondervonden van de Q-koortsuitbraak. We zijn voornemens de periode van de uitbraak ruim te nemen, te weten van 2007 tot en met 2011. Hiervoor is door het vorig kabinet € 10 miljoen gereserveerd, zoals aangegeven in de kabinetsbrief van 14 juli 20171. Daarnaast is in het regeerakkoord «Vertrouwen in de toekomst» in totaal € 9 miljoen vrijgemaakt om in te zetten als gebaar ter erkenning van de gevolgen die Q-koortspatiënten hebben ondervonden, om mensen met langdurige klachten te kunnen ondersteunen, adviseren en begeleiden (Bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34). Van deze € 9 miljoen wordt € 5,5 miljoen ingezet voor de financiële tegemoetkoming. Dit is aanvullend op de reeds toegezegde € 10 miljoen. In totaal is daarmee € 15,5 miljoen beschikbaar inclusief uitvoeringskosten voor de financiële tegemoetkoming. We denken aan een forfaitaire tegemoetkoming voor patiënten die tijdens de uitbraak in de genoemde periode besmet zijn geraakt en nu nog kampen met chronische Q-koorts of het Q-koorts vermoeidheidssyndroom (QVS) en voor nabestaanden van mensen die aan Q-koorts zijn overleden. Dit voorstel wordt nu uitgewerkt in afstemming met de relevante partijen, waaronder ook de patiëntenvereniging Q-uestion. De beleidsregel kunt u in het tweede kwartaal van 2018 verwachten.

Q-support 2.0

In de kabinetsreactie op diverse Q-koorts adviezen van 14 juli 2017 werd in het kader van de gewenste overgang van de patiënten naar de reguliere zorg het Steun- en adviespunt (STAP) Q-koorts aangekondigd.

Het STAP moest een landelijke vraagbaak voor reguliere zorg en gemeenten worden. Mede naar aanleiding van de Kamerbrief, kregen wij signalen die ervoor pleiten Stichting Q-support nog langer voort te laten bestaan. Stichting Q-support ondersteunt Q-koortspatiënten bij het omgaan met Q-koorts. We hebben besloten Q-support nog drie jaar te financieren, om mensen met langdurige klachten te kunnen ondersteunen, adviseren en begeleiden. Van de € 9 miljoen in het regeerakkoord wordt € 3,5 miljoen ingezet voor Q-support. De voortzetting van Q-support heeft twee doelen. Ten eerste de uitvoering van de laatst ingediende patiënten-begeleidingstrajecten. Ten tweede het realiseren van een warme overdracht van Q-koortspatiënten naar de reguliere zorg. Door te dienen als vraagbaak kan de kennis worden overgedragen naar zorgpartners en gemeenten. Hiermee wordt voldaan aan brede politieke en maatschappelijke vraag naar verlenging van de steun die Q-support levert.

Q-support gaat verder met een beperkte, gerichte nieuwe opdrachtomschrijving en een nieuwe organisatiestructuur. Tijdens een conferentie op 15 maart 2018 zal Q-support haar taken afronden en het stokje overdragen aan Q-support 2.0, de naam die we afgesproken hebben om de overgang te markeren. Wij zijn hierover in goed overleg met Q-support. Voor Q-support 2.0 gaan we op zoek naar een nieuwe Raad van Toezicht die past bij de nieuwe opdrachtomschrijving.

RIVM advies screening chronische Q-koorts

Bij het stellen van een diagnose denken artsen niet altijd aan de mogelijkheid chronische Q-koorts. Daarom heeft mijn ambtsvoorganger het RIVM gevraagd om advies te geven over het nut en de noodzaak van een screeningsprogramma naar chronische Q-koorts. Dit advies hebben wij op 19 december 2017 ontvangen2.

Het RIVM heeft samen met deskundigen onderzocht voor welke groepen screening op chronische Q-koorts kosteneffectief is. Als chronische Q-koorts op tijd wordt opgespoord, levert dat gezondheidswinst op en besparing van zorgkosten. De conclusie is dat screening van de gehele bevolking of alle ouderen niet doelmatig, haalbaar of kosteneffectief is. Vervolgens is gekeken of screening van bepaalde groepen in bepaalde regio’s dit wel is. Het blijkt dat het kosteneffectief is om te screenen bij mensen uit de risicogroep hart- en vaatziekten in de regio’s met een hoog en een gemiddeld aantal Q-koortspatiënten. Ook is het kosteneffectief om te screenen bij mensen met een verzwakt afweersysteem in de regio met een hoog aantal Q-koortspatiënten. Dit advies zal worden overgenomen. In het rapport van het RIVM wordt niet ingegaan op de organisatie van een eventuele screening. Het RIVM is daarom nu gevraagd de betrokken beroepsgroepen te activeren en te faciliteren bij het opzetten van een dergelijke screening binnen de reguliere zorg.

Ten slotte

Zoals in eerdere brieven aan uw Kamer is aangegeven, zijn wij ons er van bewust dat Q-koorts grote gevolgen heeft gehad: mensen zijn ernstig ziek geworden, ook zijn er sterfgevallen te betreuren. De impact op de naasten is enorm. Als gebaar ter erkenning van de gevolgen die Q-koortspatiënten en nabestaanden hebben ondervonden, komt het kabinet met een tegemoetkoming en de doorstart van Stichting Q-support. Op deze manier hopen wij te zorgen voor de juiste zorg, ondersteuning, advisering, begeleiding en erkenning van Q-koortspatiënten en nabestaanden.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten


X Noot
1

Kamerstuk 25 295, nr. 42

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven