nr. 12
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID H.G.J. KAMP C.S. TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 8
Ontvangen 31 oktober 1996
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt na onderdeel F een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:
Fa
Na artikel 220h wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 220i
1. In de belastingverordening kan worden bepaald dat gedurende maximaal
drie jaren na het begin van een tijdvak als bedoeld in artikel 22, tweede
lid, van de Wet waardering onroerende zaken een vermindering wordt verleend
op de belastingaanslag terzake van een onroerende zaak. Het bedrag van de
vermindering wordt afzonderlijk vermeld op het aanslagbiljet.
2. De vermindering kan voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning
dienen anders worden vastgesteld dan voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak
tot woning dienen.
3. De vermindering wordt zodanig berekend dat het na vermindering te betalen
belastingbedrag telkenjare niet meer bedraagt dan een in de belastingverordening
te bepalen percentage van het belastingbedrag dat terzake van die onroerende
zaak met betrekking tot het daaraan voorafgaande kalenderjaar na vermindering
is verschuldigd, doch met een minimumpercentage van 125 procent.
4. In de belastingverordening kan worden bepaald dat de vermindering niet
wordt berekend over verhogingen van de belastingaanslag wijzigingen van het
belastingbedrag ten opzichte van het daaraan voorafgaande kalenderjaar die
het gevolg zijn van toepassing van artikel 19 van de Wet waardering onroerende
zaken en niet wordt toegepast indien de vermindering een door de gemeente
te bepalen belastingbedrag niet te boven gaat.
II
In artikel I, onderdeel G, wordt «220d tot en met 220h» vervangen
door: 220d tot en met 220i.
Toelichting
Het amendement beoogt gemeenten de mogelijkheid te geven schoksgewijze
verhogingen in de onroerende-zaakbelastingen die het gevolg zijn van de periodieke
herwaardering van onroerende zaken via een ingroei-variant te mitigeren.
H. G. J. Kamp
Giskes
Noorman-den Uyl