24 615
Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het nieuw Burgerlijk Wetboek

nr. 33
AMENDEMENT VAN HET LID MIDDEL C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 161

Ontvangen 3 juni 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel I, wordt als volgt gewijzigd:

1. In sub 1, wordt de volgende volzin toegevoegd: Op degene die het initiatief neemt of heeft genomen tot het instellen van een ondernemingsraad is de eerste volzin van overeenkomstige toepassing.

2. Sub 2 komt te luiden:

2. In de nieuwe vierde volzin wordt «de vorige volzin» vervangen door: de eerste tot en met derde volzin.

Toelichting

Zoals in de wet geregeld is dat leden, kandidaat-leden en voormalige leden van de ondernemingsraad tot op zekere hoogte bescherming tegen benadeling in positie genieten, moet dit ook worden geregeld voor werknemers die binnen de onderneming hun nek durven uit te steken met het doel een ondernemingsraad in te stellen.

Middel

Schimmel

Van der Stoel


XNoot
1

Vervanging in verband met wijziging in de ondertekening.

Naar boven