Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 24587 nr. 939 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 24587 nr. 939 |
Vastgesteld 8 april 2024
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister voor Rechtsbescherming over de brief van 15 maart inzake Maatregelen capaciteit DJI (Kamerstuk 24 587, nr. 937).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 8 april 2024. Vragen en antwoorden, voorzien van een inleiding, zijn hierna afgedrukt.
De fungerend voorzitter van de commissie, Van Nispen
De griffier van de commissie, Brood
Inleiding
Hierbij sturen wij uw Kamer de beantwoording van de feitelijke vragen van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid en een reactie op het verzoek van het lid Uitermark (2024Z04854) die zijn gesteld over de brief Maatregelen capaciteit DJI van 15 maart 2024 (Kamerstuk 24 587, nr. 937).
1
Alle maatregelen worden specifiek genomen voor mannelijke volwassen gedetineerden, betekent dit dat er genoeg plaats is voor vrouwelijke gedetineerden? Zijn daar geen tekorten? Hoeveel tekorten zijn er bij justitiële jongeren? Hoeveel jongeren verblijven nu in gevangenissen voor volwassenen vanwege tekorten?
Antwoord:
Er is voldoende plaats voor vrouwelijke gedetineerden. Van de ca. 560 plaatsen in penitentiaire inrichtingen (PI) voor vrouwen zijn er gemiddeld ca. 520 bruikbaar en 400 bezet.
Vanwege plaatsgebrek in de justitiële jeugdinrichtingen (JJI’s) verbleven op maandag 2 april 2024 38 jongvolwassenen in een PI, van wie 23 op de HvB-afdeling in JC Zeist. Ik informeer uw Kamer voorafgaand aan het debat op 11 april over de maatregelen capaciteit DJI in een aparte brief uitgebreider over het plaatsen van jongvolwassenen in het gevangeniswezen.
2
Hoeveel zogenaamde zelfmelders zijn er sinds de invoering van de maatregel niet opgeroepen?
Antwoord:
Op basis van wet- en regelgeving kan een veroordeelde in aanmerking komen voor zelfmelden. Deze beoordeling maakt het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) namens de Minister. Als een veroordeelde in aanmerking komt voor zelfmelden, dan ontvangt hij of zij een oproepbrief van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) met daarin een dag en tijd om zich te melden bij een PI.
Sinds 6 december 2023 roep ik tijdelijk geen volwassen, mannelijke zelfmelders op. Deze straffen worden uitgesteld: mensen moeten hun gevangenisstraf op een later moment uitzitten. De hoeveelheid zelfmelders was tot de oproepstop van 6 december 2023 ongeveer 1.400. Sinds de oproepstop van 6 december 2023 is de voorraad zelfmelders verder opgelopen naar ongeveer 2.400 (peildatum 27 maart 2024). Met de aanvullende capaciteitsmaatregelen wordt onder meer beoogd zelfmelders zo snel mogelijk weer op te kunnen roepen.
3
Hoeveel zelfmelders komen daar per week bij (kijkende naar ervaringscijfers uit voorgaande jaren, niet zijnde de coronaperiode)?
Antwoord:
Sinds 6 december 2023 ontvangt DJI per week gemiddeld ca. 75 vonnissen van op te roepen zelfmelders van het CJIB. Dit is hetzelfde aantal als in de periode januari 2023 t/m november 2023. Vóór de coronapandemie lag de instroom van zelfmelders bij DJI ongeveer tussen de 90 (in 2019) en 95 (in 2018) per week.
4
Kunt u van alle straffen (delicten en opgelegde straffen) die niet ten uitvoer worden gelegd inzichtelijk maken hoeveel zelfmelders het hier bedraagt?
Antwoord:
De doelstelling is dat alle straffen ten uitvoer worden gelegd. Het niet oproepen van zelfmelders is een tijdelijke maatregel. Wanneer mogelijk wordt het oproepen van zelfmelders weer hervat. In het antwoord op vraag 3 heb ik aangegeven hoeveel zelfmelders niet zijn opgeroepen sinds 6 december 2023. In totaal stromen er jaarlijks gemiddeld 15.400 principale gevangenisstraffen in. Het gaat om gemiddeld 296 principale gevangenisstraffen per week, waarvan er nu gemiddeld 75 zelfmelders zijn en tijdelijk niet worden uitgevoerd.
5
Hoe monitort u het gedrag van deze veroordeelde criminelen en welke afspraken heeft u in dit kader gemaakt met politie, burgemeester, reclassering of andere instellingen?
Antwoord:
Er is geen monitoring ingericht voor zelfmelders. Indien een veroordeelde in voorlopige hechtenis komt voor een nieuw strafbaar feit, dan wordt de zelfmeldzaak aansluitend tenuitvoergelegd.
6
Waarom heeft u de mogelijkheden van het toekennen van elektronisch toezicht dat nu al mogelijk is in een penitentiair programma niet verruimd, gelet op dat hier niet alleen sprake is van toezicht maar ook van begeleiding?
Antwoord:
Het penitentiair programma (PP) biedt mogelijkheden voor de groep gedetineerden met een vrijheidsstraf tussen zes maanden en een jaar (voor langer-gestraften staat de voorwaardelijke invrijheidsstellingsregeling (vi-regeling) open). Binnen het huidig wettelijk kader wordt deelname aan een PP maximaal benut, met behoud van het uitgangspunt dat deelname afhankelijk is van de inspanningen en de verantwoordelijkheid die de gedetineerde zelf neemt voor een geslaagde terugkeer in de samenleving. De tijdelijke noodmaatregel die het mogelijk moet maken om gedetineerden aan het einde van de detentie onder elektronisch toezicht te stellen betreft geen PP, maar een verlofvorm (i.e. capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht). Deze verlofvorm van elektronisch toezicht kan binnen het bestaande wettelijk kader worden ingevoerd door wijziging van de betreffende ministeriële regeling. Voor het verruimen van het PP is een wetswijziging noodzakelijk. Deze maatregel zou daarom niet op korte of middellange termijn ingezet kunnen worden.
7
Kunt u in een tijdlijn inzichtelijk maken op welke momenten er in 2024 en 2025 operationele bedden in de lucht zijn en komen en dit afzetten tegen de behoefte (inclusief en exclusief alle maatregelen op het gebied van heenzenden of straffen niet uitvoeren) en daarmee inzichtelijk maken tot wanneer deze maatregelen minimaal nodig zijn, aangezien geen van de maatregelen erop is gericht meer operationele capaciteit te organiseren, geen van de scenario’s een korte termijn oplossing betreft dan wel laat zien hoeveel bedden de scenario’s kunnen opleveren en de prognoses een stijgende vraag naar capaciteit laten zien, niet duidelijk is tot wanneer deze maatregelen nodig zijn?
Antwoord:
Vanaf oktober 2023 tot en met begin maart zijn 10.346 operationele plaatsen ingezet in het gevangeniswezen, waarvan 7.130 plaatsen in het Huis van Bewaring (HvB) en de gevangenis regulier en arrestant. Als gevolg van een tekort aan personeel bij DJI waren in maart jl. gemiddeld circa 330 plaatsen niet inzetbaar en waren er circa 6.800 plaatsen in het HvB en gevangenis regulier en arrestant bruikbaar. Inmiddels is dit tekort door de inspanningen van de Taskforce van DJI teruggebracht naar circa 225 plaatsen (door onder andere de inzet van (tijdelijk) gedetacheerd personeel uit andere inrichtingen en personeel van de Dienst Vervoer & Ondersteuning van DJI). Dit is tevens het maximaal aantal dat gebouwelijk nog in gebruik genomen kan worden. De ingebruikname van deze plaatsen is afhankelijk van de beschikbaarheid van extra personeel. Door actieve wervingsinspanningen streeft DJI ernaar deze 225 plaatsen in de toekomst ook te kunnen inzetten.
In maart 2024 verbleven gemiddeld ruim 6.660 gedetineerden in het HvB en in de gevangenis regulier en arrestant en verbleven dagelijks gemiddeld 114 arrestanten op politiebureaus wegens plaatsgebrek in de PI’s, een totaal van 6.714. Om dit aantal gedetineerden in een PI te kunnen onderbrengen, zijn vanwege de dagelijkse schommelingen in de instroom en bezetting in een normale situatie ca 7.100 bruikbare HvB- en gevangenisplaatsen nodig. Door met name personeelstekorten bedroeg de bruikbare HvB- en gevangeniscapaciteit in slechts 6.800 plaatsen. Hierdoor blijven arrestanten achter op politiebureaus en worden gedetineerden noodgedwongen ondergebracht op afdelingen die voor andere doelgroepen bestemd zijn (bijvoorbeeld op afdelingen voor ISD en Extra Zorgvoorzieningen voor kwetsbare gedetineerden).
Op basis van het prognosemodel justitiële ketens (PMJ) en ramingen van DJI verwacht ik aan het einde van het jaar een celcapaciteit van circa 7.360 bruikbare plaatsen in het HvB en de gevangenis regulier en arrestant nodig te hebben. Uitgaande van de huidige bruikbare capaciteit van circa 6.900 plaatsen zullen zonder maatregelen 460 HvB- en gevangenisplaatsen te weinig beschikbaar zijn.
Met de capaciteitsmaatregelen die in mijn brief van 15 maart staan vermeld, kan dit tekort naar verwachting worden weggewerkt. De nieuwe PMJ-ramingen vanaf 2025 zullen in het voorjaar met uw Kamer worden gedeeld. Dan kan ik meer zeggen over de verwachting voor dat jaar en komende jaren.
8
Kunt u een overzicht geven van het aantal taakstraffen die niet of niet in zijn geheel worden uitgevoerd? Welk deel hiervan wordt omgezet in een gevangenisstraf (graag ook vermelden hoeveel detentiejaren het hier betreft)?
Antwoord:
Alleen taakstraffen die worden opgelegd door een rechter kunnen worden omgezet in vervangende hechtenis. Jaarlijks worden er zo’n 27.000 taakstraffen opgelegd door de rechter. Hiervan slaagt gemiddeld 72%. Niet alle mislukte taakstraffen resulteren in een omzetting naar vervangende hechtenis. Jaarlijks stromen er zo’n 5.800 lasten tot aanhouding in bij de politie voor vervangende hechtenis in het kader van een omgezette taakstraf. De afgelopen jaren waren gemiddeld ca. 300 plaatsen bij DJI bezet door in vervangende hechtenis omgezette taakstraf. Momenteel zijn dat er slechts ca. 160, aangezien het aantal arrestanten is afgenomen vanwege de ingezette maatregelen.
9
Hoe rijmt u het uitstellen van straffen en het eerder plaatsen van gedetineerden op de Beperkt Beveiligde Afdeling (BBA) met het veilig houden van de samenleving, gelet op het feit dat er wordt gesteld dat de veiligheid van de samenleving, het personeel en gedetineerden als een van de drie zaken voorop staan?
Antwoord:
De veiligheid van de samenleving, slachtoffers, personeel en gedetineerden staat voorop. Zoals aangegeven in de beantwoording op vraag 2 beoordeelt het CJIB namens de Minister of een veroordeelde in aanmerking komt voor zelfmelden. Het CJIB maakt daarbij een risicoafweging.
Op een BBA zitten gedetineerden die aan het einde van hun straf zijn gekomen en in aanmerking komen voor re-integratieverlof voor extramurale arbeid: dit kan bestaan uit betaalde, onbetaalde arbeid of dagbesteding. Dat wil zeggen dat gedetineerden overdag buiten de muren zijn. Aan de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) is een Regeling tot wijziging van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (Rtvi) voorgelegd in verband met de capaciteitsproblemen van het gevangeniswezen. Daarin is opgenomen een afwijking op artikel 20ab Rtvi, tweede lid, onder b. Daarmee kan re-integratieverlof voor extramurale arbeid gedurende een door de Minister te bepalen periode worden verleend, voor maximaal een derde deel van de opgelegde straf voorafgaand aan (voorwaardelijke) invrijheidsstelling in plaats van een zesde deel. Verder blijft de Rtvi ten aanzien van re-integratieverlof voor extramurale arbeid onveranderd: weigeringsgronden zoals vermeld in art. 4 Rtvi zullen onverminderd van toepassing zijn. In aanvulling daarop volgt uit het Beleidskader BBA een aantal belangrijke uitzonderingen, zoals gedetineerden die niet in het plusprogramma zitten of gedetineerden die op een hoog beveiligde afdeling zoals de Afdeling Intensief Toezicht (AIT) of Terroristenafdeling (TA) geplaatst zijn. Verder dient – net als bij kort- en langdurend re-integratieverlof – een beoordeling van gedrag, risico’s en slachtofferbelangen plaats te vinden en tot een positief advies te leiden. Dit is allemaal gericht op een verantwoorde doorplaatsing naar de BBA.
10
Kunt u aangeven waar de bijna 1.100 vacatures op een totaal van 16.000 fte voor de gehele Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) voor openstaan?
Antwoord:
De vacatures binnen DJI hebben betrekking op de gehele organisatie. Op 25 maart 2024 was er voor ongeveer 1.220 voltijds equivalent (FTE) aan vacatures, waarvan ongeveer 910 FTE voor executief personeel en 310 FTE aan reguliere vacatureruimte.
Categorie |
Vacatures (in FTE) |
---|---|
Executief |
910 |
Administratie |
19,5 |
Advies |
49,5 |
Educatief |
4,1 |
Facilitair |
6,4 |
ICT |
18,5 |
Juridisch |
1,9 |
Management |
40,6 |
Sociaal |
119,1 |
Zorg |
52,5 |
11
Wat zijn de gevolgen als de cellen toch beperkt gevuld worden binnen de DJI, terwijl er geen extra personeel bijkomt?
Antwoord:
In mijn brief aan uw Kamer van 15 maart jl. heb ik aangegeven dat de maatregelen geen effect mogen hebben op de veiligheid. Minder personeel per afdeling heeft direct effect op de veiligheid. DJI zal dan ook niet minder personeel per afdeling inzetten en zo nodig capaciteit buiten gebruik stellen, als het niet kan voorzien in de noodzakelijke personele bezetting.
12
Is er naar het versomberen van regimes gekeken als het gaat om de vier maatregelen die u in werking stelt door het acute tekort van 330 cellen en het tekort van personeel? Zo ja, aan welke versomberingen is gedacht?
Antwoord:
Binnen de wettelijke kaders is reeds versoberd in de inrichtingen waar een personeelstekort is, door het avondprogramma op te schorten of de arbeid niet door te laten gaan. Verdere structurele versoberingen acht ik niet verantwoord. Het leefklimaat wordt hierdoor zwaar onder druk gezet en daarmee komt de orde en veiligheid in gevaar. Dit zal ook een negatief effect hebben op de werkdruk en het welzijn van het personeel. Hierdoor kan het ziekteverzuim toenemen, zal personeel op zoek gaan naar ander werk en zal DJI een minder aantrekkelijke werkgever worden voor nieuw aan te trekken personeel. Daarnaast heb ik in mijn brief van 15 maart jl. aangegeven dat ik voor de lange termijn verschillende scenario’s voor het gevangeniswezen uitwerk. Innovatie en digitalisering van de werkzaamheden, bijvoorbeeld robotisering van bepaalde werkzaamheden, kunnen de efficiëntie – en daarmee de capaciteit – verder vergroten.
13
Hoeveel extra capaciteit zal er vrijkomen als gedetineerden elke dag twee uur eerder ingesloten worden?
Deze beantwoording gaat in op de vragen 13, 14, 34 en 35.
De aantallen bij vraag 13 zijn hoger dan de aantallen bij vragen 34 en 35. De reden is dat de grondslag voor de berekeningen bij vragen 34 en 35 alleen het basisprogramma betreft. De grondslag voor de berekeningen bij vraag 13 is de gehele capaciteit van de Gevangenis en het HvB, dus inclusief het plusprogramma. Omdat het merendeel van de gedetineerden in de Gevangenis in het plusprogramma verblijven, is de grondslag bij vraag 13 veel groter en de opbrengst daarmee ook groter.
Er zijn twee redenen waarom ik maatregelen die het dagprogramma raken onverantwoord vind.
Ten eerste acht ik het inperken van het dagprogramma om inhoudelijke redenen niet verantwoord. In de genoemde brief van 15 maart jl. heb ik aangegeven dat maatregelen die ten koste gaan van de veiligheid van personeel of gedetineerden afvallen, zoals het verder versoberen van het detentieregime. Daarnaast geldt dat in West-Europees perspectief Nederland al aan de bescheiden kant zit als het gaat om uren waarin gedetineerden zijn uitgesloten. Het ingrijpend inperken van die omvang geeft ernstige gevolgen voor de belangrijkste doelen van detentie, te weten veiligheid (van personeel, samenleving en gedetineerden), humaniteit en re-integratie. Ook zal het leefklimaat hierdoor zwaar onder druk worden gezet. Daarmee komt de orde en veiligheid in gevaar, wat ook een negatief effect zal hebben op de werkdruk en welzijn van het personeel. Hierdoor kan het ziekteverzuim toenemen en zal personeel op zoek gaan naar ander werk.
Ten tweede raakt het inperken van de dagprogramma’s DJI als goed werkgever. Theoretisch levert het inkorten van dagprogramma’s een vrijval van uren op die elders ingezet kunnen worden. Die uren vallen echter alleen vrij als dan ook de diensten van de collega’s worden aangepast en er op deze manier personeelsleden vrij gespeeld worden, die dan vaak in een andere inrichting ingezet zouden moeten worden. Feitelijk zal dit een grote reorganisatie binnen DJI betekenen waarin bestaande rechtspositionele afspraken met medezeggenschap en vakbonden herzien moeten worden. Dit daadwerkelijk effectueren vraagt een grote organisatorische, arbeidsvoorwaardelijke en logistieke operatie. Zowel de inhoudelijke ingreep in het dagprogramma als de onrust/onzekerheid die een dergelijke organisatorische ingreep met zich meebrengt, ondergraaft de positie van DJI als aantrekkelijke werkgever en zal verder personeelsverloop tot gevolg hebben. Ook vanuit het belang van de arbeidsmarktpositie van DJI acht ik deze maatregel onwenselijk en onhaalbaar.
Bovenstaande tabel geeft aan hoeveel FTE maximaal vrijgespeeld kan worden en hoeveel capaciteit daarmee geoperationaliseerd kan worden. De harde randvoorwaarde daarbij is dat er nog slechts 225 plaatsen fysiek beschikbaar zijn om in gebruik te kunnen nemen. Ik beschouw dit om bovenstaande reden als een puur theoretische en rekenkundige exercitie. Het dagprogramma is bovendien voor iedere inrichting een ingewikkelde logistieke puzzel, waarbij de activiteiten afgestemd moeten worden op de gebouwelijke omstandigheden en het zelfs binnen het huidige dagprogramma een grote opgave is om alle rechtactiviteiten te kunnen inpassen.
14
Hoeveel extra capaciteit zal er vrijkomen als gedetineerden een kwart minder mogen werken?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 13.
15
Hoeveel extra capaciteit zal er vrijkomen als gedetineerden volledig ingesloten worden op zon- en feestdagen?
Antwoord:
Zie voor een uitgebreidere context het antwoord op vraag 13. Deze maatregel is als zodanig niet uitvoerbaar. Gedetineerden hebben recht om iedere dag, dus ook op zon- en feestdagen, tenminste één uur in de buitenlucht te verblijven. Daarnaast moeten er mogelijk bezoekmomenten ingepland worden op weekend- en feestdagen om te voldoen aan het wettelijk recht op bezoek.
16
Zijn er veel (onnodige) bureaucratische regels die afgeschaft kunnen worden om zo meer capaciteit vrij te krijgen? Zo ja, welke?
Antwoord:
De kern van het capaciteitsvraagstuk is dat er te weinig personeel in het primaire proces is. Ook met minder regels blijft de minimumnorm bestaan van twee penitentiaire inrichtingswerkers (PIW’ers) op 24 gedetineerden. Overigens kijk ik samen met DJI wel hoe we het aantal regels en de last daarvan kunnen beperken. Dat doe ik onder meer naar aanleiding van de invoeringstoets Wet Straffen en Beschermen.
17
Waar blijkt uit dat het versomberen van regimes niet bijdraagt aan resocialisatie en daarmee de veiligheid van de samenleving?
Antwoord:
Het (structureel) versoberen van regimes heeft consequenties voor de terugkeer van gedetineerden in de maatschappij. Er is dan immers minder tijd voor de re-integratieactiviteiten om aan de basisvoorwaarden te voldoen (werk/inkomen, onderdak, identiteitsbewijs, zorg(verzekering), schuldhulp en sociaal netwerk). Ook zal er minder ruimte zijn voor bezoek van familie en vrijwilligers.
18
Waar blijkt uit dat het versomberen van regimes niet bijdraagt aan de veiligheid binnen de DJI waardoor de werkdruk zal toenemen en het welzijn van personeel zal afnemen?
Antwoord:
Uit onderzoek blijkt dat gedetineerden langer op cel laten verblijven afbreuk doet aan de veiligheid op de afdeling omdat personeel minder contact heeft met gedetineerden en daarmee minder weet wat er speelt.1 Tevens wordt de gedetineerde alternatieven ontnomen om op een gezonde manier eventuele fysieke en mentale spanning kwijt te raken die gepaard gaat met het opgesloten zitten. Dit geldt te meer bij meerpersoonscellen omdat er meer uren geen zicht is op deze gedetineerden in een cel, wat kan leiden tot spanningen achter de deur. De momenten van contact tussen gedetineerden als ze uitgesloten zijn, of contactmomenten tussen gedetineerden en medewerkers worden hierdoor gevoeliger voor incidenten. Iets wat ik ten allen tijde wil voorkomen om de veiligheid van zowel de gedetineerden als de medewerkers te kunnen garanderen. Dit heeft daarnaast ook gevolgen voor de werkdruk, omdat de reeds onder druk staande medewerkers zich frequenter zullen (moeten) bezighouden met het beheersen van het leefklimaat op de afdelingen.
Daarnaast wil ik graag dat medewerkers gemotiveerd zijn voor het belangrijke werk waar zij dagelijks voor aan de lat staan. Hierin is het contact met de gedetineerden een onmisbare sleutel waar velen van hen bewust voor hebben gekozen. Verder versoberen doet afbreuk aan de beleving van het bijdragen aan de maatschappelijke opgaven van DJI, het ervaren werkplezier en het bijdragen aan de veiligheid op de afdeling.
19
Wat zijn de voorwaarden voor de maatregel om aan het einde van detentieperiode elektronische detentie mogelijk maken?
Antwoord:
Het gaat hier niet om elektronische detentie, maar om capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht. DJI neemt de beslissing of overgegaan kan worden tot capaciteitsverlof aan het einde van de detentieperiode. In het besluitvormingsproces voor het verlenen van capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht worden het gedrag in detentie, het recidiverisico, de belangen van slachtoffers en nabestaanden en de bereidheid om mee te werken aan schadevergoeding in de besluitvorming betrokken. Ten behoeve van het wegen van de belangen van slachtoffers en nabestaanden evenals het raadplegen van openstaande straffen wordt het CJIB geraadpleegd. Niet in aanmerking komt een gedetineerde die niet meewerkt aan zijn betalingsregeling, een levenslanggestrafte, een gedetineerde met een tbs- of ISD-maatregel, een gedetineerde die preventief is gehecht of die is geplaatst in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI), op de AIT of op de TA. Ook moet een gedetineerde over een aanvaardbaar verblijfadres beschikken, wil capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht kunnen worden verleend.
20
Mag iemand met elektronische detentie thuis bezoek ontvangen?
Antwoord:
Aan het capaciteitsverlof worden bepaalde voorwaarden verbonden, waaronder elektronisch toezicht. Iemand met elektronisch toezicht mag bezoek ontvangen. Hier kunnen echter wel voorwaarden aan worden verbonden.
21
Welke gedetineerden komen ervoor in aanmerking om een deel van hun straf op een BBA te laten ondergaan? Zijn hier veiligheidsrisico’s?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 9.
22
Aan welke landen wordt gedacht als het gaat om het verkennen van de mogelijkheden om gedetineerden in het buitenland te plaatsen?
Antwoord:
Om Nederlandse gedetineerden in het buitenland te plaatsen dient voldaan te worden aan de Europese regelgeving waar Nederland aan moet voldoen. Dat betekent dat landen om ons heen het meest voor de hand liggend zijn. Deze landen kampen echter met soortgelijke problematiek. Deze optie acht ik daarom nu niet realistisch.
23
Kunt u een analyse verstrekken voor een versoepeling van de werkprocessen om eenvoudiger in en door te stromen naar de forensische zorg?
Antwoord:
Voor een uitvoerige analyse verwijs ik u naar het eindrapport van Significant, dat ik als bijlage bij deze brief heb gevoegd.
24
Klopt het dat als gevolg van de capaciteitsmaatregelen een aantal gedetineerden dankzij het elektronisch toezicht (in plaats van detentie) eerder aanspraak kan maken op een aantal uitkeringen zoals de bijstandsuitkering, omdat deze uitkeringen tijdens detentie worden stopgezet en tijdens het elektronisch toezicht in principe kunnen door lopen?
Antwoord:
Nee, de gedetineerde kan geen aanspraak maken op uitkeringen. Wanneer een gedetineerde capaciteitsverlof met elektronisch toezicht krijgt, wordt hij op grond van de huidige wetgeving aangemerkt als gedetineerde met intramuraal verlof. Deze groep gedetineerden heeft geen recht op een uitkering. Wel kan vanuit DJI een dagvergoeding worden toegekend. De precieze invulling van deze dagvergoeding, onder andere de hoogte van het bedrag, wordt nog verder uitgewerkt.
25
Welke mogelijkheden zijn er in 2023 en 2024 precies onderzocht om gedetineerden tijdelijk in het buitenland te plaatsen en met welke landen is hierover contact gezocht en hoe wordt dat contact de komende periode geïntensiveerd?
Antwoord:
DJI heeft in haar internationale netwerk navraag gedaan. Daaruit bleek dat er geen reële alternatieven zijn op de korte termijn. Als deze alternatieven er wel waren geweest, was het plaatsen van Nederlandse gedetineerden geen korte termijn oplossing, omdat er een verdrag opgesteld moet worden met het ontvangende land. Voor de langere termijn verwijs ik naar het antwoord op vraag 22.
26
Hoeveel celcapaciteit kan in huizen van bewaring en reguliere gevangenissen extra beschikbaar worden gesteld als het ziekteverzuim bij DJI zou worden teruggebracht tot het Europees gemiddelde?
Antwoord:
Het 12-maands voortschrijdend verzuim binnen de divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring van DJI was in februari jl. 8%.
Het gemiddelde Europees arbeidsverzuim in 2020 bedroeg afgerond 3%.2 Ter illustratie van het ziekteverzuim van DJI is het van belang te vermelden dat het gemiddelde ziekteverzuim in Nederland in 2022 6,3% bedroeg. Voor de gehele overheid bedroeg het ziekteverzuim in 2022 6,5% en voor het JenV-domein 7,2%.3
Deze cijfers zijn een gemiddelde en zijn niet representatief voor 24-uurs organisaties waarbij onregelmatige diensten worden gedraaid.
Als het verzuim binnen Divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring zou kunnen dalen naar 3%, levert dit extra inzetbaar personeel op de leefafdelingen (PIW’ers) op zodat maximaal ca. 200 detentieplekken kunnen worden geopend.
27
Kan een stand van zaken gegeven worden over de herinvoering van de eigen bijdrage in de forensische zorg, waartoe het kabinet in september 2022 heeft besloten om de financierbaarheid van DJI op de lange termijn te garanderen?
Antwoord:
Op dit moment verken ik verschillende mogelijkheden voor de uitvoering van deze maatregel en de termijn waarop deze gerealiseerd kan worden. Mijn uitgangspunt is om zo veel mogelijk aan te sluiten bij de wijze van uitvoering zoals deze bestaat in andere zorgwetgeving. Na vaststelling van een werkwijze, rollen en taken van de verschillende organisaties en werkafspraken moet bijbehorende wet- en regelgeving worden aangepast.
Ik informeer uw Kamer over de voortgang in de periodieke voortgangsbrieven forensische zorg. De eerstvolgende doe ik uw Kamer in oktober toekomen.
28
Wanneer is de volgende prognosemodel van justitiële ketens (PMJ) beschikbaar en is de verwachting dat de toename van benodigde plekken in 2025 en 2026 groter zal worden dan tot nu toe is voorzien?
Antwoord:
De nieuwe PMJ-ramingen worden zoals gebruikelijk later dit voorjaar aan uw Kamer toegezonden. Gelet op de vorige ramingen zoals die ten grondslag lagen aan de begroting 2024 en op de recente ontwikkeling van de bezetting in het gevangeniswezen, is het reëel dat de capaciteitsbehoefte de komende jaren verder zal groeien.
29
Hoeveel fte aan externe inhuur van beveiligingspersoneel is er momenteel bij DJ en hoeveel extra fte aan externe inhuur is voorzien in 2024 en 2025 zoals aangekondigd in de brief?
Antwoord:
Momenteel is de totale aanvraag van (externe) inhuur van beveiligingspersoneel 677 FTE, waarvan 492 FTE geleverd is.
Van de geleverde inhuur van 492 FTE was:
− 214 van Dienst Vervoer en Ondersteuning (intern DJI);
− 278 van externe beveiligingsbedrijven.
DJI is permanent in gesprek met de twee particuliere beveiligingsorganisaties waarmee DJI een raamovereenkomst heeft om hun werving te vergroten. Het is niet te zeggen hoe de vraag aan de particuliere beveiligingsorganisaties verandert de komende jaren. Dat is onder andere afhankelijk van het wervingssucces van DJI en de uitstroom van personeel van DJI.
30
Hoe verhoudt het percentage fte aan externe inhuur bij DJI zich tot het percentage externe inhuur bij de douane, politie en het Ministerie van Defensie?
Antwoord:
Het percentage inhuur bij DJI is momenteel ca. 3%. De politie houdt geen aparte registratie bij voor externe inhuur. In het jaarverslag van het Ministerie van Defensie 2022 wordt gemeld dat het inhuurpercentage 4,2% is geweest.4 Op dit moment beschik ik niet over vergelijkbare cijfers van de Douane.
31
Wat is het budget van DJI voor het voeren van de intensieve arbeidsmarktcampagnes die worden genoemd in de brief en hoe verhoudt dit budget zich tot de budgetten voor arbeidsmarktcampagnes bij de politie, de douane en het Ministerie van Defensie?
Antwoord:
DJI heeft in 2024 € 4,6 miljoen budget beschikbaar voor arbeidsmarktcampagnes. De politie heeft in 2024 een budget van € 5,3 miljoen gereserveerd. De budgetten laten zich niet precies vergelijken, omdat er verschillende kosten in worden ondergebracht. Daarnaast is DJI net gestart met het bouwen van het werkgeversmerkpropositie wat een aanzienlijke investering vraagt, terwijl politie door jarenlange investering een gevestigde positie op de arbeidsmarkt heeft. Ik beschik niet over de cijfers van de budgetten van de Douane en het Ministerie van Defensie.
32
Hoeveel mensen die werkzaam zijn bij DJI ontvangen momenteel een vorm van een behoudpremie of toelage en hoeveel mensen ontvangen een vorm van behoudpremie of toelage bij de douane, politie en het Ministerie van Defensie?
Antwoord:
Een behoudpremie maakt geen onderdeel uit van het standaard beleid bij DJI. Er zijn 348 medewerkers die een toelage ontvangen met als grondslag «arbeidsmarktoverweging». Er kunnen verschillende redenen voor de toekenning van een dergelijke toelage zijn.
Ik beschik niet over dergelijke cijfers van de Douane en het Ministerie van Defensie. In 2023 heeft de politie enkele honderden keren een toelage voor werving of behoud uitgekeerd.
33
Welk budget is jaarlijks beschikbaar voor bindingspremies om medewerkers met kennis en vaardigheden die essentieel zijn voor de bedrijfsvoering van DJI voor langere tijd aan DJI te binden en welke flankerende maatregelen zijn getroffen om medewerkers langer aan DJI te binden, analoog aan de regeling bindingspremies 2023–2028 Defensie?
Antwoord:
DJI kent geen jaarlijks beschikbaar bindingsbudget. DJI kent de toelage arbeidsvoorwaardenregeling medisch specialisten (AMS). Dit is een toelage voor psychiaters om het verschil met de GGZ-CAO voor deze functiegroep te overbruggen. De transportgeleiders van het Bijzonder Ondersteuningsteam (BOT) en de hondgeleiders van de DV&O ontvangen een maandelijkse toelage. De CAO-Rijk biedt daarnaast de mogelijkheid om een toelage toe te kennen in verband met arbeidsmarktoverwegingen. Hiervan wordt op individuele basis gebruik van gemaakt.
34
Hoeveel extra plekken zouden kunnen worden bezet als het basisprogramma voor gedetineerden van 42,5 uur aan activiteiten per week zou worden teruggebracht tot het Europese gemiddelde van 19 uur per week, zoals PwC heeft uitgewerkt in het onderzoek van 2022?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 13.
35
Hoeveel extra plekken zouden kunnen worden bezet als het basisprogramma voor gedetineerden van 42,5 uur aan activiteiten per week zou worden teruggebracht tot 30 uur per week, 35 uur per week en 27,5 uur per week?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 13.
36
Hoeveel extra plekken zouden beschikbaar komen als het gewogen gemiddelde aantal gedetineerde per fte wordt verhoogd naar 20 (het Europees gemiddelde)?
Antwoord:
DJI hanteert een minimum norm van twee PIW’ers op 24 uitgesloten gedetineerden. Deze norm is noodzakelijk om ervoor te zorgen dat er ten allen tijde een minimum aantal collega’s op de afdeling aanwezig is terwijl de andere collega’s gedetineerden begeleiden. DJI heeft hierover ook afspraken met de medezeggenschap en vakbonden. De richtlijn van twee op 24 is er daar één van. DJI wil een goed en betrouwbaar werkgever zijn voor zijn personeel. Het aanpassen van de personeelsratio zorgt ervoor dat het personeel van DJI minder zicht heeft op de gedetineerden en de dynamiek op de leefafdelingen en op kritieke momenten met te weinig collega’s op de afdeling aanwezig kan zijn waardoor de veiligheid ernstig in het gedrang komt. Het aanpassen van de personeelsratio is wat mij betreft dan ook niet aan de orde.
Daarnaast is het zo dat het merendeel van de fysieke afdelingsgrootte binnen het gevangeniswezen is gebaseerd op de huidige ratio. DJI gaat dan ook uit van groepsgroottes voor activiteiten van (veelvouden van) twaalf gedetineerden. Denk daarbij aan bezoek aan de bibliotheek, het re-integratiecentrum, sport en bezoek. Daarmee zou deze maatregel grote gevolgen hebben voor de hele operatie, organisatie en fysieke inrichting van het gevangeniswezen.
Zoals ik ook heb aangegeven in mijn brief van 15 maart jl. staat een dergelijke maatregel op gespannen voet met de veiligheid en het leefklimaat van personeel en gedetineerden.
37
Hoeveel gedetineerden komen naar verwachting in aanmerking voor de toepassing van elektronische detentie?
Antwoord:
De verwachting is dat gemiddeld maximaal 250 gedetineerden in aanmerking komen voor capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht.
38
Wordt de gehele BBA-capaciteit door de maatregelen benut?
Antwoord:
Op dit moment is de BBA-capaciteit nog niet maximaal benut. De bezetting op de BBA stijgt wel, mede door de eerder genomen maatregelen (aanpassing Beleidskader BBA) en de afbouw in de overgangsregeling PP. Er zijn in totaal 200 plaatsen op de BBA, waarvan op dit moment nog ongeveer 60 onbezet zijn. In mijn brief van 15 maart jl. heb ik een aanvullende maatregel aangekondigd om de BBA-capaciteit maximaal te benutten. Hiervoor is een wijziging van artikel 20ab Rtvi nodig. Ik ben voornemens deze wijziging door te voeren en verwacht dat deze in mei 2024 in werking kan treden.
39
Kunt u in een capacitaire raming van de afgelopen vier jaar aangeven hoeveel cellen/plekken, hoeveel gevangenen en hoeveel gevangenispersoneel volgens deze raming nodig zouden zijn? Kunt u bovenstaande onderverdelen naar cipiers/gevangenisbewaarders en overig personeel?
Antwoord:
In onderstaande tabel is aangegeven hoeveel personeel benodigd is voor deze capaciteitsaantallen. Om het gevangeniswezen goed te laten functioneren is een capaciteitsmarge noodzakelijk. De capaciteitsmarge is nodig om onzekerheid (seizoensfluctuaties, groei, onderhoud) op te kunnen vangen. Daarom wordt gebruik gemaakt van een marge van 8,7%: 1,8% om frictie op te kunnen vangen, 2,0% om tijdelijke buitengebruikstelling om bouwkundige, organisatorische of personele redenen te kunnen opvangen en 4,9% om piekbezetttingen en fluctuaties in de bezetting op te kunnen vangen.
40
Kunt u aangeven wat het verschil is tussen de raming en de feitelijke invulling van de afgelopen vier jaar?
Antwoord:
Als de geraamde intramurale bezetting in een bepaald jaar volgens de PMJ wordt vergeleken met de gerealiseerde bezetting in het betreffende jaar, dan bedraagt het verschil over 2020 tussen de raming en de gerealiseerde intramurale bezetting ruim 9% en over 2021 bijna 13%. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de genomen coronamaatregelen hebben geleid tot een onverwachte beperking van de instroom en daarmee tot het achterblijven van de realisatie ten opzichte van de raming. Ten opzichte van de raming over 2022 bleef de intramurale bezetting minder dan 5% achter. Met andere woorden: de gerealiseerde bezetting over de periode 2020 tot en met 2022 was lager dan de ramingen. Over 2023 komt de gerealiseerde bezetting met nog geen 1% juist iets hoger uit dan de raming.
41
Hoeveel cellen, hoeveel gevangenen en hoeveel bewaarders waren er feitelijk per onderdeel (Huis van Bewaring, Penitentiaire Inrichting etc.)?
Antwoord:
Het aantal gedetineerden en cellen staat in onderstaande tabel. De door u gevraagde koppeling van personeel met de verschillende onderdelen wordt niet als zodanig geregistreerd in het personeelsinformatiesysteem.
42
Wat zijn de relevante factoren die de capacitaire ontwikkeling van de afgelopen vier jaar hebben beïnvloed?
Antwoord:
De afgelopen jaren zijn er diverse maatschappelijke ontwikkelingen geweest die van invloed zijn geweest op de (personele) capacitaire ontwikkelingen. De belangrijkste hiervan zijn enkele autonome (maatschappelijke) ontwikkelingen die een grote impact hebben gehad op de bedrijfsvoering van DJI. Zo heeft de coronapandemie de nodige negatieve effecten gehad op het verzuim van medewerkers van DJI. Daarnaast is er sprake van een periode van een kansrijke arbeidsmarkt voor medewerkers waardoor (potentiële) medewerkers andere banen gingen zoeken. Dit bemoeilijkt de wervingsinspanning van DJI in een reeds gespannen arbeidsmarkt. Ten slotte is de gedetineerdenbezetting in de afgelopen periode toegenomen.
43
Speelden bij deze capacitaire ontwikkeling aspecten een rol zoals het niet kunnen benutten van celcapaciteit door verbouwingen en renovaties? Voor zover verbouwingen een rol speelde, waren deze gepland?
Antwoord:
Voor verbouwingen op de leefafdelingen is soms leegstand nodig om het werk goed uit te kunnen voeren. Verbouwingen zijn altijd planmatig en worden vooraf ingepland en afgestemd. In de afgelopen vier jaar ging het om ca. 100–200 cellen die wisselend buiten gebruik zijn vanwege verbouwingen. Dit wordt wisselcapaciteit genoemd. Uitvoering van onderhoud is noodzakelijk voor de instandhouding van de capaciteit. Er is sprake van een boeggolf aan renovaties vanwege achterstallig onderhoud. Voor de komende jaren groeit de benodigde wisselcapaciteit van 100–200 naar structureel 600 plaatsen (conform afspraken naar aanleiding van het PwC-rapport).5
44
Wat was de rol van het gebrek aan capaciteit elders, zoals in de tbs-klinieken en in de jeugdgevangenissen?
Antwoord:
Door het gebrek aan capaciteit in tbs-klinieken en in JJI’s is er minder celcapaciteit beschikbaar in het gevangeniswezen.
Tbs-gestelden van wie de maatregel is ingegaan en voor wie (nog) geen plaats is in een tbs-kliniek verblijven noodgedwongen als passant in het gevangeniswezen. Daarnaast worden jongvolwassenen van 18 jaar en ouder die in voorlopige hechtenis zijn genomen (waarbij de Officier van Justitie voornemens is het adolescentenstrafrecht toe te passen) of die zijn aangehouden in verband met een openstaande (vervangende) vrijheidsstraf in een PI geplaatst als er geen plek in is een justitiële jeugdinrichting.
45
Hoeveel detentieplekken worden door gebrek aan capaciteit elders bezet gehouden en om hoeveel personen gaat dit de afgelopen vier jaar?
Antwoord:
Op maandag 2 april 2024 verblijven 180 tbs-gestelden als passant in het gevangeniswezen en zitten er 38 jongvolwassenen in een PI, van wie 23 op de HvB-afdeling van JC Zeist (vanwege plaatsgebrek in de JJI’s).
Het aantal tbs-passanten binnen het gevangeniswezen is geleidelijk opgelopen van gemiddeld minder dan 50 per maand in 2020 tot 180 op maandag 2 april 2024. De helft tot drie kwart van de tbs-passanten verblijft binnen het gevangeniswezen in een penitentiair psychiatrisch centrum (PPC).
Het aantal plaatsingen jongvolwassenen in het gevangeniswezen ligt aanzienlijk lager: nul in 2020, gemiddeld 5 per maand in 2021, gemiddeld iets meer dan 2 per maand in 2022 en gemiddeld iets meer dan 8 per maand in 2023. Ik informeer uw Kamer voorafgaand aan het debat op 11 april over de maatregelen capaciteit DJI in een aparte brief uitgebreider over het plaatsen van jongvolwassenen in het gevangeniswezen.
46
Hoeveel tbs-passanten verblijven in het gevangeniswezen?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 45.
47
Was het eerder niet mogelijk om forensische zorg bij forensische zorgaanbieders in te kopen en op die wijze doorstroom te faciliteren?
Antwoord:
De mogelijkheid om gedetineerden door te plaatsen naar forensische zorg is al sinds 1999 in de Penitentiaire beginselenwet geregeld. DJI heeft ook al sinds 2008 inkoopcontracten met verschillende zorgaanbieders in de forensische zorg, ook voor deze doelgroep. Daarnaast wordt met de in de brief van 15 maart jl. geschetste maatregel getracht de doorstroom naar de forensische zorg te verbeteren.
48
Is capaciteitsbehoefte bij andere Rijksonderdelen van invloed geweest op de detentiecapaciteit?
49
Op welke wijze is de capaciteitsbehoefte bij andere Rijksonderdelen van invloed is geweest op de detentiecapaciteit?
Antwoord vraag 48 en 49:
Een causaal verband is lastig vast te stellen. DJI zoekt bij het werven naar vergelijkbare kandidaten als diverse andere organisaties (denk aan de politie, Koninklijke Marechaussee, douane, beveiligingsbedrijven en de zorg). Het is aannemelijk dat de capaciteitsbehoefte bij andere Rijksonderdelen daar ook een rol in speelt. Door de krappe arbeidsmarkt moeten we onder ogen zien dat het – ondanks alle inspanningen – niet overal zal lukken om de huidige arbeidsvraag vanuit DJI in te vullen.
50
Wat zijn de prognoses voor de komende jaren op korte en middellange termijn en kunt u dit aangeven zowel in aantal cellen, aantal gevangenen en in aantallen gevangenispersoneel met een onderverdeling naar benodigde cipiers en overig personeel? Wat betekent de prognose voor de aantallen en wat betekent dit voor de bezetting?
Antwoord:
Het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC) stelt jaarlijks de PMJ-ramingen op. De meest recente ramingen lopen tot en met het jaar 2029. In onderstaande tabel wordt als eerste de benodigde operationele (intramurale) capaciteitsbehoefte (incl. marge van 8,7%) weergegeven (kolom A). In kolom B is de verwachte gemiddelde intramurale gedetineerden bezetting weergegeven. Opgemerkt moet worden dat eventuele pieken niet zichtbaar zijn in een gemiddelde. Kolom C geeft de extra formatie weer ten opzichte van de huidige toegestane formatie binnen divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring van DJI.
A. operationele behoefte |
B. intramurale bezetting |
C. raming extra benodigde formatie |
|
---|---|---|---|
2024 |
10.290 |
9.466 |
nihil |
2025 |
10.487 |
9.648 |
138 |
2026 |
10.541 |
9.697 |
176 |
2027 |
10.587 |
9.740 |
208 |
2028 |
10.665 |
9.811 |
263 |
2029 |
10.699 |
9.843 |
286 |
51
Indien de prognose is dat de bezetting toeneemt, komt dat door de langere duur van de detentie?
Antwoord:
Het WODC is recent gevraagd in beeld te brengen of in de afgelopen jaren sprake is geweest van een toename van de gemiddelde strafduur.6 Dit bleek het geval te zijn bij harddrugsdelicten en delicten tegen het leven. Zoals ik heb aangegeven in mijn brief aan de Tweede Kamer van 15 maart jl. is de verwachting dat de toename van de detentieduur ook de komende periode aan de stijging van de bezetting zal bijdragen.7 Bij het opstellen van de ramingen worden in het PMJ-model echter een groot aantal ontwikkelingen verwerkt: demografische, economische, maatschappelijke, institutionele en strafrechtelijke. Om die reden kunnen de uitkomsten van het PMJ-model, zoals bijvoorbeeld een verwachte stijging van de capaciteitsbehoefte, niet worden gelinkt aan een specifieke bepalende factor. Dit wordt nader toegelicht in het WODC-cahier «Capaciteitsbehoefte Justitiële Ketens» dat jaarlijks met de nieuwe PMJ-ramingen in het voorjaar aan de Tweede Kamer wordt toegezonden.
52
Welk verband is er tussen een toename van celcapaciteit en de Wet Straffen en Beschermen?
Antwoord:
In het kader van de Wet Straffen en Beschermen is de periode van de voorwaardelijke invrijheidsstelling (v.i.) gemaximeerd op twee jaar. Ook is het niet langer mogelijk om het PP en v.i. te stapelen. Daarnaast is het PP verkort van maximaal twee jaar naar maximaal twee maanden. Dit draagt bij aan de toenemende bezetting in het gevangeniswezen. In juni 2021 nog sprake was van circa 460 PP’s is dit aantal afgenomen tot ongeveer 250 in maart 2024. Eind 2024 wordt een aantal van circa 80 PP’s verwacht. Het v.i. effect loopt op van 20 plaatsen over 2024 tot meer dan 100 plaatsen over 2029. Zowel de PP’s als het effect van de v.i. leiden tot een opwaarts effect van de behoefte.
53
Waardoor wordt het huidige capaciteitsprobleem precies veroorzaakt?
Antwoord:
In mijn brieven aan de Tweede Kamer van 26 oktober 2023 en 30 november 2023 heb ik aangegeven dat het steeds lastiger werd om gedetineerden te plaatsen en er een reële kans bestond dat op korte termijn een tekort aan inzetbare capaciteit zou ontstaan in de huizen van bewaring, de reguliere gevangenissen en de afdelingen voor arrestanten.8 Er was voldoende fysieke celcapaciteit beschikbaar, maar door een tekort aan personeel kon deze niet volledig worden ingezet. DJI kampt al langere tijd met een groot aantal vacatures, een hoog ziekteverzuim en een fors uitstroompercentage onder het personeel. Het tekort aan beschikbare plaatsen wordt daarnaast ook veroorzaakt door het feit dat de vrije plaatsen voor een belangrijk deel gesitueerd zijn in de specialistische regimes, zoals de BBA, vrouweninrichtingen, Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC), de TA en de EBI. Daar kunnen geen reguliere gedetineerden of arrestanten worden (bij)geplaatst. Ook de langere strafduur speelt een rol in de bezetting zoals toegelicht in antwoord 51. Daarnaast wacht door plaatsgebrek in de tbs inmiddels een fors aantal tbs-gestelden als passant in het gevangeniswezen op een plek in een Forensische Psychiatrisch Centrum (FPC) en drukt ook het plaatsgebrek bij jeugd op de capaciteit in het gevangeniswezen.
54
In hoeverre waren de oorzaken voorzienbaar?
Antwoord:
De oorzaken van het tekort aan inzetbare capaciteit waren ten dele voorzienbaar. Zoals in het antwoord op vraag 53 aangegeven is de krapte op de arbeidsmarkt hoofdzakelijk de oorzaak van de huidige capaciteitsproblematiek. Daarnaast speelt de stijgende bezetting sinds juni 2023 een rol. Ook wordt de toenemende druk op de tbs en de justitiële jeugdinrichtingen opgevangen door het gevangeniswezen hetgeen ook leidt tot hogere bezetting.
55
Ten aanzien van uitstroom door pensionering, kunt u aangeven om hoeveel mensen dat gaat?
Antwoord:
In 2023 zijn 199 medewerkers bij DJI uitgestroomd als gevolg van het bereiken van de AOW-leeftijd. Daarnaast zijn er ook nog DJI-breed 149 medewerkers met (deeltijd) substantieel bezwarende functies (SB-functies) verlof gegaan voorafgaand aan de definitieve pensioendatum.
56
Waar is het personeel dat is uitgestroomd heen gegaan?
Antwoord:
Waar de medewerkers van DJI naar uitgestroomd zijn is niet volledig herleidbaar, omdat niet elke medewerker deelneemt of deel wil nemen aan de exit-enquête. Op basis van de reacties van de medewerkers die wel meegedaan hebben aan de exit-enquête is te zien dat de medewerkers voor verschillende sectoren kiezen. Zo blijft een groot deel werkzaam binnen het Rijk (21%) en gaat een groot deel naar de gezondheidszorg (31%) en een kleiner deel naar de politie (8%) en Defensie (5%).
57
Kunt u aangeven of gevangenispersoneel is uitgestroomd naar een andere dienst binnen de Rijksoverheid, waaronder bijvoorbeeld ten behoeve van de asielketen?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 56.
58
Hoe groot is het verzuim onder het personeel bij de DJI door de jaren heen?
Antwoord:
Het gemiddelde verzuimpercentage is van 7% in 2020 naar 8,6% in 2022 gestegen. Door de inspanningen op verzuimreductie zien we een voorzichtige dalende trend ontstaan met een gemiddeld verzuimpercentage van 7,6% in 2023.
59
Is dit hoger dan bij andere diensten zoals de douane of de Koninklijke Marechaussee?
Antwoord:
In de jaarrapportage van de Douane uit 2022 staat vermeld dat het verzuimpercentage 7,5% bedraagt. In de jaarrapportage van de politie uit 2022 staat vermeld dat het verzuimpercentage 6,7% bedraagt.
60
Wat wordt gedaan om het verzuim onder het personeel bij de DJI te verlagen?
Antwoord:
Binnen DJI wordt ingezet op het terugdringen van verzuim en het voorkomen van verzuim door het verhogen van vitaliteit en fysieke en mentale weerbaarheid. Enkele concrete voorbeelden hiervan zijn de programma’s «Grip op verzuim», «Vooruit!» en «Professioneel fit». De voorzieningen hierbinnen richten zich op extra ondersteuning aan medewerkers en leidinggevenden door o.a. trainingen, workshops, inzet van HR-professionals en kennisbijeenkomsten. Op basis van beschikbare analyses besluiten vestigingen zelf welke voorzieningen zij nodig hebben. Inzet vindt hierdoor gericht en op maat plaats. Buiten genoemde programma’s lopen vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties binnen dertien inrichtingen pilots met praktijkondersteuners van de bedrijfsarts.
61
In hoeverre heeft afstemming met ketenpartners plaatsgevonden?
Antwoord:
De maatregelen heb ik in nauw overleg met de DJI, het CJIB, de reclassering, de politie en het openbaar ministerie uitgewerkt.
62
Kunt u aangeven hoe de afstemming met de Rechtspraak heeft plaatsgevonden en op welke wijze u rekening heeft gehouden met de door de Rechtspraak gemaakte maatregelen?
Antwoord:
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 61 zijn maatregelen tot stand gekomen in nauwe afstemming met de DJI, het CJIB, de reclassering, de politie en het openbaar ministerie. Alle potentiële maatregelen zijn ook vooraf gedeeld met de rechtspraak. De rechtspraak heeft zich in haar reactie beperkt tot die maatregelen die rechtsreeks de uitspraak van de rechter raken. De rechtspraak heeft aangegeven dat opgelegde straffen conform de wet moeten worden uitgevoerd. Ik heb me bij de maatregelen daarom beperkt tot de bevoegdheid die ik als Minister heb in de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen.
63
Hoeveel externe inhuur van beveiligingspersoneel wordt momenteel ingezet in de DJI?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 29.
64
Kunt u aangeven welke maatregelen u heeft overwogen en wat daarbij de afwegingen waren om bepaalde maatregelen niet in te zetten?
Antwoord:
Zoals ik in mijn brief van 15 maart jl. heb aangegeven heb ik verschillende maatregelen overwogen. Maatregelen die op gespannen voet staan met de drie door mij gehanteerde uitgangspunten zijn daarbij afgevallen. Het gaat om de uitgangspunten veiligheid (van de samenleving, personeel en gedetineerden), de tenuitvoerlegging van rechterlijke vonnissen en uitvoerbaarheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat het in het geheel niet uitvoeren van door de rechter opgelegde gevangenisstraffen of vervangende hechtenis om capaciteit te besparen geen optie is.
Maatregelen die ten koste gaan van de veiligheid van personeel of gedetineerden vallen ook af. Gedacht kan worden aan minder personeel per afdeling, het verder versoberen van het detentieregime (door bijvoorbeeld het dagprogramma in te perken) en het uitbreiden van het plaatsen van meerdere gedetineerden op één cel. Dergelijke maatregelen dragen niet bij aan een goede resocialisatie van gedetineerden – en daarmee de veiligheid van de samenleving. Ook zal het leefklimaat hierdoor zwaar onder druk worden gezet. Daarmee komt de orde en veiligheid in gevaar, wat een negatief effect zal hebben op de werkdruk en welzijn van het personeel. Hierdoor kan het ziekteverzuim toenemen en zal personeel op zoek gaan naar ander werk.
Verder heb ik onderzocht welke mogelijkheden er zijn om gedetineerden in inrichtingen in omringende landen te plaatsen. Dit is in ieder geval voor de komende jaren geen uitvoerbare oplossing.
Deze landen hebben onvoldoende capaciteit om ook Nederlandse gedetineerden te plaatsen. Wel zal ik de komende jaren blijven bezien welke mogelijkheden er zijn om gedetineerden in het buitenland te plaatsen.
65
Kunt u aangeven welk kwantitatief effect u verwacht van de door u te nemen maatregelen?
Antwoord:
In onderstaande tabel uit de brief van 15 maart jl. is de beschikbare en benodigde capaciteit in huizen van bewaring en gevangenissen voor mannelijke volwassen gedetineerden opgenomen. Verder laat de tabel zien hoe de maatregelen het capaciteitstekort als gevolg van te weinig personeel kunnen oplossen.
66
Kunt u toelichten waarom u van mening bent dat het binnen uw bevoegdheid ligt om de maatregel van heenzending met een enkelband op te leggen nadat twee derde deel van de door de rechter opgelegde gevangenisstraf is uitgezeten?
Antwoord:
Het is binnen de kaders van de huidige wet- en regelgeving mogelijk om gedetineerden voorafgaand aan de (voorwaardelijke) invrijheidstelling in aanmerking te laten komen voor verlof. Ik beperk me met deze maatregel daarmee tot mogelijkheden die ik als verantwoordelijk Minister heb. Aan dit verlof kunnen voorwaarden worden verbonden, zoals het moeten dragen van een enkelband. Middels een voorgenomen aanpassing van de Rtvi wordt binnen dit kader een nieuwe verlofvorm geïntroduceerd, het capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht. Ik streef er naar deze regeling in mei in werking te laten treden.
67
Welke selectiecriteria gebruikt u om de daarvoor in aanmerking komende zaken te selecteren? Hoe kijkt u aan tegen de rechtsongelijkheid die door de selectie kan ontstaan? Ziet u een rol voor de rechtspraak bij de selectie van bovenstaande zaken?
Antwoord:
Voor de voorwaarden die gelden voor toekenning van capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht verwijs ik naar mijn antwoord op vraag 19.
Bij de inzet van het capaciteitsverlof wordt maatwerk toegepast. De maatregel is mogelijk gemaakt voor het gehele gevangeniswezen, maar kan ook gericht worden ingezet in alleen die inrichtingen die te kampen hebben met de capaciteitsproblematiek en dan ook alleen gedurende het tijdsbestek dat deze problematiek zich voordoet. Gedetineerden kunnen geen aanspraak maken op deze vorm van verlof. Er is dan ook geen sprake van rechtsongelijkheid die door de selectie kan ontstaan. Ik zie geen rol voor de rechtspraak bij de selectie van zaken, omdat de bevoegdheid om verlof te verlenen niet bij de rechtspraak is belegd en juist de uitvoering in staat is om snel te reageren op capaciteitsproblemen die zich voordoen.
68
Wat gebeurt er met gedetineerden als ook alle politiecellen vol zitten? Hoeveel politiecellen zitten op dit moment vol?
Antwoord:
Een aangehouden veroordeelde mag op grond van artikel 15a van de Penitentiaire beginselwet maximaal tien dagen in een politiecel worden ingesloten in afwachting van plaatsing bij de DJI. Op peildatum 29 maart jl. verbleven 109 aangehouden veroordeelden in een politiecel in afwachting van een plaatsing bij DJI. De politie heeft aan mij aangegeven dat de politiecellen niet zijn ingericht om ingeslotenen langer dan vijf dagen te laten verblijven omdat faciliteiten, zoals die in gevangenissen beschikbaar zijn, ontbreken. De politie ziet dat de aangehouden veroordeelde bij langer verblijf in de politiecel hinderlijk gedrag gaat vertonen en de rust in een cellencomplex verstoord. Ik vind het dan ook noodzakelijk dat een veroordeelde snel naar DJI wordt overgebracht.
Het CJIB monitort het aantal en de duur van het verblijf van de aangehouden veroordeelden in de politiecellen op basis van de door de politie verstrekte informatie. Een veroordeelde verlaat een politiecel indien:
1. De veroordeelde wordt overgeplaatst naar DJI;
2. Als er geen ruimte meer is in de politiecellen en de maximale wettelijke termijn van 10 dagen overschreden dreigt te worden zullen in het uiterste geval gedetineerden heengezonden moeten worden. Bij het heenzenden wordt nadrukkelijk gekeken naar de veroordeelde, de soort zaken en eventuele andere contra-indicaties;
3. De netto restantstraf van een veroordeelde kleiner is dan elf dagen en geheel in een politiecel is uitgezeten.
69
Hoe verhoudt het vervroegd heenzenden van een gedetineerde op de vrijdagen (maximaal drie dagen eerder dan gepland) zich tot het vonnis van een rechter die de betreffende gedetineerde tot de gevangenisstraf heeft veroordeeld? Is hier geen sprake van ondermijning van de rechtspraak? Zo nee, waarom niet?
Antwoord:
Ik beperk me met de maatregelen tot mogelijkheden die ik als verantwoordelijk Minister heb. Straffen die zijn opgelegd door de rechter moeten zo adequaat mogelijk ten uitvoer worden gelegd. De maatregel om gedetineerden vervroegd heen te kunnen zenden is vanwege de acute situatie bij DJI noodzakelijk. Het vervroegd heenzenden was al bekend in de tenuitvoerlegging: de directeur van de inrichting heeft op grond van artikel 2.5. van de Beleidsregels tenuitvoerlegging strafrechtelijke en administratiefrechtelijke beslissingen 2021 een bevoegdheid om een gedetineerde maximaal vier dagen eerder c.q. voor het weekend te ontslaan, in het kader van – kortweg – continuïteit van nazorg. Analoog daaraan worden, als er onvoldoende cellen beschikbaar zijn, gedetineerden incidenteel op vrijdagen heengezonden als zij binnen drie dagen (de daarop volgende zaterdag, zondag en maandag) in vrijheid zouden worden gesteld. Dit gebeurt na een individuele beoordeling door het CJIB waarin het slachtofferbelang, de zorgbehoefte van de gedetineerde en mogelijke maatschappelijke onrust worden meegewogen. Deze acute maatregel is noodzakelijk omdat op de momenten dat het nodig is hiermee cellen vrij kunnen worden gemaakt voor nieuwe instroom, waarover de rechter eveneens tot detentie heeft besloten. Ik streef ernaar deze maatregel zo snel als mogelijk weer te beëindigen. Voor 1 januari 2025 beoordeel ik of verlenging nodig is.
70
Hoe verhoudt elektronisch toezicht aan het einde van de detentieperiode zich tot het vonnis van de rechter die de betreffende gedetineerde de gevangenisstraf heeft opgelegd? Is hier geen sprake van ondermijning van de rechtspraak? Zo nee, waarom niet?
Antwoord:
Nee, hier is geen sprake van ondermijning van de rechtspraak. Het verlenen van verlof voorafgaand aan de (voorwaardelijke) invrijheidstelling is mogelijk binnen de kaders van de huidige wetgeving. De opgelegde detentie loopt ook door gedurende de periode van verlof. In die zin is er geen strijd met de uitspraak van de rechter. Wel geldt dat de detentie daarmee wellicht anders wordt ingevuld dan bij het opleggen van de detentie was verwacht. Vanwege de urgente capaciteitsproblematiek is er voor deze noodoplossing gekozen waarbij voldoende cellen vrijgemaakt kunnen worden voor nieuwe instroom van personen aan wie eveneens een detentie is opgelegd.
71
Dient een door de rechter opgelegde straf niet ten volle te worden uitgevoerd?
Antwoord:
Voor de geloofwaardigheid van ons strafrechtsysteem is het essentieel dat criminaliteit wordt bestraft en opgelegde straffen snel en zeker worden uitgevoerd. Dit draagt niet alleen bij aan de vergelding van onrecht en genoegdoening richting slachtoffers, maar ook aan het voorkomen van nieuwe strafbare feiten en daarmee aan het veiliger maken van ons land. Om dit, gelet op de ontstane situatie, te kunnen blijven realiseren moet de druk op de celcapaciteit direct worden verlaagd. Hiervoor zijn ingrijpende, tijdelijke maatregelen noodzakelijk.
72
Waarom is er gekozen om een deel van de maatregelen te laten lopen tot 1 juli 2024, een ander deel tot 1 januari 2025 en weer andere tot eind 2025? Wat voor argumentatie is er per tijdvak en waarom verschillen de lengtes zo erg onderling?
Antwoord:
Door niet alle arrestanten met een openstaande vrijheidsstraf op te pakken en zelfmelders niet op te roepen wordt de druk op de instroom bij het gevangeniswezen tijdelijk verminderd. Door deze acute maatregelen lopen de voorraden arrestanten en zelfmelders echter op. Deze moeten op een later moment alsnog worden weggewerkt. Daarom is ervoor gekozen om op 1 juli 2024 te beoordelen of deze maatregelen kunnen worden afgeschaald. De derde acute maatregel – het eerder heenzenden van gedetineerden – beoogt de uitstroom te versnellen. Het is alleen mogelijk deze maatregel te beëindigen als de overige in de brief aangekondigde maatregelen zijn ingevoerd en hun beoogde effect (het versnellen van de doorstroom) hebben. Mijn inschatting op basis van de thans bekende informatie is dat dit omslagpunt aan het einde van 2024 is. Daarom bezie ik of op 1 januari 2025 de heenzendmaatregel kan worden beëindigd. De overige maatregelen zien op het optimaliseren van de doorstroom. Deze acht ik langer nodig om een instroom van arrestanten en zelfmelders mogelijk te maken, waarmee de voorraden weer op het oude niveau kunnen worden gebracht. Daarom is de einddatum van die maatregelen op eind 2025 gezet. Hierbij merk ik nog op dat de genoemde termijn zijn gerelateerd aan de thans bekende prognoses. De maatregelen worden nauwgezet gevolgd. Waar mogelijk zullen ze eerder worden beëindigd.
73
Is het gezien het PMJ en de ramingen van de DJI realistisch om op 1 juli 2024 te beoordelen of de maatregelen nog nodig zijn, aangezien de prognoses een verdere toename van de vraag aan celcapaciteit laten zien? Heeft u een realistische inschatting tot wanneer deze maatregelen nodig zullen zijn gezien de prognosemodellen en ramingen?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 72.
74
Komt de wijziging van artikel 20ab Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (Rtvi) nog langs de Kamer?
Antwoord:
De Rtvi betreft onderliggende regelgeving, wijzigingen hierop worden niet aan de Kamer voorgelegd. In mijn brief van 15 maart jl. heb ik reeds aangegeven op welke punten ik tijdelijke wijzigingen op de Rtvi noodzakelijk acht. Deze wijzigingen heb ik inmiddels voorgelegd aan de RSJ. Nadat ik advies van de RSJ heb ontvangen, wordt dit advies, evenals de concept-wijziging van de de Rtvi die aan de RSJ is voorgelegd, door de RSJ openbaar gemaakt. De gewijzigde Rtvi, met als onderdeel daarvan de toelichting op de wijze waarop ik ben omgegaan met het advies van de RSJ, wordt gepubliceerd in de Staatscourant.
75
Welke gedetineerden komen in aanmerking om sneller op de BBA geplaatst te worden? Aangezien deze gedetineerden overdag buiten de muren zullen zijn, zal dit waarschijnlijk niet voor alle gedetineerden mogelijk zijn? Welke groepen komen hier wel voor in aanmerking en welke niet?
Antwoord:
Zie het antwoord op vraag 9.
76
Waarom is niet eerder ingezet op een betere doorstroming van gedetineerden met een zorgvraag met een laag veiligheidsrisico naar forensische zorg? Hoe kan het dat dit nu wel ineens mogelijk is?
Antwoord:
Zoals toegelicht bij de beantwoording van vraag 47, is de mogelijkheid om gedetineerden door te plaatsen naar de forensische zorg al een lange tijd in de wet geregeld. In het rapport van Significant van 3 november jl. is geconcludeerd dat het aantal doorplaatsingen naar de forensische zorg de laatste jaren is afgenomen, of dat de uitplaatsing pas op een later moment plaatsvindt dan wenselijk is wordt vormgegeven. Het rapport concludeert dat dit o.a. komt door ingevoerde maatregelen in 2019 die de werkprocessen inefficiënter hebben gemaakt. Zoals ik uw Kamer al informeerde in mijn voortgangsbrief van 31 januari dit jaar, ben ik bezig om deze processen efficiënter in te richten.9
77
In hoeverre zal een verbeterde doorstoom naar forensische zorg een verbeterde doorstoom van tbs naar forensische zorg in de weg zitten?
Antwoord:
Het is van belang dat tbs-gestelden die in tbs-klinieken op het hoogste beveiligingsniveau verblijven kunnen doorstromen wanneer dat verantwoord is en wanneer een passende vervolgplek beschikbaar is. Datzelfde geldt voor gedetineerden met een forensische zorgvraag. Momenteel wordt bekeken welke doelgroepen binnen de tbs en binnen het gevangeniswezen door zouden kunnen stromen.
Zorgaanbieders hebben bij mijn ministerie aangegeven dat op de lagere beveiligingsniveaus capaciteit beschikbaar is. Daarom wordt tegelijkertijd in kaart gebracht waar die plekken daadwerkelijk beschikbaar zijn dan wel beschikbaar kunnen worden gemaakt.
DJI bekijkt welke gedetineerde waar het best geplaatst kan worden. Dat betreft altijd maatwerk, waarbij goed gekeken wordt naar zowel de zorg- als de beveiligingsbehoefte van de gedetineerde. Het is mogelijk dat tbs-gestelden naar dezelfde of vergelijkbare plekken door kunnen stromen als gedetineerden. In theorie kan de doorstroom van de ene groep dus de doorstroom van de andere groep in de weg zitten. Per geval zal dan een afweging gemaakt worden tussen de verschillende belangen van plaatsing. Zo kan het in het belang van de maatschappelijke veiligheid passend zijn iemand eerder te plaatsen die anders op vrije voeten gesteld wordt, in geval van een voorwaardelijk strafdeel. In andere gevallen kan het passender zijn om een tbs-passant eerder te plaatsen vanwege diens rechten.
78
Wie zal de controles die gaan plaatsvinden op de strikte voorwaarden waaronder gedetineerden het restant van hun straf bij elektronisch toezicht thuis mogen uitzitten uitvoeren? Is daar wel voldoende personeel voor, gezien het personeelstekort in de sector?
Antwoord:
Bij de controle op de voorwaarden zullen zowel de reclassering als DJI een rol spelen. Tussen de betrokken partijen wordt momenteel nog nader uitgewerkt wie precies waarvoor verantwoordelijk is. Bij elektronisch toezicht zitten gedetineerden het restant van hun straf in principe thuis uit en dienen zij te voldoen aan strikte voorwaarden. Dit zal bijvoorbeeld gaan om regels voor het naar buiten mogen en een verbod op middelengebruik. Op deze voorwaarden zal controle plaatsvinden. Gedetineerden met elektronisch toezicht van acht weken of langer kunnen op basis van het advies van de reclassering daarnaast mogelijk een gericht re-integratieprogramma volgen, zoals arbeid, zorg of trainingen. Daarbij wordt ook gekeken naar de noodzaak tot gebiedsverboden met het oog op de belangen van slachtoffers en nabestaanden. DJI en de reclassering verwachten voldoende personeel in te kunnen zetten om aan de taken invulling te geven die zullen zijn gemoeid met het capaciteitsverlof.
79
Hoe kunnen de twee tijdsperiodes samengaan waarin de maatregel waarbij de tijdelijke mogelijkheid van elektronisch toezicht wordt vastgelegd naar verwachting vanaf mei 2024 in werking treedt en het wetsvoorstel waarmee het onttrekken aan elektronisch toezicht strafbaar wordt gesteld pas in de zomer in consultatie gaat? Is het onttrekken aan elektronisch toezicht vanaf mei dan niet strafbaar, totdat de wet is aangenomen?
Antwoord:
Het wetsvoorstel waarmee het onttrekken aan elektronisch toezicht strafbaar kan worden gesteld, wordt momenteel voorbereid. Als de betreffende tijdelijke maatregel in werking treedt is het onttrekken aan elektronisch toezicht niet strafbaar. Indien iemand zich onttrekt aan elektronisch toezicht wordt de persoon zo snel mogelijk opgespoord en teruggeplaatst in detentie.
80
Is er, met de huidige problematiek met de woningmarkt, voldoende huisvesting om gedetineerden het restant van hun straf thuis uit te laten zitten? Zijn er bijvoorbeeld voldoende plekken voor beschermd wonen, want ook daar is woonproblematiek en zijn er wachtlijsten? Waarop is de inschatting gebaseerd dat er voldoende huisvesting is om deze maatregel uit te voeren?
Antwoord:
Een voorwaarde voor het capaciteitsverlof onder elektronisch toezicht is het hebben van een vaste verblijfplaats. Het niet hebben van een vaste verblijfplaats geldt als contra-indicatie. Er zal ook worden gekeken naar mogelijkheden voor het benutten van plaatsen in het beschermd wonen. Die zijn ook ingekocht door DJI, maar ik ben mij bewust van de beperkte hoeveelheid plekken.
81
Is er voldoende personeel voor de mogelijkheid om taakgestraften met forse problematiek met meer persoonlijke aandacht te begeleiden, gezien de personeelstekorten in de sector?
Antwoord:
De reclassering begeleidt taakgestraften met forse problematiek (vaak een combinatie van psychiatrie, verslaving en een licht verstandelijke beperking) momenteel al met meer persoonlijke aandacht en heeft hier capaciteit voor. Zo krijgen taakgestraften in de pilot «Taakstraf met zorg» extra steun en begeleiding bij het succesvol afronden van hun taakstraf. In deze pilot wordt er ook naar gestreefd om taakgestraften met forse problematiek na afronding van hun taakstraf warm over te dragen naar organisaties binnen het sociaal domein, om toekomstig overlast gevend gedrag zoveel mogelijk te verminderen. Daarnaast ben ik in gesprek met de reclassering over de ontwikkeling van een pilot voor een taakstraf met leerelementen. Hierbij worden taakgestraften tijdens de uitvoering van hun taakstraf ondersteund bij het vinden van een zinvolle dagbesteding/betaald werk.
De reclassering heeft aangegeven op dit moment geen personeelstekort te hebben en dat zij invulling kunnen geven aan deze extra werkzaamheden.
82
Waarop zijn de schattingen gebaseerd over hoeveel capaciteit de maatregelen gaan opleveren? Is er een onderliggende berekening?
Antwoord:
In het gevangeniswezen wordt gebruikt gemaakt van het registratiesysteem TULP. Hierin wordt onder andere informatie opgeslagen als de duur van de detentie, welke verblijfstitel (verdacht, veroordeeld) en welk delict.
Op basis van in 2023 uitgestroomde gedetineerden kan al naar gelang de vraagstelling bepaald worden welk capaciteitsbeslag ermee gemoeid is.
De schattingen over hoeveel capaciteit de maatregelen opleveren zijn gebaseerd op basis van het jaar 2023. Hiermee kan dus geen garantie worden afgegeven dat hetzelfde voor 2024 precies zo gaat gelden.
83
Gaat er ooit een moment komen, bijvoorbeeld als de nu genomen maatregelen onvoldoende helpen, dat de afgevallen maatregelen toch in beeld komen? Of zullen die nooit een optie zijn vanwege andere redenen?
Antwoord:
De in de brief aangekondigde maatregelen zijn acuut en noodzakelijk, maar bieden geen structurele oplossing. Voor de lange termijn werk ik verschillende scenario’s voor het gevangeniswezen uit. Aan de hand van de deze scenario’s verken ik de noodzaak, wenselijkheid en haalbaarheid van verschillende nieuwe structurele oplossingen en uitbreiding van de fysieke capaciteit op de lange termijn. Te denken valt aan de ontwikkeling van innovatieve concepten die minder arbeidsintensief zijn.
Verzoek VKC Uitermark:
Daarbij wil ik de Minister vragen om ter voorbereiding op dat debat een brief naar de Kamer te sturen met precieze informatie over de celbezetting door het jaar heen en over de aantallen cipiers die per gevangenis tekort zijn, en met een toelichting op de vraag welk deel van het tekort voorzienbaar was door pensionering en welk deel anderszins is veroorzaakt, door ontslag, ziekte, schorsing of andere redenen.
Antwoord:
De tekorten aan celcapaciteit binnen het gevangeniswezen concentreren zich in de volgende regiems: Huis van bewaring (HvB), Gevangenis regulier en Gevangenis arrestanten. In de meer bijzondere regiems, zoals de EBI, de TA, Beheersproblematische gedetineerden (BPG) etc. is regelmatig sprake van leegstand van een deel van de cellen. Deze leegstand is echter niet bruikbaar voor reguliere gedetineerden.
Onderstaande grafiek geeft het verloop van de gedetineerdenbezetting weer op de volgende regiems: Huis van bewaring (HvB), Gevangenis regulier en Gevangenis arrestanten.
N.b.: het gaat over bruikbare capaciteit, dus exclusief de plaatsen die (tijdelijk) niet bruikbaar zijn o.a. vanwege calamiteiten, verbouwingen, personeelstekorten en contra-indicaties. Die maken allemaal géén deel meer uit van de zwarte lijn.
Onderstaande grafiek geeft de formatie en bezetting (incl. externe inhuur) van divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring van DJI.
Onderstaande tabel geeft formatie en bezetting weer van de vestigingen van de divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring van DJI, peildatum februari 2024. Uit veiligheidsoverwegingen heb ik de namen van de vestigingen geanonimiseerd.
De inhuur externen binnen het Gevangeniswezen kan op een aantal zaken betrekking hebben: inhuur beveiligingspersoneel bij de Dienst vervoer en Ondersteuning (DV&O) van DJI zelf. Dat is voor een vestiging externe inhuur, maar voor DJI als geheel niet. verder gaat het om de inhuur van beveiligers bij particuliere beveiligingsorganisaties via een mantelovereenkomst en de inhuur van zorgpersoneel, zoals verpleegkundigen.
Welk deel van het tekort was voorzienbaar door pensionering en welk deel anderszins is veroorzaakt, door ontslag, ziekte, schorsing of andere redenen?
Antwoord:
Deze informatie wordt niet op vestigingsniveau geregistreerd. De gegevens hieronder heeft dan ook betrekking op DJI als geheel. Dit gaat dus om een groter bereik dan alleen de Divisie Gevangeniswezen en Vreemdelingenbewaring.
Boone, M., Althoff, M., Koenraadt, F., & Timp, I. (2016). Het leefklimaat in justitiële inrichtingen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-24587-939.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.