24 493 (R1557) Voornemen tot verlenging van verdragen

AM/ Nr. 57 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 12 februari 2014.

De wens dat één of meer van deze verdragen aan de goedkeuring van de Staten-Generaal zal worden onderworpen kan door of namens een van de Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 14 maart 2014.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 februari 2014

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 9 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, en met het oog op artikel 7, onderdeel e, van die Rijkswet, heb ik de eer u mede te delen dat de regering het voornemen heeft om over te gaan tot verlenging van het volgende verdrag:

Notawisseling houdende een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Uganda betreffende de status van personeel van het Ministerie van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden, dat aanwezig zal zijn op het grondgebied van de Republiek Uganda voor militaire trainings- en opleidingsactiviteiten; Kampala, 18 september 2012 (Trb.  20, 191). Dit verdrag, dat al eenmaal eerder is verlengd, wordt verlengd met een jaar tot 18 september 2015.

Met de verlenging wordt een periode overbrugd tot de afsluiting van een meerjarig verdrag met dezelfde strekking waarover de onderhandelingen thans worden opgestart. Dit meerjarige verdrag zal parlementaire goedkeuring behoeven.

Voor wat het Koninkrijk betreft, geldt het te verlengen verdrag alleen voor het Europese deel van Nederland. Het verdrag behoefde destijds op grond van artikel 7, onderdeel c, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Naar boven