24 226
Vaststelling van ruimere regels met betrekking tot de openingstijden van winkels (Winkeltijdenwet)

nr. 12
AMENDEMENTEN VAN HET LID VAN ZUIJLEN

Ontvangen 22 november 1995

De ondergetekende stelt de volgende amendementen voor:

I

Na artikel 2 worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

1. De gemeenteraad kan voor ten hoogste twaalf door hem aan te wijzen dagen per kalenderjaar vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag. De beperking tot twaalf dagen per kalenderjaar geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

2. De gemeenteraad kan, al dan niet onder het stellen van regels, de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid overdragen aan burgemeester en wethouders.

3. De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in het eerste lid bedoelde verboden of aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in die verordening aan te wijzen, en met inachtneming van de daarin gestelde regels op een daartoe strekkende aanvraag ontheffing van die verboden te verlenen ten behoeve van:

a. op de betrokken gemeente of een deel daarvan gericht toerisme, mits de aantrekkingskracht voor dat toerisme geheel of nagenoeg geheel is gelegen buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling of ontheffing mogelijk worden gemaakt;

b. grensoverschrijdend verkeer, mits de vrijstelling of ontheffing slechts betrekking heeft op handelingen die plaatsvinden in de nabijheid van grensovergangen langs daarop aansluitende doorgaande wegen.

4. Voorts kan de gemeenteraad bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen op een daartoe strekkende aanvraag en met inachtneming van de in die verordening gestelde regels ontheffing te verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b, vervatte verboden, voor zover het winkels betreft die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde dagen tussen 0 uur en 16 uur, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren plegen te worden verkocht met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet. De verordening bepaalt in ieder geval het aantal winkels waarvoor in de gemeente ontheffing kan worden verleend. Dit aantal kan ten hoogste één winkel per 15 000 inwoners van de gemeente zijn of, indien het inwonertal lager is dan 15 000, één winkel.

5. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 2b

1. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling van de in artikel 2 vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag, verlenen op grond van plotseling opkomende bijzondere omstandigheden.

2. Zij kunnen in door de gemeenteraad bij verordening aangewezen gevallen ontheffing verlenen van de in het eerste lid bedoelde verboden ten behoeve van bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard en ten behoeve van het uitstallen van goederen.

3. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 2c

1. Bij algemene maatregel van bestuur kan vrijstelling van de in artikel 2 vervatte verboden voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag worden verleend. Bij een zodanige maatregel kan de gemeenteraad de bevoegdheid worden verleend om, indien naar zijn oordeel plaatselijke omstandigheden daartoe aanleiding geven, bij verordening te bepalen dat een vrijstelling voor de betrokken gemeente of een of meer delen daarvan niet geldt.

2. Bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, kan aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid worden verleend om met inachtneming van de in die maatregel gestelde regels in aanvulling op een vrijstelling op een daartoe strekkende aanvraag ontheffing te verlenen van de in het eerste lid bedoelde verboden.

3. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

II

Aan artikel 4, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een komma, toegevoegd: voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.

III

In artikel 5 wordt na «de in artikel 2 vervatte verboden» ingevoegd: , voor zover deze betrekking hebben op werkdagen,.

IV

In artikel 9 wordt na «2,» ingevoegd: 2a, vijfde lid, 2b, derde lid, 2c, derde lid,.

Toelichting

Dit amendement beperkt het aantal zondagen dat winkels (en andere vormen van detailhandel) geopend mogen zijn tot twaalf.

Door dit amendement wil de indiener bewerkstelligen dat de zondag gehandhaafd blijft als rustdag. De zondag heeft in de Nederlandse cultuur een specifieke functie en op dit punt dient de rijksoverheid daarom regels te stellen. Met de mogelijkheid van de uitbreiding van 8 naar 12 zondagen komen de indieners tegelijkertijd enigszins tegemoet aan de wensen van consumenten om zelf te kunnen beslissen wanneer zij boodschappen doen en krijgen ondernemers de mogelijkheid daar al dan niet op in te spelen.

Afgezien van het aantal zon- en feestdagen wordt voor deze dagen in grote lijnen het huidige regime van artikel 9, 10 en 11 van de Winkelsluitingswet gevolgd. Op enkele punten wordt van dit regime afgeweken:

a. Het aantal van twaalf dagen geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk. Onder het huidige regime kunnen maar twee zon- en feestdagen worden aangewezen voor afzonderlijke delen van de gemeenten.

b. Er worden uitsluitend voor de zon- en feestdagen avondwinkels mogelijk gemaakt. Deze winkels hebben door de week niet de beperking dat ze tot 16.00 uur dicht moeten zijn. Voor opening op avonden door de week na 22.00 uur hebben zij een vrijstelling of ontheffing van de gemeente nodig.

c. Het regime voor gemeentelijke ontheffingen wordt geregeld conform de uitkomsten van de D'experimenten. Dit betekent dat de gemeenteraad bij verordening kan bepalen in welke gevallen B&W ontheffingen kunnen verlenen. De beslissingen liggen dus geheel bij de gemeenten, zij het dat de wet aangeeft dat de gemeenteraad hiertoe alleen bevoegd is als het gaat om bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard en ten behoeve van het uitstallen van goederen.

In de voorgestelde opzet zijn de artikelen 2a, 2b, 2c en 3 beperkt tot zon- en feestdagen en de artikelen 4, 5 en 6 tot werkdagen.

Van Zuijlen

Naar boven