24 170 Gehandicaptenbeleid

32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid

Nr. 233 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 2020

Met deze brief bied ik u het eerste deel van het onderzoek «Toegankelijkheid van culturele instellingen voor mensen met een beperking» aan (fase 1)1. Het onderzoek geeft uitvoering aan de motie van de leden Ellemeet en Asscher waarin zij de regering verzochten te onderzoeken hoe het gesteld is met de toegankelijkheid van cultuurinstellingen en wat mogelijke belemmeringen zijn voor mensen met een beperking.2

Fase 1 van het onderzoek betreft een inventarisatie van relevante literatuur. Het geeft inzicht in mogelijke belemmeringen voor mensen met een beperking bij een bezoek aan een culturele instelling of bij het beoefenen van cultuur. Dit varieert van incomplete of ontoegankelijke informatie op een website tot niet goed verstaanbare keuzemenu’s bij telefonisch contact in de oriëntatiefase. Ook de vormgeving van een parkeerplaats of de ingang van een culturele instelling kan een drempel vormen. Daarnaast is de inrichting van een culturele instelling niet altijd toegankelijk vormgegeven. Voorbeelden omvatten moeilijk vindbare toiletten, gebrek aan ondertiteling, het ontbreken van voelreplica’s of de afwezigheid van goede akoestiek. Verder komt uit het onderzoek naar voren dat het contact met medewerkers van culturele instellingen een mogelijke belemmering kan zijn. Zo zijn medewerkers van culturele instellingen soms niet op de hoogte van de aanwezige voorzieningen of zich niet bewust van de behoeften van mensen met een beperking.

Goede praktijkvoorbeelden die de onderzoekers in de literatuur hebben gevonden zijn onder andere te vinden in het Van Abbemusem, Tropenmuseum Amsterdam, Van Gogh museum, Kiem Theater en Misiconi dance company. Ook de rondleiding door de Tweede Kamer door de Stichting Geluid in Zicht wordt genoemd in het rapport. Om de toegankelijkheid bij culturele instellingen te bevorderen, kunnen ondersteunende organisaties zoals Wat telt! en Studio I een rol spelen.

Afronding van fase 2 van het onderzoek, waarin de ervaringen van zowel mensen met een beperking als van culturele instellingen worden onderzocht door middel van interviews en klantreizen, staat gepland voor eind september 2020. Een rapportage van deze tweede fase van het onderzoek zal ik u samen met een beleidsreactie toesturen zodra deze gereed zijn.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Kamerstuk 35 300 VIII, nr. 94.

Naar boven