Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 september 2020
In het debat op 6 februari jl. over mogelijke spionage door Huawei in Nederland en
de veiling van 5G-frequenties (Handelingen II 2019/20, nr. 51, item 8) spraken wij met elkaar over de vertrouwelijkheid van informatie, specifiek als het
gaat om de maatregelen voor de veiligheid en integriteit van de telecomnetwerken.
Uw Kamer heeft aangegeven behoefte te hebben aan nadere informatie over deze maatregelen
om uw democratische controle goed uit te kunnen voeren. Deze informatie is deels vertrouwelijk
en kan niet publiekelijk gedeeld worden. Ik heb u een brief toegezegd over hoe ik
uw Kamer kan informeren, vertrouwelijk of openbaar, zodat democratische controle kan
plaatsvinden. Hierbij doe ik deze toezegging, mede namens de Staatssecretaris van
Economische Zaken en Klimaat, gestand.
Vertrouwelijke briefings
Uitgangspunt is dat over de maatregelen voor de veiligheid en integriteit van de telecomnetwerken
de Kamer waar mogelijk openbaar wordt geïnformeerd. Wanneer dit niet kan vanwege de
vertrouwelijkheid of rubricering van de informatie, krijgt u vertrouwelijk inzage
in stukken of wordt u geïnformeerd met een vertrouwelijke briefing. In de afgelopen
periode hebben twee vertrouwelijke briefings plaatsgevonden over de maatregelen in
de telecomsector. Voor beide briefings zijn alle leden van de commissies van JenV
en EZK uitgenodigd.
Allereerst heeft op 25 juni 2019 een vertrouwelijke technische briefing plaatsgevonden
over de uitkomsten van de Taskforce Economische Veiligheid. U heeft inzage gekregen
in het gerubriceerde rapport van de Taskforce en een toelichting gekregen op de werkwijze
van de Taskforce, de dreiging en de maatregelen. Het rapport en de informatie in de
briefing was gerubriceerd vanwege risico’s voor de nationale veiligheid en bedrijfsvertrouwelijkheid
en kon daardoor niet openlijk gedeeld worden. Op 4 juli 2019 vond een (openbaar) plenair
debat plaats over dit onderwerp (Handelingen II 2018/19, nr. 102, item 40).
Op 26 november 2019 bent u vertrouwelijk gebrieft over de (toen nog) concept algemene
maatregel van bestuur «Besluit veiligheid en integriteit telecommunicatie». De reden
dat deze briefing vertrouwelijk plaatsvond, was dat de hiervoor genoemde ontwerp-AMvB
op grond van artikel 26, tweede lid, van de Wet op de Raad van State vertrouwelijk
is tot het moment van afkondiging, oftewel de publicatie van de AMvB in het Staatsblad.
Deze AMvB is op 5 december 2019 gepubliceerd in het Staatsblad.1
Op 3 september 2020 vindt op uw verzoek een vertrouwelijke technische briefing plaats
inzake de uitvoering van het Besluit Veiligheid en integriteit telecommunicatie en
de veiligheidsaspecten rondom de uitrol van 5G. Gezien de noodzakelijke vertrouwelijkheid
en rubricering van de briefing (staatsgeheim confidentieel) wil ik uw leden verzoeken
geen elektronische apparaten mee te nemen. Ik wijs u op het feit dat schending van
een staatsgeheim strafbaar is gesteld.2
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus