23 908 (R1519) Voornemen tot het sluiten van uitvoeringsverdragen

BM/ Nr. 125 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 4 april 2016.

De wens dat het verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal wordt onderworpen kan door of namens één van de Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 4 mei 2016.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 april 2016

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 8 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, en met het oog op artikel 7, onderdeel b, van die Rijkswet, heb ik de eer mede te delen dat de regering het voornemen heeft om over te gaan tot het sluiten van het volgende uitvoeringsverdrag.

Het verdrag is ter uitvoering van artikel 23 (Ondersteuning bij repatriërings-maatregelen), artikel 28 (Gebruik van bewapening, munitie en uitrusting) en artikel 44 (Uitvoeringsafspraken) van het op 27 mei 2005 te Prüm tot stand gekomen Verdrag inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van het terrorisme, de grensoverschrijdende criminaliteit en de illegale migratie (Trb. 2005, nr. 197).

Het verdrag vormt de juridische basis voor een bestaande praktijk. Het bevat administratieve en praktische uitvoeringsafspraken tussen België, Nederland en Luxemburg over de repatriëring van vreemdelingen.

Het verdrag legt een heldere en eenduidige procedure vast met betrekking tot het vervoer, de begeleiding en de ondersteuning bij de presentatie op, en de verwijdering of de doorgeleiding van vreemdelingen over het grondgebied van de Benelux-landen. Het gaat voor Nederland met name om het vervoer van vreemdelingen die worden gepresenteerd aan ambassades of consulaten in Brussel die tevens zijn geaccrediteerd voor Nederland en om het vervoer van vreemdelingen die verwijderd worden via de nationale luchthaven van België.

Wat het Koninkrijk betreft, zal het verdrag alleen voor het Europese deel van Nederland gelden.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

Naar boven