22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 2790 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 april 2019

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken verzoekt een nadere duiding en actualisering van de positionering van de lidstaten te geven ten aanzien van de dossiers in het overzicht van EU-wetgevingsdossiers BZK 1e kwartaal 2019 (Kamerstuk 22 112, nr. 2779) en ten aanzien van het dossier «zomertijd-wintertijd».

In mijn brief van 27 maart jl. (Kamerstuk 35 066, nr. 6) heb ik u geïnformeerd over de stand van zaken t.a.v. het EU-voorstel: Richtlijn van het Europees parlement en de Raad betreffende het einde van de omschakeling tussen winter- en zomertijd en tot intrekking van Richtlijn 2000/84/EG COM (2018) 639 (Kamerstuk 35 066, nr. 6).

Als onderdeel van de afspraken inzake de EU-informatievoorziening, informeren de ministeries per kwartaal over de stand van zaken in de onderhandelingen over de EU-wetgevingsdossiers waarvoor zij verantwoordelijk zijn1. In de geannoteerde agenda van de Raad waar het betreffende voorstel wordt besproken, wordt het actuele krachtenveld op hoofdlijnen beschreven. Deze geannoteerde agenda bevat tevens de positie van het Europees parlement en het verdere tijdspad van de onderhandelingen.

Ten aanzien van het informeren over individuele posities van lidstaten, voor zover deze niet openbaar zijn, is het kabinet uiterst terughoudend. Zoals mijn voorganger uw Kamer eerder heeft toegelicht, zou het de Nederlandse positie schaden wanneer er vanuit gegaan moet worden dat deze informatie in Nederland openbaar gemaakt zal worden2. Ook zou dit de noodzakelijke vertrouwelijkheid en effectiviteit van het onderhandelingsproces en de informatie-uitwisseling in het diplomatieke verkeer ondermijnen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Zie Kamerstuk (Kamerstuk 22 112, nr. 2661): Kamerbrief inzake nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie van de Minister van Buitenlandse Zaken.

X Noot
2

Zie ook Kamerstuk (Kamerstuk 34 023, nr. 9): Kamerbrief inzake Goedkeuring van het op 26 mei 2014 te Brussel tot stand gekomen Besluit van de Raad van de Europese Unie betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie (Trb. 2014, nr. 157) van de Ministers van Buitenlandse Zaken en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de vraag hoe om te gaan met verzoeken van de Kamer tot openbaarmaking van stukken die onderdeel uitmaken van het diplomatieke verkeer en over correspondentie met de Europese Commissie in het bijzonder.

Naar boven