22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1894 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 september 2014

Overeenkomstig de bestaande afspraken ontvangt u hierbij vier fiches, die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Richtlijn verspreiding gegevens van aardobservatiesatellieten voor commerciële doeleinden (Kamerstuk 22 112, nr. 1892)

Fiche 2: Besluit opvolger programma interoperabiliteitoplossingen voor Europese overheidsorganisaties (ISA²) (Kamerstuk 22 112, nr. 1893)

Fiche 3: Verordening statistiek betalingsbalans, internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen

Fiche 4: Aanpassing Dublin-verordening (Kamerstuk 22 112, nr. 1895)

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Fiche: Verordening statistiek betalingsbalans, internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen.

1. Algemene gegevens

  • a) Titel voorstel

    Voorstel voor een Verordening van het Europees parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 184/2005 betreffende de communautaire statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen wat betreft de toekenning van gedelegeerde en uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie voor het vaststellen van bepaalde maatregelen.

  • b) Datum ontvangst Commissiedocument

    26 juni 2014.

  • c) Nr. Commissiedocument

    COM(2014) 379.

  • d) Pre-lex

    http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2014:0379:FIN:NL:PDF.

  • e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board

    Niet opgesteld.

  • f) Behandelingstraject Raad

    Ecofin Raad.

  • g) Eerstverantwoordelijk ministerie

    Ministerie van Economische Zaken/Centraal Bureau voor de Statistiek.

  • h) Rechtsbasis

    Artikel 338, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

  • i) besluitvormingsprocedure Raad

    Gekwalificeerde meerderheid Raad.

  • j) rol Europees parlement

    Medebeslissingsrecht Europees parlement.

2. Essentie voorstel

– Inhoud voorstel

Het onderhavige voorstel voorziet in een wijziging van de bestaande Verordening (EG) nr. 184/20051 en beoogt deze in overeenstemming te brengen met het nieuwe institutionele kader van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Dit geldt in het bijzonder voor de vaststelling van gedelegeerde handelingen (artikel 290) en uitvoeringshandelingen (artikel 291). Met dit voorstel komt de Commissie tegemoet aan haar afspraak om alle bepalingen die verwijzen naar de regelgevingsprocedure met toetsing te verwijderen.

Het voorstel voorziet in een toevoeging van een nieuw lid onder artikel 2. Hiermee krijgt de Commissie de bevoegdheid om voor onbepaalde tijd gedelegeerde handelingen vast te stellen.

De gedelegeerde handelingen hebben betrekking op de aanpassing van de bijlagen I en II. Het gaat hierbij om de aanpassing van de gehele inhoud en de reikwijdte van de gegevensverzamelingen, de termijnen voor indiening van de statistische gegevens aan de Commissie (Eurostat) en de definities ten aanzien van de statistieken over de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en de buitenlandse directe investeringen.

Het voorstel voorziet eveneens in uitvoeringshandelingen. De Commissie krijgt de bevoegdheid om op basis van artikel 11 door middel van de onderzoeksprocedure uitvoeringshandelingen vast te stellen. Het gaat hierbij om gemeenschappelijke regels voor de kwaliteitsnormen. Deze zijn nodig om te garanderen dat er statistische gegevens van goede kwaliteit worden geproduceerd. De Commissie krijgt verder de bevoegdheid door middel van de onderzoeksprocedure uitvoeringshandelingen vast te stellen voor de inhoud en de frequentie van de aan Eurostat te leveren kwaliteitsrapporten. In dit geval wordt de Commissie bijgestaan door het Comité voor het Europees Statistisch Systeem.

Het onderhavige voorstel heeft verder tot doel het stroomlijnen van de verschillende bestaande comitologiecomités binnen het Europees Statistisch Systeem (ESS). Het in 2009 opgerichte Comité voor het Europees Statistisch Systeem wordt gezien als het overkoepelende comité dat de Commissie ondersteunt bij de uitoefening van haar uitvoeringsbevoegdheden op het merendeel van de statistische terreinen. Op dit moment zijn de statistieken betreffende de betalingsbalans, internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen hiervan uitgesloten. Op deze terreinen wordt de Commissie bijgestaan door het Betalingsbalanscomité2. In het kader van het stroomlijnen van de Comités binnen het ESS, stelt de Commissie voor de verwijzingen in Verordening (EG) nr. 184/2005 naar het Betalingsbalanscomité te vervangen door te verwijzen naar het Comité voor het Europees Statistisch Systeem (ESS-comité). In het ESS-comité zijn de Nationale Centrale Banken niet vertegenwoordigd.

b) Impact assessment

Niet uitgevoerd.

3. Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel

  • a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein

    Nederland erkent het belang dat de nog functionerende regelgevende procedure met toetsing (PRAC)3 dient te worden aangepast aan het nieuwe institutionele kader van het VWEU. Nederland is echter geen voorstander dat de regelgevende procedure met toetsing automatisch wordt omgezet naar gedelegeerde handelingen en dat de bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie voor onbepaalde tijd wordt verleend. De aanpassing van elke bestaande wetgevingshandeling aan het nieuwe institutionele kader dient volgens Nederland per geval te worden beoordeeld. Daarnaast dient per wetgevingshandeling te worden beoordeeld of alternatieven gewenst zijn zoals een gedelegeerde handeling met andere modaliteiten, een uitvoeringshandeling of vaststelling in de wetgevingshandeling zelf.

  • b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel

    Nederland kan instemmen met de door de Commissie voorgestelde bevoegdheid om uitvoeringshandelingen vast te stellen, aangezien het een technische uitvoering van de verordening betreft, waarbij de Commissie goed het initiatief kan nemen.

    Nederland kan niet akkoord gaan met de huidige voorstellen ten aanzien van de bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie om voor onbepaalde tijd gedelegeerde handelingen vast te stellen. Er is bij dit voorstel sprake van een automatische omzetting van de regelgevende procedure met toetsing naar gedelegeerde handelingen. De voorstellen waarmee de inhoud van de bijlagen van de verordening door middel van gedelegeerde handelingen kan worden aangepast gaan Nederland te ver. Nederland beoordeelt de reikwijdte van de bevoegdheidsdelegatie te ruim. De voorgestelde bevoegdheidsdelegatie kan gelet op de aard en inhoud en impact van de maatregelen leiden tot additionele lasten voor respondenten en kosten voor het nationale en Europese statistisch systeem. Tevens bevatten de bijlagen binnen het domein van de Europese statistiek ook essentiële onderdelen, zoals definities, frequenties en kenmerken. Essentiële onderdelen van de wetgevingshandeling onderdelen kunnen alleen via de gewone wetgevingsprocedure worden aangepast.

    Nederland kan niet akkoord gaan met het voorstel dat de bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie voor onbepaalde tijd wordt verleend. Daarom zal Nederland voorstellen de gebruikelijke standaardtekst4 in de verordening op te nemen. Hierin wordt aan de Commissie de bevoegdheid verleend om gedelegeerde handelingen vast te stellen voor een termijn van vijf jaar.

    Nederland zal daarnaast voorstellen dat er bepalingen in het voorstel worden opgenomen om de toekomstige gedelegeerde handelingen altijd te voorzien van een kosten-batenanalyse. Hierbij is voor Nederland van belang dat de administratieve belasting voor het bedrijfsleven en de uitvoeringskosten voor het statistisch systeem in kaart worden gebracht, voordat er gedelegeerde handelingen worden vastgesteld.

    Verder acht Nederland het van belang dat bij de toekomstige invulling van gedelegeerde handelingen die zullen voortvloeien uit dit voorstel zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de thans beschikbare gegevensbronnen. Nederland acht het ten slotte van belang dat de bevoegdheidsdelegatie wordt geëvalueerd. Dit zou volgens Nederland kunnen door middel van een verslag, dat de Commissie indient bij het Europees parlement en de Raad, en dat betrekking heeft op de uitvoering, de resultaten en de algemene beoordeling van de bevoegdheidsdelegatie.

    Voor de bovengenoemde onderdelen geldt tevens dat Nederland zich er in samenwerking met gelijkgezinde lidstaten voor zal inzetten dat de verordening op die onderdelen wordt aangepast.

    Nederland heeft kennis genomen van het voorstel van de Commissie ten aanzien het stroomlijnen van de comitologie bevoegdheden en de hiermee verband houdende wijziging van het Betalingsbalanscomité naar het Comité voor het Europees Statistisch Systeem. Dit is een gevolg van de in 2009 bij verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek opgericht overkoepelend Comité voor het Europees Statistisch Systeem. Hiermee worden alle binnen het Europees Statistisch Systeem bestaande taken die de Commissie moeten ondersteunen bij de uitoefening van haar uitvoeringsbevoegdheden op het terrein de Europese statistiek ondergebracht binnen één comité. Nederland kan met dit onderdeel van het voorstel echter pas instemmen, als er op Europees niveau tussen het Europees Statistisch Systeem (ESS) en het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) goede afspraken zijn gemaakt over de noodzakelijke afstemming. Voorstellen hiertoe zijn al in voorbereiding en kunnen in september 2014 tijdens een gezamenlijke bijeenkomst van de vertegenwoordigers van het Europees Statistisch Systeem en van het Europees Stelsel van Centrale Banken worden bekrachtigd.

    De Commissie heeft in haar voorstel nagelaten te vermelden dat de Europese Centrale Bank op grond van artikel 127, lid 4 VWEU dient te worden geraadpleegd. Dit is een verplichte consultatie over elk voorstel voor een besluit van de Unie op de gebieden die onder de bevoegdheid van de ECB vallen. In samenwerking met gelijkgezinde lidstaten zal Nederland zich tijdens de onderhandelingen maximaal inzetten dat de ECB advies kan uitbrengen over het onderhavige voorstel.

  • c) Eerste inschatting van krachtenveld

    De verwachting is dat een meerderheid van de lidstaten evenals Nederland kritisch staat tegenover de voorstellen ten aanzien van bevoegdheidsdelegatie door middel van gedelegeerde handelingen. Verder lijkt een meerderheid van de lidstaten, onder de voorwaarde dat er aanvullende afspraken tussen ESS en ESCB worden gemaakt over de noodzakelijke afstemming, het voorstel ten aanzien van de stroomlijning van de comitologie bevoegdheden, te verwelkomen.

4. Beoordeling bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit

a) Bevoegdheid

De Commissie baseert haar voorstel op artikel 338 lid 1 VWEU. Op grond van dit artikel nemen de Raad en het EP volgens de gewone wetgevingsprocedure maatregelen aan voor de opstelling van statistieken wanneer dat voor de vervulling van de taken van de Unie nodig is. Dit is volgens Nederland de juiste rechtsgrondslag. Er is sprake van een gedeelde bevoegdheid van EU en lidstaten.

Daarnaast heeft de Europese Centrale Bank, op basis van artikel 5 van het Protocol (nr. 4) betreffende de statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) en van de Europese Centrale Bank (ECB), in het kader van de uitvoering van dit voorstel een eigen bevoegdheid. Voor de uitvoering van de taken van het ESCB neemt de ECB maatregelen aan voor het verzamelen, samenstellen en verspreiden van statistieken die onder haar bevoegdheid vallen. De nationale centrale banken voeren deze statistische taken voor het Europees Stelsel van Centrale Banken op nationaal niveau uit.

b) Subsidiariteit

Het subsidiariteitsoordeel is positief. Het doel van de verordening, namelijk de aanpassing van de bestaande verordening aan de artikelen 290 en 291 VWEU, kan uitsluitend op Europees niveau worden geregeld.

c) Proportionaliteit

Het proportionaliteitsoordeel is negatief. Er is sprake van een automatische omzetting van de regelgevende procedure met toetsing naar standaard delegatie voor een onbepaalde tijd. Nederland is van mening dat standaard omzetting van de voorgestelde maatregelen en een onbepaalde bevoegheidsdelegatie die de Commissie zichzelf toekent niet in verhouding staan tot het doel van de verordening. Om het doel te bereiken zijn meerdere modaliteiten denkbaar.

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

a) Consequenties EU-begroting

Geen.

b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden

Dit voorstel heeft geen directe financiële consequenties voor Nederland. Door het stroomlijnen en het opheffen van comités van het Europees Statistisch Comité ontstaan er op termijn wel efficiencyvoordelen. Aan de toekomstige voorgestelde gedelegeerde handelingen ten aanzien van de statistieken over de betalingsbalans, internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen kunnen echter mogelijk wel uitvoeringskosten voor het CBS en DNB verbonden zijn. Indirect zou dit gevolgen kunnen hebben voor de rijksbegroting, via verminderde winstafdracht van DNB. Voor deze eventuele toekomstige financiële gevolgen, geldt dat deze dienen te worden ingepast op de begroting van het beleidsverantwoordelijke departement, conform de regels voor de budgetdiscipline.

c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

Niet van toepassing.

d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger

Niet van toepassing op dit voorstel. De toekomstige voorgestelde gedelegeerde handelingen kunnen wel leiden tot extra administratieve lasten voor het bedrijfsleven en extra rapportageverplichtingen voor het CBS en/of DNB aan de Commissie (Eurostat), omdat de Commissie door middel van gedelegeerde handelingen tot een uitbreiding van de te verzamelen informatie kan besluiten.

e) Gevolgen voor concurrentiekracht

Niet van toepassing.

6. Implicaties juridisch

a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)

Niet van toepassing.

b) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen, incl. NL-beoordeling daarvan

Zie hiervoor de onderdelen van dit fiche over de essentie van het voorstel en Nederlandse positie.

c) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en besluiten) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

Deze verordening treedt in werking op de 20e dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie. Voor Nederland is dat haalbaar.

d) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

Niet van toepassing.

7. Implicaties voor uitvoering en/of handhaving

In artikel 4 van de Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek is bepaald dat het CBS op nationaal niveau belast is met de productie van statistieken in het kader van de EU. Het CBS dient, in beginsel, de statistische resultaten in bij de Commissie (Eurostat).

Voor de betalingsbalans en de daaraan gerelateerde statistieken van de buitenlandse directe investeringen is dat in Nederland, net als in veel andere EU-landen, anders. Voor deze statistieken dient DNB de statistische resultaten in bij de Commissie (Eurostat).

Om de uitvoeringskosten van deze verordening zo laag mogelijk te houden en de noodzakelijke coherentie te garanderen is zeer nauwe samenwerking en coördinatie tussen de leden van het Europees Statistisch Systeem en het Europees Stelsel van Centrale Banken van essentieel belang.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Geen.


X Noot
1

Verordening (EG) nr. 184/2005 betreffende de communautaire statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en Buitenlandse directe investeringen

X Noot
2

In het Betalingsbalanscomité hebben thans vanuit het merendeel van de EU-lidstaten de Nationale Centrale Banken zitting. Dit vanwege het feit dat in het merendeel van de EU-lidstaten de Nationale Centrale Banken de Betalingsbalans samenstellen.

X Noot
3

PRAC is de Franse afkorting voor de regelgevende procedure met toetsing: Procédure de Réglementation Avec Controle

X Noot
4

De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie.

De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.

Naar boven