22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1599 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 april 2013

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij vier fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Mededeling een waardig leven voor iedereen (Kamerstuk 22 112, nr. 1598)

Fiche 2: Richtlijn tot aanpassing vijf arbo-richtlijnen aan verordening 1272/2008 (etikettering)

Fiche 3: Besluit Europees systeem bewaking ruimteinfrastructuur (Kamerstuk 22 112, nr. 1600)

Fiche 4: Mededeling EU industriebeleid op het gebied van de ruimtevaart (Kamerstuk 22 112, nr. 1601)

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

Fiche: richtlijn tot aanpassing vijf arbo-richtlijnen aan Verordening 1272/2008 (etikettering)

1. Algemene gegevens

Titel voorstel

Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 92/58/EEG, 92/85/EEG, 94/33/EG en 98/24/EG van de Raad en Richtlijn 2004/37/EG van het Europees Parlement en de Raad, teneinde deze aan te passen aan Verordening (EG) nr. 1272/2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels

Datum ontvangst Commissiedocument

27 februari 2013

Nr. Commissiedocument

COM(2013)102

Nr. Impact Assessment Commissie en Opinie Impact Assessment Board

n.v.t.

Behandelingstraject Raad

Raad Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken

Eerstverantwoordelijk ministerie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Rechtsbasis, besluitvormingsprocedure Raad, rol Europees Parlement, gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

a) Rechtsbasis

Art. 153, lid 2 VwEU

b) Besluitvormingsprocedure Raad en rol Europees Parlement

Gewone wetgevingsprocedure (gekwalificeerde meerderheid Raad, medebeslissing EP)

c) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

n.v.t.

2. Samenvatting BNC-fiche

• Korte inhoud voorstel

Het betreft hier aanpassing van vijf richtlijnen op het terrein van arbeidsomstandigheden, om deze in lijn te brengen met recente EU-wetgeving op het terrein van indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels.

• Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

Positief

• Implicaties/risico’s/kansen

De nieuwe regelgeving kan in beperkte mate meerwerk voor het bedrijfsleven opleveren die de wijze van signalering moet aanpassen.

• Nederlandse positie

Nederland is positief over het voorstel. Het maakt de signalering eenduidiger en daarmee de werkomgeving veiliger.

3. Samenvatting voorstel

Inhoud Voorstel

In de Richtlijnen 92/58/EEG, 92/85/EEG, 94/33/EG, 98/24/EG en 2004/37/EG wordt gerefereerd aan de EU-wetgeving over indeling en etikettering van chemische stoffen. Om de doeltreffendheid van deze richtlijnen te blijven garanderen, dienen zij te worden aangepast aan recente wetgeving op dit gebied (Verordening (EG) nr 1272/2008).1 Doel van het voorstel is dan ook de in die vijf richtlijnen opgenomen verwijzingen en terminologie af te stemmen op de vigerende EU-wetgeving inzake indeling etikettering van chemische stoffen. De Commissie stelt dat niets verandert aan het huidige niveau van bescherming van werknemers.

• Impact assessment Commissie

In 2007 is een volledige beoordeling van het effect van de primaire wetgeving, i.e.

Verordening (EG) nr. 1272/2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, gepresenteerd. Voor het voorstel heeft de Commissie geen formele effectbeoordeling opgesteld.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

a) Bevoegdheid

Artikel 153 VWEU geeft de Unie de bevoegdheid om het beleid van de lidstaten te ondersteunen en aan te vullen om met name het arbeidsmilieu te bevorderen om de veiligheid en gezondheid van werknemers te beschermen. Nederland acht dit de juiste rechtsgrondslag voor dit voorstel.

b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

Het kabinet oordeelt positief over de subsidiariteit van dit voorstel. Voor een gelijk speelveld voor bedrijven in de Unie is het van belang dat overal op gelijke wijze met indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels wordt omgegaan. Dit gelijke speelveld kan het beste worden bereikt door dit op EU-niveau te regelen.

Ook over de proportionaliteit is het kabinet positief. Het voorstel gaat grotendeels niet verder dan een aanpassing die nodig is aan de nieuwe wetgeving op het gebied van indeling, etikettering en verpakking. Op de onderdelen waar het voorstel wel verder gaat, betreft het aanpassing aan nieuwe wetenschappelijke inzichten of, in twee gevallen, een aanscherping van regels met als doel het beter waarborgen van de veiligheid van werknemers. Deze aanscherpingen van regelgeving brengen in beperkte mate lasten voor bedrijven met zich mee. Het kabinet zal, mede op grond van argumenten van het bedrijfsleven, bezien of het deze aanscherpingen proportioneel acht. Mogelijk gaan ze verder dan noodzakelijk om het doel – adequate bescherming van werknemers – te bereiken.

c) Nederlands oordeel over de voorstellen op het gebied van gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

N.v.t.

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

a) Consequenties EU-begroting

Er zijn geen consequenties voor de EU-begroting.

b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden

Er zijn geen financiële consequenties voor de rijksoverheid en/of decentrale overheden.

c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

Er zijn geen financiële consequenties voor het bedrijfsleven of burger.

d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger

Als gevolg van het voorstel zullen bedrijven hun signalering moeten aanpassen. Ook kan niet langer gebruik gemaakt worden van borden die van toepassing zijn voor het transport van gevaarlijke stoffen (zogenaamde ADR-signalering). Door het vervallen van de mogelijkheid om bij tijdelijke opslag van stoffen en mengsels soepeler met de regels voor signalering te kunnen omgaan (uitzonderingsgrond), zal voor deze categorie vaker moeten worden gewisseld van signalering. Dit creëert beperkte extra lasten voor het bedrijfsleven. Overigens zijn bedrijven in Nederland door de overheid al enige tijd geïnformeerd over deze wijzigingen, die verwacht werden op grond van de verordening uit 2008. Sommige bedrijven liepen hier zelfs al op vooruit.

6. Implicaties juridisch

a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)

De richtlijn zal onder andere aanpassingen vergen van het Arbeidsomstandighedenbesluit en van de Arbeidsomstandighedenregeling.

b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

De ontwerprichtlijn noemt geen datum voor implementatie in de lidstaten. Nederland zal pleiten voor een implementatietermijn van tenminste twee jaar, zodat bedrijven de tijd hebben om de signalering van opslagtanks en leidingen aan te passen.

c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

De richtlijn voorziet niet in een evaluatiebepaling en Nederland acht deze ook niet nodig, gezien de beperkte wijzigingen ten opzichte van de huidige situatie.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

a) Uitvoerbaarheid

De richtlijn is uitvoerbaar: er worden geen bijzondere implicaties voorzien.

b) Handhaafbaarheid

De richtlijn is handhaafbaar. Voor de Inspectie SZW zal het naar verwachting iets eenvoudiger worden, aangezien de nieuwe richtlijn een grotere mate van eenduidigheid geeft.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Geen

9. Nederlandse positie

Nederland staat positief tegenover het voorstel omdat hiermee de doeltreffendheid van de vijf gewijzigde richtlijnen op het terrein van arbeidsomstandigheden gewaarborgd blijft. De aanpassing aan de in 2008 tot stand gekomen verordening met regels voor indeling, etikettering en verpakking (1272/2008) was lang verwacht en door sommige lidstaten al op geanticipeerd. Deze wijzigingen brengen eenduidigheid in regelgeving met zich mee die de veiligheid van werknemers ten goede komt. Zoals gebruikelijk bij wetgeving op het terrein van sociale politiek zijn de sociale partners op Europees niveau geconsulteerd door de Europese Commissie. Nederland vindt het van groot belang dat zij hebben ingestemd met het voorstel, zeker aangezien deze richtlijn lasten met zich meebrengt voor het bedrijfsleven.

Zonder het expliciet te noemen scherpt de Commissie op twee punten de regelgeving voor signalering aan (aanpassing richtlijn 92/58). In de eerste plaats bestond er een uitzondering voor opslagtanks en leidingen die gebruikt worden voor verschillende stoffen en mengsels. De regels voor signalering daarvan waren iets soepeler, omdat er anders voortdurend van etikettering zou moeten worden gewisseld. Deze uitzonderingsgrond is nu komen te vervallen. In de tweede plaats is de mogelijkheid vervallen voor bedrijven om voor de signalering in het bedrijf gebruik te maken van een alternatieve signalering (bv borden die gebruikt worden voor het vervoer van gevaarlijke stoffen). Het kabinet ondersteunt deze wijzigingen vanuit het oogpunt van veiligheid en eenduidigheid, maar beseft dat hieruit meerwerk kan voortvloeien voor bedrijven. Het kabinet zal -mede op grond van argumenten van werkgevers – bezien of het zal pleiten voor behoud van deze uitzonderingsgronden.

Voorts pleit Nederland voor een extra aanpassing van richtlijn 92/85 EG. In onderdeel 2 van deze wijzigingsrichtlijn wordt gesteld dat zwangere werkneemsters niet blootgesteld mogen worden aan kankerverwekkende, voor de geslachtscellen mutagene2 stoffen en stoffen die schadelijk kunnen zijn via de borstvoeding. Maar in deze wijziging ontbreekt een essentiële categorie: de stoffen die de vruchtbaarheid of het ongeboren kind kunnen schaden. Nederland zal voorstellen deze categorie toe te voegen.


X Noot
1

Deze verordening is een aanvulling op de REACH-verordening. REACH gaat over de registratie, beoordeling, autorisatie en beperkingen van chemische stoffen. Verordening 1272/2008 bepaalt vervolgens hoe de stoffen moeten worden ingedeeld, hoe ze moeten worden gelabeld (etikettering) en hoe ze moeten worden verpakt.

X Noot
2

voor de geslachtscellen mutagene stoffen zijn stoffen die wijzigingen aan de geslachtscellen van mensen kunnen hebben en daarmee schadelijk kunnen zijn voor nageslacht.

Naar boven