22 054 Wapenexportbeleid

Nr. 304 BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 november 2018

Conform het op 10 juni 2011 per brief gemelde aangescherpte wapenexportbeleid (Kamerstuk 22 054, nr. 165) en de motie van het lid El Fassed c.s. van 22 december 2011 over verlaging van de drempelwaarde voor de versnelde parlementaire controle bij specifieke wapenexportaanvragen naar € 2.000.000,– (Kamerstuk 22 054, nr. 181), ontvangt uw Kamer onderstaande informatie over een door Nederland afgegeven vergunning ter waarde van € 3.704.545,– voor uitvoer van militair materieel naar Mexico.

Een Nederlands bedrijf heeft onlangs een exportvergunning verkregen voor de uitvoer naar Mexico van elektro-optische systemen en communicatieapparatuur.

Deze elektro-optische systemen en communicatieapparatuur zullen aan boord van een eerder door Nederland geleverd patrouillevaartuig (type Sigma 10154, een Long Range Oceanic Patrol Vessel) worden geïnstalleerd. Het patrouillevaartuig is bestemd voor kerntaken van de marine en patrouilletaken, het verlenen van humanitaire hulp, zoek- en reddingsoperaties, anti-piraterijmissies en het beschermen van de exclusieve economische zone.

De aanvraag is getoetst aan de acht criteria van het EU Gemeenschappelijk Standpunt inzake wapenexport1. Deze toetsing, waarvan de essentie ten aanzien van de meest relevante criteria hieronder wordt weergegeven, leidde tot het afgeven van de vergunning op basis van de volgende argumenten:

Impact op mensenrechten (Criterium 2 van het EU Gemeenschappelijk Standpunt)

De Mexicaanse overheid heeft te maken met structurele problemen zoals gebrekkige veiligheidshandhaving, corruptie, geweld tegen vrouwen, bedreiging van mensenrechtenverdedigers en journalisten, en armoede. De federale overheid onderneemt hierbij vaak geen actie, en lagere overheden zijn soms zelfs actief betrokken bij mensenrechtenschendingen. Ook zijn het leger en de politie de afgelopen jaren betrokken geweest bij een groot aantal schendingen van mensenrechten, zowel op het gebied van anti-misdaadoperaties, alsmede door samenwerking met criminele bendes. Hoewel de federale overheid juridische stappen heeft ondernomen voor de oplossing van deze problematiek, zoals een mechanisme ter bescherming van mensenrechtenverdedigers, blijft de implementatie van wetgeving een grote uitdaging.

De nieuwe Mexicaanse president Andrés Manuel López Obrador die op 1 december 2018 aantreedt heeft tijdens de verkiezingscampange zijn intenties uitgesproken om Mexico radicaal te hervormen, een einde te maken aan corruptie en straffeloosheid, en om ongelijkheid en geweld aan te pakken.

De Mexicaanse staat voert een strijd tegen de georganiseerde misdaad, waarbij de federale politie, het leger en soms de marine worden ingezet. In de strijd tegen georganiseerde criminaliteit heeft de politie in enkele gevallen excessief geweld ingezet. In verschillende rapporten van onder andere de OHCHR, wordt de betrokkenheid van veiligheidstroepen bij martelingen genoemd.

Ook leden van de marine zijn hierbij betrokken geweest. Dit betrof echter incidentele misstanden door individuen. Er is geen sprake van beleid of akkoord van de verantwoordelijke leiding. De betrokken individuen horen bij onderdelen van de marine die worden ingezet bij ordehandhavingstaken in enkele staten in Mexico. Zij ondersteunen daar de politie die met capaciteitsproblemen kampt. Het patrouillevaartuig waar de elektro-optische systemen en communicatieapparatuur in geplaatst worden, wordt niet voor dergelijke ondersteunende taken ingezet, maar voor de kerntaken van de marine en patrouilletaken, het verlenen van humanitaire hulp, zoek- en reddingsoperaties, anti-piraterijmissies en het beschermen van de exclusieve economische zone. De marine heeft zich op het hoogste niveau uitgesproken tegen martelingen en wil daders van dergelijke praktijken bestraffen. In dat kader heeft de Mexicaanse marine een inspecteur voor de mensenrechten aangesteld.

Gezien de aard van de goederen (onderdelen voor een patrouillevaartuig) en het eindgebruik (o.a. patrouilletaken), is het risico minimaal dat deze goederen gebruikt zullen worden voor binnenlandse onderdrukking, alsmede ernstige schendingen van mensenrechten en het humanitair oorlogsrecht. Toetsing aan criterium 2 is daarom positief gelet op de aard van de goederen en het eindgebruik en met inachtneming van de algemene zorgen over de mensenrechtensituatie in Mexico.

Impact op interne conflicten (Criterium 3 van het EU Gemeenschappelijk Standpunt)

De strijd van de Mexicaanse federale politie en leger tegen de drugskartels heeft mogelijk negatieve gevolgen voor de interne stabiliteit in delen van Mexico. Hoewel deze drugsoorlog meestal niet tegen het publiek in het algemeen gericht is, zijn er al veel doden gevallen.

Er zijn in de strijd tegen de georganiseerde misdaad gevallen bekend waarbij leden van de marine betrokken waren en excessief geweld hebben gebruikt. Het gaat echter om incidenten van individuen die niet worden ingezet voor het marine-onderdeel waar het patrouillevaartuig uit deze transactie voor wordt ingezet. Ook heeft de marine zich hier op het hoogste niveau tegen uitgesproken.

Gezien de aard van de goederen (onderdelen voor een patrouillevaartuig) en het eindgebruik (o.a. patrouilletaken) is het risico minimaal dat door deze levering gewapende conflicten worden uitgelokt of verlengd, dan wel bestaande spanningen of conflicten in Mexico worden verergerd. Toetsing aan criterium 3 is daarom positief.

Ten aanzien van de overige 6 criteria gelden geen bijzonderheden, deze zijn als positief getoetst.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

8 GS 2008/944 van 8 december 2008

Naar boven