21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 344 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 november 2011

In reactie op uw brief van 19 september jl. en onder verwijzing naar mijn brief van 3 oktober jl. (Kamerstuk 21 501-33, nr. 339), bericht ik u dat de door u gevraagde documenten u in hard copy zullen worden toegezonden en enkel ter vertrouwelijke raadpleging1 voor de leden van de Kamer ter inzage gelegd kunnen worden. De leden worden geacht in een openbare dialoog over dit onderwerp niet te refereren aan of te citeren uit de documenten.

De redenen hiervoor zijn in de eerste plaats dat de deelnemers aan de Anti-Counterfeiting Trade Agreement (ACTA), waaronder de Europese Unie en de 27 lidstaten, in december 2007 hebben afgesproken alle ACTA-documenten vertrouwelijk te behandelen en hebben daartoe bij consensus de verklaring «Maintaining confidentiality of documents» afgegeven.

Daarnaast heeft de Europese Commissie, krachtens het in maart 2008 door de Raad verstrekt mandaat, de onderhandelingen ten aanzien van de onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallende aangelegenheden gevoerd. Dat heeft tot gevolg dat een aantal documenten van de EU afkomstig is en de classificatie «limite» of «restreint» heeft en derhalve de veiligheidsregels van de Raad in acht genomen dienen te worden.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M. J. M. Verhagen


X Noot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Naar boven