21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1637 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2024

Op 29 april a.s. vindt de volgende Landbouw- en Visserijraad (hierna: Raad) plaats in Luxemburg. Met deze brief informeer ik de Kamer over de agenda en de Nederlandse inbreng.

I. Agenda Landbouw- en Visserijraad

Opvolging snelle en structurele antwoorden op de crisissituatie in de landbouwsector

Tijdens de aankomende Raad zal wederom een discussie plaatsvinden over de huidige situatie in de Europese landbouwsector.

Op 15 maart jl. presenteerde de Europese Commissie (hierna: Commissie) wetgevende voorstellen voor het verminderen van administratieve lasten en regeldruk voor boeren en een non-paper om de positie van de boer in de keten te verbeteren. De Kamer is op 19 maart jl. geïnformeerd over de voorstellen en de Nederlandse positie (Kamerstuk 28 625, nr. 360). Op 26 maart jl. is over de wetgevende voorstellen een Raadspositie in eerste lezing tot stand gekomen (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1635). Het is de bedoeling dat tijdens de laatste plenaire vergadering van het huidige Europees Parlement (EP), die eind april plaatsvindt, het EP over de voorstellen van de Commissie stemt. Daarmee zal, als het EP instemt met de voorstellen, de gehele wetgevingsprocedure nog gedurende de huidige legislatuur afgerond worden. Er zijn op het moment van schrijven nog geen stukken geagendeerd, maar naar verwachting schetst het Voorzitterschap de stand van zaken rond dit onderwerp.

Landbouwgerelateerde handelsvraagstukken

De Commissie zal de Raad informeren over de stand van zaken van de werkzaamheden op het gebied van de internationale handel in landbouwgoederen en lopende bilaterale en multilaterale onderhandelingen (o.a. in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)). Op het moment van schrijven is er nog geen vergaderstuk beschikbaar.

Verder zal de Commissie ingaan op de studie van het Joint Research Centre over de cumulatieve impact van in onderhandeling zijnde en recent afgesloten akkoorden voor de landbouwsector.1 Deze studie, waar Nederland mede om gevraagd heeft, is in februari jl. verschenen. De studie is een update van eerdere studies uit 2016 en 20212. Er zijn twee verschillende scenario’s doorgerekend: een conservatief scenario en een ambitieus scenario.3 De studie geeft aan dat de onderzochte akkoorden in zijn algemeenheid nieuwe commerciële kansen openen voor EU-exporteurs en EU-importeurs van landbouwproducten. Tegelijkertijd blijkt dat een aantal sectoren in zowel het conservatieve als het ambitieuze scenario te maken kan krijgen met toenemende concurrentiedruk. De studie onderstreept daarom het blijvende belang van het gebruik van tariefcontingenten voor sensitieve producten, zoals bijvoorbeeld hoge kwaliteit rundvlees, pluimveevlees, rijst, tarwe en andere graanproducten, suiker en zuivelproducten.

Ik zal tijdens de Raad mijn waardering uitspreken naar de Commissie over de uitgevoerde studie en aangeven dat Nederland grote waarde hecht aan het regelmatig monitoren van de gecombineerde effecten van afgesloten handelsakkoorden op de landbouwsectoren. Daarbij zal ik het belang van de huidige aanpak van de Europese Unie om gevoelige sectoren systematisch te beschermen met zorgvuldig gekalibreerde tariefcontingenten (TRQ's) onderstrepen. TRQ’s bieden bescherming aan producenten in de EU van gevoelige landbouwproducten. Ten slotte, uit de drie studies blijkt dat het (bijna) altijd om dezelfde sensitieve producten gaat. Daarom zal ik de Commissie oproepen om oog te houden voor deze producten, bijvoorbeeld door deze waar mogelijk uit te sluiten van liberalisering, of door – zoals de studie aangeeft – gebruik te maken van beperkte tariefcontingenten waarbij rekening wordt gehouden met al eerder gegeven tariefcontingenten en de absorbtiecapaciteit van de Europese markt.

Jaarlijkse prestatieverslagen in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (hierna: GLB)

Het Voorzitterschap heeft de jaarlijkse prestatieverslagen voor het GLB van de lidstaten geagendeerd. Vanaf 2023 is het nieuwe prestatiemodel voor het GLB van toepassing. Elk jaar dienen de lidstaten hierover te rapporteren. Begin dit jaar is dat voor het eerst gedaan. Naar verwachting zoekt het Voorzitterschap aan de hand van discussievragen, die op het moment van opstellen van deze brief nog niet bekend zijn gemaakt, naar een eerste reflectie op het nieuwe prestatiemodel en het proces van de prestatieverslagen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema


X Noot
1

Het gaat om Australië, Chili, India, Indonesië, Maleisië, Mercosur (Argentinië, Brazilië, Paraguay en Uruguay), Mexico, Nieuw-Zeeland, de Filippijnen en Thailand). Zie JRC Publications Repository – Cumulative economic impact of upcoming trade agreements on EU agriculture (europa.eu)

X Noot
2

Zie voor de andere onderzoeken Agri-food trade studies – European Commission (europa.eu)

X Noot
3

Het ambitieuze scenario gaat uit van volledige liberalisering van 98,5% van alle producten en een gedeeltelijke tariefverlaging (van 50%) voor de overige producten; het conservatieve scenario gaat uit van volledige liberalisering van 97% van alle producten en gedeeltelijke tariefverlaging (van 25%) voor de overige producten.

Naar boven