21 501-20 Europese Raad

Nr. 626 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 maart 2012

Hierbij bieden wij u aan, mede namens de minister-president, het verslag van de Europese Raad van 1 en 2 maart 2012.

De minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M. Knapen

Verslag van de Europese Raad op 1 en 2 maart 2012

Deze reguliere «Voorjaars-ER» was gewijd aan het Europees semester (hervormingen, begrotingsdiscipline, groei en werkgelegenheid). Daarnaast werden besproken: Servië, de toetreding van Roemenië en Bulgarije tot Schengen, Zuidelijk nabuurschap en Syrië. Ook werd het verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur in de EMU ondertekend.

De eerder geplande Eurozonetop is door voorzitter Van Rompuy geschrapt omdat hij had besloten de stand van zaken in Griekenland tijdens het ER-diner te bespreken en verder geen andere dringende zaken tot zo’n top aanleiding gaven. Wel namen de betreffende regeringsleiders een Eurozone-verklaring aan (bijgevoegd)1.

De bijeenkomst op donderdag begon met de gebruikelijke presentatie van de voorzitter van het Europees Parlement (EP), de heer Martin Schulz (zie bijlage1), waarna een goede discussie volgde. Eerder die ochtend bracht de minister-president een bezoek aan het Europees Parlement (zie hierna).

Deze brief dient tevens ter verslaglegging aan uw Kamer over de Raad Algemene zaken die op 28 februari jl. plaatsvond en de agenda waarvan geheel was gericht op voorbereiding van de Europese Raad.

Europees semester

De Europese Raad stelde vijf prioriteiten vast voor 2012 op basis van de groeianalyse van de Commissie:

  • 1. gedifferentieerde, groeivriendelijke begrotingsconsolidatie;

  • 2. normalisering van de kredietverschaffing aan de economie;

  • 3. bevordering van groei en concurrentievermogen;

  • 4. aanpakken van de werkloosheid en van de sociale gevolgen van de crisis;

  • 5. modernisering van de overheidsdiensten.

De Europese Raad concludeerde dat de geleverde inspanningen om de economie te laten groeien en banen te scheppen ontoereikend zijn geweest en de lidstaten spraken af de prioriteiten en uitdagingen te vertalen in precieze, operationele en beter meetbare verplichtingen in hun Nationale Hervormingsprogramma’s en Stabiliteits- en Convergentieprogramma's.

Een nieuwe stap in het semester was het Alert Mechanism Report in het kader van de nieuwe procedure inzake de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden. Hierin wordt gewezen op bepaalde uitdagingen en potentiële risico's die voortvloeien uit macro-economische onevenwichtigheden in enkele lidstaten. De Europese Raad heeft de Raad en de Commissie verzocht doeltreffend en snel uitvoering te geven aan deze procedure.

In het verlengde van de brief die Nederland met twaalf gelijkgezinde landen had gestuurd over het belang van het versterken van het groei- en concurrentievermogen in de EU hebben betreffende lidstaten aangedrongen op aanscherping en concretisering van de Europese Raadsconclusies. De Europese Raad heeft onder meer het belang onderstreept van voltooiing van de interne markt en het wegnemen van resterende obstakels. De Commissie zal in juni met een mededeling komen over de interne markt alsmede een verslag over de dienstenrichtlijn. De Europese Raad benadrukte voorts het belang van het verminderen van het aantal gereguleerde beroepen. De Europese Raad verwelkomde het voornemen van de Commissie om met suggesties te komen over verdere stappen ter vermindering van de regeldruk, onder meer maatregelen ter ondersteuning van het MKB. Tevens concludeerde de Europese Raad dat meer inspanningen zijn vereist met het oog op het bereiken van een finaal akkoord op het octrooi-pakket, alsook op de totstandbrenging van een optimaal klimaat waarin ondernemers hun ideeën commercieel kunnen benutten en werkgelegenheid scheppen, en vraag gestuurde innovatie gebruiken als belangrijkste aanjager van het Europese onderzoeks- en ontwikkelingsbeleid.

De Europese Raad was van oordeel dat verhoogde «peer pressure» kan bijdragen tot een grotere eigen inbreng en verantwoordelijkheid van de staatshoofden en regeringsleiders bij de ontwikkeling van de interne markt en de naleving van de interne marktregels. Daartoe heeft de Europese Raad de Commissie gevraagd om te voorzien in een transparant scoreboard als basis voor een adequate benchmarking.

Servië

De Europese Raad bevestigde het door de Raad Algemene Zaken van 28 februari jl. voorbereide besluit om de status van kandidaat-lidstaat te verlenen aan Servië2.

De Raad Algemene Zaken (RAZ) oordeelde dat Servië – met het bereikte akkoord op 24 februari in de dialoog met Kosovo – heeft voldaan aan de voorwaarden van de Europese Raad van 9 december 2011. De RAZ nam eveneens kennis van het voornemen van de Europese Commissie om een haalbaarheidsstudie te verrichten naar het aangaan van contractuele relaties (een Stabilisatie- en Associatieovereenkomst) tussen de EU en Kosovo. Het is positief dat ook de vijf lidstaten die Kosovo niet erkennen hiermee konden instemmen.

In de reguliere voortgangsrapportage EU-uitbreiding (oktober 2012) zal de Commissie onder meer rapporteren over de verdere voortgang in de dialoog tussen Servië en Kosovo en mogelijk voorstellen om toetredingsonderhandelingen te openen. Roemenië heeft specifieke aandacht gevraagd voor de positie van de Roemeense minderheid in Servië. Een meerderheid van de EU-lidstaten pleit nu reeds voor snelle start van toetredingsonderhandelingen. Nederland onderstreept in dit kader dat Servië verdere hervormingen op het gebied van de rechtstaat en rechterlijke macht en bestrijding corruptie moet doorvoeren.

Schengen-toetreding van Bulgarije en Roemenië

De Europese Raad verzocht de JBZ-Raad om in de komende periode maatregelen te identificeren en uit te laten voeren die kunnen bijdragen aan de succesvolle uitbreiding van het Schengengebied tot Roemenië en Bulgarije. Gedacht wordt aan maatregelen om ook met inzet van experts uit de Schengenlanden de bewaking van de buitengrenzen van beide landen te optimaliseren (al of niet in Frontex-kader) en aan activiteiten met de Schengenlanden op het terrein van politie- en justitiële samenwerking.

De Europese Raad vroeg de JBZ-Raad om in september het onderwerp weer te behandelen teneinde hierover een besluit te nemen.

Internationale topontmoetingen

De Europese Raad stelde zonder uitgebreide discussie de EU-prioriteiten vast voor de G20-top, evenals voor de VN-conferentie Rio+20 over duurzame ontwikkeling.

Griekenland

Een van de door de Eurogroep gestelde voorwaarden aan een definitief akkoord over het tweede steunpakket is het uitvoeren door de Griekse regering van een reeks van «prior actions». De voorzitter van de Eurogroep, MP Juncker, deed verslag van de rapportage door de troika over de voortgang bij het uitvoeren van de afgesproken «prior actions». De troika is van oordeel dat tot dusver voldoende voortgang is geboekt.

De regeringsleiders van de Eurozonelanden verwelkomden in hun verklaring de wetgeving die de Griekse regering heeft doorgevoerd in het kader van de «prior actions». Zij spraken ook hun steun uit voor goed toezicht door en technische assistentie van de Commissie bij de uitvoering van het Griekse programma. Ook spraken zij hun steun uit voor versterking van de Griekse economie en infrastructuur onder meer met inzet van fondsen uit de Europese structuurfondsen.

Europees Stabilisatie Mechanisme

De regeringsleiders van de Eurozonelanden spraken af dat zij de inleg van kapitaal in het ESM zullen versnellen, te beginnen met de betaling van twee tranches in 2012; eind maart wordt het algehele plafond van EFSF en ESM samen opnieuw bekeken.

Buitenlands beleid

– Zuidelijk-Nabuurschap

De Europese Raad nam conclusies aan over het Zuidelijk Nabuurschapsbeleid. Conform de Nederlandse inzet roept de Europese Raad partnerlanden op politieke en economische hervormingen door te voeren. De EU blijft zich inzetten voor het ontwikkelen van partnerschappen met de landen uit het Zuidelijk Nabuurschap, op basis van differentiatie, wederzijdse verantwoordingsplicht en gehechtheid aan universele waarden, met inbegrip van de bescherming van de religieuze minderheden (ook van christenen) (referte ook motie Ten Broeke, van juni 2011 (Kamerstuk 32 623, nr. 39). Steun van de EU is voorwaardelijk aan het hervormingstempo. Bijzondere aandacht wordt gevraagd voor mensenrechten, in het bijzonder de vrouwenrechten en de rechten van minderheden (referte ook de motie van het lid Ormel van 16 februari, Kamerstuk 21 501-02, nr. 1122). Daarnaast wordt benadrukt dat de totstandkoming van vrijhandelsakkoorden met daartoe in aanmerking komende landen voortvarend ter hand moet worden genomen, zodat markttoegang voor producten uit de regio kan worden verbeterd. Ook wordt het belang onderstreept van gezamenlijke inspanningen in de strijd tegen illegale migratie.

Tot slot heeft de Europese Raad de Commissie en de hoge vertegenwoordiger verzocht om voor het einde van dit jaar een routekaart voor te leggen ter omschrijving en sturing van de uitvoering van het EU-beleid ten aanzien van de partners in het Zuidelijk Middellandse-Zeegebied, waarin doelstellingen, instrumenten en maatregelen worden opgesomd, en de nadruk wordt gelegd op synergiën met de Unie voor het Middellandse-Zeegebied en andere regionale initiatieven.

– Syrië

De Europese Raad was ontzet over de situatie in Syrië, riep op tot een onmiddellijk einde aan het geweld en de mensenrechtenschendingen en onderstreepte het belang van ongehinderde humanitaire toegang. De Europese Raad wees de Syrische autoriteiten ook op hun verantwoordelijkheid voor de veiligheid van buitenlanders, inclusief journalisten, onder andere in de vorm van het mogelijk maken van evacuaties.

De Europese Raad benadrukte nog eens dat de EU de druk op het Syrische regime verder zal blijven opvoeren en vroeg de Raad verdere gerichte sancties tegen het regime voor te bereiden. President Assad moet opstappen om ruimte te maken voor een vreedzame transitie. In overeenstemming met de uitspraken van de Group of Friends of Syria en van de Raad Buitenlandse Zaken sprak de ER zijn steun uit voor de inspanningen van de Syrische oppositie en werd de leden van de oppositie gevraagd samen te werken aan een vreedzame politieke oplossing.

De Europese Raad onderstreepte te willen verzekeren dat de verantwoordelijken ter verantwoording geroepen worden. De Europese Raad sprak zijn steun uit voor de verschillende internationale initiatieven ten aanzien van Syrië, waaronder die van de Arabische Liga. De leden van de VNVR, in het bijzonder Rusland en China, werd nogmaals gevraagd samen te werken om alle geweld te stoppen.

– Oostelijk Partnerschap

De Europese Raad benadrukte het belang van het Oostelijk Partnerschap en moedigt de Oostelijke buren van de EU aan hervormingen door te zetten. Ook komt er een routekaart van het Oostelijk Partnerschap met het oog op de volgende top van het Oostelijk Partnerschap in de tweede helft van 2013. Tevens sprak de ER zijn ernstige zorg uit over de verslechterende mensenrechtensituatie in Wit-Rusland. De Europese Raad verwelkomde het besluit van de Raad van 28 februari waarbij sancties zijn genomen tegen personen die zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen en repressie in Wit-Rusland. De Europese Raad riep de Raad op om verder te werken aan sancties en onderstreepte het commitment van de EU aan versterkt engagement met het Wit-Russische maatschappelijk middenveld en aan ondersteuning van de democratische aspiraties van de Wit-Russische bevolking.

Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur in de EMU

De regeringsleiders van de lidstaten met uitzondering van die van Tsjechië en het VK ondertekenden het verdrag. Het verdrag houdt een versterking in van de Economische en Monetaire Unie, in het bijzonder door de aanscherpingen op het vlak van de begrotingsdiscipline. Het verdrag wordt nu in de 25 lidstaten aan de nationale parlementen voorgelegd ter goedkeuring. Het zal na twaalf ratificaties van eurolidstaten in werking treden (dan alleen voor die landen).

Conform toegezegd, treft u in de bijlage de verklaring aan over artikel 8 van het verdrag die de 25 regeringsleiders vaststelden. Deze beschrijft wie wanneer aan het Hof van Justitie de vraag kan voorleggen of een verdragsstaat de verplichting tot verankering van begrotingsevenwicht in nationale wetgeving goed heeft nageleefd.

Benoeming van de voorzitter van de Europese Raad en de voorzitter van de Eurozonetop

De huidige voorzitter van de Europese Raad, de heer Van Rompuy werd voor een tweede termijn van tweeëneenhalf jaar aangewezen als voorzitter van de Europese Raad. De regeringsleiders van de Eurozonelanden benoemden hem voor dezelfde termijn tot voorzitter van de Eurozonetop.

Bezoek aan het Europees Parlement

Op donderdagochtend bracht de minister-president een bezoek aan het Europees Parlement en sprak hij behalve met Nederlandse EP-leden onder andere met EP-voorzitter Schulz. In dat gesprek heeft de minister-president het standpunt toegelicht inzake het PVV-meldpunt zoals hij dat eerder richting de Tweede Kamer had gedaan. Naar aanleiding van vragen daarover in de media kunnen wij uw Kamer informeren dat de minister-president noch in het gesprek zelf, noch tijdens de persconferentie met Schultz, afstand heeft genomen van de website. Wel nam hij afstand van gedachte dat dit een regeringsinitiatief zou zijn en van de suggestie dat de website het migratiebeleid weerspiegelt dat het kabinet voorstaat. Weergave van de persconferentie op de website van het EP onderstreept dit.

Tijdens de ontmoeting met Nederlandse EP-leden donderdagochtend sprak de minister-president ook met mevrouw Oomen, die het punt van bedreigingen waarover de Poolse media repten niet heeft opgebracht. Betrokkene heeft aangegeven hier liefst geen publieke aandacht meer aan te willen besteden.

Ook heeft de minister-president in het gesprek met voorzitter Schulz vooruitgeblikt op de onderhandelingen over het EU-meerjarig financieel kader en een toelichting gegeven op het Nederlands standpunt inzake Schengen langs bekende lijnen. Tot slot heeft de minister-president invulling gegeven aan de motie Albayrak door in zijn gesprek te pleiten voor meer interactie tussen Europese Raad en het Europees Parlement, bijvoorbeeld door inhoudelijke beleidsdiscussies bij de reguliere bezoeken van de voorzitter aan de Europese Raad.


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
2

Naast Servië, zijn ook Turkije, Macedonië, IJsland en Montenegro kandidaat-lid.

Naar boven