21 501-20 Europese Raad

Nr. 1391 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 november 2018

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister-President, het verslag aan van de Europese Raad in Art. 50 samenstelling van 25 november 2018.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

VERSLAG VAN DE EUROPESE RAAD IN ARTIKEL 50 SAMENSTELLING VAN 25 NOVEMBER 2018

Tijdens de Europese Raad in Artikel 50 samenstelling (ER Artikel 50) van 25 november 2018 stond de terugtrekking van het VK uit de EU centraal. De ER artikel 50 bekrachtigde het conceptterugtrekkingsakkoord en gaf zijn goedkeuring aan de politieke verklaring over het kader van de toekomstige betrekkingen. In zijn conclusies verzocht de ER Artikel 50 de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad de nodige stappen te nemen om ervoor te zorgen dat het akkoord op 30 maart 2019 in werking kan treden, teneinde een ordelijke terugtrekking van het VK uit de EU te bewerkstelligen.

De staatshoofden en regeringsleiders verwelkomden het bereikte onderhandelingsresultaat en spraken hun dank en waardering uit naar hoofdonderhandelaar Barnier en zijn team voor het harde werk en het bewaken van de belangen van de EU27 in de onderhandelingen over de terugtrekking van het VK uit de EU. Dit onderhandelingsresultaat beschouwt Nederland als het maximaal haalbare. Voorts heeft Nederland het belang van een ambitieuze en diepgaande toekomstige relatie tussen de EU en het VK benadrukt, inclusief afspraken met betrekking tot een gelijk speelveld, diensten, visserij en interne veiligheid. Het behoud van de EU-eenheid blijft ook in de onderhandelingen over de toekomstige relatie cruciaal. Veel lidstaten, waaronder Nederland, riepen daarom op om in die onderhandelingen de centrale coördinatie onder de Europese Raad en Raad Algemene Zaken voort te zetten.

Na afloop van de ER Artikel 50 ontmoetten de staatshoofden en regeringsleiders de Britse premier Theresa May om vooruit te blikken. De EU-lidstaten spraken de wens uit tot een zo nauw mogelijke relatie met het VK te komen binnen de kaders van de EU-randvoorwaarden zoals opgenomen in de ER-richtsnoeren.

Daarnaast nam de ER Artikel 50 een additionele verklaring aan bij het (concept)terugtrekkingsakkoord en de politieke verklaring. Deze verklaring zal bij de notulen van de ER Artikel 50 worden gevoegd. Hierin wordt benadrukt dat de ER de benodigde politieke sturing zal blijven geven aan de toepassing van het terugtrekkingsakkoord, met bijzondere aandacht voor de bescherming van de rechten en belangen van burgers, de noodzaak van een ambitieus gelijk speelveld, in het bijzonder met betrekking tot Europese milieustandaarden en de noodzaak van het behoud van de bescherming van visserij en visserijgemeenschappen. Een visserijakkoord is een prioriteit en zal ruim voor de afloop van de overgangsperiode moeten worden uitonderhandeld, waarbij markttoegang en toegang tot de viswateren aan elkaar gekoppeld zijn. Ondersteund door de motie van het lid Omtzigt c.s., ingediend tijdens het Notaoverleg van 22 november 2018 (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1387), heeft het kabinet zich met andere betrokken EU-lidstaten sterk gemaakt voor het benadrukken van het belang van een visserijakkoord.

Voorts verwelkomt de ER met de Europese Commissie in deze additionele verklaring de toezeggingen van partijen met betrekking tot de internationale overeenkomsten ter bestrijding van klimaatverandering en bevestigen zij dat de terugtrekking van het VK uit de EU geen invloed zal hebben op de gezamenlijke toezeggingen onder het akkoord van Parijs.

Ook is in de verklaring van de ER Artikel 50 opgenomen dat indien het standpunt dat de Unie in het Gemengd Comité moet innemen betrekking heeft op de verlenging van de overgangsperiode of de evaluatie van het protocol betreffende Ierland/Noord-Ierland, de Raad zal handelen overeenkomstig de richtsnoeren van de Europese Raad. Bij besluiten over de verlenging van de overgangsperiode zal in aanmerking worden genomen of het VK zijn verplichtingen uit hoofde van het terugtrekkingsakkoord en de protocollen bij dat akkoord naleeft.

Tot slot hebben de ER Artikel 50 en de Europese Commissie een interpretatieve verklaring aangenomen over artikel 184 van het conceptterugtrekkingsakkoord en een verklaring over de territoriale reikwijdte van de toekomstige betrekkingen. Daarin geven zij aan dat er geen verplichting of aanname is dat overeenkomsten inzake de toekomstige betrekkingen tussen de EU en het VK dezelfde territoriale reikwijdte hebben als het terugtrekkingsakkoord. Deze teksten zijn opgenomen om tegemoet te komen aan Spaanse zorgen over de positie van Gibraltar in de nieuwe relatie tussen de EU en het VK.

Appreciatie van de politieke verklaring over het kader van de toekomstige betrekkingen

Naast de bekrachtiging van het conceptterugtrekkingsakkoord gaf de ER Artikel 50 zoals gezegd goedkeuring aan de politieke verklaring over het kader van de toekomstige betrekkingen tussen de EU en het VK. Deze politieke verklaring zal als bijlage bij het terugtrekkingsakkoord gevoegd worden. De daadwerkelijke onderhandelingen over de toekomstige relatie zullen beginnen nadat het VK de EU heeft verlaten, in beginsel op 30 maart 2019.

De politieke verklaring is een verder uitgewerkte versie van de eerder gepubliceerde «schets». Een korte appreciatie van deze schets is uw Kamer toegegaan op 18 november 2018 (Kamerstuk 23 987, nr. 289). De politieke verklaring is verdeeld in een aantal hoofdstukken en omvat de verschillende onderwerpen waarover afspraken zullen worden gemaakt tussen de EU en het VK.

Het kabinet verwelkomt de politieke verklaring als belangrijk onderdeel van het pakket dat de onderhandelaars namens de EU27 en het VK hebben uitonderhandeld. De politieke verklaring geeft de gewenste richting aan de onderhandelingen over de toekomstige relatie en er spreekt de wens uit om tot een ambitieuze en diepgaande toekomstige relatie tussen de EU en het VK te komen. Het kabinet wenst een zo breed en diepgaand mogelijke toekomstige relatie, vast te leggen in akkoorden tussen de EU en het VK, die naast handel ook sociaaleconomische onderwerpen en interne en externe veiligheid beslaat. De politieke verklaring biedt een goede basis hiervoor en dekt de voor Nederland belangrijkste punten voldoende af.

De politieke verklaring bevat de door het kabinet gewenste «evolutie-clausule» waarin zowel het VK als de EU27 de wens voor een ambitieuze relatie uitspreken en constateren dat de posities van beide partijen zich in de loop der tijd kunnen ontwikkelen. Hierdoor blijft er ruimte om naar ambitieuzere vormen van samenwerking toe te werken, mochten de Britse rode lijnen verschuiven in de toekomst.

Op het gebied van handel zetten de EU en het VK in op een breed en ambitieus handelsakkoord («vrijhandelszone»). Voor goederen wordt hierbij ingezet op een nauwe relatie die voortbouwt op de douane-unie uit het terugtrekkingsakkoord en die handelsstromen zoveel mogelijk faciliteert, op basis van een gelijk speelveld. Het kabinet heeft steeds gepleit voor een koppeling tussen markttoegang en een gelijk speelveld en is verheugd dat dit terugkomt in de politieke verklaring. Daarnaast zijn mede op aandringen van het kabinet de punten diensten en gegevensstromen ambitieus ingevuld. Het kabinet zal zich in aanloop naar en tijdens de onderhandelingen over de toekomstige betrekkingen actief blijven inzetten op ambitieuze afspraken op deze terreinen.

De tekst over mobiliteit van burgers maakt duidelijk dat het VK een einde wil maken aan het vrij verkeer van personen. Dit was ook een drijvende kracht achter de wens om de EU te verlaten. In de tekst komen de EU en het VK overeen zich te beraden op voorwaarden voor toegang en verblijf voor doeleinden zoals onderzoek, studie, opleiding en jongerenuitwisselingen. Mede op aandringen van het kabinet is in deze passage tevens een verwijzing naar coördinatie van sociale zekerheidsvoorzieningen en familierecht opgenomen.

De tekst over luchtvaart in het hoofdstuk transport is ingevuld conform de Nederlandse belangen. Voor het voor Nederland belangrijke punt wegtransport bevat de verklaring voldoende aanknopingspunten om een ambitieus akkoord te realiseren. De tekst bevat bovendien een aantal belangrijke punten zoals markttoegang en sociale standaarden voor wegtransport.

Visserij is een belangrijk onderwerp voor het kabinet. In de tekst over visserij spreken de partijen uit dat zij zich committeren aan het sluiten en ratificeren van een akkoord vóór 1 juli 2020 dat toegang tot water en bestanden regelt. Dit is een versterking ten opzichte van de eerder gepubliceerde schets, waar het kabinet zich met andere lidstaten hard voor heeft gemaakt. Hiermee wordt het belang en de urgentie van een tijdig juridisch bindend visserijakkoord onderstreept.

De politieke verklaring onderstreept dat de reeds overeengekomen gelijk speelveldverplichtingen in het conceptterugtrekkingsakkoord de basis zullen vormen voor de gelijk speelveldverplichtingen in de toekomstige relatie. Gezien het belang dat het kabinet hecht aan het zo gelijk mogelijk houden van het speelveld, is dit een goed uitgangspunt. In de aanloop naar en tijdens de onderhandelingen zelf zal het kabinet ook het belang van een sterke en effectieve governance van de gelijk speelveldverplichtingen scherp in de gaten houden.

Voor wat betreft interne veiligheid worden de voor Nederland belangrijke punten benoemd. Het kabinet heeft specifiek steeds het belang van informatie-uitwisseling benadrukt en hecht eraan dat dit in de toekomstige relatie ambitieus wordt vormgegeven. De politieke verklaring biedt ruimte voor de ambitieuze samenwerking die het kabinet wenst en waar het zich voor zal blijven inzetten.

De uitgebreide tekst over externe veiligheid bevat de voor Nederland belangrijke onderwerpen, zoals sancties, ontwikkelingssamenwerking, cyber security en defensiesamenwerking.

De governance van de toekomstige relatie zal plaatsvinden op basis van de governance van het terugtrekkingsakkoord, via een gezamenlijk comité dat kan doorverwijzen naar een arbitragepanel. Waar EU-recht moet worden uitgelegd, zal er een rol voor het EU Hof van Justitie zijn. De vorm van instrumenten voor toezicht, implementatie en handhaving zullen de inhoud van het uiteindelijke akkoord moeten volgen. Het kabinet hecht aan een sterke en effectieve governance.

De politieke verklaring bevat de aanknopingspunten om toe te werken naar een zo nauw mogelijke relatie tussen de EU en het VK. De uiteindelijke onderhandelingen tussen de EU en het VK over een akkoord over de toekomstige relatie zullen pas aanvangen nadat het VK zich heeft teruggetrokken uit de EU. Ze vergen van de kant van de EU de vaststelling van een formeel onderhandelingsmandaat van de Raad op aanbeveling van de Europese Commissie. In dat kader zal het kabinet steeds pleiten voor ambitie binnen de EU-randvoorwaarden zoals opgenomen in de richtsnoeren en conclusies van de ER Artikel 50.

Naar boven