21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 979 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 december 2012

Tijdens het ordedebat van 5 december jl. heeft het Tweede Kamerlid Klaver verzocht om een brief over het rapport van de Europese Commissie over belastingontduiking en belastingontwijking. Dat actieplan van de Europese Commissie is inmiddels op 6 december verschenen, inclusief een tweetal documenten met aanbevelingen inzake «aggressive tax planning» en «good tax governance». Daarnaast heeft de heer Klaver enkele vragen gesteld over mogelijke belastingontduiking en belastingontwijking in Griekenland.

Actieplan

Naar aanleiding van het verzoek van de heer Klaver over het actieplan van de Europese Commissie merk ik op dat in reactie hierop een BNC fiche zal worden opgesteld dat in de loop van januari volgend jaar aan uw Kamer zal worden aangeboden. Door de complexiteit van de materie in combinatie met het grote aantal aanbevelingen is het op dit moment niet mogelijk om al inhoudelijk te reageren. Wel kan ik u vooruitlopend op het BNC fiche als voorlopige reactie op hoofdlijnen melden dat ik dit initiatief van de Europese Commissie toejuich, temeer daar de door de Commissie gedane aanbevelingen al geruime tijd deel uitmaken van het Nederlandse (fiscale verdrags)beleid. Dat verdragsbeleid is er immers niet alleen op gericht om dubbele belastingheffing te voorkomen, maar ook – zoals de Commissie aanbeveelt – om dubbele belastingvrijstelling te voorkomen. Daarnaast past het niet in het Nederlandse verdragsbeleid om belastingverdragen af te sluiten met derde landen die niet aan bepaalde minimale belastingvereisten voldoen. In zoverre worden de aanbevelingen van de Commissie als ondersteuning van het Nederlandse beleid gezien. In het BNC fiche zal meer in detail worden ingegaan op het actieplan en de aanbevelingen van de Commissie.

Griekenland

Daarnaast heeft de heer Klaver tijdens het Algemeen Overleg met de minister van Financiën 4 december jongstleden vragen gesteld over mogelijke belastingontduiking of belastingontwijking in Griekenland. Mede namens de minister merk ik daar het volgende over op.

Belastingontduiking en informatieuitwisseling

In de eerste plaats is aandacht gevraagd voor vermogende inwoners van Griekenland die banktegoeden bij Zwitserse banken aanhouden en dat vermogen niet verantwoorden bij de Griekse belastingen. Daarin speelt Nederland in beginsel geen enkele rol. Wel heeft de minister van Financiën aangegeven in januari in een brief de Tweede Kamer in te zullen lichten over wat op dat moment bekend is over de onderhandelingen tussen Griekenland en Zwitserland.

«Luxueuze jachten die onder NL vlag varen»

Daarnaast heeft de heer Klaver tijdens het Algemeen Overleg 4 december jl. een opmerking gemaakt over 120 luxueuze Griekse jachten die onder Nederlandse vlag zouden varen. De Nederlandse Belastingdienst heeft dat eerder ook geconstateerd en heeft daarover al in 2004 informatie gestuurd aan de Griekse Belastingdienst. De registratie van een luxueus jacht onder Nederlandse vlag hoeft geen verband te houden met belastingontduiking. Er is ook geen aanwijzing voor dat belastingontduiking of -ontwijking gemakkelijker wordt door een Grieks jacht onder Nederlandse vlag te laten varen in plaats van onder een andere vlag. Of (Griekse) eigenaren van Griekse jachten (volledig) aan hun fiscale verplichtingen voldoen is een vraagstuk dat door de Griekse Belastingdienst moet worden beoordeeld. Dat dit onderwerp thans tot publiciteit leidt hangt waarschijnlijk samen met het feit dat de Griekse Belastingdienst, mede op basis van de door de Nederlandse Belastingdienst aangeleverde informatie, inmiddels controles heeft ingesteld. Versterking van de belastingdienst is een belangrijke voorwaarde in het kader van het leningenprogramma aan Griekenland. Mede naar aanleiding van de recente publiciteit en het belang van een zo effectief mogelijke belastingheffing in Griekenland zal de Nederlandse Belastingdienst de Griekse Belastingdienst informeren over het actuele bestand van Griekse jachten onder Nederlandse vlag.

Belastingontwijking door multinationals

De heer Klaver heeft ten slotte tijdens het Algemeen Overleg 4 december jl. gesteld dat vier van de tien Griekse multinationals met een omzet boven de 2 miljard hun geld in Nederland hebben gestald. Deze opmerking lijkt gebaseerd op een artikel in het toenmalige dagblad De Pers van 27 december 2011 «De «Dutch pita»: Grieks geld in Holland». Over dit artikel en de daarin gedane suggesties heeft het toenmalig lid Braakhuis (GroenLinks) op 29 december 2011 vragen gesteld aan de Staatssecretaris van Financiën, die bij brief van 27 januari 2012 zijn beantwoord1.

Ik ben van mening dat de suggestie in het genoemde bericht, dat Nederland Griekse bedrijven helpt met belastingontwijking, onjuist is. Er is voor mij dan ook geen reden hier actie op te ondernemen. Het bericht maakt niet duidelijk welke Griekse belasting zou worden ontweken. Er is geen aanleiding te veronderstellen dat Griekse winstbelasting kan worden ontweken door het opnemen van een Nederlands lichaam in een internationale structuur.

Voor zover de inhouding van Griekse dividendbelasting wordt voorkomen, is dat in elk geval geen gevolg van Nederlandse wetgeving. Ook ligt het niet voor de hand dat de oorzaak ligt in het bilaterale belastingverdrag tussen Nederland en Griekenland, nu het daarin overeengekomen bronbelastingtarief op dividenden hoger is dan in de meeste andere verdragen die Griekenland heeft gesloten. Voor zover Griekenland geen dividendbelasting inhoudt op grond van de Europese Moeder-dochterrichtlijn, heeft Griekenland kennelijk zelf besloten zijn nationale anti-misbruikmaatregelen niet toe te passen, want daartoe biedt de richtlijn wel ruimte.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Financiën, F.H.H. Weekers


X Noot
1

Tweede Kamer vergaderjaar 2011–2012, Aanhangsel nr 1319

Naar boven