21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1770 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 augustus 2021

Hierbij zend ik u het verslag van de videoconferentie van de Ecofinraad van 26 juli 2021.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Verslag Ecofinraad 26 juli 2021

Wetgevingsvoorstellen op het gebied van anti-witwassen

Tijdens de Ecofinraad heeft de Europese Commissie een presentatie gegeven over de wetgevingsvoorstellen op het gebied van het voorkomen van witwassen (AML) en terrorismefinanciering (CFT) die op 20 juli jl. zijn gepubliceerd.1 Dit pakket bestaat onder meer uit een verordening waarmee een Europese AML/CFT-toezichthouder wordt opgericht (AMLA), en een verordening met geharmoniseerde anti-witwasregels (AMLR). Voorts bevat het pakket een nieuwe richtlijn (AMLD6) en een gewijzigde verordening omtrent overboeking van geld en bepaalde cryptovaluta. De Kamer zal middels BNC-fiches over deze voorstellen worden geïnformeerd.

De wetgevende voorstellen volgen onder andere op het joint position paper dat Nederland, samen met Frankrijk, Duitsland, Italië, Letland en Spanje in het najaar van 2019 heeft opgesteld. Hierin werd al gepleit voor de oprichting van een nieuwe, onafhankelijke Europese AML/CFT-toezichthouder en verdere harmonisering van AML/CFT-regels door middel van een verordening.2

Veel lidstaten, waaronder Nederland, spraken hun steun uit voor het pakket aan maatregelen en benadrukten het belang van een gezamenlijke aanpak van witwassen en terrorismefinanciering. Het betreft grensoverschrijdende problematiek waarbij Europese samenwerking en een Europese aanpak cruciaal zijn voor de effectiviteit van de maatregelen. Er was brede steun voor een onafhankelijke Europese AML/CFT-toezichthouder. Daarbij werd door verschillende lidstaten opgemerkt dat een goede samenwerking met nationale toezichthouders belangrijk is. Nederland heeft aanvullend nog het belang van gegevensdeling bij de aanpak van witwassen benadrukt.

Recovery and Resilience Facility

Tijdens de Ecofinraad stond de bespreking van vier uitvoeringsbesluiten van de Raad in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht (Recovery and Resilience Facility; RRF) op de agenda (voor Cyprus, Kroatië, Litouwen en Slovenië).3 De kabinetsappreciatie van deze uitvoeringsbesluiten is op 21 juli jl. aan de Tweede Kamer verstuurd.4 Na de Ecofinraad zijn deze vier uitvoeringsbesluiten door middel van een schriftelijke procedure formeel goedgekeurd door de Raad.5

Op grond van de RRF-verordening moet de Europese Commissie plannen beoordelen en, indien zij tot een positieve beoordeling komt, een voorstel doen voor een uitvoeringsbesluit van de Raad. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid over deze uitvoeringsbesluiten en heeft hier op grond van de RRF-verordening in de regel een maand de tijd voor vanaf het moment waarop de Europese Commissie een voorstel heeft gedaan. De Kamer is in een brief van 3 mei jl. geïnformeerd over dit proces.6

Tijdens de Ecofinraad van 13 juli jl. zijn de eerste twaalf voorstellen7 voor uitvoeringsbesluiten van de Raad voor besluitvorming goedgekeurd.8 De Tweede Kamer heeft op 30 juni jl.9 en 7 juli jl.10 een appreciatie van deze voorstellen ontvangen.

Meerdere lidstaten, waaronder Nederland, spraken wederom hun dank uit voor het werk van de Europese Commissie bij de beoordeling van de plannen en onderstreepten dat de goedkeuring van de uitvoeringsbesluiten een belangrijke mijlpaal is. Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, gaven aan dat een goede implementatie van de plannen de volgende stap is. Daarbij is het van belang dat de voortgang goed wordt gemonitord om de impact van de hervormingen en investeringen te waarborgen. Meerdere lidstaten, waaronder Nederland, hebben, met het oog op de uitvoeringsbesluiten die nog zullen volgen, bijzondere aandacht gevraagd voor het belang van rechtsstatelijkheid en daarbij o.a. aangegeven dat relevante hervormingen op dit terrein moeten worden doorgevoerd in lijn met de landspecifieke aanbevelingen, de investeringen in de plannen de fundamentele Europese waarden moeten respecteren, en de control- en auditraamwerken die toezien op de plannen van hoge kwaliteit dienen te zijn.


X Noot
2

Bijlage bij Kamerstuk 31 477, nr. 44.

X Noot
4

Kamerstuk 21 501-07, nr. 1769

X Noot
5

Er kunnen geen formele besluiten in videoconferenties worden genomen, aangezien zij informeel van aard zijn. Coreper kan, gelet op de uitzonderlijke omstandigheden die COVID-19 meebrengt, per geval besluiten om de schriftelijke procedure te gebruiken voor besluitvorming door de Raad.

X Noot
6

Kamerstuk 21 501-07, nr. 1753

X Noot
7

Van België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Italië, Letland, Luxemburg, Oostenrijk, Portugal, Slowakije en Spanje

X Noot
9

Kamerstuk 21 501-07, nr. 1766

X Noot
10

Kamerstuk 21 501-07, nr. 1769

Naar boven