21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1680 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 april 2020

Bijgevoegd treft u de geannoteerde agenda van de ingelaste Eurogroep in inclusieve samenstelling op 7 april 2020. Dit weerspiegelt de meest actuele stand van de gesprekken. De gedachtevorming is echter nog erg in beweging. Ik zal uw Kamer zo goed mogelijk op de hoogte te houden van alle ontwikkelingen.

De snelle ontwikkelingen van de afgelopen dagen en weken hebben geleid tot een vertraging in de verzending van het verslag van de ingelaste Ecofinraad en Eurogroep van 23 en 24 maart 2020 en de beantwoording van de Kamervragen van het lid Leijten (SP) (Aanhangsel Handelingen II 2019/20, nr. 2425). Beide stukken zijn tevens bijgesloten.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Verslag ingelaste Ecofinraad en Eurogroep 23 en 24 maart 2020

Ecofinraad 23 maart

Economische impact van COVID-19 crisis en de beleidsreactie

De Europese Commissie heeft een presentatie gegeven over de laatste economische vooruitzichten. Ook heeft de Europese Commissie haar pakket aan maatregelen om de economische gevolgen van de COVID-19 crisis te beheren en mitigeren toegelicht. Zo heeft de Europese Commissie in haar mededeling van 13 maart jl. een pakket van Europese maatregelen aangekondigd dat zich met name richt op de sociaaleconomische gevolgen van COVID-19.1 Voor de appreciatie van het kabinet van deze maatregelen verwijs ik u naar de Kamerbrief Noodpakket banen en economie en de bijlage daarvan.2 Vervolgens heeft de Europese Commissie separate mededelingen opgesteld over het gebruik van bestaande flexibiliteit binnen de Europese begrotingsregels en de staatsteunregels. Zo heeft DG COMP op 16 maart jl. een voorstel gedaan voor een tijdelijk staatssteunkader voor COVID-19 dat voorwaarden stelt voor het geven van liquiditeitssteun aan bedrijven voor de economische schade die door de COVID-19 uitbraak is ontstaan. Het kader is met relatief kleine aanpassingen op 19 maart jl. vastgesteld.3 Voor de kabinetsappreciatie daarvan verwijs ik u naar de geannoteerde agenda voor de videoconferentie van de Europese Raad inzake COVID-19 van 26 maart 2020.4 Op het gebied van de begrotingsregels heeft de Europese Commissie op 20 maart jl. in een separate mededeling aan de Raad voorgesteld om de algemene ontsnappingsclausule te activeren.5 Dit laatste onderwerp is deze Ecofinraad ook nog separaat besproken bij het volgende agendapunt.

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft haar besluit van 18 maart jl. toegelicht om een nieuw tijdelijk aankoopprogramma te starten, het pandemic emergency purchase programme (PEPP).6 Het programma is bedoeld om risico’s voor monetaire transmissie te adresseren en de economische vooruitzichten te ondersteunen door een verkrapping van de financiële condities tijdens de COVID-19 crisis tegen te gaan.

Lidstaten erkennen dat de huidige situatie uitzonderlijk is, waarbij (sommige) landen hard getroffen worden door een gezondheidscrisis, en dit zodoende om een uitzonderlijke beleidsreactie vraagt om economische groei en werkgelegenheid te ondersteunen. Er was brede steun voor het voorstel van de Europese Commissie voor een tijdelijk staatssteunkader. Naast maatregelen op de korte termijn riepen meerdere lidstaten, waaronder Nederland, op ook oog te hebben voor de herstelfase nadat de uitbraak over is. Daarom heeft Nederland de Commissie gevraagd om in de tweede helft van 2020 te kijken naar welke lessen getrokken kunnen worden uit de huidige crisis. Tot slot heeft onder meer Nederland de Europese Commissie gevraagd te onderzoeken welke aanvullende mogelijkheden zij onder andere binnen het Meerjarig Financieel Kader ter beschikking heeft ten behoeve van Corona.

Toepassen van flexibiliteit binnen het Stabiliteits- en Groeipact i.v.m. COVID-19

De Europese Commissie heeft een presentatie gegeven over de verschillende vormen van flexibiliteit binnen het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) die van toepassing zijn op de situatie rondom COVID-19. In het bijzonder heeft de Commissie haar mededeling van 20 maart jl. gepresenteerd waarin ze de activering van de algemene ontsnappingsclausule («general escape clause») van de begrotingsregels voorstelt.

De Europese Commissie heeft een toelichting gegeven op de algemene ontsnappingsclausule. Dit is onderdeel van de bestaande begrotingsregels, zoals opgenomen in de regelgeving van het SGP. De clausule maakt het mogelijk om het begrotingsbeleid te coördineren in tijden van een ernstige economische neergang. In de preventieve arm van het SGP (verordening 1466/97) hebben lidstaten een middellang doel (Medium Term Objective, MTO) voor hun structurele begrotingssaldo. Indien lidstaten dat doel niet halen, moeten ze hun structurele saldo jaarlijks stapsgewijs verbeteren. Met de clausule kan het lidstaten worden toegestaan om tijdelijk af te wijken van het aanpassingstraject richting de MTO wanneer er sprake is van een ernstige economische neergang in de eurozone of de EU als geheel. Daarnaast kan de Raad voor lidstaten in een buitensporigtekortprocedure van de correctieve arm (verordening 1467/97) tot een aangepast begrotingspad besluiten wanneer er sprake is van een ernstige economische neergang in de eurozone of de EU als geheel. Daarbij geldt de voorwaarde dat de houdbaarheid van de begroting op middellange termijn niet in gevaar mag komen.

Er was brede steun voor het voorstel van de Commissie voor het gebruiken van de algemene ontsnappingsclausule van het SGP. Zoals ik tijdens het AO Eurogroep en Ecofinraad op 12 maart jl, heb toegelicht steunt NL het gebruik van flexibiliteit binnen het SGP om lidstaten in staat te stellen de Coronacrisis te bestrijden en de economische gevolgen te mitigeren. Tijdens het Wetgevingsoverleg op 25 maart jl. heb ik specifiek aangegeven dat Nederland het voorstel van de Commissie voor de algemene ontsnappingsclausule heeft gesteund (Kamerstukken 35 412 en 35 413 en 35 414 en 35 414, nr. 14). De EU ministers van Financiën hebben hiervoor een gezamenlijke verklaring gepubliceerd (zie bijgevoegd).7

COVID-19 uitbraak: de implicaties voor het Europees Semester

Er heeft een discussie plaatsgevonden over de implicaties van de COVID-19 uitbraak op (de tijdslijn van) het Europees Semester. Hierbij is met name gesproken over het aanleveren van de nationale hervormingsprogramma’s (NHP) en de stabiliteits- en convergentieprogramma’s (SCP) door lidstaten, waarvoor de deadline 30 april is. De COVID-19 uitbraak en de economische gevolgen ervan hebben grote budgettaire consequenties. Om deze reden hebben sommige lidstaten zich uitgesproken voor uitstel van de deadline voor het SCP en het NHP.

De meeste lidstaten, waaronder Nederland, erkennen de uitdagingen die de huidige ontwikkelingen met zich meebrengen om geactualiseerde stabiliteits- en convergentieprogramma’s aan te leveren en geven aan een pragmatische opstelling te hebben ten aanzien van het proces rondom het Europees Semester. De Europese Commissie heeft aangegeven dat de wetgeving met betrekking tot de deadlines van het Semester beperkte flexibiliteit kent, maar met een voorstel te zullen komen over hoe gezien de huidige situatie invulling kan worden gegeven aan het Europees Semester.

Eurogroep 24 maart

COVID-19: uitdagingen voor het economisch beleid – voorbereiding Europese Raad 26 maart 2020

Op maandag 16 maart jl. heeft de Eurogroep uitgebreid gesproken over een gecoördineerde aanpak van de economische gevolgen en uitdagingen van de COVID-19 uitbraak.8 Op basis daarvan is een Eurogroep-verklaring overeengekomen.9 In deze verklaring is weergegeven welke financieel-economische maatregelen lidstaten nemen en is aangekondigd dat lidstaten alle benodigde maatregelen zullen nemen om economische groei en werkgelegenheid te ondersteunen. Ook is in de verklaring van de Eurogroep opgenomen dat de Europese begrotingsregels zullen worden toegepast met de flexibiliteit die binnen de bestaande kaders beschikbaar is. Daarnaast heeft de Eurogroep de aangekondigde maatregelen van de Europese Commissie, de Europese Investeringsbank (EIB) en de Europese Centrale Bank verwelkomd. Tenslotte heeft de Eurogroep destijds alle EU instanties opgeroepen om verdere opties te ontwikkelen om de economische gevolgen van COVID-19 te mitigeren.

Tijdens deze Eurogroep hebben lidstaten elkaar geïnformeerd over de ontwikkelingen in hun land en de maatregelen die zij nationaal hebben genomen en zijn de stappen die door de Europese instellingen zijn genomen verwelkomd. Nederland heeft op 17 maart jl. een groot pakket aan maatregelen aangekondigd om de economische gevolgen van COVID-19 te mitigeren en economische groei en werkgelegenheid te ondersteunen. Hierover bent u geïnformeerd middels de kabinetsbrief Noodpakket banen en economie.10 Ook alle andere landen stellen dergelijke noodpakketten op. Door de bespreking kunnen lidstaten van elkaars ervaringen leren en waar mogelijk coördineren door het delen van nationale «best practices» met elkaar delen. Zoals hierboven in het verslag van de Ecofinraad beschreven heeft Nederland ook ingestemd met het benutten van de flexibiliteit in de Europese begrotingsregels, om landen in staat te stellen de COVID-crisis en de economische gevolgen te kunnen adresseren. Ook heeft Nederland tijdens de Eurogroep herhaald open te staan voor het beschikbaar maken van meer middelen voor COVID-19.

Daarnaast heeft de Eurogroep gesproken over de verdere coördinatie van de beleidsaanpak. Naar aanleiding van de oproep van de Eurogroep van 16 maart jl. hebben de Europese Commissie en het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) nader toegelicht welke rol zij in het bestrijden van de crisis kunnen spelen. Het ESM heeft verschillende instrumenten tot zijn beschikking voor landen die in financiële problemen (dreigen te) komen.

De voorzitter van de Eurogroep, Mário Centeno, heeft een brief opgesteld aan de voorzitter van de Europese Raad met zijn persoonlijke conclusies op basis van de bespreking, ten behoeve van de videoconferentie van de regeringsleiders op 26 maart a.s.11. Daarin bevestigt hij dat lidstaten veel maatregelen nemen om de economische gevolgen van de COVID-19-crisis te beheersen en mitigeren. Ook zijn er gecoördineerde maatregelen genomen op Europees niveau, zoals het activeren van de algemene ontsnappingsclausule binnen het raamwerk van de Europese begrotingsregels en maatregelen ten aanzien van het raamwerk voor staatssteun. Verder geeft hij aan dat er brede steun is om te onderzoeken op welke manier het ESM een rol kan spelen, middels bijvoorbeeld het gebruik van de kredietlijn tegen verscherpte voorwaarden (Enhanced Conditions Credit Line, ECCL), gericht op de huidige omstandigheden en binnen het bestaande raamwerk zoals vastgelegd in het ESM-verdrag. Daarbij wordt gedacht aan een envelop ter grootte van ongeveer 2% van het bruto binnenlands product (bbp) van de lidstaten. Nederland is van mening dat voor elk instrument passende voorwaarden in acht genomen dienen te worden. Vanzelfsprekend moeten landen nu eerst alle energie richten op het bestrijden van de COVID-19-crisis en de economische gevolgen ervan. Daarna is het van belang dat landen sterker uit deze crisis komen. Over de precieze uitwerking van de mogelijkheden voor ESM-steun zal nog verder gesproken worden, onder andere in Eurogroep-verband. Daarover zult u worden geïnformeerd via de geannoteerde agenda en het verslag dat ik voor deze vergaderingen aan uw Kamer zal sturen. Mocht het op enig moment tot een aanvraag voor stabiliteitssteun komen dan wordt uw Kamer geïnformeerd conform de daarover gemaakte afspraken12. Als laatste concludeert de heer Centeno in zijn brief dat de Eurogroep verder zal blijven werken aan mogelijkheden om de economische gevolgen van de COVID-19-crisis te adresseren, samen met het ESM en de EIB. Ook geeft hij aan dat de Eurogroep uitkijkt naar verdere voorstellen van de Europese Commissie gebaseerd op de EU-begroting.

De huidige uitzonderlijke omstandigheden vragen om uitzonderlijke maatregelen, op nationaal en internationaal vlak. Alle lidstaten en instituties in de Europese Unie doen hun uiterste best de economische schade van COVID-19 zo klein mogelijk te houden. In de bijlage «Internationale en Europese maatregelen om economische gevolgen COVID-19 te mitigeren» bij «Kamerbrief over noodpakket economie en banen» is een overzicht opgenomen over de verschillende maatregelen die de lidstaten en instituties hebben genomen.13 Zo hebben lidstaten op nationaal niveau verschillende maatregelen genomen om te voorkomen dat werknemers hun baan verliezen en bedrijven kampen met een tekort aan liquiditeit. Daarnaast is besloten tot het vrijmaken van financiële middelen binnen de EU-begroting, het gebruik van flexibiliteit in Europese wetgeving met betrekking tot staatssteun en het toepassen van uitzonderlijke flexibiliteit op het gebied van de Europese begrotingsregels, en heeft de ECB besloten tot een uitgebreid pakket van monetaire beleidsbeslissingen. De nationale en verschillende Europese maatregelen zijn complementair in de zin dat ze elkaars individuele positieve effect kunnen versterken. Zoals hierboven aangegeven heeft Nederland ingestemd met het optimaal gebruiken van de flexibiliteit in de Europese begrotingsregels en de staatssteunregels. Ook heeft Nederland met de Eurogroep de reeds genomen Europese maatregelen verwelkomd. Nederland heeft de Europese Commissie opgeroepen om te verkennen welke aanvullende mogelijkheden bestaan binnen het bestaande raamwerk van de EU-begroting en het toekomstige MFK. Met dit alles zijn en worden met steun van Nederland aanzienlijke stappen gezet om in Europa gezamenlijk de economische gevolgen van de COVID-19-crisis het hoofd te bieden, waarbij in een eerste fase alle aandacht gericht dient te zijn op het bestrijden van COVID-19 en in een tweede fase gekeken dient te worden naar het versterken van de economische fundamenten.

Geannoteerde agenda extra ingelaste Eurogroep 7 april 2020

Eurogroep – Inclusieve samenstelling

COVID-19: uitdagingen voor het economisch beleid

Op maandag 16 maart jl. heeft de Eurogroep uitgebreid gesproken over een gecoördineerde aanpak van de economische gevolgen en uitdagingen van de COVID-19 uitbraak.14 Op basis daarvan is een Eurogroepverklaring overeengekomen.15 In deze verklaring is weergegeven welke financieel-economische maatregelen lidstaten nemen en is aangekondigd dat lidstaten alle benodigde maatregelen zullen nemen om economische groei en werkgelegenheid te ondersteunen. Ook is in de verklaring van de Eurogroep opgenomen dat de Europese begrotingsregels zullen worden toegepast met de flexibiliteit die binnen de bestaande kaders beschikbaar is. Nederland heeft deze Europese maatregelen gesteund. Daarnaast heeft de Eurogroep de aangekondigde maatregelen van de Europese Commissie, de Europese Investeringsbank (EIB) en de Europese Centrale Bank (ECB) verwelkomd. Tenslotte heeft de Eurogroep destijds alle EU-instanties opgeroepen om verdere opties te ontwikkelen om de economische gevolgen van COVID-19 te mitigeren.

Tijdens de Eurogroep van 24 maart jl. is verder gesproken over een gecoördineerde aanpak van de economische gevolgen en uitdagingen van de COVID-19 uitbraak. Lidstaten hebben elkaar geïnformeerd over de ontwikkelingen in hun land en de maatregelen die zij nationaal hebben genomen. Nederland heeft op 17 maart jl. een groot pakket aan maatregelen aangekondigd om de economische gevolgen van COVID-19 te mitigeren en economische groei en werkgelegenheid te ondersteunen. Hierover bent u geïnformeerd middels de kabinetsbrief Noodpakket banen en economie.16 Ook alle andere landen stellen dergelijke noodpakketten op. Door het delen van nationale «best practices» kunnen lidstaten van elkaars ervaringen leren. Verder zijn de stappen die door de Europese instellingen zijn genomen verwelkomd. Ook Nederland heeft steun uitgesproken voor de stappen die de Europese instellingen hebben gezet en het belang uitgedragen van een gecoördineerde Europese aanpak van de economische gevolgen van de COVID-19 uitbraak. De Europese Commissie en het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) hebben nader toegelicht welke rol zij in het bestrijden van de crisis kunnen spelen. Het ESM heeft verschillende instrumenten tot zijn beschikking voor landen die in financiële problemen (dreigen te) komen.

De voorzitter van de Eurogroep, Mário Centeno, heeft n.a.v. de discussie in de Eurogroep op 24 maart jl. een brief gestuurd aan de voorzitter van de Europese Raad met zijn persoonlijke conclusies, ten behoeve van de videoconferentie van de regeringsleiders op 26 maart jl.17

In de videoconferentie van de leden van de Europese Raad van 26 maart jl. is o.a. gesproken over maatregelen om de economische impact van de coronacrisis te mitigeren. Op basis van die bespreking is de Eurogroep uitgenodigd om binnen twee weken met voorstellen te komen waar de leden van de Europese Raad zich vervolgens over kunnen uitspreken.18 De verwachting is dat in de aankomende Eurogroep van 7 april a.s. met name gesproken zal worden over deze mogelijke voorstellen, met als doel om voorstellen aan de Europese Raad te kunnen presenteren.

Er zal waarschijnlijk worden gesproken over de mogelijke rol die het ESM kan vervullen. De heer Centeno gaf in zijn brief van 24 maart jl. aan dat er in de Eurogroep brede steun is om te onderzoeken op welke manier het ESM een rol kan spelen, middels bijvoorbeeld het gebruik van de kredietlijn tegen verscherpte voorwaarden (Enhanced Conditions Credit Line, ECCL), gericht op de huidige omstandigheden en binnen het bestaande raamwerk zoals vastgelegd in het ESM-verdrag. Daarbij wordt gedacht aan een envelop ter grootte van ongeveer 2% van het bruto binnenlands product (bbp) van de lidstaten. Nederland is van mening dat voor elk instrument passende voorwaarden in acht genomen dienen te worden. Vanzelfsprekend moeten landen nu eerst alle energie richten op het bestrijden van de COVID-19-crisis en de economische gevolgen ervan. Daarna is het van belang dat landen sterker uit deze crisis komen.

Ook zal in de Eurogroep waarschijnlijk gesproken worden over het Nederlandse voorstel voor een Coronafonds. Het doel van dit fonds is een tijdige en tijdelijke verstrekking van noodhulp in lidstaten en regio’s voor bestrijding van het COVID-19 virus. Het fonds zou opgericht worden buiten het Meerjarig Financieel Kader (MFK) en gevuld worden met bilaterale bijdragen. Het gaat hierbij expliciet om giften, niet om leningen. Het voorstel gaat uit van een totale omvang van 10 of 20 miljard euro waarbij Nederland respectievelijk 0,6 en 1,2 miljard euro zou bijdragen. Nederland zou zelf geen gebruik maken van het fonds.

Verder zullen sommige lidstaten naar verwachting het belang van eurobonds benadrukken. Een groep van negen landen heeft naar de Voorzitter van de Europese Raad een brief gestuurd met een verzoek om gemeenschappelijke schulduitgifte. Nederland is geen voorstander van eurobonds. Het uitgangspunt van de Europese verdragen is dat landen verantwoordelijk zijn voor hun eigen begroting. Het samen uitgeven en/of garant staan voor overheidsschuld voor het structureel financieren van begrotingen en schulden past hier niet bij. Dergelijke eurobonds vormen ook geen oplossing voor het aanpakken van deze door een pandemie veroorzaakte crisis en pakt de structurele uitdagingen van lidstaten niet aan. U kunt het standpunt ten aanzien van eurobonds teruglezen in de kamerbrief over veilige activa uit februari jl.19 Voor de goede orde, dit betekent niet dat nooit van gezamenlijke schulduitgifte sprake is. Voor de monetaire unie geeft het ESM ten behoeve van het verstrekken van stabiliteitssteun door de lidstaten gegarandeerd schuldpapier. Daarnaast bestaat binnen de volledige EU binnen het Verdrag betreffende de werking van de EU (VWEU) de mogelijkheid om in uitzonderlijke omstandigheden EU-lidstaten financiële bijstand te verlenen in de vorm van leningen. De middelen daarvoor kunnen via de uitgifte van EU-obligaties gemobiliseerd worden. Dit gebeurt ook af en toe, zoals op dit moment via het Europees Financieel Stabilisatiemechanisme (EFSM) en een faciliteit voor betalingsbalanssteun voor landen die de euro niet hebben.

Wat betreft de EIB is het de verwachting dat in de Eurogroep gesproken zal worden over aanvullende maatregelen door de EIB-groep, bovenop het eerder aangekondigde steunprogramma met de Europese Commissie. Dit eerdere steunprogramma werd door de Eurogroep verwelkomd op 16 maart jl. en heeft als doel om 40 miljard euro te mobiliseren voor Europees mkb. De voorgestelde aanvullende maatregelen door de EIB-groep zullen gericht zijn op het verder ondersteunen van Europees mkb, bijvoorbeeld door middel van het verstrekken van garanties van de EIB-groep aan banken en financiële intermediairs. Nederland is positief over het vergroten van de inzet van de EIB. Hierbij is het voor Nederland belangrijk dat instrumenten vraaggestuurd zijn, snel ingezet kunnen worden en dat de instrumenten efficiënt en tijdelijk zijn. Over de daadwerkelijke besluitvorming aangaande de voorgestelde aanvullende maatregelen van de EIB en de gevolgen voor de Nederlandse begroting zal uw Kamer nader worden geïnformeerd.

In de Eurogroep zal mogelijk ook gesproken worden over voorstellen van de Europese Commissie, die betrekking hebben op de Europese begroting en het huidige Meerjarig Financieel Kader (MFK). De Europese Commissie presenteerde 2 april jl. een voorstel voor een Europees instrument voor tijdelijke steun om de werkloosheidsrisico’s als gevolg van de COVID-19 uitbraak te verzachten (SURE).20 Deze financiële bijstand wordt verleend in de vorm van leningen van de Unie aan lidstaten. Ten behoeve van het verstrekken van deze steun kan de Europese Commissie namens de Unie middelen lenen op de internationale kapitaalmarkt; terugbetaling van deze leningen wordt gegarandeerd door de lidstaten, waardoor de Unie de middelen tegen lage kosten kan mobiliseren. Ook heeft de Europese Commissie op 2 april jl. een aantal voorstellen gedaan voor een verdere flexibilisering van de cohesiemiddelen waardoor middelen sneller en gerichter kunnen worden ingezet (in aanvulling op het eerdere voorstel voor een Corona Response Investment Initiative), een versnelde financiering voor steun aan boeren en plattelandsontwikkeling en speciale COVID-19 maatregelen voor het Visserijfonds. Op 3 april jl. heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan om het Emergency Support Instrument (ESI) voor een periode van 2 jaar opnieuw in werking te stellen, voor de bestrijding van de COVID-19-crisis. Dit instrument is in 2016 in het leven geroepen om middelen ter beschikking te stellen voor de vluchtelingencrisis in Griekenland en kan worden gebruikt voor elke crisis die humanitaire hulp vereist. Zo is de Europese Commissie van plan om met dit instrument voor 2,7 miljard euro uit de Europese begroting zaken te financieren die bijdragen aan de bestrijding van COVID-19 zoals het opzetten van veldhospitalen, de aanschaf van medische voorraad en het transport van medisch materiaal en patiënten over de grens. Daarnaast hebben lidstaten de mogelijkheid om bilateraal extra bij te dragen aan het ESI. Ook wil de Europese Commissie via het Union Civil Protection Mechanism 300 miljoen euro beschikbaar stellen voor de aanschaf van bijvoorbeeld beschermend materiaal. In totaal stelt de Europese Commissie in een tweede aanvullende begroting voor 2020 (DAB2) een extra budget voor van 3,0 miljard euro dat wordt gefinancierd via de inzet van speciale instrumenten en marges.

Een appreciatie van deze voorstellen, inclusief SURE, volgt zo spoedig mogelijk in een bredere kabinetsbrief over de voorstellen die de Europese Commissie recent heeft gedaan ter bestrijding van COVID-19.


X Noot
2

Kamerstuk 35 420, nr. 2

X Noot
4

Kamerstukken 21 501–20 en 25 295, nr. 1527

X Noot
8

Kamerstuk 35 420, nr. 2

X Noot
10

Kamerstuk 35 420, nr. 2

X Noot
11

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
12

Kamerstuk 21 501–07, nr. 1217

X Noot
14

Kamerstuk 35 420, nr. 2

X Noot
16

Kamerstuk 35 420, nr. 2

X Noot
19

Kamerstuk 21 501–07, nr. 1651

Naar boven