21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2815 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 januari 2024

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 januari 2024.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. Bruins Slot

GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN 22 januari 2024

Op maandag 22 januari a.s. vindt de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) plaats in Brussel. Op de agenda staan de Russische agressie tegen Oekraïne en de situatie in het Midden-Oosten. Onder Current Affairs worden Armenië en Azerbeidzjan besproken. De Minister van Buitenlandse Zaken is voornemens aan deze Raad deel te nemen. Tevens wordt u in deze brief geïnformeerd over de motie van het lid van Dijk, aangenomen in het Tweeminutendebat terrorisme/extremisme van 21 december 2023, aangaande inspanningen in Europees verband voor een visumverbod voor aanhangers en sympathisanten van Hamas.

Situatie in het Midden-Oosten

De Raad zal stilstaan bij de situatie in het Midden-Oosten en met name bij het voortdurende gewapende conflict tussen Israël en Hamas en de toenemende spanningen aan de grens tussen Israël en Libanon. De Ministers van Buitenlandse Zaken van Saudi-Arabië, Egypte, Jordanië, de Palestijnse Gebieden en de secretaris-generaal van de Arabische Liga zijn uitgenodigd om dit agendapunt deels (virtueel) bij te wonen. Daarna is de Minister van Buitenlandse Zaken van Israël uitgenodigd om het agendapunt deels bij te wonen. Op het moment van schrijven is er nog geen uitsluitsel over deelname van deze Ministers. Naar verwachting zal de Raad spreken over de benodigde actie in het licht van de schrijnende humanitaire situatie in Gaza. De Raad zal waarschijnlijk ook inventariseren welke maatregelen in EU-verband kunnen worden genomen om Hamas gericht aan te pakken. Ook zal de Raad mogelijkheden verkennen om gezamenlijk op te treden tegen gewelddadige kolonisten op de Westelijke Jordaanoever. Voorts zal de Raad spreken over de bijdrage van de EU aan het opstarten van een vredesproces.

De huidige humanitaire situatie in Gaza is verschrikkelijk. Te veel onschuldige levens zijn verloren en de schaal van het leed en de verwoesting in Gaza door de Israëls bombardementen is enorm. Nederland benadrukt in diplomatieke contacten het belang van proportionaliteit in de militaire respons van Israël. Nederland roept Israël op om hierbij aantoonbaar terughoudend en zeer gericht te handelen. Er moet veel meer worden gedaan om burgerslachtoffers te voorkomen. Voorts onderstreept Nederland dat regionale escalatie voorkomen moet worden en blijft zich diplomatiek inspannen om alle gijzelaars vrij te krijgen en EU-burgers uit Gaza te kunnen krijgen. Nederland zal in EU-verband pleiten voor een tijdelijk humanitair staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas dat moet leiden tot een duurzame beëindiging van vijandelijkheden. Nederland blijft daarnaast onderstrepen dat er op grote schaal onmiddellijke, veilige en ongehinderde verstrekking van humanitaire hulp moet worden toegelaten en gefaciliteerd. Hiertoe is het met name van groot belang dat de grensovergangen per land gebruikt kunnen worden. De onlangs door Nederland aangestelde speciaal gezant voor humanitaire hulp zal zich onder meer voor dit doel inspannen, in nauwe samenwerking met de VN-coördinator voor humanitaire hulp. In het Tweeminutendebat terrorisme/extremisme van 21 december 2023 is het kabinet via de aangenomen motie van het lid van Dijk verzocht om zich in Europees verband in te spannen voor een visumverbod voor aanhangers en sympathisanten van Hamas.1 Palestijnen hebben een visum nodig om naar het Schengengebied te reizen. Binnen het visumbeslisproces wordt een aanvraag onder andere getoetst op aanwijzingen voor een bedreiging van de openbare orde of nationale veiligheid. Indien deze aanwijzingen er zijn, wordt de visumaanvraag geweigerd. Dit kan onder meer blijken uit een signalering in het Schengeninformatiesysteem (SIS), die geldt voor alle EU/EER-landen (met uitzondering van Ierland) en Zwitserland. Door het plaatsen van personen en entiteiten op sanctielijsten wordt derhalve een weigeringsgrond gecreëerd wanneer de betreffende personen een visumaanvraag indienen en kunnen personen die visumvrij reizen op dezelfde gronden toegang worden geweigerd.

Nederland is voorstander van het in EU-verband verkennen van maatregelen om Hamas en ondersteunende netwerken gericht aan te pakken, waarbij het sanctie-instrumentarium ook tot de mogelijkheden behoort. De EU heeft in respons op de aanval van Hamas van 7 oktober 2023 twee individuen op de EU terroristenlijst gezet.2

Zoals toegezegd tijdens het commissiedebat Israël en Gaza van 23 november 2023 en in lijn met motie Paternotte c.s. heeft Nederland steun uitgesproken voor een inventarisatie door EDEO van mogelijke maatregelen op EU-niveau, waaronder een visumverbod, tegen gewelddadige kolonisten.3

Tevens wordt verwacht dat de Raad zal stilstaan bij de ontwikkelingen en incidenten in de Rode Zee en de westelijke Golf van Aden. Houthi-rebellen vallen commerciële en militaire schepen aan, hetgeen grote gevolgen heeft voor de maritieme veiligheid in de regio en de vrije en veilige doorvaart. Inmiddels hebben meerdere landen verdedigende militaire acties uit moeten voeren om de internationale scheepvaart en eigen schepen te beschermen. De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk hebben gewapend opgetreden tegen de militaire infrastructuur van de Houthi’s. Zoals op 12 januari jl. in de Kamerbrief «maritieme veiligheid in de Rode Zee» gemeld,4 steunt Nederland deze operatie politiek en heeft het niet-operationele militaire steun verleend aan deze operatie door middel van de inzet van één stafofficier gegeven. Naar verwachting zal de Raad spreken over de lopende en toekomstige inspanningen op politiek en militair gebied om bij te dragen aan de veiligheid in de Rode Zee en de westelijke golf van Aden.

Gezien het grote belang van maritieme veiligheid en vrije en veilige doorvaart voor Nederland en de EU zal Nederland pleiten voor een stevige Europese respons. Nederland zal verwijzen naar de verschillende initiatieven die Nederland reeds ontplooit en steunt. Het betreft hier onder andere verschillende diplomatieke sporen, de militaire bijdrage aan operatie Prosperity Guardian,5 het onderzoek naar een mogelijke aanvullende bijdrage aan maritieme veiligheid in de regio en de gemeenschappelijke verklaring van 3 januari jl. en de politieke en niet-operationale militaire steun aan de door de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk geleide operatie.6

Russische agressie jegens Oekraïne

De Raad zal over de voortdurende Russische agressie tegen Oekraïne spreken. De kern van de inzet van het kabinet ten aanzien van de Russische oorlog tegen Oekraïne blijft onverminderd gericht op enerzijds het verlenen van zoveel mogelijk steun aan Oekraïne en anderzijds op het verder vergroten van de druk op Rusland om de agressie te beëindigen.

Op 19 december 2023 vond de tweede ronde bilaterale consultaties met Oekraïne plaats over invulling van het veiligheidsarrangement tussen Nederland en Oekraïne. Ook de EU ondertekende op 12 juli 2023 als deelnemer van de G7 de verklaring over veiligheidsarrangementen voor Oekraïne.7 Kernelementen hiervan zijn onder andere de EU Military Assistance Mission in support of Ukraine (EUMAM), het versterken van de Europese defensie-industrie en meerjarige militaire steun via de Europese Vredesfaciliteit (EPF). Het kabinet verwelkomt de uitwerking van deze veiligheidsarrangementen in lijn met motie Piri en Veldkamp,8 die Oekraïne zullen helpen zichzelf te verdedigen en destabilisatiepogingen en agressie tegen te gaan. Onderhandelingen over het EPF Ukraine Assistance Fund zijn nog gaande.9 Het kabinet benadrukt het belang van snelle besluitvorming om te voorkomen dat de huidige steun stil komt te liggen en zet in op de ophoging van dit fonds met 5 miljard euro in 2024. In dit kader is er 300,9 miljoen euro gereserveerd voor de Nederlandse bijdrage in 2024. Tot op heden ontvangt Nederland een substantieel deel van de EPF-bijdrage voor Oekraïne terug via declaraties voor bilateraal geleverde steun.

Daarnaast zal de Raad naar verwachting ook spreken over de uitkomsten van de vierde bijeenkomst over President Zelensky’s Vredesformule voor nationale veiligheidsadviseurs waarbij Nederland ook vertegenwoordigd was.

Armenië en Azerbeidzjan

Verwacht wordt dat tijdens de Raad gesproken zal worden over de ontwikkelingen in het vredesproces en de rol die de EU hierin kan spelen. Tijdens de vergaderingen van de Raad in oktober en november is gesproken over opties voor steun aan Armenië. In dat kader reisde een delegatie van EDEO en de Europese Commissie eind november af naar Armenië voor een inventariserende «fact finding» missie. Mogelijk zal op basis van de bevindingen van de missie tijdens de aankomende Raad verder worden gesproken over steunmaatregelen.


X Noot
1

Motie van het lid Diederik van Dijk 29 754, nr. 704 en verzoek

X Noot
3

Zie toezegging TZ202311–038, Commissiedebat situatie Israël/Gaza 23 november 2023 en Kamerstukken II, 2023–2024, 21 501-20, nr. 1984, motie van het lid Paternotte c.s.

X Noot
4

Zie 2024Z00190.

X Noot
5

Zie Kamerbrief veiligheidssituatie Irak en gevolgen voor Nederlandse aanwezigheid, d.d. 20 december 2023, Kamerstuk 27 925, nr. 963.

X Noot
6

Zie Kamerbrief over kennisgeving onderzoek naar bijdrage maritieme veiligheid Golfregio, d.d. 22 december 2023, 2023Z21000 en zie gezamenlijk statement o.l.v. de Verenigde Staten: https://www.whitehouse.gov/briefing-room/statements-releases/2024/01/03/a-joint-statement-from-the-governments-of-the-united-states-australia-bahrain-belgium-canada-denmark-germany-italy-japan-netherlands-new-zealand-and-the-united-kingdom/.

X Noot
7

Zie https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2023/07/12/g7-joint-declaration-of-support-for-ukraine/; Zie ook verslag NAVO Top in Vilnius van 11 en 12 juli, d.d. 18 juli 2023, Kamerstuk 28 676, nr. 440.

X Noot
8

Zie Kamerstukken II 2023–2024, 21 501-20, nr. 1993.

X Noot
9

Zie ook geannoteerde agenda RBZ van 11 december 2023, d.d. 1 december 2023, Kamerstuk 21 501-02, nr. 2790.

Naar boven