21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1982 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 28 maart 2019

De vaste commissie voor Europese Zaken en de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben op 5 maart 2019 overleg gevoerd met de heer Blok, Minister van Buitenlandse Zaken, over:

  • de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken d.d. 22 februari 2019 inzake geannoteerde agenda informele Raad Algemene Zaken van 11 en 12 maart 2019 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1968);

  • de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken d.d. 5 maart 2019 inzake vertrouwelijke bijlagen bij de geannoteerde agenda voor de informele Raad Algemene Zaken (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1970).

Van dit overleg brengen de commissies bijgaand geredigeerd woordelijk verslag uit.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Veldman

De voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Pia Dijkstra

De griffier van de vaste commissie voor Europese Zaken, Van Haaster

Voorzitter: Veldman

Griffier: Van Haaster

Aanwezig zijn zes leden der Kamer, te weten: Leijten, Maeijer, Anne Mulder, Omtzigt, Van Rooijen en Veldman,

en de heer Blok, Minister van Buitenlandse Zaken.

Aanvang 17.02 uur.

De voorzitter:

Dames en heren, goedemiddag. Ik heet de Minister van Buitenlandse Zaken en zijn ambtelijke ondersteuning welkom. Ik heet ook de leden van de commissie, de mensen op de publieke tribune en de mensen die het overleg op een andere plek volgen, welkom. Dit algemeen overleg van de vaste commissie voor Europese Zaken heeft als agendapunt de informele Raad Algemene Zaken van 11 maart 2019.

Ik kijk naar de heer Mulder die als eerste het woord zal voeren.

De heer Anne Mulder (VVD):

Dank, voorzitter. U zei het al: een informele raad. Mijn vraag aan de Minister is: «informeel» betekent toch dat er geen besluiten worden genomen? Klopt dat? Op de agenda staat het Meerjarig Financieel Kader, zeg maar de Europese begroting. Daar komt een discussie over. Daar hebben we het hier in de Kamer al vaak over gehad. De VVD steunt nog steeds de inzet van het kabinet, die ook alweer anderhalf jaar bekend is.

Ik heb nog een opmerking over flexibiliteit. Ik heb sterk de indruk dat dat op de agenda staat. Hoe flexibel is die begroting? Misschien is het goed om dan ook om flexibiliteit naar beneden te vragen. Immers, het verhogen van een begroting is altijd makkelijk, maar als men flexibiliteit wil, kan ik me ook voorstellen dat je de uitgavenkant wat flexibeler maakt, dus dat de uitgaven naar beneden bijgesteld kunnen worden. Kortom, ik kan me voorstellen dat je het niet jarenlang vastlegt en dat iedereen daar weer rechten aan ontleent.

Het gaat voorts over de top in Sibiu en over de Strategische Agenda van de Europese Commissie. Wat is het karakter van dat overleg? Ik had eerst de indruk dat dat overleg op 9 mei zou plaatsvinden, na de brexit. Dat is toch een moment om te zeggen: de rest van de Europese Unie is verenigd. Is dat zo? Heeft de Europese Commissie nog een agenda? Of niet? Kortom, wat is het karakter van dat overleg en wat wordt daar gezegd? We hebben het daar tijdens het debat over de Staat van de Unie over gehad. Wat zijn de prioriteiten van Nederland? Mijn vraag is vooral ook: hoe gaat Nederland dat nou naar voren brengen? Je kan zeggen dat veiligheid belangrijk is, maar dan moet je ook ideeën hebben hoe dan precies. Hoe gaat Nederland zich dan voorbereiden op de top in Sibiu en later de top in juni, wanneer de Europese Unie komt te spreken over de Strategische Agenda van de nieuwe Europese Commissie?

We hebben een paar weken geleden bij het debat over de Staat van de Unie een motie ingediend over functiescheiding van de Europese Commissie, over het weghalen van de handhavende taak. We hebben om een onderzoek gevraagd. Hoe gaat het kabinet dit onderzoek doen? Kan de Minister iets zeggen over hoe dat precies gaat?

Dan kan Nederland aangeven wat het wil, maar belangrijker is wat andere landen willen en wat Nederland ook vooral niet wil. Kan de Minister daar ook iets over zeggen?

Misschien biedt het artikel van president Macron van Frankrijk ook nog wel een kans. We hebben dat in heel veel dagbladen all over Europe kunnen lezen. Hij zegt dat er geen taboes zijn. Dat is interessant, want dan kan hij misschien ook iets zeggen over Straatsburg als locatie voor het Europees parlement. Als het inderdaad waar is dat er voor president Macron geen taboes zijn, kunnen we dat gelijk even testen. Dus als de Minister aan zijn Franse collega wil vragen of dat betekent dat het verhuiscircus tussen Straatsburg en Brussel afgeschaft kan worden? Dat lijkt ons een lief ding waard.

Tot slot de brexit. Daar wordt veel over gespeculeerd.

Mevrouw Leijten (SP):

U heeft het over het artikel van Macron. Dat is uw politiek leider in Europa. Hij is dan weliswaar geen Spitzenkandidat bij de ALDE, maar wij weten allemaal dat Macron eigenlijk wel de leiding bij de ALDE wil hebben. Omarmt de VVD-fractie vandaag dat artikel van Macron? Daar ben ik eigenlijk wel benieuwd naar, want dat komt zo op mij over.

De heer Anne Mulder (VVD):

Ik heb dat artikel bij me, want ik had deze vraag natuurlijk verwacht. Een aantal elementen in het artikel van president Macron zijn natuurlijk interessant. «Het Europees model berust op vrijheid van de mens». Dat lijkt ons als liberalen een goed uitgangspunt. Wat dat betreft is de toon van zijn sollicitatie om bij de liberale groep te komen, op zich goed. En ook de toon spreekt ons aan. We moeten Europa bij elkaar houden. Dat moeten we niet op het spel zetten. Dat zijn dus goede elementen. En voor de rest van de maatregelen geldt dat we maar eens moeten kijken wat Frankrijk daarvan inbrengt. Maar ik heb al een belangrijke genoemd: geen taboes.

Mevrouw Leijten (SP):

Hij zegt heel duidelijk dat je tegen isolationisme moet zijn. Het druipt ervan af dat nationaal belang eigenlijk heel erg vies is. Hij zegt ook heel erg duidelijk dat Europa niet alleen maar markt is, maar ook een project, een politiek project. Nou weet ik dat de VVD eigenlijk altijd een behoorlijk kritische partij was. We hebben ook nog zoiets als soevereiniteit en subsidiariteit. Dat komt niet in het artikel voor. Daar heeft hij het niet over. Hij heeft het niet over verschillen die er tussen landen kunnen zijn en dat we die ook gewoon moeten kunnen accepteren en respecteren. Ik zie hierin heel duidelijk het volgende. Of je hebt een Europa dat een federatie wordt met een bestuur, een politiek bestuur – iets wat de heer Blok niet wilde; dat schreef hij nog in de Financial Times – of je hebt isolationisme. Hij doet alsof er twee smaken zijn. Volgens mij is dat een valse tegenstelling. En hier zie ik de VVD enthousiast over zijn. Dat vind ik toch opmerkelijk. Ik denk dat het goed is dat we dat hier eventjes markeren. De VVD gaat het federale eurofiele pad op van Macron. Of we daar blij mee moeten zijn, dat weet ik niet.

De heer Anne Mulder (VVD):

Mevrouw Leijten probeert de VVD allerlei dingen in de mond te leggen die ik nooit heb gezegd en ook nooit zal zeggen, dus dat laat ik allemaal bij haar. Ik heb al iets gezegd over het artikel van president Macron. Het uitgangspunt is goed: vrijheid. Wat hij zegt over Afrika, dat je daar een pact mee moet sluiten, is ook goed. Maar hoe Europa eruit moet zien in de ogen van de VVD, heb ik al vaker gezegd, namelijk zorgen dat Europa de grote, grensoverschrijdende problemen aanpakt. Denk aan veiligheid, migratie, klimaat. Denk aan zorgen voor sterke lidstaten die vooral zelf hun problemen kunnen oplossen zodat Brussel, de Europese Unie, alleen de grote, grensoverschrijdende problemen aanpakt. Denk aan zorgen voor een volmaakte interne markt zodat we aan Europa kunnen verdienen en banen hebben. Dat is de visie van de VVD. Ongetwijfeld zullen daarbij overeenkomsten zijn met president Macron, maar ook verschillen. Dat weet ik vrijwel zeker, want dat hebben we al vaker gezien bij speeches van de president van Frankrijk. We moeten daar niet al te opgewonden over doen en vooral eruit pikken wat je kan gebruiken.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Ook nog even over dat stuk van Macron. Ik wil toch even wat verder inzoomen. Ik hoorde meneer Mulder net zeggen: er zijn geen taboes; de grote, grensoverschrijdende punten gaan we aanpakken. Maar meneer Macron noemt dan bijvoorbeeld een klimaatbank, een gezondheidsautoriteit, een Europees sociaal vangnet en een agentschap ter bescherming van de democratie. Ik hoor graag wat de VVD hiervan vindt.

De heer Anne Mulder (VVD):

Ik ben altijd heel voorzichtig in het beoordelen van dit soort termen. Wat komt er weg achter een klimaatbank? Ik zie nog geen uitwerking. Ik ben altijd heel benieuwd wat er precies achter wegkomt voordat ik gelijk ja of nee zeg. Het gaat om de uitwerking. Daar gaan we natuurlijk op wachten de komende weken, maanden. Of misschien komt die wel helemaal niet.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Dat is op zich wel interessant. Ik noteer dan in ieder geval geen principieel nee van de VVD ten opzichte van een klimaatbank, een gezondheidsautoriteit, een Europees sociaal vangnet en een agentschap ter bescherming van de democratie.

De heer Anne Mulder (VVD):

Zo kennen we de PVV weer: jezelf gelijk buitenspel zetten door «nee, nee, nee, nee, nee» te zeggen en door gelijk «nee» te zeggen in plaats van te kijken wat er precies achter wegkomt. Ik weet niet of dat een houding is waarmee je het verste komt. De houding is heel duidelijk, «nee, nee, nee», maar wat je eraan hebt, is vraag twee. Waarschijnlijk niet zo veel.

De voorzitter:

Gaat u verder.

De heer Anne Mulder (VVD):

Dan kom ik bij brexit. Er wordt veel over gespeculeerd of er uitstel komt of niet en, zo ja, hoelang is dat uitstel dan: een paar weken of misschien wel twee jaar? Kan de Minister zeggen hoe dit in Europa ligt? Wordt er nagedacht over uitstel van brexit en, zo ja, onder welke voorwaarden?

Dank u, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Maeijer namens de PVV.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Vandaag zitten we hier ter voorbereiding op een zogenaamde informele Raad Algemene Zaken. Deze is informeel omdat er volgens mij geen besluitvorming zal plaatsvinden. Dat laat onverlet dat er wel belangrijke onderwerpen worden besproken. We kregen anderhalf A4'tje van de Minister met vrij weinig informatie. Daarnaast kregen we twee vertrouwelijke stukken, die ik toevallig net op de valreep heb ingezien, waarvan ik werkelijk niet snap waarom die vertrouwelijk zijn. Misschien kan de Minister daar iets over zeggen.

Voorzitter. Dan de dingen die wel op papier staan: de top in Sibiu en de Europese meerjarenbegroting. De top in Roemenië is als een soort sluitstuk van een zogenaamd reflectieproces op de toekomst van de Europese Unie. Het is ook wel een cruciaal moment, aldus de Europese Commissie. Er werd in ieder geval een hele #EURoad2Sibiu voor uitgestippeld. Dat is blijkbaar een heel item op Twitter. Dat begon allemaal na het referendum over de brexit in 2016. Toen namen de regeringsleiders de Verklaring van Bratislava aan. Daarop volgend werd het 60-jarig jubileum gevierd van de Verdragen van Rome en werd de Verklaring van Rome aangenomen, met daarin onder meer passages als «onze Unie is onverdeeld en ondeelbaar», «we hebben het geluk verenigd te zijn» en «Europa is onze gemeenschappelijke toekomst». Die laatste verklaring werd ook wel beschreven als het hernieuwen van de trouwgeloftes aan de Europese Unie. Daarna verschenen het witboek over de toekomst van de Unie en een aantal discussienota's daarover. Dat is de hele opmaat naar de top in Roemenië. Als we dezelfde Europese Commissie mogen geloven, zullen de Europese leiders in Sibiu beloven – ik citeer – «om met hernieuwd elan te gaan werken aan een Europese Unie die resultaten boekt die voor mensen echt belangrijk zijn». «Daar moeten we dan samenkomen om de nodige besluiten te nemen voor een meer verenigd, sterker en democratischer Europa», aldus Juncker. Maar in de geannoteerde agenda die de Minister ons heeft gestuurd, lees ik daar helemaal niets over. Het lijkt vooral een top die door de Europese Commissie en haar voorzitter als cruciaal wordt benoemd. In de alinea's van de Minister is het meer een voorbespreking voor de top die in juni volgt, die gaat over de strategische agenda. Het is mij onduidelijk wat er precies gaat gebeuren in Sibiu. Hebben de Europese Commissie en de Europese Raad verschillende ideeën over de top? Worden er conclusies aangenomen? Zal er een verklaring worden aangenomen of wordt er anderszins iets op papier gezet? Kan de Minister daar iets over zeggen? In het verlengde daarvan: wat gaat de Minister nu precies voorbereiden op die informele raad Algemene Zaken? Er is bij mij in ieder geval onduidelijkheid over de top die daarop volgt. Kan de Minister uitsluiten dat er een belofte wordt gedaan in de richting van verdere Europese integratie?

Tot slot, want ik zie dat de voorzitter naar de tijd kijkt, de meerjarenbegroting. Ik las zojuist in een persbericht van de Europese Commissie dat het Europees parlement en de Raad een voorlopig akkoord hebben gesloten over het justitieprogramma 2021–2027. Dat hangt dus onder het MFK. Er wordt niet alleen onderhandeld over de overkoepelende meerjarenbegroting, maar ook over alle deelverordeningen die daaronder hangen. Er hangt aan het justitieprogramma een prijskaartje van 300 miljard, als ik het goed heb. Ik vroeg me af hoeveel onderhandelingsruimte er nog over is voor de meerjarenbegroting, als er ondertussen al voorlopige akkoorden zijn over al die deelverordeningen. Kan de Minister een overzicht geven over hoeveel terreinen of deelverordeningen er al voorlopige of uiteindelijke akkoorden zijn gesloten?

De voorzitter:

Dank u wel. Dan komen we bij mevrouw Leijten, namens de SP.

Mevrouw Leijten (SP):

Welke kant gaat het op met de Europese Unie? Dat is een vraag die al vaker is teruggekomen in debatten, maar die steeds pregnanter wordt. Gaan de regeringsleiders dat besluiten, samen met de Europese Commissie, in Sibiu, of gaat de bevolking daarover bij de verkiezingen die er zijn in mei? Dat is toch een vraag die bij mij steeds meer naar voren komt. Aan de ene kant bereiden alle regeringsleiders hun inzet voor die strategische agenda voor. Nederland heeft die ook neergelegd. Tegelijkertijd zien we Macron een oproep doen aan alle Europese burgers, om goed te gaan stemmen, want je moet vooral niet isolationistisch stemmen.

Ik ben het er overigens mee eens dat brexit best een probleem is en dat daar heel veel mis is gegaan, maar dat zou ook een startpunt kunnen zijn voor het besef dat mensen zich niet meer herkennen in waar het staat met het Europese project, en zeggen: op deze manier wil ik het niet. Als je dan juist doorgaat en de buitenboordmotor aanzet, met een politieke commissie die dat juist nog verder verdiept, blaas je dan de Europese samenwerking uiteindelijk niet op?

Ben je niet veel meer een fan van Europese samenwerking als je voorstelt om eens op een andere manier te gaan samenwerken, waarbij je op bepaalde beleidsterreinen soms nee kan zeggen? Je zou veel meer met kopgroepen en achterblijvers kunnen gaan werken, zodat ieder land zichzelf nog herkent. Dan kan recht gedaan worden aan een nationale verkiezing, bijvoorbeeld als wij meer zeggenschap willen krijgen over bepaalde diensten die wij bijvoorbeeld niet willen aanbesteden, omdat de bevolking dat heeft gezegd. Dat zou niet de VVD-winst zijn bij die verkiezing, maar dat zou misschien wel een SP-winst kunnen zijn.

Bij die hele discussie zie je dat er bewust wordt gezegd: je hebt een nexit- of een brexitverhaal, of je hebt het verhaal van Macron, dat gaat over Europese waarden en dat we Europees moeten versnellen, maar daartussen zit niets. Maar daartussen zit van alles. Er zijn veel meer smaken voor de Europese samenwerking. Ik zou weleens willen weten hoe de Minister hiermee omgaat. Je kan de brexit gebruiken om te zeggen dat er geen alternatief is; we moeten dat politieke project nou eenmaal gaan afmaken. Of je kan zeggen dat de brexit ook een signaal is dat de bevolking zich ervan kan afkeren.

Ik had liever gezien dat dat niet was gebeurd, maar ik zou willen weten waar de Minister staat. Een paar weken geleden zei hij nog dat de Europese Commissie hem te politiek is. Die zou niet politiek moeten zijn. Ik ben het daarmee eens. Hij zei dat hij vond dat die Spitzenkandidaten een valse voorstelling geven van wie nou eigenlijk de macht heeft binnen de Europese Unie en de Europese samenwerking, en daar ben ik het volledig mee eens. Het is een bizar beeld dat Timmermans zegt «stem op mij!», in landen waar ze niet eens op hem kunnen stemmen. Hij wordt helemaal niet de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie. Al wordt S&D de grootste, de regeringsleiders gaan daarover. Ik zou het niet prima vinden als Timmermans de voorzitter van de Europese Commissie wordt, maar hetzelfde geldt voor Weber.

Het CDA doet er ook aan mee. Ik hoor de Europarlementariërs van CDA en D66 zeggen dat de lidstaten een probleem zijn, want die staan op de rem. Dan zeg ik dat wij misschien wel beseffen dat niet voor alle problemen altijd een Europese oplossing gevonden moet worden en dat je met elkaar kan samenwerken zonder dat je elkaar de les leest.

Ik zou van de Minister willen weten hoe hij bij dat geweld van Macron, in het komende informele overleg, kan zeggen dat er een andere vorm van samenwerking mogelijk is dan of brexit of die federale unie, die «ever closer union»; dat er andere smaken zijn.

Dan de meerjarenbegroting. Waarom komen er op het laatste moment geheime stukken? Ik heb ze niet ingezien, maar ik weet wel dat ze over de meerjarenbegroting gaan, want daarover waren ze aangekondigd. Waarom moet dat geheim zijn? Waarom kunnen we dat niet gewoon weten? Denkt de Minister dat het nog steeds haalbaar is dat er een politiek akkoord over de meerjarenbegroting wordt gesloten onder het Fins voorzitterschap?

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is het woord aan de heer Omtzigt, namens het CDA.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Het is best lastig dat er bij dit overleg niet veel op de agenda staat. Ik sluit mij aan bij een aantal voorgaande vragen. De eerste vraag was van de heer Mulder: wat wordt er besloten? Als er niet veel op de agenda staat, is er altijd de mogelijkheid om het te hebben over iets wat er niet op staat, zeker bij een informele raad. Ik gok zomaar dat dit de brexit, de EU-Arabische top, de speech en het stuk van Macron zullen zijn. Ik zou graag willen vernemen of er op de EU-Arabische top nog iets besloten is. Zijn we al een stapje dichter bij migratieakkoorden? Daar wordt allang naar gezocht, maar die heb ik nog niet echt gezien, om zo te zeggen.

Bij de brexit lijkt premier May uitstel te verlangen. Ik zou willen weten wat de stand van zaken of het krachtenveld is, als het niet vooraf is, dan achteraf. Wat voor uitstel en wat voor mogelijkheden zijn er nog? Ik heb samen met Anne Mulder en Lodewijk Asscher een rapport geschreven voor de Kamer en de regering over de stand van zaken en wat wij daar gezien hebben. Wij zien een buitengewoon moeizaam proces in het Verenigd Koninkrijk, en dat is echt een eufemisme. Er komt niet echt een politiek gedragen oplossing uit dat land, laat staan een waar de hele Unie mee zou kunnen leven. Wij kunnen echter wel behoorlijk geraakt worden. Ik zou graag een inschatting willen van de Minister van Buitenlandse Zaken over hoe we daarmee verdergaan en of wij een reactie kunnen krijgen op ons rapport, liefst ruim voor het debat dat wij hebben met de premier over de Europese top.

Nog een paar dingen over die brexit. Wat zijn de gevolgen van het uitstel van de brexit? Kan de Minister aangeven hoe de procedure er nu uitziet? Wie bepaalt de termijn van uitstel? Moet Groot-Brittannië dat vragen en moet de rest daarop knikken? Of vinden er een soort onderhandelingen over plaats?

Dan zou ik een korte update willen hebben over een aantal aangenomen moties over brexit. Komt dat keurpunt levend vee er nu of niet? Kunnen we feedback krijgen over de rijbewijzen, ook als er uitstel is, en over de medicijnenverstrekking? Bij het laatste kan dat vertrouwelijk per medicijnsoort en per hulpmiddelsoort die kritiek is, want ik hoef dat niet over latexhandschoenen te hebben, maar wel over stents in levensbedreigende situaties. Krijgen we daarmee problemen in het geval van een harde brexit?

Dan heb ik een vraag over mijn motie over de rechtsstatelijkheid van de EU. Ik heb de regering verzocht om, eventueel samen met de andere lidstaten, een onafhankelijke externe check te laten uitvoeren op de rechtsstatelijke aspecten van de Unie. De Minister heeft gezegd dat hij dat onderzoek bij de AIV gaat doen. Hoe staat het daarmee? En gaat hij eventueel ook nog contact zoeken met collega's of gaat hij rechtstreeks naar de AIV? Als dat laatste het geval is, verwacht ik hier vrij snel een onderzoeksvraag.

Het MFK staat natuurlijk ook op de agenda, net als de strategische agenda voor de toekomst. Ik vraag me eigenlijk af waarom het MFK op de agenda staat, want ik zie geen stukken en eigenlijk ook geen voortgang ten opzichte van de vorige vergadering. Wel zou ik graag willen weten of er al voortgang is op de begroting die zou dienen ter versterking van de eurolanden.

Tot slot, voorzitter, dus nog even de vraag over Macron. Kunnen wij begrijpen wat de bedoeling van het stuk is en hoe het behandeld gaat worden in de Europese Unie?

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan komen we tot slot bij de heer Van Rooijen namens 50PLUS.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Op 14 februari hebben we hier met elkaar, en ook met de Minister, vastgesteld dat het niet erg opschiet met de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader. De geannoteerde agenda voor de informele Raad Algemene Zaken van volgende week leidt wat ons betreft tot een herhaling van die conclusie. We krijgen nu weer een discussiesessie. Is het voorbereidende stuk voor die sessie er nu al? En kan de Minister de commissie informeren over wat daarin staat en wat zijn mening daarover is? Dat zouden we toch willen weten. Krijgt de Kamer dit discussiestuk ook? Verder hoor ik graag het oordeel van de Minister over de manier waarop het Roemeense voorzitterschap op dit onderwerp opereert.

In de geannoteerde agenda lezen we ook dat het krachtenveld onveranderd is ten opzichte van de Raad van 19 februari. Kunnen we dat zo uitleggen dat het overleg feitelijk is vastgelopen? Zitten de verschillende partijen nu al ingegraven in hun schuttersputjes? Er staat ook nog een zin in die wat 50PLUS betreft enige verduidelijking behoeft. Wat bedoelt de Minister met de opmerking dat – let op het taalgebruik – horizontale onderwerpen niet los kunnen worden gezien van deelvoorstellen?

Als ik de geannoteerde agenda zo bekijk, vraag ik me af wat Minister Blok en zijn collega's komende maandag en dinsdag eigenlijk gaan doen. Waarom zijn er twee dagen uitgetrokken voor deze zo op het oog magere agenda? Collega's zeiden het al: er zullen andere grote onderwerpen aan de orde komen. Ik sluit me bij die vragen aan. In het kader van de door deze Kamer en heel veel andere parlementen gewenste transparantie lijkt wat meer duidelijkheid op z'n plaats, dus graag wat meer inzicht in de totale agenda van deze Raad.

Voorzitter. Er staat naast het MFK namelijk slechts één ander punt in de informatie die wij hebben ontvangen: de strategische agenda voor de toekomst van de Europese Unie. Mijn partij heeft daar duidelijke ideeën over. Voor een deel sluiten die aan bij de prioriteiten die het kabinet heeft gesteld, maar een paar andere punten wil ik hier graag aan de orde stellen. 50PLUS erkent de grote voordelen van het vrije verkeer van goederen, diensten, kapitaal, arbeid en personen, maar de samenwerking binnen de Europese Unie moet niet doorslaan in een voortdurend toenemende invloed van het Europese politieke bestuur op zaken die landen heel goed zelf kunnen regelen. 50PLUS heeft als uitgangspunt dat de lidstaat Nederland zelf bepaalt wat goed is voor Nederland. Daarom wil 50PLUS dat de Europese Commissie ophoudt zich met allerlei details te bemoeien. Waar nodig worden huidige nutteloze regels geschrapt. Uitgangspunt is: groter in de grote dingen, zij het op de hoofdzaken en verder niet, en kleiner in de kleine dingen. Is dit een standpunt dat de Minister kan onderschrijven? In dit licht verwijs ik naar het recente rapport van het Centre for European Policy Studies met de titel What comes after the last chance Commission? Daarin lezen we onder andere de aanbevelingen aan de nieuwe Europese Commissie om niet te hard voor de troepen uit te lopen, een aanbeveling die 50PLUS van harte ondersteunt, gezien wat ik hiervoor heb gezegd. Want je hebt niets aan een Europese hogesnelheidstrein die maar doordendert en de passagiers verweesd op het perron achterlaat, met het gevaar dat ze zich omdraaien en kiezen voor de trekschuit van het platte nationalisme. Ziet de Minister in het rapport van CEPS ook een bevestiging van het standpunt dat we geen behoefte hebben aan een Europese Commissie die steeds meer op eigen houtje politiek gaat bedrijven en zich daarmee loszingt van wat er in de Raden gebeurt?

Voorzitter. Ten slotte sluit ik me aan bij vragen van collega's over de brexit. Komt er uitstel? En is het kort of lang? Kort zónder voorwaarden en lang mét voorwaarden? En welke zijn dat dan?

En dan, voorzitter, Macron. We moeten er, denk ik, nu niet te veel bij stilstaan, maar het is wel opmerkelijk dat hij deze brief nu stuurt, vlak voor de Europese verkiezingen. Mij is daaruit voorlopig blijven hangen dat hij niet alleen een eurobegroting wil hebben naast het MFK, maar nu ook een klimaatbank en een gezondheidsautoriteit. Graag een reactie van de Minister op die twee punten.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de eerste termijn van de zijde van de Kamer. De Minister heeft aangegeven een paar minuten nodig te hebben ter voorbereiding van zijn beantwoording, dus ik schors de vergadering voor vijf minuten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de Minister van Buitenlandse Zaken.

Minister Blok:

Dank u wel, voorzitter. Een informele RAZ heeft al heel lang niet plaatsgevonden en is voor mij dus ook nieuw. Ik kan me op zich overigens wel voorstellen dat het zinvol is om zonder heel strakke agenda met 28 landen te praten. Ik spreek deze commissie vaak. Een van u vroeg me een tijdje geleden: waarom staat er eigenlijk bij een onderwerp dat het kort besproken wordt? Dat is omdat u mij hier met vijf mensen vragen stelt. Soms gebeurt dat door meer mensen, en dan merken we altijd hoe kort de tijd is. Europese raden zijn met 28 landen, die allemaal iets vinden van wat er op de agenda staat. Dan is het wel eens plezierig om ook een informele raad te hebben. Bij Buitenlandse Zaken is dat een halfjaarlijkse traditie. Bij Algemene Zaken is dat een tijd niet aan de orde geweest. Het lijkt mij zinvol, zeker op het moment in de tijd waar we nu staan, namelijk aan de vooravond van de Europese verkiezingen en een nieuwe Commissieperiode, die in ieder geval voor de Nederlandse regering aanleiding was om in de Staat van de Unie, de speech van de premier en in het opiniestuk wat ikzelf heb gepubliceerd, heel helder aan te geven wat Nederland voor de komende Commissieperiode de opgave vindt. Ik zal straks ingaan op de voorzet van Macron, maar ik vind het een logisch moment in de tijd om over de vraag waar we staan met de Europese Unie en waar we heen willen – een vraag die door u allen aan de orde is gesteld – een informele raad te houden. De heer Mulder vroeg of daar geen beslissingen worden genomen. Dat klopt, dus het is inderdaad een gedachtewisseling.

Ik vind het ook ongemakkelijk dat het Roemeense stuk vertrouwelijk is. De Kamer en ik vinden elkaar in de wens tot meer transparantie. Dat had voor mij hier gemogen, maar er is niet voor gekozen en dan ben ik wel gebonden aan de vertrouwelijkheid waarvoor de voorzitter heeft gekozen. Vandaar dat het in vertrouwen met u is gedeeld. Het vormt voor mij wel aanleiding om het thema vertrouwelijkheid weer aan de orde te stellen. Dat doe ik sowieso vaak, ook specifiek naar aanleiding van dit stuk, waarvan de geïnteresseerde lezer die het kán lezen tot de conclusie moet komen dat dit niet per se vertrouwelijk had hoeven zijn. We zijn het allemaal met elkaar eens, zonder dat we daarover meer kunnen zeggen. Maar dat geeft voor mij een goede aanleiding om daarop in te gaan.

Na deze inleiding zal ik de beantwoording doen langs de volgende lijn: de top van Sibiu, het artikel van president Macron, de vragen rond MFK en EMU-begroting, de EU/AL-top, brexit en de vragen over de stand van zaken met betrekking tot de moties. Ik begin zoals gezegd met de top in Sibiu. De heer Mulder vroeg naar het karakter daarvan. Ook dat is een informele bijeenkomst, eigenlijk met dezelfde motivatie die ik net schets voor de informele RAZ. De Nederlandse inbreng zal zijn langs de lijn die u kent: de Staat van de Unie en de speeches en opiniestukken die u ook van ons kent. In alle objectiviteit kun je zeggen dat Nederland een van de weinige landen is die zo helder z'n agenda heeft geformuleerd. Ik kan uit eigen ervaring vertellen dat dat wordt waargenomen in Europa. Bij zo'n informele top, maar ook op latere momenten waarop besluitvorming aan de orde is, helpt dat enorm. Van de Sibiutop zelf verwacht ik, ook gezien het informele karakter, nog geen grote beslissingen.

Mevrouw Leijten vroeg naar een reflectie op de vormgeving van de EU en dat het geen twee smaken moeten zijn. In de Staat van de Unie heeft Nederland heel helder aangegeven waar wij vinden dat we heen moeten gaan. Als het gaat om de meerdere smaken of de meerdere snelheden: de WRR heeft daarover een rapport geschreven. Ook daarop zijn wij ingegaan in onze brief over de Staat van de Unie. We geven aan dat dat op een aantal deelterreinen werkbaar en bekend is. De euro geldt niet voor alle EU-landen, Schengen geldt niet voor alle EU-landen. Dus het systeem bestaat, je moet wel heel goed van geval tot geval bekijken of je dat acceptabel vindt. Ik kan mij voorstellen dat er landen in Europa zijn die eigenlijk verschillende snelheden of regimes willen voor de rechtsstaat, iets wat wij uitdrukkelijk niet willen en mevrouw Leijten ook niet, herken ik aan haar mimiek. Dus je moet goed bedenken dat een pleidooi voor verschillende snelheden niet door moet schieten in het ontwijken van regels door landen van wie je juist zou willen dat die zich aan de regels houden. Maar in zijn algemeenheid kan de kwestie van meerdere snelheden een oplossing bieden voor de grote diversiteit die er nu is binnen de Unie.

De voorzitter:

Dat leidt tot een vraag van mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

Wat de Minister zegt, is juist. Het is ook uitgebreid beschreven door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in het rapport Europese variaties. Mijn verzoek ging eigenlijk niet alleen over een bespiegeling over die twee smaken die door de twee richtingen in het Europese debat bewust worden voorgesteld als de enige twee smaken. Ik vind dat Macron dat ook een beetje doet. Dat zien we aan de kant van de brexit en de nexit natuurlijk ook gebeuren. Mijn vraag was ook of de Minister kan aangeven, als dat ter sprake komt, waarom het niet of-of is. Dat zouden wij de Nederlandse, de Duitse en de Franse burger ook niet moeten voorhouden.

Minister Blok:

Dat heeft de regering op verschillende momenten toch ook helder gedaan? Nogmaals, ik heb nauwelijks voorbeelden van andere EU-regeringen die zo helder op tafel hebben gelegd hoe ze aankijken tegen het functioneren van de Unie zelf en de instellingen van de Unie. Mevrouw Leijten steunt mij in mijn verzet tegen een politieke commissie, die in zichzelf inhoudt dat de soevereiniteit meer bij de landen ligt dan bij een Europese Commissie die zich dan als politieke commissie gaat opstellen. Daar nemen wij heel helder stelling in. Daar is ook een reactie op gekomen van Eurocommissaris Moscovici, die het daar weer wat minder mee eens was. Ook in de Kamer wordt er verschillend over gedacht, weet ik. Maar wij kiezen zo nadrukkelijk stelling. Wij doen dat niet alleen in brieven aan de Kamer, maar ook op internationale platforms, omdat wij daarmee de besluitvorming willen beïnvloeden. We willen inderdaad ook communiceren met de geïnteresseerde burger of organisaties die dit volgen. Dat betekent niet dat het werk klaar is, helemaal niet, maar wel dat we aan het stuur willen zitten. We zijn ook voortdurend bondgenootschappen aan het vormen rond die thema's. We willen daar inderdaad zo transparant mogelijk over zijn.

Mevrouw Leijten (SP):

Dit ontken ik niet. Ik erken het allemaal, maar ik vroeg wat anders. Er wordt in de EU veel gesproken over nepnieuws en over populisme, maar als ik zie wat beide zijden willen, aan de ene kant degenen die een politieke verdieping willen, het Europese project van de ever closing union, waar deze regering en zeker ook de SP wat terughoudender in zijn, en aan de andere kant de nexiteers en de brexiteers, dan sluiten wij ons eigenlijk bij beide smaken niet aan. Het is dus niet goed om dat op de top, los van de positie die je al hebt ingenomen – het wordt natuurlijk gewoon besproken – niet aan te geven. Je moet dus aangeven dat we niet moeten doen alsof er maar twee smaken zijn.

Minister Blok:

Dat zal ook gebeuren, zowel op deze top als op de Sibiu-top.

Mevrouw Leijten (SP):

Oké.

Minister Blok:

Ik ben twee weken geleden bij het Europese parlement in Straatsburg langs geweest. Ik heb daar ook gesproken met alle Spitzenkandidaten. Dat werd ook vaak een discussie, omdat sommige Spitzenkandidaten iets verdergaande ideeën hadden over Europese centralisatie dan ik. Wij gebruiken ieder platform om die boodschap te brengen en ook om daar bondgenootschappen over te vormen. Ik denk dat ook mevrouw Leijten met mij waarneemt dat het bepaald niet zo is dat alle Europese landen juichend voor een ever closing union zijn. We zijn effectief in het vormen van bondgenootschappen, zodat het echt lukt om de besluitvorming te beïnvloeden, maar je krijgt in een organisatie met 28 leden niet altijd volledig je zin. Het is zeker niet zo dat we alleen staan in onze basispositieve houding over Europese samenwerking. Wel hebben we een zeer kritische houding als het gaat om extra bevoegdheden of extra taken.

In dat kader vroeg de heer Van Rooijen wat er wordt bedoeld met de mooie zin dat de horizontale thema's niet los moeten worden gezien van de deelonderwerpen. Belangrijke horizontale thema's hebben bijvoorbeeld betrekking op de totale omvang van het Meerjarig Financieel Kader, op de vraag hoe je omgaat met flexibiliteit – Ik zal daar zo iets meer over zeggen – en op de vraag hoe je omgaat met prioriteiten, zoals migratie en klimaat. Wat met deze zin wordt bedoeld, is dat je geen akkoorden moet gaan sluiten op deelonderwerpen zonder het totaal in de gaten te houden. Dat is ook mijn reactie op de vraag van mevrouw Maeijer hoe we moeten aankijken tegen het deelakkoord op het gebied van veiligheid en justitie. Deelakkoorden zijn ook in het verleden gesloten, maar zullen zich altijd moeten bewegen binnen het horizontale totaalakkoord over de omvang van het Meerjarig Financieel Kader.

De heer Van Rooijen gaf ook aan, ook in het kader van de bredere bespiegeling over de taak van Europa, dat moet worden voorkomen dat Europa zich met kleine dingen bezighoudt. Hij zei: laat Europa zich concentreren op grote dingen. Daar ben ik het mee eens. Er zijn zeker onderdelen waarbij ik en collega's in het kabinet kritiek hebben op de huidige Commissie, maar op het gebied van subsidiariteit is een aantal stappen gezet. Maar het blijft zonder meer nodig, ook voor de volgende Commissieperiode, om te voorkomen dat Europese regelgeving te gedetailleerd wordt en zich inderdaad gaat richten op de kleine thema's in plaats van op de grote.

Dat brengt mij op het artikel van president Macron.

De voorzitter:

Voordat we daaraan beginnen, is er eerst nog een vraag van mevrouw Maeijer.

Mevrouw Maeijer (PVV):

Ik wachtte even tot de Minister aan een volgend blokje begon.

Minister Blok:

Ja.

Mevrouw Maeijer (PVV):

De top in Sibiu. Als ik het goed heb begrepen, hoor ik de Minister net zeggen dat er geen grote beslissingen worden verwacht. Worden er dan helemaal geen beslissingen verwacht of wel kleine beslissingen? Hoe moet ik dat precies zien? Kan de Minister toch nog iets meer zeggen over die top in het algemeen? Als je daar een beetje op doorzoekt, op het hele traject dat is uitgezet, die routekaart van Juncker in aanloop naar die top, dan wordt dat gezien als het hoogtepunt. Dat staat op de site van de Europese Commissie. De EU-leiders zullen daar iets gaan beloven. Ik hoor de Minister eigenlijk zeggen: ik verwacht daar niet zoveel van. Ik probeer dus een beetje te doorgronden wat er nou precies gaat gebeuren op die top. Komt er dan een verklaring of komt er helemaal niks?

Minister Blok:

Ik heb aangegeven dat ik gezien het karakter van deze top niet verwacht dat er grote beslissingen worden genomen. Het is een informele top. Er zit nog wel enige tijd tussen het moment nu en die top in Sibiu op, naar ik meen, 9 mei. Voor die tijd zal er ook nog een brief komen en zal er overleg met de Kamer zijn. Nogmaals, over die brief gaan wij zelf. Het overleg met de Kamer, daar gaat u over. Ik kan natuurlijk niet helemaal uitsluiten dat er op grond van de actualiteit tussen nu en dan besloten wordt om toch een specifiek onderwerp te agenderen en daar een knoop over door te hakken, maar mijn beste beoordeling op dit moment is dat het om een informele top gaat. Die vind ik nuttig, om dezelfde reden als waarom ik de informele Raad Algemene Zaken nuttig vind, omdat je zo weinig gelegenheden hebt om los van een heel dringende agenda eens verder vooruit te kijken en met elkaar te bepalen waar we eigenlijk heen willen met de Europese Unie. Dat is een zeer terechte vraag.

De voorzitter:

Gaat u verder.

Minister Blok:

Dan het opiniestuk van president Macron. Ik gaf daarover net al aan dat ik het toejuich dat Europese landen, de regeringsleiders en verantwoordelijke ministers, aangeven waar ze heen willen met de Europese Unie. Anders hebben dit soort overleggen niet veel zin, is de communicatie met het publiek hol en is parlementaire controle niet mogelijk. Dus alleen al om die reden juich ik ieder stuk toe. Ik kijk ook inhoudelijk. Allereerst is het natuurlijk een opiniestuk dat altijd de vraag oproept: wat bedoelt u nou precies, en hoeveel, en wanneer, en wat moet het kosten? Maar er zijn in ieder geval een aantal thema's die aansluiten bij de speerpunten die het Nederlandse kabinet ook in de Staat van de Unie heeft genoemd, bijvoorbeeld een effectieve migratiesamenwerking. Ik herken veel van wat president Macron zegt in de wensen die Nederland ook heeft, zoals een effectievere samenwerking als het gaat om veiligheid, een effectievere samenwerking als het gaat om klimaat, een effectievere samenwerking als het gaat om de behartiging van Europese belangen in een wereld die bedreigender aan het worden is, waar de internationale samenwerking onder druk staat. Als het gaat om de economie, vanouds een heel belangrijk thema, heb ik natuurlijk nog wel de nodige vragen over hoe de president van Frankrijk dat precies vorm wil geven, maar het is zonder meer een belangrijk onderwerp. Als het gaat om het oprichten van nieuwe instituties, kent de Kamer mij en de Nederlandse regering als zeer terughoudend. Dan zullen wij geïnteresseerd kijken naar concrete voorstellen die een slag dieper gaan, maar voor mij is de crux: waardering voor het op tafel leggen van de agenda en herkenning van veel punten. Dat biedt namelijk – dat is altijd belangrijk voor Nederland, maar ook altijd belangrijk als je iets wilt bereiken – aanknopingspunten om met elkaar in gesprek te gaan of wij elkaar daarbij verder kunnen helpen in Europa. Die aanknopingspunten zie ik zeker, maar er zullen vast ook wel onderdelen zijn waarvan wij bij een verdere uitwerking zullen zeggen: nou, misschien niet helemaal zo. Inderdaad is het verleidelijk om, zoals de heer Mulder doet, aan de uitspraak over «geen taboes» ook het heen-en-weer-verhuizen tussen Straatsburg en Brussel te koppelen. Ik ben dat met hem eens, dus wij gaan dit artikel weer gebruiken om het thema aan te snijden; ja, terecht.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

We hebben destijds een persoonlijke verklaring en visie van Macron gekregen, de Élysée-verklaring. Daarop volgde een intensief beraad tussen Duitsland en Frankrijk dat de banden alleen maar versterkte. Mijn vraag toen ik dit vanochtend las, al lag het niet in mijn brievenbus, maar bijna wel – ik voelde me namelijk direct aangesproken – is of deze zet er ook weer een voorbode van is dat de Duitsers en de Fransen de komende weken naar aanleiding van de verklaring van Macron van vandaag weer nieuwe bruggen slaan. Ik bevraag de Minister er nu verder niet op – dat doen wij donderdag in de richting van de Minister van Financiën – maar ik wijs erop dat de Fransen en de Duitsers op 12 februari toch weer hebben afgesproken, ondanks dat er op de Europese top in december was besloten dat er geen aparte eurozonebegroting kwam, dat het er binnen moest zijn en dat stabilisatie was uitgesloten, dat die kwesties richting juni toch allemaal weer op de agenda worden gebracht, en dat ze er nu even minder of helemaal niets mee te maken hebben. Wat speelt er wat wij misschien niet weten? Komt er een Duitse reactie? Was de voorbode van 12 februari over de eurobegroting een signaal dat er dadelijk misschien weer een een-tweetje komt op één of twee andere grote dossiers?

Minister Blok:

Zoals Nederland bondgenootschappen zoekt om eigen wensen te realiseren, zo doen andere landen dat ook, soms met meer, soms met minder succes. Duitsland en Frankrijk zijn natuurlijk historisch grote en belangrijke spelers in de Europese Unie. Wat betreft het beeld dat die landen elkaar bewust opzoeken, ook vanuit de verantwoordelijkheid die ze voelen en die, met de geschiedenis in gedachten, op zich ook terecht is, denk ik dat de nauwgezette volger van de uitkomsten van die Frans-Duitse overleggen – ik weet dat de heer Van Rooijen dat nauwgezet doet – constateert dat het niet puur de agenda van het ene of het andere land is. Op het moment dat ze het ergens over eens zouden zijn, wil dat nog steeds niet zeggen dat de rest van de Unie dat volgt. Op het thema van de eurobegroting kent de Kamer de kritische houding van Nederland binnen het MFK; zeer strenge voorwaarden. Over de voorstellen die nu door de heer Macron worden gedaan, verwacht ikzelf dat Duitsland op onderdelen positiever zal zijn dan op andere zaken. Neem het klimaatbeleid. Ik ken de Duitse worsteling met de eigen bruinkoolindustrie die daar een groot werkgever is in met name regio's met weinig werkgelegenheid. Zoals de heer Van Rooijen ook weet, is er op dit moment dispuut tussen Duitsland en Frankrijk over de eisen aan wapenleveranties in vliegtuigen die Duitse en Franse componenten bevatten. Het is dus niet een automatische twee-eenheid die het altijd met elkaar eens is. We volgen het zeer nauwgezet. De relaties met beide landen zijn zeer, zeer intensief. En de mening van Nederland telt ook echt, zowel in Parijs als in Berlijn.

De voorzitter:

Een korte vervolgvraag van de heer Van Rooijen.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, ik dank de Minister voor het antwoord, maar mijn vraag is eigenlijk of we er rekening mee moeten houden dat er binnenkort toch weer een nieuwe Duits-Franse brug, verbinding wordt gemaakt in die as die veel langer en dieper is. En is Nederland daar met andere landen tijdig op voorbereid? We moeten niet dadelijk weer een nieuwe verklaring krijgen van twee landen, zoals destijds ook uit Luxemburg na het Élyséeverhaal. Hoe voorkomen we dat we weer voor een bijna voldongen feit komen te staan? Want als die twee landen, zonder het Verenigd Koninkrijk, straks weer naar aanleiding van een aantal vergezichten van Macron tot «dichtbijgezichten» komen met z'n tweeën, dan hebben we daar direct mee te maken.

Minister Blok:

Zoals gezegd zijn de contacten tussen Nederland en beide hoofdsteden zeer nauw. En ik kan mij niet herinneren dat wij ooit volledig verrast zijn geweest door Frans-Duitse standpunten, althans niet in het kleine jaar dat ik nu Minister mag zijn. En of het wel of niet het Nederlandse belang dient, hangt heel erg van het onderwerp en de inhoud af. Ik noemde migratie als voorbeeld van een onderwerp dat een speerpunt is voor Nederland. Daarvoor heb je echt Europese samenwerking en betere afspraken nodig, die ik ook teruglees in het stuk van Macron. En ik weet dat dit ook in Duitsland een belangrijk thema is. Het zou zomaar kunnen zijn dat het ons ontzettend helpt als we daar nu een doorbraak kunnen bereiken. Als het gaat om het oprichten van nieuwe instellingen zal ik minder enthousiast zijn.

Ik kom bij de vragen die gesteld zijn over het MFK. De heer Mulder vroeg of flexibiliteit ook kan inhouden, of moet inhouden, dat uitgaven naar beneden bijgesteld kunnen worden. Voor Nederland is heel belangrijk dat die flexibiliteit binnen het MFK-plafond blijft. Dat is nou een van die horizontale thema's. Daarbinnen vinden we flexibiliteit van belang, want het kan inderdaad zo zijn dat je, door de actualiteit, geld wilt verschuiven. Onze overall inzet is natuurlijk een aanzienlijk lager totaalbedrag voor het Meerjarig Financieel Kader dan de Commissie stelt. Dus daarmee drukken we die flexibiliteit ook omlaag, terwijl we nadrukkelijk vinden dat die flexibiliteit binnen het budget moet vallen.

De vraag van mevrouw Maeijer over de deelakkoorden heb ik beantwoord. Mevrouw Leijten vroeg of ik verwacht dat er een politiek akkoord komt onder Fins voorzitterschap. De heer Van Rooijen vroeg eigenlijk: is de onderhandeling nu helemaal vastgelopen? De onderhandeling is niet vastgelopen. Ook in het verleden zag je dat uiteindelijk toch, onder druk van de agenda, zo'n akkoord bereikt werd. Dat is ook niet heel vreemd bij zo'n toch heel ingewikkelde agenda. Voor het Nederlandse kabinet is echt cruciaal dat we het inhoudelijk met elkaar eens zijn. Er was aanvankelijk natuurlijk de tijdsdruk om het voor de Europese verkiezingen rond te krijgen. Toen heeft u steeds van mij gehoord dat de inhoud voor mij belangrijker is dan de timing. Dat heeft erin geresulteerd dat we dat niet gaan halen. Ook nu geldt dat de inhoud belangrijker is dan de timing. Dus als wij een goed akkoord kunnen bereiken onder het Fins voorzitterschap, dan zullen we niet schromen. Maar als het nog niet naar onze zin is, dan nog niet. De inhoud staat echt voorop.

De heer Omtzigt had het ook over de eurobegroting, maar ik denk dat ik zijn vraag al beantwoord heb toen ik een vraag van de heer Van Rooijen beantwoordde. De heer Omtzigt vroeg ook naar de resultaten van de EU-Arabische Liga top. Daarover komt nog een brief. Die top heeft een slotverklaring opgeleverd waarin stilgestaan wordt bij het belang van asiel en migratie, en de noodzaak van samenwerking. Maar er zijn helaas geen concrete afspraken gemaakt.

De voorzitter:

Dat leidt tot een vraag bij de heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik heb twee vragen. Ten eerste had ik niet helemaal door dat die vraag van mij over de precieze stand van zaken ten aanzien van dat eurobudget beantwoord was. Blijft dat echt onder het plafond? Wordt dat Franse plan echt afgewezen of moeten we daarover opnieuw de discussie aangaan? Daar zou ik graag iets meer over willen weten. Ten tweede: als het bij zo'n top tussen de EU en de Arabische Liga niet lukt om migratiedeals te maken, wanneer zou het dan wel kunnen lukken?

Minister Blok:

De eerste vraag heb ik echt helder beantwoord: de Nederlandse inzet is niet veranderd. Een eurobegroting moet binnen het MFK en dan ook nog onder strikte voorwaarden. Dat het niet lukt op een EU-Arabische Liga top om migratiedeals te sluiten, kan niet helemaal verrassend zijn. Hongarije heeft trouwens geblokkeerd dat het überhaupt op de agenda stond, maar dit is ook niet het platform om zulke afspraken, die naar hun aard per land verschillend zullen zijn, te maken. De afspraak met Turkije is ook per land gemaakt. Bovendien verschilt de rol die landen in migratie spelen, enorm. Er zijn landen van de Arabische Liga die zelf leverancier zijn van migranten, ook illegale migranten, er zijn landen die zelf op mensenhandelroutes liggen, maar er zijn ook landen die daar eigenlijk nauwelijks een rol in spelen. Dit was dus niet de plek om zulke akkoorden te sluiten. Dat neemt niet weg dat het in de ogen van het kabinet wenselijk blijft om afspraken over migratie te maken. Dat gaf ik net in mijn enthousiasme ook aan over het artikel van president Macron, dat aansluit bij onze eigen prioriteit met betrekking tot migratie.

Dan kom ik bij de vragen over de brexit. Over dit onderwerp treffen wij elkaar volgende week weer, want dan is er een AO over de formele Raad Algemene Zaken, waar de brexit ook op de agenda staat. De heren Mulder en Omtzigt vroegen mij om een inschatting van de kans dat er uitstel komt. Zoals de Kamer weet, want die volgt dit dossier nauwgezet, zijn volgende week de cruciale stemmingen. Tot die tijd blijft het speculeren. Vervolgens is het aan het Verenigd Koninkrijk om om verlenging te vragen en aan te geven voor hoelang. Ik heb al eerder aangegeven dat Nederland daar dan welwillend naar zal kijken, wel verbonden met de vraag «voor hoelang?» en «wat gaat u in die periode doen?». Het zal volgende week echt een cruciale week worden. We kennen inmiddels ook de volgorde van de stemmingen. Eerst komt er een stemming over de vraag: wilt u een akkoord? Daarna: accepteert u het akkoord dat nu als terugtrekkingsakkoord voorligt? Vervolgens is er een stemming over een vertrek zonder akkoord en daaropvolgend weer een stemming over een eventuele verlenging. Dus volgende week kan deze vraag specifieker beantwoord worden. Voor die tijd heeft het ook geen zin om te gaan overleggen, ook niet informeel, over hoe een verlenging eruit zou moeten zien. Daar is geen enkel mandaat voor. Het blijven allemaal redenen waarom we ons helaas ook moeten voorbereiden op een no-dealbrexit, zoals uw Kamer ook heeft gedaan in het rapport dat vorige week is uitgekomen. We zullen daar als kabinet natuurlijk ook op reageren. Dat zullen we dan doen voor het debat dat gepland is op 19 maart over de Europese Raad.

Ten aanzien van de diverse deelonderwerpen vroeg de heer Omtzigt onder andere naar de stand van zaken bij de medicijnen. Daar krijgt u morgen een technische briefing over. Daar zijn deskundiger mensen dan ik aan zet. Ten aanzien van rijbewijzen herinner ik mij alleen nog de vraag over de vrachtwagenrijbewijzen, die ongetwijfeld belangrijk is, maar echt niet op mijn bureau ligt. Ik krijg door dat u volgende week een AO over het CBR hebt. Daarin kan deze vraag aan de orde komen. Met betrekking tot de keurpunten voor levend vee heeft de NVWA de aanvragen van het bedrijfsleven voorgelegd aan de Europese Commissie, die de aanvragen in behandeling heeft genomen. Daar is nog geen conclusie uit gekomen. Dat traject loopt.

Ten slotte de vragen over de moties. De heer Mulder vroeg naar onze inzet ten aanzien van zijn motie over de scheiding van taken bij de Europese Commissie. Het ging over een scheiding tussen controlerende en wetgevende taken. In Nederland is er een werkgroep opgezet om de knelpunten die wij zien te identificeren – ik heb ze kort geschetst in het debat over de Staat van de Unie – verder uit te werken, onze eigen oplossingen daarbij aan te dragen en die aan te bieden aan de volgende Europese Commissie. Daarnaast roepen wij de Europese Commissie ook op om zelf die analyse te maken. Die oproep zullen we ook in deze strategische top aan de orde stellen. De heer Omtzigt vroeg naar zijn motie over het AIV-onderzoek naar de rechtsstatelijke aspecten van de Unie. Wij leggen nu de laatste hand aan de vraagstelling. Ik verwacht die volgende week aan de Kamer te kunnen sturen. Hiermee hoop ik de vragen in eerste termijn te hebben beantwoord.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan ga ik kijken bij de leden of er behoefte is aan een tweede termijn. Ik zie iedereen nee schudden. Dan gaan we naar een afsluiting van dit algemeen overleg. Een vraag van mevrouw Leijten.

Mevrouw Leijten (SP):

In deze informele top is meer ruimte om langer stil te staan bij een aantal onderwerpen. Ik begrijp heel erg goed dat dat prettig kan zijn. Maar we hebben volgende week, zoals de Minister al zei, voor de formele top van een week later een RAZ. Denkt u dat het lukt om ons over de informele top te informeren voor het debat wat wij hebben? Dat zou namelijk heel prettig zijn.

Minister Blok:

Ja, dat gaan we doen.

De voorzitter:

Dan ronden we af. De volgende toezeggingen zijn gedaan.

De Minister zegt toe een reactie op het rapport van de brexit-rapporteurs tijdig voor het plenaire debat over de Europese top op 19 maart aan de Kamer toe te zenden.

De Minister zegt toe, het verslag van de informele RAZ voor het AO over de formele RAZ aan de Kamer toe te zenden. Dat is volgende week.

Ik dank de Minister voor zijn aanwezigheid, inclusief de ambtelijke ondersteuning. Ik dank de leden en de mensen die dit hier of elders hebben gevolgd en ik sluit de vergadering.

Sluiting 18.09 uur.

Naar boven