21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

31 985 Buitenlands beleid en handelspolitiek

Nr. 1784 BRIEF VAN DE BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 oktober 2017

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) over handel op 10 november 2017. Daarnaast informeer ik uw Kamer in deze brief over de voortgang van de triloog met het Europese Parlement over de modernisering van het handelsdefensief instrumentarium. Conform de toezegging uit het algemeen overleg van 9 mei 2017 (Kamerstukken 21 501-02 en 31 985, nr. 1747), informeer ik u daarnaast over de openbaarmaking van positiepapers ingediend door leden van het Breed Handelsberaad.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

RAAD BUITENLANDSE ZAKEN HANDEL 10 november 2017

Op 10 november 2017 vindt de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) over handel plaats. Op de agenda staan de voorbereiding van de 11e Ministeriële Conferentie van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in december 2017, de stand van zaken van de onderhandelingen over de handelsakkoorden met Mercosur en Mexico en een presentatie van de Commissie over de inspanningen om tot een betere implementatie, gebruik en naleving van EU-handelsakkoorden te komen.

Voorbereiding van 11e WTO Ministeriële Conferentie in december 2017

De Raad zal spreken over de voorbereiding van de 11e Ministeriële Conferentie van de WTO (MC11), die gepland staat voor 10 tot en met 13 december 2017 in Buenos Aires, Argentinië. De Commissie zal de Raad informeren over de laatste stand van zaken in de onderhandelingen. De dossiers die op dit moment het meest kansrijk zijn om te leiden tot nieuwe of herziene afspraken in december zijn (i) binnenlandse landbouwsteun; (ii) visserijsubsidies; en (iii) binnenlandse regelgeving ten aanzien van de dienstenhandel.

Binnenlandse landbouwsteun

Het landbouwdossier als onderdeel van de Doha Ontwikkelingsagenda bestaat uit drie pijlers: binnenlandse steun, markttoegang en exportconcurrentie. Concrete discussies over binnenlandse landbouwsteun zijn in het late voorjaar van 2017 gestart. Het doel is om handelsverstorende binnenlandse landbouwsteun te beperken om zo een gelijk speelveld op de internationale markt voor landbouwproducten te bevorderen. Dit dossier wordt gezien als sleutelonderwerp, omdat zonder afspraken op dit dossier een groot aantal ontwikkelingslanden niet zal instemmen met substantiële afspraken bij MC11. De EU heeft voor de zomer met Brazilië een voorstel ingediend. Het voorstel behelst de beperking van handelsverstorende binnenlandse landbouwsteun (amber box)1. Het voorstel beoogt daarnaast dat toekomstige publieke opkoopprogramma’s ten behoeve van voedselzekerheid ook worden meegeteld als handelsverstorende landbouwsteun. Over dit voorstel wordt onderhandeld. Discussies vinden plaats over de vraag hoe de steun moet worden afgebouwd, met welk percentage en welke uitzonderingen hierop zouden moeten worden toegestaan.

Het kabinet steunt het voornemen om tot evenwichtige afspraken te komen over handelsverstorende landbouwsteun. Het kabinet wil dat de EU leiderschap toont binnen de WTO om zo tijdens MC11 substantiële afspraken mogelijk te maken. De EU waakt ervoor dat dit de ruimte van de EU voor de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid in 2020 niet beperkt.

Visserijsubsidies

De uitwerking van de bestaande afspraken over visserijsubsidies is onderdeel van de Doha Ontwikkelingsagenda. De overeengekomen Duurzame Ontwikkelings-doelen van de Verenigde Naties (SDG 14.6) geven een impuls aan de onder-handelingen over de uitfasering van bepaalde soorten visserijsubsidies. Vrijwel alle WTO-leden zijn voorstander van disciplinering van visserijsubsidies die leiden tot drie problemen: overbevissing, overcapaciteit en illegale, niet-gerapporteerde en ongereguleerde visserij. Niettemin zijn de WTO-leden nog in onderhandeling over een aantal aspecten: a) door wie vastgesteld kan worden dat een visbestand overbevist is; b) wanneer precies sprake is van overcapaciteit; en c) welke referentiepunten moeten worden gebruikt om schendingen vast te stellen. Het is duidelijk dat disciplines moeten gelden voor subsidies die betrekking hebben op mariene visvangst (geen aquacultuur of binnenlandse visserij), maar er lopen nog discussies over onder meer het uitzonderen van kleinschalige visserij, technische assistentie aan ontwikkelingslanden en het moment van inwerkingtreding.

Het kabinet is voorstander van het afschaffen van visserijsubsidies die leiden tot overbevissing en andere illegale, niet-gerapporteerde en ongereguleerde visserij. Hierbij is het van belang dat ook ontwikkelingslanden zich committeren aan deze afspraken en dat landen die niet in staat zijn zelfstandig aan de afspraken te voldoen hierbij technische assistentie krijgen. Het doel is te zorgen dat SDG 14.6 behaald wordt en dat visserijbestanden wereldwijd op peil blijven dan wel de kans krijgen te herstellen.

Binnenlandse regelgeving ten aanzien van de dienstenhandel

Het uitwerken van de afspraken over binnenlandse regelgeving voor de internationale dienstenhandel is onderdeel van de Doha Ontwikkelingsagenda. Het gaat om het wegnemen van onnodige procedures bij de internationale handel in diensten. EU-dienstverleners hebben vaak last van procedurele barrières als zij buiten de interne markt opereren. Een groep WTO-leden, waaronder de EU, zet zich ervoor in om de discussies om te zetten in een multilateraal akkoord. Er is echter ook een groep vocale tegenstanders. Zij vermoeden minder voordeel te hebben bij het maken van nieuwe afspraken dan ontwikkelde landen, onder meer omdat deze landen een minder sterke dienstensector hebben.

Het kabinet is voorstander van uitgewerkte afspraken over binnenlandse regelgeving in diensten. De dienstensector is voor Nederland van groot belang en basisafspraken voor binnenlandse regelgeving komen Nederlandse bedrijven in het buitenland ten goede.

Binnen de Raad bestaat brede steun voor de aanpak van de Commissie. Alle lidstaten zijn voorstander van een substantiële afspraken in december, omdat dit de positie van de WTO als forum voor internationale handelsafspraken versterkt. Sommige lidstaten benadrukken dat het bij het maken van afspraken over landbouwsteun van belang is dat ook opkomende economieën voldoende concessies doen.

EU-Mercosur onderhandelingen

De Raad bespreekt daarnaast de stand van zaken van de onderhandelingen over een associatieakkoord met Mercosur. De EU onderhandelt sinds 2000 met Mercosur over een associatieakkoord. De onderhandelingen zijn momenteel in een cruciale fase. Beide partijen hebben de wens uitgesproken om de onderhandelingen in 2017 af te ronden en tijdens MC11 een akkoord te presenteren. Daarvoor moet eerst nog voortgang geboekt worden op onder andere markttoegang (zowel voor goederen, diensten als openbare aanbestedingen). Hier wordt in de aankomende onderhandelingsronderonde van 6 tot 10 november 2017 verder over gesproken.

Tijdens de Raad op 10 november 2017 zal de Commissie de eerste bevindingen van deze onderhandelingsronde delen en aangeven wat er komende weken moet gebeuren om in 2017 tot een akkoord te komen. Nederland hoopt dat de EU en Mercosur dit jaar tot een ambitieus en gebalanceerd akkoord kunnen komen. Daarin is het van belang dat Nederlandse belangen zijn meegenomen, zoals markttoegang in de dienstensector en lagere tarieven voor bijvoorbeeld machines. Nederland zet ook in op ambitieuze afspraken over sanitaire en fytosanitaire maatregelen (afspraken over plant- en diergezondheid en voedselveiligheid) en dierenwelzijn. Nederland houdt bij de onderhandeling van handelsakkoorden vast aan de eigen hoge EU-standaarden voor voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu. Nederland zal zich met andere koplopers blijven inzetten voor een verbetering van het dierenwelzijn en een gelijk speelveld.

EU-Mexico onderhandelingen

De Raad spreekt vervolgens over de onderhandelingen met Mexico over de modernisering van het bestaande associatieakkoord dat sinds 2000 in werking is. Deze onderhandelingen zijn in 2016 van start gegaan. De onderhandelingen zijn dit jaar in een versnelling geraakt nu de VS een protectionistischer koers is gaan varen. Zowel de EU als Mexico willen de onderhandelingen in 2017 afronden. Gezien het aantal openstaande kwesties lijkt het echter realistischer dat de onderhandelingen in de eerste helft van 2018 worden afgerond. Voor het eerst zullen ook anti-corruptiebepalingen en afspraken over investeringsbescherming worden opgenomen in het akkoord. De EU zet daarbij in op het opnemen van het Investment Court System in het akkoord.

Tijdens de Raad Buitenlandse Zaken voor Handel zal de Commissie verslag doen van de uitkomsten van de laatste onderhandelingsronde en aangeven welke kwesties nog opgelost moeten worden. Voor Nederland is het van belang dat er ambitieuze afspraken worden gemaakt over sanitaire en fytosanitaire maatregelen (afspraken over plant- en diergezondheid en voedselveiligheid) en vastgehouden wordt aan de EU-standaarden voor voedselveiligheid en dierenwelzijn. Nederland zal zich met andere koplopers blijven inzetten voor een verbetering van het dierenwelzijn en een gelijk speelveld. Ook wil Nederland dat Mexico de markttoegang voor agrarische producten zoals aardappelen, bloembollen, zaden, vetten en oliën verbetert. De Mexicaanse douaneprocedures zijn tijdrovend en ingewikkeld, Nederland wil graag dat de Mexicaanse douaneprocedures worden vereenvoudigd en versnelt.

Naar een betere implementatie van EU-handelsakkoorden

Ten slotte zal de Commissie de Raad bijpraten over de voortgang van haar inspanningen om tot een betere toepassing en uitvoering van de afspraken in EU-handelsakkoorden te komen. De Commissie heeft dit initiatief eind 2016 aangekondigd. Nederland steunt dit initiatief en draagt er graag aan bij. U bent hierover eerder geïnformeerd (Kamerstuk 31 985, nr. 54).

De Commissie heeft aangekondigd om eind dit jaar met een evaluatie van alle EU-handelsakkoorden te komen die momenteel in werking zijn. Alle EU-handelsakkoorden wijken immers onderling af omdat zij het resultaat zijn van onderhandelingen met een andere onderhandelingspartner. Het doel van de evaluatie is om na te gaan of bepaalde akkoorden beter werken dan andere. De afspraken over de hoofdstukken in handelsakkoorden – bijvoorbeeld handel in goederen, diensten, aanbestedingen, intellectueel eigendom en duurzaamheid – worden onderling vergeleken tussen de verschillende akkoorden die de EU heeft.

Daarnaast zal de Commissie een uitgebreide evaluatie publiceren van het handelsakkoord met Zuid-Korea. Dit akkoord is gekozen omdat dit het eerste zogenaamde «tweede generatie» handelsakkoord is met een diep en omvattend karakter. Dat houdt in dat het naast afspraken over verlaagde invoerrechten ook afspraken bevat over dienstenhandel, intellectueel eigendom, overheidsaanbestedingen, investeringen en duurzaamheid bevat. De verwachting is dat de Commissie een eerste terugkoppeling zal geven van de voorlopige resultaten van deze evaluaties.

Toezeggingen

Ten slotte voldoe ik graag aan een tweetal toezeggingen.

Modernisering Handelsdefensief Instrumentarium

Conform de afspraken gemaakt tijdens het Algemeen Overleg over het behandelvoorbehoud EU-voorstel wijziging antidumping- en antisubsidieverordening van 16 februari 2017 (Kamerstuk 22 112, nr. 2327) informeer ik u over het verloop van het voorstel van de Europese Commissie om het handelsdefensief instrumentarium te moderniseren. Op 18 oktober heeft een politieke triloogonderhandeling plaatsgevonden tussen de Raad, het Europese parlement en de Europese Commissie over de modernisering van de Europese antidumping- en antisubsidiewetgeving. Tijdens de triloog heeft het Europese parlement een compromisvoorstel gedaan in de onderhandelingen. De posities van de Raad en het Europese parlement over de gewenste aanpassingen bleken echter nog ver uit elkaar te liggen. Dit jaar zullen naar verwachting nog drie onderhandelingsrondes in deze triloog plaatsvinden. U wordt hierover nader geïnformeerd via de geannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken over Handel van 6 december 2017.

Openbaarmaking positiepapers leden Breed Handelsberaad

Tijdens het Algemeen Overleg over de Raad Buitenlandse Zaken over Handel van 9 mei 2017 is toegezegd dat de leden van het Brede Handelsberaad zullen worden gevraagd hun positiepapers openbaar te maken. Aan deze afspraken is als voldaan. De leden van het Brede Handelsberaad zijn sinds 9 mei 2017 verschillende malen schriftelijk gevraagd hun positiepapers openbaar te maken. Ook zijn de leden tijdens het Brede Handelsberaad van 24 2017 mei zelf gevraagd aan deze oproep gevolg te geven. De positiepapers zullen worden gepubliceerd op de website van het Brede Handelsberaad.2


X Noot
1

Het landbouwakkoord van de WTO deelt binnenlandse landbouwsteun op in drie categorieën: handelsverstorend

(amber box), handelsverstorend, maar onderhevig aan productiebeperkingen (blue box) en niet-

handelsverstorend (green box). De amber box ziet hoofdzakelijk op prijssteun voor bepaalde landbouwproducten,

maar bijvoorbeeld ook directe productiesubsidies of inputsubsidies.

Naar boven