21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1718 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 februari 2017

Hierbij bied ik u het verslag aan van de Informele Raad Algemene Zaken van

7 februari 2017.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

VERSLAG RAAD ALGEMENE ZAKEN (RAZ) VAN 7 FEBRUARI 2017

Voorbereiding van de Europese Raad van 9 en 10 maart 2017

De Raad besprak de geannoteerde ontwerpagenda voor de Europese Raad (ER) van 9 en 10 maart a.s. (document nr. 5574/17). Hoofdonderwerpen zijn groei, banen en concurrentievermogen, waarbij onder meer zal worden gesproken over de landenspecifieke aanbevelingen van het Europees Semester en de interne markt strategieën, en veiligheid/defensie, als follow-up van de Europese Raad van 15 december jl. Daarnaast is tijdens de informele top op Malta afgesproken dat ook over de externe dimensie van migratie zal worden gesproken. Deze agenda kreeg de steun van de lidstaten. Inhoudelijke voorbereiding van de ER zal plaatsvinden tijdens de RAZ van 7 maart. Uw Kamer zal dan via de geannoteerde agenda per thema over de Nederlandse inzet worden geïnformeerd.

Verschillende lidstaten vroegen aandacht voor onderwerpen die zij in het bijzonder van belang achten bij de uitvoering van de Bratislava routekaart. In dat verband werden met name migratie, defensiesamenwerking, verdieping interne markt, versterking sociale dimensie, vervolmaking EMU, handelsbeleid, bescherming rechtsstaat en energie- en klimaatbeleid genoemd. Nederland onderstreepte het belang van een goede en transparante voorbereiding van de bijeenkomst in Rome op 25 maart a.s. ter viering van de ondertekening van de verdragen van Rome 60 jaar geleden. In dat verband verwees Nederland naar het Benelux paper dat is gepresenteerd tijdens de informele top in Valletta (bijlage bij Kamerstuk 21 501–20, nr. 1192).

Follow up Europese Raad 15 december 2016

Het Maltese voorzitterschap presenteerde een document over de implementatie van conclusies van de ER. De Europese Commissie vroeg in dit verband in het bijzonder aandacht voor de uitvoering van de besluiten ten aanzien van herplaatsing en hervestiging van vluchtelingen. Als bekend is het kabinet groot voorstander van systematische behandeling van de implementatie van ER-conclusies.

EU-interne uitwerking van de Sustainable Development Goals

Namens de Europese Commissie presenteerde Eerste Vicevoorzitter Timmermans de mededeling Volgende stappen voor een duurzame Europese toekomst. Hierin wordt uiteengezet hoe de EU de VN duurzame ontwikkelingsdoelen (SDGs) wil bereiken en welk EU-beleid zowel binnen de EU als internationaal nodig is om deze te bereiken. Commissaris Timmermans benadrukte het belang van de implementatie van de SDG agenda en de kansen die deze biedt voor de EU om veranderingen door te voeren die bijdragen aan duurzaamheid en innovatie. Dit betreft onder andere de transformatie van de energiesector, de digitale interne markt en de circulaire economie en de sociale sectoren. Dit vergt een geïntegreerde benadering waarbij elementen als gelijke behandeling, toegang tot educatie en gendergelijkheid van belang zijn. De Commissie werkt aan het opzetten van een platform voor lidstaten, bedrijven en NGO's om de SDG implementatie vorm te geven. Het Maltese voorzitterschap meldde van plan te zijn Raadsconclusies voor te leggen aan de RAZ van juni.

Een aantal lidstaten waaronder Nederland sprak steun uit voor de aanpak van de Commissie en onderstreepte het belang van een ambitieuze follow-up. Nederland stelde hierbij dat een horizontale aanpak cruciaal is, zowel in de samenwerking tussen verschillende raadsformaties als in de hoofdsteden. De interne en externe dimensies van duurzame ontwikkeling vragen om een geïntegreerde aanpak.

Overig

Zoals toegelicht in de geannoteerde agenda heeft de RAZ formeel vastgesteld dat geen sprake is van unanimiteit over de ontwerptekst van de verordening voor een Europees Openbaar Ministerie (EOM). Hiermee wordt de weg vrijgemaakt voor negen of meer lidstaten om te vragen het dossier voor te leggen aan de ER, hetgeen uiteindelijk kan leiden tot nauwere samenwerking tussen de lidstaten die voornemens zijn deel te nemen aan het EOM.

De Raad nam verder kennis van het politieke akkoord tussen Raad en EP over de PIF-richtlijn alsmede van de resoluties die het Europees parlement heeft aangenomen tijdens zijn plenaire vergaderingen in december 2016 en januari 2017.

Tot slot vroeg Portugal aandacht voor een high level seminar dat het op 24 januari jl. organiseerde over «een Euro voor groei en convergentie».

Naar boven