19 637
Vluchtelingenbeleid

26 732
Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000)

nr. 629
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 23 november 2001

De vaste commissie voor Justitie1 heeft op 11 oktober 2001 overleg gevoerd met mevrouw Kalsbeek, staatssecretaris van Justitie, over de brieven van de staatssecretaris:

– d.d. 23 april 2001 over de motie-Kamp inzake gesubsidieerde rechtsbijstand (26 732, nr. 93);

– d.d. 20 juni 2001 inzake de vervroegde toets vreemdelingenbewaring (27 788, nr. 2);

– d.d. 25 juni 2001 inzake de evaluatie van de Vreemdelingenwet 2000 (26 732, nr. 94);

– d.d. 12 juli 20 012 inzake de bandopname nader gehoor (26 732, nr. 95);

– d.d. 17 juli 2001 inzake de evaluatie van de Overeenkomst van Dublin (J01-593);

– d.d. 17 augustus 2001 inzake een algemeen ambtsbericht Turkije/dienstplicht (19 637, nr. 603);

– d.d. 28 juni 2001 inzake het onderzoek naar het overlijden van de heer S. Cicek (19 637, nr. 595);

– d.d. 3 september 2001 inzake de uitleg van art. 4 van de Overeenkomst van Dublin en art. 29 Vw (19 637, nr. 604);

– d.d. 24 september 2001 inzake een ambtsbericht over Somalië (19 637, nr. 606);

– d.d. 1 oktober 2001 inzake de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's (19 637/26 646, nr. 609);

– d.d. 8 oktober 2001 inzake het onderzoek naar de doodsoorzaak van de heer S. Cicek.

Van dit overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit.

De staatssecretaris deelt mee dat de onderhandelingen met Turkije over de terugkeer naar Irak goed zijn verlopen. Zij verwacht dat het contract tussen de Internationale organisatie voor migratie (IOM) en de Turkse non-gouvernementele organisatie «Anatolian Development Foundation» op zeer korte termijn wordt getekend. Daarna worden er weer doorreisvisa verstrekt.

Vragen en opmerkingen uit de commissie

De heer Middel (PvdA) gaat er wat betreft de vervroegde toets vreemdelingenbewaring van uit dat de toezegging over extra personeel wordt nagekomen, dat zich geen vervoerproblemen meer zullen voordoen en dat er meer vreemdelingenkamers komen. Strookt de opzet van de evaluatie van de Vreemdelingenwet 2000 met het groot project terzake?

Als het gaat om de kwestie-Afghanistan moet het overgrote deel van de vluchtelingen worden opgevangen in de regio. Nederland moet dat beleid zoveel mogelijk ondersteunen, met financiën en met menskracht. Een aantal mensen heeft echter meer zorg nodig dan in de regio kan worden gegeven. Dat kan inhouden dat die mensen naar Europa moeten komen. Daarvoor kan gebruik worden gemaakt van de Europese moratoriumregeling. Die is ook in de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) opgenomen. Op grond daarvan kun je mensen hier naar toe halen, zonder dat ze in de asielprocedure komen. Ze krijgen tijdelijke bescherming. Zodra de situatie in het land van herkomst is verbeterd, kunnen ze terug. De staatssecretaris moet zich voorbereiden op het in werking stellen van het beslismoratorium en daarover afspraken maken met de andere Europese landen. Lukt dat niet, dan wil dat niet zeggen dat Nederland ook geen mensen hoeft op te vangen.

De heer Middel hoopt, al is de situatie in Pakistan ook zeer ongewis, dat de Nederlandse ambassade aldaar weer snel slagvaardig zal optreden in het afgeven van documenten, benodigd voor gezinshereniging. Wat betreft het terugsturen van Afghanen die via Pakistan hier naar toe komen, moet onderscheid worden gemaakt tussen degenen die al een tijdje in Pakistan waren toen de ellende in Afghanistan begon en degenen die nu vluchten. Het beleid, gericht op de eerste groep, hoeft niet te worden opgeschort, want de categorie die nu komt, is een andere.

De heer Middel blijft bij zijn kritiek op de IOM en haar activiteiten. De doelgroepgerichte terugkeerprogramma's leveren bijna niets op, terwijl ze veel geld kosten. Toch is een grote Kamermeerderheid van mening dat het terugkeerbeleid naar Noord-Irak moet worden uitgevoerd. Het wordt tijd dat de betrokken ministeries, dus ook Buitenlandse Zaken en Economische Zaken, gezamenlijk meer druk op Turkije gaan uitoefenen, zodat dit land soepeler omgaat met het verstrekken van doorreisvisa aan degenen die naar Noord-Irak willen. Ook van de terugkeer naar Somalië komt niets terecht.

De gang van zaken na het overlijden van de twee Koerdische dienstweigeraars is heel onbevredigend geweest. De heer Middel heeft zich buitengewoon gestoord aan de manier waarop het officiële onderzoek vanuit de Nederlandse ambassade is verlopen. Daarna is er gelukkig het nodige veranderd en verbeterd. De zaak wordt waarschijnlijk nooit opgehelderd, hoe onbevredigend dat ook is. Zelfmoord kan niet worden bewezen, het tegenovergestelde ook niet. Het wordt nu tijd deze kwestie af te sluiten, al blijft het verschrikkelijk dat er twee personen zijn overleden. Het zijn er twee te veel. Toch vindt de PvdA-fractie niet dat het beleid moet worden gewijzigd en dat Koerdische dienstweigeraars niet meer terug hoeven. Daar komt bij dat zich sindsdien geen nieuwe incidenten hebben voorgedaan. De situatie in Turkije is inmiddels ook verbeterd, al is die nog steeds niet goed.

De heer Kamp (VVD) vindt de situatie in Afghanistan diep triest. Hij hoopt dat het militaire optreden aldaar het begin is van stabilisatie en van verbetering van de levensomstandigheden voor de burgers, want zij zijn het slachtoffer van wat daar gebeurt. Er is alle aanleiding te komen tot een grootschalige internationale hulporganisatie in Afghanistan en in de vijf landen eromheen die met de vluchtelingenstromen te maken hebben. Nederland moet daar ruimhartig aan meedoen, maar het heeft geen zin vluchtelingen hier naar toe te halen. Met het geld dat daarmee is gemoeid, kunnen in Afghanistan vele tienduizenden mensen worden geholpen. Als het kan, dan moeten alle vluchtelingen daar worden opgevangen.

Nederland is op basis van het Vluchtelingenverdrag gehouden asielverzoeken in behandeling te nemen. Dat geldt echter niet voor herhaalde asielverzoeken, dus tweede en volgende. Ook al is dit in het regeerakkoord vastgelegd, de staatssecretaris weigert dat uit te voeren. Een stagnatie van de terugkeer van afgewezen asielzoekers is daar een belangrijk gevolg van. De VVD-motie – deze is later gekoppeld aan de opneming van de ex-nunctoetsing in de nieuwe Vw – waarin wordt verzocht herhaalde asielverzoeken slechts op één centraal punt bij een aparte IND-eenheid te laten indienen, om die vervolgens met voorrang af te handelen, zonder dat betrokkenen opvang en rechtshulp krijgen, wordt ook niet naar behoren uitgevoerd. Er is sprake van een gekunsteld onderscheid tussen herhaalde en tweede asielverzoeken. Het proces van de indiening en afhandeling van asielverzoeken en het laten terugkeren van afgewezen asielzoekers wordt momenteel nauwelijks beheerst. Glasheldere beleidslijnen en een krachtig en consequent optreden zijn pure noodzaak. De heer Kamp pleit nogmaals voor een absolute grens van één asielaanvraag per persoon, gekoppeld aan een beperking van de gratis rechtsbijstand tot één beroepsprocedure.

De vervroegde toets vreemdelingenbewaring heeft tot knelpunten geleid. Daarom moet die weer naar 28 dagen. De VVD-fractie heeft de regering bij de algemene politieke beschouwingen gevraagd met een wetsvoorstel te komen op basis waarvan criminele illegalen na het uitzitten van hun straf in vreemdelingenbewaring kunnen blijven tot het moment van uitzetting. De rechter hoeft dan niet meer te toetsen. In dat wetsvoorstel kan ook worden geregeld dat een illegaal die van een strafbaar feit wordt verdacht in voorlopige hechtenis blijft tot de rechtszitting, ongeacht de strafmaat.

De staatssecretaris vertaalt het gestelde in de motie-Dittrich over een evaluatie van de effectiviteit van het vreemdelingentoezicht in «een evaluatie van de gewijzigde omschrijving van de bevoegdheid tot staandehouding», maar dat is veel te beperkt. Er moet worden geëvalueerd of op grond van de wettelijke regels effectief vreemdelingentoezicht mogelijk is. In verband met een snelle afdoening van het asielverzoek moet de oorspronkelijke verklaring van de asielzoeker over identiteit, nationaliteit, reis en vluchtrelaas in een zo vroeg mogelijk stadium worden vastgelegd. Betrokkene kan zijn verklaring het best zelf op papier zetten. Als dat niet mogelijk is, dan kan een bandopname worden gemaakt die vervolgens wordt uitgewerkt.

De Overeenkomst van Dublin is mislukt, want asielzoekers blijven reizen naar het land van voorkeur. Het eerdere verblijf in een ander veilig land kan verborgen blijven door een gebrek aan documenten en door te liegen. Verblijf in een ander land kan alleen worden aangetoond als men daar in procedure is geweest en als er vingerafdrukken kunnen worden vergeleken. Deze kwestie kan pas worden opgelost als er in EU-verband wordt afgesproken dat asielverzoeken alleen nog direct na binnenkomst in de Europese Unie kunnen worden ingediend, aan de buitengrenzen, op de lucht- en in de zeehavens. Daarna moeten de asielzoekers evenredig over de landen worden verdeeld. Wil de staatssecretaris direct actie op dit punt ondernemen?

De fractie van de VVD ziet geen heil in de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's. Degenen zonder verblijfsvergunning, dus afgewezen asielzoekers en illegalen, moeten het land onmiddellijk verlaten. Wie dat niet doet, moet tot ongewenste vreemdeling worden verklaard. Wie dan nog niet weggaat, moet in vreemdelingenbewaring worden gehouden, totdat uitzetting mogelijk is. De VVD-fractie stemt alleen maar in met het beschikbaar stellen van vliegtickets aan afgewezen asielzoekers die deze zelf niet kunnen betalen. De huidige weg loopt absoluut dood. Waarom wordt er wel geld beschikbaar gesteld voor terugkeer naar Irak en niet naar Angola? Waarom wordt er meer geld gegeven voor een terugkeer naar Somalië dan voor een terugkeer voor Irak? Het huidige beleid leidt onvermijdelijk tot één regeling, met een bedrag dat zo hoog is dat het wel effect heeft. In de herkomstlanden wordt vervolgens geconcludeerd dat een asielverzoek in Nederland leidt tot een verblijfsvergunning of tot terugkeer met een aanmerkelijk bedrag. Dat is een glijdende schaal. Dit beleid heeft een sterk aanzuigende werking. Er moet direct worden gestopt met alle terugkeerregelingen, voorzover die uitgaan boven de vliegtickets.

De heer Hoekema (D66) vindt ook dat Afghaanse vluchtelingen zoveel mogelijk in de regio moeten worden opgevangen. Nederland moet dat steunen, financieel en materieel. Zijn fractie heeft er al eerder voor gepleit in het kader van het instrument uitgenodigde vluchtelingen een aantal vluchtelingen hier naar toe te halen. Ook de andere Europese landen zouden zo'n gebaar moeten maken. Heeft de UNHCR daar al ideeën voor ontwikkeld? Lukt dat onvoldoende, dan zou het beslismoratorium aan de orde kunnen komen. Heeft het kabinet zich al beraden op de kwestie of het verblijf in een derde land, Pakistan of Iran, vluchtelingen uit Afghanistan moet worden tegengeworpen?

Er moet verschil worden gemaakt tussen een herhaald asielverzoek en een tweede asielverzoek. De forfaitaire tarieven voor rechtsbijstand moeten worden verbeterd. Moeten de verzoeken in één aanmeldcentrum (AC) worden behandeld? In haar antwoord op de schriftelijke vragen over Schiphol-zittingen, in relatie tot de vervroegde toets vreemdelingenbewaring, geeft de staatssecretaris aan dat zij de uitvoering van de nieuwe Vw goed in de gaten zal houden. Toch houden de problemen met de tiendagentoets voor de Schiphol-zittingen aan, want nog steeds moeten betrokken partijen in een en dezelfde zaak voor twee procedures komen opdraven, voor de vrijheidsontneming en voor de inhoudelijke behandeling van het beroep. Dat leidt tot een enorme belasting van het ambtelijk apparaat. Rechtszekerheid voor en rechtsbescherming van de vreemdeling zijn van groot belang, maar de logistieke, organisatorische en capaciteitsproblemen zijn ook ernstig. Wil de staatssecretaris een uitzondering maken voor de tiendagentoets voor de Schiphol-zittingen?

Het groot project Vreemdelingenwet staat een evaluatie daarvan niet in de weg, maar hoe moet de motie-Dittrich op dit punt worden uitgelegd? Wie gaat de organisatie van de evaluatie leiden? Het WODC-rapport is gebaseerd op een niet succesvol experiment met cassettebandjes. Een experiment met modernere opnamesystemen kan wel tot kwaliteitsverbetering leiden. Als de toegankelijkheid van de opnamen wordt verbeterd, dan kan een nader gehoor beter worden vastgelegd. Daarmee worden discussies over het vluchtrelaas en klachten over contactambtenaren en tolken voorkomen. Het vluchtrelaas kan later ook beter worden beoordeeld. Het is wellicht beter, voordat er tot een eindoordeel op dit punt wordt gekomen, te wachten op het rapport van de ombudsman. Wellicht is er nog een goedkopere manier van uitvoering.

De Overeenkomst van Dublin werkt niet goed, ook Europees niet. Het is een dure regeling die geen effect sorteert, maar wel menselijk leed veroorzaakt. Slechts 4,2% van de «Nederlandse» asielverzoeken heeft geleid tot de vaststelling van de verantwoordelijkheid van een andere lidstaat, al is het percentage geslaagde Dublin-claims redelijk hoog. Als de Overeenkomst optimaal zou werken, dan zou Nederland slechts verzoeken van vluchtelingen hoeven te behandelen die hier per boot of vliegtuig binnenkomen. Kan het percentage geslaagde Dublin-claims nog omhoog, of is de Overeenkomst daarvoor te moeilijk uitvoerbaar? Hoe kan de medewerking van de betrokken asielzoeker worden vergroot?

Het doel van de Overeenkomst was het voorkomen van asylum shopping, maar in de praktijk gaan asielzoekers vooral naar landen met een aantrekkelijk asielregime. Dus moet het niveau daarvan in de andere landen omhoog. Deze kwestie moet onderdeel worden van het Europese asiel- en migratiebeleid. In het akkoord met de VNG staat dat Dublin-claimanten opvang wordt geboden. Het Centraal orgaan asielzoekers en de VNG moeten de gemeenten ertoe brengen voldoende opvangmogelijkheden te creëren. Lukt dat niet, dan kan worden overwogen de tijdelijke noodvoorziening (TNV) open te stellen, mits de kwaliteit daarvan is gegarandeerd.

De heer Hoekema is niet overtuigd van de kwaliteit van het onderzoek naar de dood van de heer Cicek. Er zijn nog veel vragen te stellen over de ware toedracht. Zo lang die niet bevredigend zijn beantwoord, al komt er wellicht nooit helemaal duidelijkheid, heeft de D66-fractie geen behoefte haar standpunt te veranderen. Koerdische dienstplichtigen mogen dus niet worden teruggestuurd, al is de situatie voor dienstplichtigen in Turkije wel enigszins verbeterd.

De Nederlandse uitleg van artikel 4 van de Overeenkomst van Dublin houdt in dat Nederland verantwoordelijk is indien de asielverzoeken van de meerderheid van de gezinsleden in Nederland aanhangig zijn. Wat is de positie van de andere lidstaten op dat punt? Waarom wordt de toepassing van artikel 4 beperkt tot gezinsleden van een in Nederland erkende vluchteling? Wordt daarmee het uitgangspunt dat gezinsleden niet van elkaar worden gescheiden, losgelaten?

De Hoge Commissaris voor de vluchtelingen vindt dat er geen gedwongen repatriëring naar andere delen van Somalië mag plaatsvinden, behalve als er sprake is van vrijwillige terugkeer. In dat kader is ook gewezen op de problemen in Puntland en Somaliland. Waarom is de staatssecretaris in dit geval afgeweken van de bevindingen van de Hoge Commissaris? Hoe reëel zijn de mogelijkheden om naar Somalië terug te keren, gelet op de instabiliteit en het probleem van het verkrijgen van documenten? Vooralsnog betwijfelt zijn fractie of het mogelijk is het beperkte beschermingsbeleid op dit punt te laten vallen.

De fractie van de heer Hoekema is teleurgesteld over de resultaten van de doelgerichte terugkeerprogramma's. Er is sprake van een zeer beperkte terugkeer, voor veel geld. Ook vanwege de recente breuk in de overeenkomst tussen Turkije en Nederland is terugkeer naar Noord-Irak moeilijk haalbaar. De heer Hoekema doet een beroep op alle betrokken ministers om druk op Turkije uit te oefenen, maar de overeenkomst is nu eenmaal verbroken. Welke beweegredenen had Turkije daarvoor? De fractie is ook teleurgesteld over de IOM en de uitvoering van de regeling naar Noord-Irak. Waarom zijn hier asielverzoeken uit Tsjechië, Slowakije en Roemenië ingediend? Waarom zijn hier nog steeds personen uit Kosovo aanwezig?

Ook mevrouw Halsema (GroenLinks) is benieuwd naar het resultaat van het overleg met de UNHCR over het op basis van UNHCR-criteria naar Nederland halen van Afghaanse vluchtelingen, in het kader van het uitgenodigde-vluchtelingenbeleid. Is er al een besluit genomen over het al of niet handhaven van het tegenwerpen van Iran en Pakistan als land van eerder verblijf? Hier reeds verblijvende Afghanen hebben meestal een VVTV, maar vanwege de nieuwe Vw komen zij nu in aanmerking voor een tijdelijke status. Die geeft recht op gezinshereniging. De overgang naar de nieuwe status verloopt echter traag, maar men moet wel voldoen aan het inkomensvereiste, terwijl men ook in het bezit moet zijn van een jaarcontract. Dat veroorzaakt veel leed, omdat men bezorgd is over nog in Pakistan verblijvende familieleden. Zijn er mogelijkheden, gelet op de bijzondere omstandigheden, gezinshereniging voor Afghanen uit Pakistan toe te staan, met een lichtere toets dan gebruikelijk is?

Mevrouw Halsema heeft het gevoel, ondanks het gestelde in het ambtsbericht dienstweigeraars, dat er wel degelijk sprake is van schending van de mensenrechten in het Turkse leger en dat er wel aanwijzingen zijn van systematische discriminatie van Koerden. Amnesty International heeft in augustus 1999 gewezen op een toenemend aantal berichten over sterfgevallen in het leger, met name van Koerden. Wat betreft de kwestie-Cicek vindt Amnesty International het merkwaardig dat de onderzoekresultaten over mogelijke mensenrechtenschendingen vertrouwelijk zijn, terwijl de uitkomst ervan de basis vormt voor het al dan niet uitzetten van Koerdische dienstplichtigen. Zelfs de uiteindelijke conclusie in het ambtsbericht dat de regering de doodsoorzaak niet heeft kunnen achterhalen wordt niet meer openbaar gemaakt. Mevrouw Halsema vindt, omdat het om een onderzoek gaat waar de Kamer om heeft verzocht, dat daar ook beleidsconsequenties aan moeten worden verbonden. Dat is ook met de vorige staatssecretaris afgesproken. Het is idioot dat de Kamer nu niet openlijk controle kan uitoefenen op het onderzoek. Het gestelde dat geheimhouding noodzakelijk is vanwege de privacy van betrokkene en diens nabestaanden slaat nergens op. Betrokkene is dood, terwijl de nabestaanden al jaren vragen om een openbaar onderzoek. Heel storend is ook dat de Kamer twee jaar heeft moeten wachten op het uiteindelijke onderzoeksresultaat. Daar komt bij dat het om een onderzoek van de militaire autoriteiten gaat, waarbij één Nederlandse expert betrokken is geweest. Deze heeft het onderzoek in twijfel getrokken. De conclusie luidt dat er geen duidelijkheid bestaat over de doodsoorzaak. Dat geldt zo ongeveer ook voor de zaak-Aksoy. Mevrouw Halsema vindt dit menselijk niet fraai, vooral niet voor de nabestaanden, want zij hebben jarenlang om een goed onderzoek gevraagd. Het is voorts een volstrekte miskenning van de Nederlandse betrokkenheid en verantwoordelijkheid dat Cicek senior, na asiel te hebben aangevraagd in Nederland – hij zegt in Turkije te zijn bedreigd – als Dublin-claimant wordt teruggestuurd naar Frankrijk. Een Nederlandse rechter moet toegang hebben tot de individuele ambtsberichten om een en ander vervolgens te kunnen beoordelen. Mevrouw Halsema vraagt de staatssecretaris een ultieme poging te doen tot waarheidsvinding in deze zaak. De fractie van GroenLinks blijft van mening dat het nog steeds niet aan gaat mensen uit te zetten, ook omdat er wel degelijk berichten zijn over mensen die sindsdien de dood hebben gevonden. Dat zijn alleen geen Koerdische dienstweigeraars die in Nederland zijn geweest.

De nieuwe gevechten in Somalië raken ook de stabiliteit in Somaliland en Puntland. Kan aan ongewapende minderheidsgroeperingen uit de zuidelijke regio's daadwerkelijk bescherming worden geboden in Somaliland en Puntland?

Wat vindt de staatssecretaris ervan, in afwachting van een structurele oplossing voor de opvang van Dublin-claimanten, gebruik te maken van de TNV? Het huidige beleid rond de gezinshereniging van Dublin-claimanten houdt in dat er geen sprake is van gezinsscheiding bij erkende vluchtelingen, maar daarmee creëer je een grond voor het doorgaan met procederen op grond van een tijdelijke status. Dublin-claimanten die niet van hun familie willen worden gescheiden, gaan door met procederen om voor gezinshereniging in aanmerking te komen. Mevrouw Halsema vindt dat gezinsscheiding ook op een tijdelijke status moet kunnen worden tegengegaan.

De cijfers in de evaluatie van de Overeenkomst van Dublin zijn verontrustend. Daar komt bij dat als gevolg van het uitblijven van feitelijke overdracht geen enkele lidstaat nog de verantwoordelijkheid neemt voor het in behandeling nemen van het asielverzoek, maar het kan wel degelijk gaan om mensen die bescherming nodig hebben. Zij vallen nu tussen wal en schip. Dat leidt tot een vergroting van de illegaliteit.

Zijn de vervoerproblemen bij de vervroegde toets vreemdelingenbewaring inmiddels opgelost? Telehoren heeft grote consequenties voor de rechterlijke macht en de advocatuur. Wat vinden die daarvan? Haar fractie is een groot voorstander van de bandopname nader gehoor. Het gestelde over de privacy van de betrokkene is vreemd, want geen enkele asielzoeker wordt gedwongen een bandopname te laten plaatsvinden. Dat is een recht dat men heeft.

De heer Rouvoet (ChristenUnie) is voorstander van opvang in de regio. Dat moet ruimhartig worden gefaciliteerd. Hij is tegen het oneigenlijk gebruik van een mogelijkheid die de nieuwe Vw biedt, namelijk het toepassen van het beslismoratorium om Afghaanse vluchtelingen hier naar toe te halen. Als er iets in die richting moet gebeuren, dan moet de Vw bij de evaluatie ervan worden gewijzigd. Als er sprake is van een bijzondere situatie, dan kan er ook gebruik worden gemaakt van het instrument uitgenodigde vluchtelingen, al is dat nogal beperkt, gelet op de problematiek.

Hoe verhoudt de opzet van de evaluatie van de nieuwe Vw zich met het groot project? De Overeenkomst van Dublin is mislukt. De heer Rouvoet wacht de nadere voorstellen van de Commissie op dit punt af. Hij is ervoor de niet benutte TNV-capaciteit te gebruiken voor de opvang van Dublin-claimanten.

De ingrijpende wijziging van de Vw wat betreft de motiveringsplicht lijkt logischerwijs te leiden tot het terugdraaien van de eerder voorgestelde brede toepassing van artikel 4 van de Overeenkomst van Dublin. De staatssecretaris vindt een brede toepassing daarvan niet wenselijk, maar wat betekent dit voor het beleid met betrekking tot het bijeenhouden van het gezin?

De heer Rouvoet begrijpt de beëindiging van het VVTV-beleid voor Somalië, ook voor de laatste clanfamilies. Deze moeten terug, maar door technische belemmeringen is dat vaak niet mogelijk. De termijn van de 28-plus dagen is geen oplossing, maar gedwongen uitzetting daarna ook niet. Wat heeft Nederland deze groep nog te bieden?

De heer De Wit (SP) is voor een ruimhartige opvang van Afghaanse vluchtelingen in Nederland. Er moet ook worden opgevangen in de regio, maar het is de vraag wat daarvan terechtkomt. Iran en Pakistan sluiten op dit moment de grenzen. Er dreigt een humanitaire ramp. Er moet in Europees verband worden gezocht naar een oplossing, maar ook buiten Europa zou er voor opvang kunnen worden gezorgd, bijvoorbeeld in de landen die direct met het conflict te maken hebben, zoals de VS.

De conclusie van de Turkse autoriteiten in het onderzoek naar de dood van de heer Cicek luidt dat het om zelfmoord gaat. De Kamer twijfelt daar al jaren aan. Er ligt nu een vertrouwelijk ambtsbericht ter inzage, evenals een vertrouwelijk rapport, maar deze stukken kunnen wel via internet worden ingezien. De Kamer bevindt zich in een vreemde positie, want zij kan niet over de stukken spreken, terwijl dat buiten de Kamer wel gebeurt. Het privacy-argument van de staatssecretaris gaat niet op, want de familie van de heer Cicek vraagt al heel lang om helderheid in deze zaak. De staatssecretaris concludeert dat de conclusie van de Turkse autoriteiten kan worden bevestigd, noch kan worden tegengesproken. Kijk je echter naar het aantal vragen dat de Nederlandse onderzoekers over het rapport hebben gesteld, bijvoorbeeld over de inconsistentie ervan, dan kun je nooit tot zo'n conclusie komen. De regering moet de Turkse autoriteiten verzoeken de onderzoeksvragen alsnog deugdelijk te beantwoorden. Als dat niet gebeurt, dan moet er om een nieuw onderzoek worden gevraagd. In het ambtsbericht staat dat het inmiddels goed gaat in Turkije, maar de heer De Wit betwijfelt dat, ook gelet op wat Amnesty International daarover zegt. Hoeveel dienstweigeraars zijn er sinds augustus 1999 teruggestuurd naar Turkije? Hoe is het verder met hen gegaan? Wat zijn de ervaringen met Koerdische dienstweigeraars uit andere landen? De uitzetting van Turkse dienstweigeraars moet in ieder geval worden opgeschort.

Een bandopname kan onder omstandigheden een uitstekend middel zijn om na te gaan wat een asielzoeker op een bepaald moment heeft verklaard. Hier zijn echter wel aanzienlijke kosten mee gemoeid. Wellicht kunnen de verhoren op de band worden opgenomen. Wordt daar tijdens een procedure een beroep op gedaan, dan kan een bepaald stuk aan de hand van de band worden gecheckt. Dan hoeft niet alles direct te worden vertaald. Dat scheelt veel geld. Een bandopname is in ieder geval heel nuttig, vooral met het oog op fair play en de rechtsbescherming van de asielzoeker.

Wat gebeurt er met Dublin-claimanten die door andere landen moeten worden opgenomen? Met mensen die niet door een ander land worden overgenomen, maar hier geen rechten meer hebben, ontstaan problemen. Wat gaat de staatssecretaris daaraan doen? Wat artikel 4 van de Overeenkomst van Dublin betreft vindt de heer De Wit dat gezinshereniging mogelijk moet zijn. Hij is het niet eens met het onderscheid dat de staatssecretaris wat dat betreft wil aanbrengen.

De heer Van de Camp (CDA) heeft ook zorgen over de situatie in Afghanistan. Hij is voor het zoveel mogelijk opvangen in de regio. Hij twijfelt aan het nut van het binnenhalen van grote aantallen Afghanen. Het instrument van de uitgenodigde vluchtelingen in UNHCR-verband is wel een mogelijkheid.

Hoe hard is het juridische onderscheid tussen een herhaald asielverzoek, met dezelfde feiten en omstandigheden, en een tweede, met nieuwe feiten of omstandigheden? De eerste beoordeling van een tweede asielverzoek gebeurt door de Raad voor de rechtsbijstand, maar klopt dat wel? Dan moet namelijk worden getoetst of de desbetreffende asielzoeker al of niet opnieuw rechtsbijstand krijgt. Hoe gaat dat in de andere Europese landen? Heeft men daar ook gratis rechtsbijstand?

Hoe staat het met de vervoerproblematiek, de bewaringcapaciteit in de Randstad en de werving van personeel wat betreft de vervroegde toets vreemdelingenbewaring? Bij de evaluatie van de Vw moet worden gewaakt voor te veel procesevaluatie en te weinig resultaatevaluatie. De staatssecretaris stelt zich afhankelijk op ten aanzien van organisaties die gegevens moeten leveren. Is daar niet meer structuur in aan te brengen, ook in wetenschappelijk-evaluatieve zin, zodat die organisaties meewerken als er informatie nodig is? Kan de Kamer kennisnemen van de startnotities? Op welke wijze worden de verschillende deelonderzoeken in dit kader uitgevoerd?

Wat voor resultaten heeft het project Nader gehoor nieuwe stijl opgeleverd? Hoe staat het met het Europese kader? Is er al meer te zeggen over de werking van de Algemene amnestiewet? Vallen de onttrekking aan de militaire dienstplicht en desertie binnen het bereik van deze wet?

Is de discretionaire bevoegdheid, zoals die in de brief over de uitleg van artikel 4 van de Overeenkomst van Dublin wordt genoemd, een uitbreiding van de werking van artikel 4 of een onderdeel van de inperking die de staatssecretaris voorstelt, vanwege het amendement dat op de Vw 2000 is ingediend? Wat wil zij doen binnen die discretionaire bevoegdheid? Het procederen wordt daardoor bevorderd, terwijl de Vw 2000 is gericht op een beperking van het procederen.

Werkt EURODAC al, of wordt er nog steeds in het Brusselse overlegd op dit punt? De behandeltermijn is nu drie maanden, maar men wil naar een maand. Hoe staat het daarmee? Wordt er al van iedere asielzoeker bij binnenkomst in de EU een vingerafdruk genomen? De heer Van de Camp is het eens met de beleidswijziging inzake Somalië, maar wat betekent dit voor het terugkeerbeleid?

Het effect van de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's is helaas uiterst beperkt. Waarom wil de staatssecretaris een spoedige reactie van de Kamer op de kwestie-Noord-Irak? In de brief van Amnesty International staat dat de UNHCR op een aantal punten haar werk niet goed kan doen, onder andere vanwege de beperkte financiële middelen. Wat doet Nederland aan hulpverlening? Wat betreft de voorgenomen sluiting van het VN-documentatiecentrum inzake asiel moet de regering haar supranationale gevoelens laten prevaleren boven de Zalmnorm.

Het antwoord van de staatssecretaris

De staatssecretaris deelt mee dat het kabinet wekelijks intensief over de kwestie-Afghanistan spreekt. De meest betrokken bewindslieden spreken voorts nog apart over de vluchtelingenproblematiek, in de meest brede zin van het woord. Wat er richting de UNHCR gebeurt, komt dan ook aan de orde, maar er is al wel 70 mln gulden toegezegd. Opvang in de regio heeft prioriteit, maar Pakistan staat onder geweldige druk. Dat vereist een reële bijdrage aan het verlichten van de last van dat land. Er wordt ook gesproken over het eventueel gebruikmaken van het instrument uitgenodigde vluchtelingen, evenals over de vraag of er moet worden doorgegaan met het tegenwerpen van het verblijf in het derde land, wat tot op heden wel gebeurt. Er mag wettelijk geen onderscheid worden gemaakt tussen Afghanen die via Pakistan al eerder in Nederland terecht zijn gekomen en Afghanen die hier als gevolg van de recente gebeurtenissen naar toe komen. Er wordt voorts gesproken over gezinshereniging. Het beslismoratorium is vooral bedoeld voor situaties, waarin sprake is van grote instroom, maar momenteel is eerder sprake van minder instroom, omdat het moeilijk is uit Afghanistan weg te komen. Mocht dit veranderen, dan hoort de Kamer dat. Zodra er over deze kwesties is besloten, wordt de Kamer geïnformeerd. Er ligt nog geen officiële uitnodiging van de UNHCR, al heeft de Hoge Commissaris zich in de media wel in die zin uitgelaten.

Nederland is in het kader van het Vluchtelingenverdrag gehouden ook herhaalde asielverzoeken te toetsen, al kan dat marginaal. Ze worden in een aanmeldcentrum (AC) afgedaan. De rechtshulpverlener bekijkt nauwgezet of er sprake is van een nieuw feit en of de asielverzoeker dat niet eerder had kunnen inbrengen. Is er geen nieuw feit, dan wordt er geen rechtsbijstand gegeven. Is er een nieuw feit, maar men had dat eerder kunnen inbrengen, dan wordt er ook geen rechtsbijstand gegeven. In de andere gevallen gebeurt dat wel. Ook al wordt de categorie herhaald asielverzoek in het Vluchtelingenverdrag niet genoemd, daarin wordt wel ten principale geregeld dat het asielverzoek van iemand die stelt dat hij wordt vervolgd in het land van herkomst, moet worden bekeken. Een eerste verzoek wordt meestal grondig bekeken in een AC. Soms gebeurt dat minder grondig, als gevolg van de gevolgde procedure, maar daar zijn dan goede redenen voor. Een herhaalde aanvraag wordt snel afgedaan, maar die moet wel worden bekeken, omdat men wederom stelt dat men wordt vervolgd. Zijn er geen nieuwe feiten, dan ben je snel klaar. Door de mogelijkheid van de ex-nunctoetsing zal er meestal niet veel nieuws zijn. Is dat wel het geval en kon men dat niet eerder inbrengen, dan wordt er marginaal bekeken of dat tot een nieuwe procedure moet leiden.

Nadat de Vreemdelingenkamer daar nog eens kritisch naar had gekeken, heeft het Vreemdelingenberaad besloten tot een herverdeling van de bewaringszaken over het land. Daarbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de uitbreiding van de celcapaciteit voor vreemdelingenbewaring. Een aantal nieuw in te richten vreemdelingenkamers gaat zich bezighouden met bewaringszaken, maar daar worden geen zittingen gehouden. Op dit moment wordt er op basis van de meest recente cijfers over de verdeling van de inbewaringstellingen over de regio's gewerkt aan een zo efficiënt mogelijke verdeling over de rechtbanken.

Het vervoerknelpunt had primair te maken met personeelstekort. Dit probleem is voortvarend aangepakt. De werving is inmiddels afgerond. Vooruitlopend op het inzetten van nieuw opgeleid personeel, is tijdelijk en op beperkte schaal gebruikgemaakt van particulier beveiligingspersoneel, met beperkte bevoegdheden. Inmiddels gebeurt dat al niet meer.

Realisatie van bewaringscapaciteit in de Randstad door substitutie bleek niet mogelijk. Er wordt nu aanvullende bewaringscapaciteit gerealiseerd, in Rotterdam 68 plaatsen en Amsterdam 48 plaatsen. Er wordt extra personeel geworven en opgeleid voor de uitbreiding. Daarnaast worden de noodzakelijke bouwkundige aanpassingen voor de capaciteit in Rotterdam en Amsterdam uitgevoerd. Eind dit jaar, begin volgend jaar is de extra capaciteit in Rotterdam operationeel. De capaciteit in Amsterdam is maart volgend jaar klaar. Daarmee is de toezegging deze capaciteit binnen zes tot negen maanden te realiseren, nagekomen. De eventuele uitbreiding van de toets naar 28 dagen is niet meer aan de orde.

Als iemand een afwijzing in een AC krijgt en daartegen beroep aantekent, gaat hij of zij in vreemdelingenbewaring op grond van artikel 6 van de Vw. Vervolgens vindt binnen een paar dagen, door de samenloop van het AC-beroep en de vervroegde toets vreemdelingenbewaring, twee keer een zitting plaats. Dat is niet efficiënt, maar het gaat om twee aparte procedures met elk een eigen zitting. Het is in de regel niet mogelijk, ook niet bij Schiphol-zittingen, twee zittingen op dezelfde dag te plannen. De mogelijkheden van telehoren worden via een pilot nader verkend. Op 24 oktober is er een themadag over telehoren, telepleiten en de toepassing daarvan. Vervolgens wordt daarmee gedurende acht maanden proefgedraaid. Tijdens die proefperiode worden de bewaringszittingen op maandagochtend gepland, zodat de mogelijkheid bestaat vreemdelingen die weigeren mee te werken nog dezelfde dag voor de rechter te leiden. De proefperiode bestaat uit twee varianten die elk gedurende vier maanden worden toegepast. Daarna zal een evaluatie moeten uitwijzen welk model landelijk wordt geïmplementeerd.

Bij de evaluatie van de Vw 2000 wordt rekening gehouden met de onderwerpen die in de motie-Dittrich worden genoemd. De effectiviteit van het non-discriminatoir vreemdelingentoezicht wordt ook bekeken. Het onderzoek op dat punt spitst zich toe op het staande houden, vanwege de wijziging van de Vw terzake. Voorts worden de andere wijzigingen van de wet bekeken. Desgevraagd zegt de staatssecretaris toe dat zal worden bekeken of daarmee uitvoering wordt gegeven aan het verzoek in de motie om een brede evaluatie van de daarin genoemde punten. Het gaat overigens om een procesevaluatie en een effectevaluatie. De informatie die door middel van het groot project wordt verzameld, vormt de basis voor deze evaluaties. Er wordt nog bezien of het nodig is aanvullende gegevens te verzamelen. Het is niet de bedoeling afhankelijk van anderen te worden, maar je kunt de rechterlijke macht nu eenmaal niet iets opdragen, want die is onafhankelijk. De staatssecretaris kan zich echter niet voorstellen dat de rechterlijke macht niet bereid is bepaalde gegevens te verstrekken. Daar moet in goed overleg uit te komen zijn. Het is nog niet bekend wie de evaluatie gaat leiden.

Er is besloten niet over te gaan tot de invoering van de geluidsopname nader gehoor. Er zijn binnen de IND inmiddels enkele verbeteringen geïmplementeerd. Het kennis- en leercentrum dat een jaar bestaat, geeft interne cursussen voor nieuwe IND-medewerkers, onder andere de opleiding nader gehoor voor hoormedewerkers. Deze cursus, die zeven weken duurt, is gericht op het goed kunnen afnemen van een nader gehoor. Ook het omgaan met andere culturen, interviewtechnieken en kennis van het nationale en internationale asielrecht komen ook aan bod. Er is ook een vijfweekse cursus voor beslissers die nadere gehoren gaan afnemen. De evaluatie en vernieuwing van de huidige macro nader gehoor loopt nog. Ook dat moet ertoe leiden dat de kwaliteit van het gehoorrapport wordt verhoogd. Dat vormt de basis voor de beslissing over de asielaanvraag. Dit project wordt naar verwachting dit jaar afgerond. Daarna wordt besloten of en op welke wijze deze nieuwe macro nader gehoor wordt geïmplementeerd. Het experiment Nader gehoor nieuwe stijl is afgerond en geëvalueerd. De regionale directie Zuidoost heeft ermee geëxperimenteerd. Asielzoekers konden vrijwillig aan het project deelnemen. Ze moesten een formulier met vaststaande vragen invullen. Aan de hand van de schriftelijke antwoorden vond vervolgens een nader gehoor plaats. Doelstelling van het experiment was het verhogen van de kwaliteit van het nader gehoor, uitmondend in een volledig en minder omstreden feitencomplex en dus minder aanvullingen en correcties naar aanleiding van het nader gehoor. Evaluatie wijst uit dat er geen aanwijzingen zijn dat deze methode heeft geleid tot een grotere overeenstemming over het feitencomplex. Een andere doelstelling was te komen tot minder bezwaarprocedures door de toename van de kwaliteit van het nader gehoor, maar ook dat is niet het geval. Na alle voors en tegens op een rij te hebben gezet, is besloten dit experiment niet voort te zetten.

De kosten van de opnamen hebben vooral te maken met de waarborgen voor het vastleggen van een nader gehoor, met het voldoen aan de veiligheidsvoorwaarden om misbruik te voorkomen en met de opslagsystematiek om een en ander op een later tijdstip weer beschikbaar te kunnen hebben. Het huidige systeem voldoet aan deze voorwaarden. Een goedkoper systeem doet dat niet. Het onderzoek van de ombudsman is geen reden de besluitvorming op dit punt op te schorten. In de praktijk is overigens al gebleken dat de band in een later stadium niet meer wordt opgevraagd.

De staatssecretaris deelt de kritiek op de uitvoering van de Overeenkomst van Dublin, al heeft Nederland daar nog het meest baat bij. Nederland krijgt elders meer claims gehonoreerd dan er hier worden gelegd. Toch doen zich problemen voor, ten eerste bij de bewijslast. In de Overeenkomst wordt die niet genoemd, maar in de uitvoeringsbesluiten van het Dublincomité is bepaald dat lidstaten de bewijslast niet te strikt moeten handhaven. Er is een lijst opgesteld met harde bewijzen, een visum of een verblijfstitel, en indicatieve bewijzen, zoals verklaringen van de asielzoeker en aankoopbonnen. Die moeten ook worden meegewogen. In de praktijk zijn bepaalde lidstaten niet bereid de verantwoordelijkheid op basis van indicaties over te nemen. Het beter laten functioneren van de Overeenkomst van Dublin ten aanzien van de bewijslast is vooral een kwestie van politieke wil. In het voorstel voor de herziening van de Overeenkomst van Dublin wordt daarom gesproken van «aantonen» in plaats van «bewijzen». De politieke wil kan echter niet worden afgedwongen door een communautair rechtsinstrument. Het komt vooral aan op samenwerking en overtuigingskracht. Er is ook een probleem met de termijnen. Uit het evaluatierapport blijkt dat de Dublin-procedure in het algemeen te lang duurt en dat lidstaten zich niet aan de termijnen houden. Daar staat in de Overeenkomst geen sanctie op. Het verbetervoorstel voorziet in een verkorting van de reactietermijn op een claim tot een maand en in sancties op het overschrijden daarvan. Als een lidstaat de termijn overschrijdt, dan wordt deze zelf verantwoordelijk voor de behandeling van een asielverzoek. Ook blijkt uit de evaluatie dat er een duidelijke regeling nodig is voor het bijeenhouden en bijeenbrengen van het gezin. Op dit punt is vooruitgang geboekt met het aannemen van besluit 1/2000 van het Uitvoerend Dublincomité. Dit besluit moet in alle lidstaten in nationaal beleid worden omgezet. Nederland heeft dat al gedaan en zal erop blijven hameren dat de andere landen dat ook doen. In het voorstel op dit punt staan verbeteringen ten aanzien van de Overeenkomst van Dublin. Uitgangspunt is het besluit 1/2000. Er komt een ruimere regeling voor het gezin. Het gezinsbegrip wordt uitgebreid met afhankelijke familieleden die tot het gezin behoren.

Wat betreft het tegengaan van de scheiding van gezinsleden, vanwege de toepassing van de Overeenkomst, is de situatie niet verslechterd. Er is zelfs sprake van vooruitgang, maar daar bestaat blijkbaar nog steeds onduidelijkheid over. Op grond van de oude Vreemdelingencirculaire werd terughoudend toepassing gegeven aan artikel 3, lid 4, van de Overeenkomst van Dublin. Alleen in bepaalde humanitaire omstandigheden, zoals ziekte en handicap, werd toepassing gegeven aan dat artikel. Sinds de aanneming van het besluit 1/2000 is er sprake van een verbetering. Dat besluit is via de TBV 2001/04 omgezet in Nederlands beleid. Deze uitwerking is een uitbreiding ten opzichte van het oude beleid. Indien er sprake is van bepaalde humanitaire omstandigheden, zoals ernstige ziekte, ouderdom of zwangerschap, dan worden gezinsleden bijeengehouden. De stand van de asielprocedure is dan niet relevant. Dit beleid is hetzelfde als onder de oude Vreemdelingencirculaire het geval was. Daarnaast kunnen – dat is de uitbreiding – gezinnen ook bijeen worden gehouden, zonder dat er sprake is van humanitaire omstandigheden. Alle gezinnen komen nu voor hereniging in de asielprocedure in aanmerking, maar er wordt wel gekeken naar de reden van de gescheiden verantwoordelijkheid en de stand van de procedure. Na een eerste afwijzing vindt geen hereniging plaats. Dat zou een verkeerd signaal zijn naar de betrokken asielzoeker. Een andere belangrijke uitbreiding is gelegen in de verruiming van het begrip «gezinslid». Niet alleen echtgenoot, echtgenote en kinderen, ook de naaste familieleden van een asielzoeker vallen eronder, voorzover zij feitelijk behoren tot het gezin. Het moet gaan om familieleden die in het land van herkomst in dat gezin leefden. Juist omdat zij destijds al samenleefden, kan dat een reden zijn die leden niet van elkaar te scheiden tijdens de procedure. Besluit 1/2000 beoogt geen recht op gezinshereniging te geven. Het biedt een aantal aanknopingspunten om meer gezinnen bijeen te brengen of te houden.

In artikel 4 van de Overeenkomst van Dublin, het eerste verdelingscriterium, wordt bepaald dat het land waarin zich reeds gezinsleden bevinden verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek van het nieuw aangekomen gezinslid. Dat geldt alleen als de gezinsleden of dat gezinslid als vluchtelingen in de zin van het Vluchtelingenverdrag zijn erkend. Als de gezinsleden niet als vluchteling zijn erkend, maar een asielvergunning voor bepaalde tijd hebben gekregen op grond van artikel 29, lid 1, onder b t/m d, van de Vw, dan geldt artikel 4 van de Overeenkomst niet. In die gevallen wordt onder omstandigheden gebruikgemaakt van de discretionaire bevoegdheid op grond van artikel 3, lid 4. Daarmee kan Nederland asielverzoeken onverplicht aan zich trekken. Dan wordt het asielverzoek van betrokkene in Nederland behandeld. De voorwaarden zijn dat de asielzoeker zich al hier te lande bevindt en dat er sprake is van een gezinslid in de zin van artikel 4 van de Overeenkomst, dus een echtgenoot, een echtgenoot of diens ongehuwde kind of kinderen beneden de 18 jaar. Indien de asielzoeker zelf een ongehuwd kind is, gaat het om zijn vader of moeder. De achtergrond hiervan is dat er tijdens de parlementaire behandeling van de Vw 2000 eerst werd uitgegaan van het niet motiveren van een inwilligende beslissing inzake de verlening van een asielvergunning. Dit bracht met zich dat artikel 4 van de Overeenkomst op gezinsleden diende te worden toegepast die waren toegelaten op grond van artikel 29 Vw, ongeacht op welke grond. Nu inmiddels is besloten die inwilligende beslissing wel te motiveren, is de toepassing van artikel 4 onwenselijk, want met die bredere invulling zou Nederland uit de pas lopen met de andere Europese landen.

Het voorstel asielverzoeken alleen te laten indienen bij de buitengrenzen, op de luchthavens en in de zeehavens, is buitengewoon ingrijpend, vooral vanwege de bewijslast. Als EURODAC goed functioneert, als er tot betere informatie-uitwisseling wordt gekomen, dan kan er veel winst worden geboekt. Het voortgaan op de nu ingeslagen weg, via kleine verbeteringen, is veel kansrijker dan het pleiten voor een veel fundamentelere wijziging in Europa. Dat leidt alleen maar tot vertraging. Voorts wordt ook via de wijziging van de bewijsvoering geprobeerd, als de politieke wil er is, tot een meer succesvolle uitvoering van de Overeenkomst te komen.

Gegeven de omstandigheden waaronder het onderzoek naar de dood van de heer Cicek is uitgevoerd, is dat onderzoek zo compleet als mocht worden verwacht. De Turkse autoriteiten hebben volop meegewerkt. Dat moest ook, want het was niet mogelijk een eigen onderzoeksteam af te vaardigen om ter plaatse onderzoek te doen. Nederland kan nu eenmaal niet interveniëren in een soevereine staat als Turkije. Er is getracht intensief onderzoek te doen. De staatssecretaris had wel graag gezien dat de conclusies sterker en met meer garanties omgeven geformuleerd zouden zijn. Wat nu ter tafel ligt, is helaas het maximaal haalbare. Het incident-Cicek heeft bijna twee jaar geleden plaatsgevonden. Sindsdien zijn er vanuit Nederland, conform de hervatting van het uitzettingsbeleid, Turkse Koerden naar Turkije teruggezonden, maar een dergelijk incident heeft zich niet meer voorgedaan. Dat blijkt duidelijk uit de diverse ambtsberichten. Volgens de Turkse mensenrechtenorganisatie IHD heeft zich in 2001 geen nieuw sterfgeval voorgedaan onder teruggestuurde dienstweigeraars. Er is wel iemand om het leven gekomen, maar dat zou door een verdwaalde kogel zijn gebeurd. Het is niet doenlijk op een verantwoorde manier te volgen wat er gebeurt met Turkse Koerden die vanuit andere Europese landen worden teruggestuurd. Er is op basis van de huidige gegevens geen enkele aanleiding te veronderstellen dat zich in de toekomst incidenten zullen voordoen. De staatssecretaris vindt het verantwoord om het beleid op dit punt voort te zetten. De Turkse strijdkrachten zijn niet gefocust op het Turk of Koerd zijn van iemand, maar op separatistische sympathieën. Er is geen sprake van systematische achterstelling van Koerden, al is discriminatie door een individuele commandant niet uit te sluiten, maar dit is geen reden het beleid terzake te wijzigen.

Het beleid van categoriale bescherming voor Somalië kan worden beëindigd. In het Noorden en het centrale deel van Somalië is de veiligheidssituatie waarneembaar verbeterd. Ook ten aanzien van de mensenrechten is een verbetering merkbaar. De actuele ontwikkelingen in het zuiden van Somalië en in Puntland worden nauwgezet gevolgd. Uit recente mondelinge informatie blijkt dat er thans geen ernstige veiligheidsontwikkelingen te melden zijn. Begin augustus was er in de havenstad Bo Sasso een gewelddadige confrontatie tussen de milities. Sindsdien is de politieke situatie gespannen, maar niet gevaarlijk voor de gewone burger. Dat is begin september door diverse onafhankelijke bronnen bevestigd. Er is intensief overleg met het bestuur van Somalië. Men is zeer wel bereid mee te werken aan de terugkeer van mensen die hier weg moeten. De landen rondom Nederland voeren ook geen speciaal beleid ten aanzien van Somalië, terwijl de UNHCR de terugkeer naar Somaliland en Puntland van uitgeprocedeerde asielzoekers mogelijk acht.

Het verzoek aan de Kamer om een spoedige reactie op de brief over de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's heeft te maken met het feit dat het beleid in abstracto al met de Kamer was afgesproken. Kort voor de zomer werd duidelijk om welke bedragen het ging. Er moest toen nog een handtekening worden gezet om het beleidsmatige proces een stapje verder te brengen, al was de beslissing als zodanig al genomen. De staatssecretaris vond het niet correct dat in het zomerreces te doen, te meer niet omdat een aantal fracties twijfels had over de wenselijkheid van de regeling. Vandaar dat een en ander tijdelijk is opgeschort.

Als men is uitgeprocedeerd, dan moet men terug, al wil men dat eigenlijk niet. Daarom moet men worden overtuigd van het nut van de terugkeer. Een financiële prikkel kan daarbij helpen. Voor een aantal heel specifieke doelgroepen is een aparte regeling opgesteld. De staatssecretaris erkent dat hier risico's aan vastzitten, maar het streven is erop gericht zoveel mogelijk mensen te laten terugkeren. Ze voelt zich vooralsnog niet aangesproken door het glijdende-schaalargument. Feit is wel dat dit dossier heel weerbarstig is. Het is vaak wikken en wegen. Er moet worden gestreefd naar een evenwicht. De huidige regeling is als zodanig verantwoord.

Er zijn hier Kosovaren aanwezig, maar zij bevinden zich nog steeds in procedure. De IND verwacht de bezwaarprocedures aan het eind van het jaar te hebben afgerond. Dan zijn deze mensen uitgeprocedeerd. Dan kunnen ze terug. Over de vergoeding voor rechtsbijstand in hoger beroep is meermalen overleg gevoerd met onder andere de Orde van advocaten. De wijziging van het vergoedingenstelsel wordt op korte termijn via de voorhangprocedure aan de Kamer voorgelegd. Dergelijke vergoedingen worden stelselmatig gemonitord. Als daar aanleiding toe is, dan wordt de vergoeding aangepast. Vooralsnog is daar geen aanleiding voor. De implementatie van de begin dit jaar aangenomen EURODAC-verordening vindt nu plaats. Eind 2002 is het voor een aantal lidstaten operationeel. Het is een groeimodel. Nederland zit in de kopgroep. De meeste Europese landen nemen al wel vingerafdrukken af.

Nadere gedachtewisseling

De heer Middel (PvdA) vraagt naar de grens van de glijdende schaal voor de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's. Hij komt terug op het uitoefenen van druk op Turkije. Zijn fractie is tegen de TNV-opvang van Dublin-claimanten, want die is niet bedoeld voor de opvang van asielzoekers die al in de procedure zitten of die Dublin-claimant zijn.

De heer Hoekema (D66) vraagt naar de huisvesting van Dublin-claimanten. Hoe moeten mensen naar Noord-Irak terug als alle bruggen en wegen zijn afgesloten?

De staatssecretaris meldt dat de IOM vindt dat de doelgroepgerichte terugkeerprogramma's wel werken. Zij doet geen uitspraak over een eventuele grens voor de glijdende schaal. Binnenkort komt er nog een notitie over het terugkeerbeleid.

De asiel- en terugkeerproblematiek heeft de aandacht van veel kabinetsleden. Zij zijn desgevraagd best bereid druk uit te oefenen op een bepaald land om maatregelen gerealiseerd te krijgen. De TNV is niet bedoeld voor de opvang van Dublin-claimanten. Er is met de gemeenten afgesproken dat zij voor extra capaciteit zouden zorgen. Daarna buigt het kabinet zich over de vraag of er weer Dublin-claimanten moeten worden opgevangen. Bij het draagvlakoverleg met de gemeenten op 14 november aanstaande wordt de stand van zaken opgemaakt, ook wat betreft de uitvoering van de afspraken. Het is niet zeker dat Dublin-claimanten op straat komen, want er worden heel wat opgevangen.

Het probleem van de doorreisvisa wat betreft de terugkeer naar Noord-Irak is opgelost. Omdat de mensen die het betreft nog niet direct teruggaan, kan de situatie van wegen en bruggen alsdan weer zijn gewijzigd. De staatssecretaris loopt daar niet op vooruit.

De voorzitter van de vaste commissie voor Justitie,

Swildens-Rozendaal

De griffier van de vaste commissie van Justitie,

Pe


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Swildens-Rozendaal (PvdA), voorzitter, Van de Camp (CDA), Biesheuvel (CDA), Scheltema-de Nie (D66), Zijlstra (PvdA), Apostolou (PvdA), Middel (PvdA), Van Heemst (PvdA), Dittrich (D66), ondervoorzitter, Rabbae (GroenLinks), Van Oven (PvdA), Kamp (VVD), Rouvoet (ChristenUnie), O. P. G. Vos (VVD), Passtoors (VVD), Van Wijmen (CDA), De Wit (SP), Ross-van Dorp (CDA), Niederer (VVD), Nicolaï (VVD), Halsema (GroenLinks) Weekers (VVD), Van der Staaij (SGP) en Wijn (CDA).

Plv. leden: Wagenaar (PvdA), Balkenende (CDA), Cörüz (CDA), Van Vliet (D66), Duijkers (PvdA), Kuijper (PvdA), Albayrak (PvdA), Barth (PvdA), Hoekema (D66), Karimi (GroenLinks), Santi (PvdA), Luchtenveld (VVD), Slob (ChristenUnie), Van den Doel (VVD), Rijpstra (VVD), Rietkerk (CDA), Marijnissen (SP), Buijs (CDA), Van Baalen (VVD), Van Blerck-Woerdman (VVD), De Vries (VVD), Van Walsem (D66), De Pater-van der Meer (CDA) en Arib (PvdA).

Naar boven