Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 februari 2024
Op 31 januari 2024 is de Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen,
ook bekend als de Spreidingswet, in werking getreden. Op 31 januari jl. is in de Staatscourant
de zogeheten capaciteitsraming gepubliceerd. Het verwachte aantal opvangplaatsen dat
de komende twee jaar nodig zal zijn bedraagt in deze raming 96.000.
De invoering van de spreidingswet draagt bij aan een stabiel, robuust en evenwichtig
gespreid opvang landschap over het gehele land. Tegelijkertijd zijn de uitdagingen
voor dit jaar, zoals eerder vermeld, onverminderd groot. Vanwege de afspraken in de
bestuursovereenkomst met de gemeente Westerwolde en de rechterlijke uitspraak van
23 januari jl.1 is het COA genoodzaakt om uiterlijk 20 februari een bezetting van onder de 2.000
in Ter Apel te realiseren. Daarnaast sluiten binnenkort grote opvanglocaties en tegelijkertijd
stijgt de bezetting. De verwachting is nu dat er op 1 april 2024 een tekort zal zijn
van 5.500 opvangplekken. Het COA zet zich maximaal in voor nieuwe openingen en het
voorkomen van sluitingen van bestaande opvanglocaties, maar daarvoor is de medewerking
van gemeenten en provincies meer dan ooit nodig.
In het kader van de Spreidingswet hebben de provinciale regietafels, onder voorzitterschap
van de commissaris van de Koning, de opdracht om uiterlijk 1 november inzicht te geven
in de plannen om de provinciale opgave te realiseren. Omdat een deel van de opvangplekken
nu al nodig is, heb ik de commissarissen van de Koning, vanuit hun rol als rijksorgaan
en voorzitters van de provinciale regietafels, opgeroepen om maximaal te bevorderen
dat binnen 3 tot 5 weken nieuwe opvangplekken gerealiseerd worden of sluitingen van
locaties worden voorkomen of uitgesteld binnen de gemeenten in hun provincie. Het
gaat in totaal om 5.500 nieuwe of open te houden opvangplekken. Deze plekken maken
onderdeel uit van de opgave die volgt uit de spreidingswet en het eerdere gecommuniceerde
capaciteitsbesluit van het COA.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg