19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 2957 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 augustus 2022

Op 24 februari jl. (Kamerstuk 19 637, nr. 2821) heb ik een besluit- en vertrekmoratorium voor een half jaar afgekondigd voor politieke opposanten uit Sudan naar aanleiding van drie uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak (de Afdeling) van de Raad van State d.d. 15 december 2021.1 In haar uitspraak heeft de Afdeling geoordeeld dat momenteel onvoldoende duidelijk is of (terugkerende) politieke activisten te vrezen hebben voor de autoriteiten. Ze heeft geoordeeld dat er dusdanige twijfel bestaat omtrent de situatie in Sudan voor deze doelgroep, dat zij het aan mij acht om nader onderzoek te doen naar de situatie in Sudan om deze twijfel weg te nemen. Bij het nadere onderzoek dienen ook de ontwikkelingen die zich na de militaire coup van 25 oktober 2021 hebben voorgedaan te worden betrokken.

Voornoemd nader onderzoek wordt uitgevoerd aan de hand van een nieuw algemeen ambtsbericht Sudan van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. In dit ambtsbericht zal uitgebreid stil gestaan worden bij de situatie voor politieke opposanten en zullen de ontwikkelingen na de militaire coup betrokken worden. Het ambtsbericht wordt thans verwacht in september maar het huidige besluit- en vertrekmoratorium verloopt op 24 augustus aanstaande. Op basis van de momenteel beschikbare informatie kan er nog niet zorgvuldig worden beslist op de asielaanvragen van deze doelgroep.

Gelet hierop kies ik er voor om het besluit- en vertrekmoratorium te verlengen voor de duur van een half jaar tot 24 februari 2023. Hiermee wordt de maximale termijn van één jaar vervuld. Een aantal categorieën vreemdelingen is uitgesloten van de werkingssfeer van het besluit- en vertrekmoratorium.2

Op basis van het komende ambtsbericht zal er bepaald worden op welke manier het beleid voor politieke opposanten uit Sudan ingevuld dient te worden.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg


X Noot
1

ECLI:NL:RVS:2021:2792 (15 december 2021). ECLI:NL:RVS:2021:2793 (15 december 2021). ECLI:NL:RVS:2021:2794 (15 december 2021).

X Noot
2

Het gaat onder meer om Dublinclaimanten, vreemdelingen ten aanzien van wie een veilig derde land wordt tegengeworpen, vreemdelingen die reeds in het bezit zijn van internationale bescherming in een andere EU-lidstaat of zijn erkend als vluchteling in een derde land dan wel in een derde land anderszins voldoende bescherming genieten, vreemdelingen die een ernstig gevaar voor de openbare orde of nationale veiligheid vormen, vreemdelingen op wie artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag van toepassing is of vreemdelingen wiens asielaanvraag op grond van artikel 30c van de Vreemdelingenwet 2000 buiten behandeling wordt gesteld.

Naar boven