19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 2506 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2019

Met deze brief informeer ik u over een wijziging in het landgebonden asielbeleid ten aanzien van Libië.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft op 12 april 2019 een algemeen ambtsbericht over de situatie in Libië uitgebracht. De verschijning van dit ambtsbericht viel samen met een toename van geweld rondom de hoofdstad Tripoli. Nu het op dit moment onduidelijk is hoe de veiligheidssituatie zich verder zal ontwikkelen, heb ik besloten tot het instellen van een besluit- en vertrekmoratorium voor de duur van een half jaar voor asielzoekers met de Libische nationaliteit, uitgezonderd Dublinclaimanten en zaken waar de nationale veiligheid speelt dan wel het vermoeden van artikel 1F van het VN-Vluchtelingenverdrag bestaat.

Instelling van een besluitmoratorium betekent dat de wettelijke beslistermijn van lopende asielaanvragen, en van asielaanvragen die tijdens het moratorium worden ontvangen, maximaal 21 maanden zal bedragen, conform artikel 43 van de Vreemdelingenwet 2000. Met een vertrekmoratorium worden uitgeprocedeerde Libische asielzoekers die onder het toepassingsgebied vallen van dit moratorium, thans niet verplicht terug te keren naar Libië en wordt aan hen opvang geboden.

Het besluit tot instelling van een besluit- en vertrekmoratorium voor asielzoekers afkomstig uit Libië wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Uiterlijk na ommekomst van genoemde termijn zal ik u nader informeren over mijn beleid ten aanzien van Libië.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

Naar boven