Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 september 2014
Tijdens het wetgevingsoverleg van 26 juni 2014 over het Jaarverslag en Slotwet Ministerie
van Veiligheid en Justitie 2013, heb ik toegezegd uw Kamer voor het resterende deel
van 2014 maandelijks cijfers over de asielinstroom te sturen.
In de bijlage treft u de Asylum Trends van juli 20141.
Een korte toelichting hierop geef ik u hierbij. In juli 2014 heeft het aantal eerste
asielaanvragen van 2014 in totaal, bijna het niveau bereikt van het aantal eerste
asielaanvragen in heel 2013. Zoals u weet, was de hoge asielinstroom eerder dit jaar
toe te schrijven aan een onverwachte en onvoorziene hoge instroom van met name Eritrese
asielzoekers in april en mei 2014. In deze twee maanden werden 2.943 eerste asielaanvragen
van Eritreeërs geregistreerd. Deze hoge instroom deed zich niet alleen voor in Nederland,
maar is ook zichtbaar in de totale EU-asielinstroom in deze maanden, waar Eritrea
als herkomstland de tweede plaats innam onder Syrië.
Na de hoge instroom van Eritrese asielaanvragen bleef de asielinstroom hoog door asielzoekers
uit Syrië: de cijfers van juli 2014 laten een stijging zien van het aantal eerste
asielaanvragen door Syriërs en staatlozen, samen 1.415 aanvragen. Deze staatlozen
zijn vooral staatloze Palestijnen uit Syrië. Het aantal Eritrese eerste asielaanvragen
daalde in juli verder naar 104 aanvragen.
De totale asielinstroom in 2014 – eerste en herhaalde aanvragen samen – is in juli
gestegen tot 15.509. Met 1.168 aanvragen blijven de herhaalde aanvragen in de eerste
zeven maanden van 2014 ruim onder het niveau van dezelfde periode in 2013. Opvallend
in de recente cijfers is de stijging van herhaalde aanvragen van Iraakse vreemdelingen,
vanaf juni 2014.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
F. Teeven