Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 juni 2014
U heeft mij op 19 mei gevraagd schriftelijk te reageren op berichtgeving inzake betrokkenheid
van de Eritrese overheid bij mensensmokkel en afpersing van vluchtelingen. In het
Algemeen Overleg van 20 mei jl. spraken wij hier al kort over. Met deze brief ga ik
nader in op uw verzoek.
De afgelopen weken heb ik uw Kamer uitvoerig geïnformeerd over de gestegen instroom
van Eritrese asielzoekers in Nederland en de maatregelen die ik neem. Tevens heb ik
gemeld dat er bij deze instroom aanwijzingen zijn voor georganiseerde mensensmokkel.
Berichten over de betrokkenheid van de Eritrese overheid bij mensensmokkel en afpersing
van vluchtelingen zijn bij mij bekend en hebben mijn aandacht. Op dit moment worden
alle signalen van mensensmokkel, binnen de mij ter beschikking staande juridische
kaders, nader onderzocht. Omdat hier sprake is van een lopend onderzoek, kan ik er
geen verdere informatie over verstrekken.
De heffing van de zogenoemde «diaspora belasting» is op zichzelf niet illegaal. Dit
geldt ook voor het onthouden van overheidsdiensten door Eritrea bij een weigering
om te betalen. Als de heffing echter onder dwang of intimidatie gebeurt, is dit wel
illegaal en kunnen er stappen worden ondernomen tegen de betrokkenen. Voor het vaststellen
of misdrijven als afpersing en soortgelijke delicten aan de orde zijn, zijn politie
en het openbaar ministerie (OM) in belangrijke mate afhankelijk van aangifte en melding
door de slachtoffers. Zodra er aangifte is gedaan zal de politie onder leiding van
het OM daar onderzoek naar doen. Lopende een onderzoek worden geen mededelingen daarover
gedaan.
Daarnaast wil ik erop wijzen dat het kabinet in nauw contact staat met EU lidstaten
en andere landen die ook te maken hebben met deze kwestie. Dit probleem wordt door
Nederland ook in EU-verband geagendeerd.
Voor de volledigheid informeer ik u kort over de bilaterale relaties tussen Nederland
en Eritrea. De Nederlandse ambassade in Eritrea is sinds december 2011 gesloten. De
Eritrese ambassade in Nederland wordt al enige jaren geleid op niveau van tijdelijk
zaakgelastigde. Vanwege de economische situatie en het slechte investeringsklimaat
van Eritrea is er nauwelijks sprake van bilaterale economische betrekkingen tussen
beide landen. Nederland heeft geen bilateraal OS-programma in Eritrea.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
F. Teeven