19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1710 MOTIE VAN DE LEDEN GESTHUIZEN EN VOORTMAN

Voorgesteld 12 september 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat meer dan twee miljoen Syrische vluchtelingen worden opgevangen in de regio en dat de United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR) de gehele Europese Unie daarom heeft opgeroepen, de quota voor Syrische vluchtelingen los te laten en zo veel Syrische vluchtelingen als mogelijk op te nemen;

van mening dat Nederland gezien zijn positie in de wereld de mogelijkheden en de plicht heeft om een zo groot mogelijke inspanning te leveren om de noodsituatie voor de Syrische vluchtelingen te verlichten;

van mening dat met een substantiële bijdrage van Nederland aan de Europese Unie in het (al dan niet tijdelijk) opvangen van vluchtelingen uit Syrië door de Europese Unie een verschil kan worden gemaakt;

van mening dat zulks nodig is, omdat juist de landen in de regio rond Syrië de massale stroom van vluchtelingen niet aan kunnen;

van mening dat het belangrijk is om gehoor te geven aan de oproep van de UNHCR om de quota van uit te nodigen vluchtelingen los te laten, en daarbij speciaal oog te hebben voor zeer kwetsbare vluchtelingen;

verzoekt de regering, aan de UNHCR kenbaar te maken dat Nederland bereid is om in ieder geval nog in 2013 en 2014 5.000 Syrische vluchtelingen uit te nodigen, waarbij in nader overleg met onder meer de UNHCR zal worden bezien in welke gevallen dit om tijdelijke dan wel om permanente vestiging moet gaan,

en gaat over tot de orde van de dag.

Gesthuizen

Voortman

Naar boven