Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 februari 2011
In deze brief informeer ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, over de beleidsontwikkelingen op het gebied
van het landgebonden asielbeleid inzake Ivoorkust.
In Ivoorkust is een politieke crisis uitgebroken naar aanleiding van de presidentsverkiezingen van 28 november 2010. Oppositiekandidaat
Ouattara wordt door de internationale gemeenschap erkend als winnaar van deze verkiezingen. De zittende president Gbagbo weigert
echter de macht over te dragen. De politieke crisis heeft geleid tot een verslechtering van de veiligheidssitiuatie. Door
de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch is in januari bericht dat veiligheidsdiensten onder de controle van president
Gbagbo en milities die hem steunen zich sinds eind november 2010 schuldig hebben gemaakt aan buitengerechtelijke executies,
verdwijningen, marteling en verkrachting. De campagne van geweld zou met name gericht zijn op leden van oppositiepartijen,
etnische groepen uit het noorden van Ivoorkust, moslims en immigranten uit omringende staten. Via internationale bemiddeling
wordt geprobeerd een oplossing te bereiken van het conflict, vooralsnog zonder resultaat. De huidige situatie in het land
is niet alleen onveilig, maar ook instabiel en onduidelijk. De UNHCR roept landen op om gedwongen terugkeer van vreemdelingen
uit Ivoorkust onder de huidige omstandigheden op te schorten.
Omdat naar verwachting voorlopig onzekerheid zal blijven bestaan over de situatie in Ivoorkust en op grond daarvan redelijkerwijs
niet kan worden beslist of aanvragen op een van de gronden van artikel 29, Vreemdelingenwet 2000, kunnen worden toegewezen
heb ik besloten tot het instellen van een besluitmoratorium voor de duur van een half jaar. Instelling van een besluitmoratorium
geeft mij de wettelijke basis de beslistermijn voor individuele asielzaken die tot nu toe zijn ingediend en nog worden ingediend
te verlengen met één jaar. Tevens zie ik hierin aanleiding een vertrekmoratorium in te stellen. Hiermee worden uitgeprocedeerde
asielzoekers afkomstig uit Ivoorkust thans niet verplicht Nederland te verlaten en wordt aan hen opvang geboden.
Uiterlijk na ommekomst van genoemde termijn, of wanneer ik daartoe eerder aanleiding zie, zal ik u nader informeren over mijn
beleid ten aanzien van Ivoorkust.
De minister voor Immigratie en Asiel,
G. B. M. Leers