17 050 Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies

Nr. 414 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 september 2011

Hierbij ontvangt u de Integrale Rapportage Handhaving 20101.

Deze rapportage geeft weer welke handhavingsactiviteiten in het afgelopen jaar op het beleidsterrein van het Ministerie van SZW zijn ontplooid. De rapportage betreft het laatste jaar van uitvoering van het vorige Handhavingsprogramma voor de periode 2007–2010. De rapportage bevat daarom ook een terugblik op de gehele programmaperiode 2007–2010. De presentatie van de informatie komt met de structuur van dit programma overeen.

Alles overziend blijkt uit de Integrale Rapportage Handhaving dat de maatregelen uit het voorgaande Handhavingsprogramma (2007–2010) hebben geleid tot verbeteringen maar dat nadere acties noodzakelijk zijn. Ondanks inspanningen van gemeenten, het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen en de Sociale Verzekeringsbank, blijft de omvang van het totale schadebedrag als gevolg van uitkeringsfraude groot en zien we dat de aantallen geconstateerde niet-naleving van de inlichtingenverplichting stijgen. Ook het aantal openstaande verwijtbare bijstandsvorderingen is hoog. Verder is in 2010 ten opzichte van 2009 bij geïnspecteerde bedrijven een hoger percentage overtredingen van de Wet arbeid vreemdelingen en de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag geconstateerd. Daarom zullen we harder inzetten op repressieve handhaving en het sanctieregime verzwaren. Een zwaarder sanctieregime heeft ook een preventieve werking.

Dit kabinet staat voor een harde aanpak van fraude met uitkeringen en arbeidsregelingen. Misbruik van regelingen en voorzieningen door burgers en ondernemers is ontoelaatbaar. Fraude ondermijnt immers de solidariteit tussen burgers en zet een zware druk op de betaalbaarheid van regelingen en voorzieningen. Het nieuwe Handhavingsprogramma 2011–2014 en de Fraudebrief zullen ertoe leiden dat fraude en misbruik verder worden teruggedrongen. In uw Kamer ligt ook het wetsvoorstel Huisbezoeken. Met dit wetsvoorstel wordt de effectiviteit van het instrument huisbezoeken versterkt.

Op 21 december 2010 heeft u het nieuwe Handhavingsprogramma 2011–2014 ontvangen (Kamerstuk 17 050, nr. 402). Dit is op 30 maart 2011 (Verslag van een Algemeen Overleg, Kamerstuk 17 050, nrs. 408 en 409) en 31 mei jongstleden (Handelingen II 2010/11, nr. 87, item 20, blz. 37–40) met uw Kamer besproken. Dit programma bevat maatregelen die erop gericht zijn om fraude en misbruik te bestrijden. Fraudebestrijding is gebaat bij een hoge pakkans.

Zo zal in de nieuwe programmaperiode bijzondere aandacht zijn voor de bestrijding van witte fraude door bestandsvergelijking. In dit kader moeten de beschikbare gegevens wel relevant en betrouwbaar zijn. Om dit bewerkstelligen is er in het programma ook aandacht voor het verbeteren van de kwaliteit van gegevens.

Het aantal openstaande verwijtbare bijstandsvorderingen blijft te hoog. Om tot een sterkere invordering door gemeenten te komen is in het nieuwe Handhavingsprogramma 2011–2014 opgenomen dat onderzocht zal worden hoe de mogelijkheden voor een gerichte aanpak van invordering en schuldenproblematiek kan worden geoptimaliseerd. Daarnaast wordt in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek bezien hoe gemeenten hun vorderingenbestand – aantal en omvang van nog niet ingevorderde bedragen aan onrechtmatig verstrekte uitkeringen – op hun reële waarde kunnen beoordelen.

Een ander thema uit het programma is het vergroten van de betrokkenheid van werknemers, werkgevers en brancheorganisaties bij de handhaving van de arbeidsregelgeving. Werknemers hebben er zelf alle belang bij dat werkgevers de verplichtingen, die werkgevers jegens hen hebben inzake de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden naleven. Voor werkgevers en werknemers geldt dat niet-naleving van verplichtingen door anderen er toe kan leiden dat voor bonafide werkgevers een oneerlijk concurrentienadeel ontstaat.

Conform eerdere afspraak zult u vóór 1 september 2012 worden geïnformeerd over de uitvoering van het eerste jaar van het nieuwe programma 2011–2014.

Op 10 maart 2011 heeft u de Fraudebrief ontvangen. In de Fraudebrief heeft het kabinet een aantal maatregelen geschetst die de komende jaren fraude verder moeten terugdringen. Hogere straffen moeten mensen en bedrijven bevestigen dat eerlijkheid het langst duurt en hen ervan weerhouden om in de verleiding te komen de regels te overtreden. Hiermee maakt het kabinet duidelijk dat de samenleving fraude niet accepteert en dat fraude niet zal lonen. Het wetsvoorstel zal in het vierde kwartaal van dit jaar worden ingediend. Het streven is om het wetsvoorstel op 1 juli 2012 te laten ingaan.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven