Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Arib.

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter. Ik wil de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vragen, in een brief in te gaan op het bericht dat vanmorgen in de Volkskrant is verschenen over het tekort aan bedden op de intensive care voor pasgeborenen. De minister heeft eerder toegezegd, dit door de inspectie te laten onderzoeken, maar uit het bericht blijkt dat dit nog steeds niet is gebeurd. Welke concrete maatregelen heeft de minister genomen sinds de Gezondheidsraad heeft aangegeven dat er te weinig plaatsen op de intensive care voor pasgeborenen zijn? De minister heeft toegezegd dat zij dit aantal zou uitbreiden. Ik heb hierover een motie ingediend. Eind februari zou ik hierover worden geïnformeerd. Met het oog hierop zou ik graag vanmiddag van de minister een brief ontvangen waarin zij op al deze punten ingaat. Op basis daarvan wil ik al dan niet een interpellatiedebat aanvragen.

De heer Buijs (CDA):

Voorzitter. Ik steun het verzoek van mevrouw Arib graag.

Mag ik de minister ook vragen, na te denken over het capaciteitstekort bij de inspectie? Daarom heeft dit onderzoek immers nog niet plaatsgevonden.

De voorzitter:

Ik neem aan dat mevrouw Arib daartegen geen bezwaar heeft.

Mevrouw Arib (PvdA):

Prima.

De voorzitter:

Laten wij de minister vragen, haar best te doen om die brief nog vandaag aan de Kamer te overhandigen. Laten wij op z'n minst afspreken dat hij er morgenvroeg voor 10.00 uur moet zijn. Dan heeft u alle kans om de brief te lezen en te beoordelen of er nog iets moet gebeuren.

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rietkerk.

De heer Rietkerk (CDA):

Mevrouw de voorzitter. Op dit moment vindt met de ministers Brinkhorst en Vermeend overleg plaats over seizoenarbeid en inschakeling van Poolse arbeiders. Mijn fractie sluit niet uit dat een voortzetting van dit overleg moet plaatsvinden voor het doen van een Kameruitspraak. In dat geval houden wij dit overleg nog graag deze week. Wij verzoeken u nu al om hiermee rekening te houden bij het opstellen van de plenaire agenda voor deze week.

De voorzitter:

Als u met voortzetting maar bedoelt dat u het verslag van het overleg op de agenda wilt plaatsen. Zoals u weet, maak ik er altijd een punt van dat dit geen voortzetting is. Ik zal daar rekening mee houden. Het is goed dat u het gemeld heeft. Ik zou bijna zeggen dat het een jaarlijks gebeuren is, maar het gaat dan ook om seizoenarbeid. Ik zal de Kamer hierover later een voorstel doen.