Tegenwoordig zijn 123 leden, te weten:
Aiking-van Wageningen, Apostolou, Van Ardenne-van der Hoeven, Assen, Augusteijn-Esser,
Bakker, Beinema, Van den Berg, Biesheuvel, Blaauw, Blauw, Van Blerck-Woerdman,
Bolkestein, Van den Bos, Van Boxtel, Bremmer, Bukman, M.M. van der Burg, Van
de Camp, Cherribi, De Cloe, Cornielje, Dankers, Van Dijke, Dijksma, Dijksman,
Dittrich, Van den Doel, Doelman-Pel, Duivesteijn, Essers, Fermina, Gabor,
Van Gijzel, De Graaf, Van Heemskerck Pillis-Duvekot, Van Heemst, Hendriks,
Hessing, Hoekema, Van der Hoeven, Hofstra, Van Hoof, Hoogervorst, Ten Hoopen,
Huys, Janmaat, Jeekel, De Jong, Jorritsma-van Oosten, Kalsbeek-Jasperse, H.G.J.
Kamp, M.M.H. Kamp, Keur, Klein Molekamp, Koekkoek, Korthals, Lambrechts, Lansink,
Leerkes, Leers, Liemburg, Van der Linden, Marijnissen, Mateman, Th.A.M. Meijer,
Middel, Van Middelkoop, Mulder-van Dam, Van Nieuwenhoven, Nijpels-Hezemans,
Noorman-den Uyl, Oedayraj Singh Varma, Oudkerk, Van Oven, Passtoors, Poppe,
Rabbae, Rehwinkel, Reitsma, Remkes, Van Rey, Van 't Riet, Rijpstra, Roethof,
Van Rooy, Rosenmöller, Rouvoet, Scheltema-de Nie, Schutte, Schuurman,
Sipkes, Smits, Soutendijk-van Appeldoorn, Stellingwerf, Sterk, Van der Stoel,
Swildens-Rozendaal, Van Traa, Valk, Ter Veer, Te Veldhuis, Verbugt, Verhagen,
Verkerk, Versnel-Schmitz, Verspaget, Vliegenthart, Van der Vlies, M.B. Vos,
O.P.G. Vos, B.M. de Vries, J.M. de Vries, Wallage, Van Walsem, Van Waning,
Weisglas, Witteveen-Hevinga, Wolffensperger, Wolters, Woltjer, Zijlstra en
Van Zuijlen,
en de heer Dijkstal, vice-minister-president, minister van Binnenlandse
Zaken, mevrouw Sorgdrager, minister van Justitie, en mevrouw Borst-Eilers,
minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
De voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mede, dat zijn ingekomen berichten van verhindering
van de leden:
Adelmund en Noorman-den Uyl, wegens bezigheden elders;
M.M. van der Burg, wegens bezigheden elders, alleen voor de middagvergadering;
De Cloe en Van Gijzel, wegens bezigheden elders, alleen voor de avondvergadering;
R.A. Meijer, wegens ziekte;
De Koning, wegens verblijf buitenslands, tot en met 18 april.