5 Stemming Conceptbesluit tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet

Aan de orde is de stemming in verband met het conceptbesluit tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet (33118, 34986, letters EU).

(Zie vergadering van 7 maart 2023.)

De voorzitter:

Thans stemmen wij ingevolge artikel 23.10, tweede lid van de Omgevingswet over het verlenen van instemming met het ontwerp-koninklijk besluit tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet met het nummer 33118, 34986, letters EU. Er is om hoofdelijke stemming gevraagd. Wenst een van de leden een stemverklaring af te leggen? De heer Dessing namens Forum voor Democratie.

De heer Dessing (FVD):

Voorzitter, dank u wel. Onze afweging over dit koninklijk besluit is puur inhoudelijk geweest en heeft geen politieke afweging gehad. Dat wil ik hier duidelijk gemarkeerd hebben. Er zijn voors en tegens bij deze wet. De toezegging die ons gedaan is in het debat, heeft hierin een belangrijke rol gespeeld. De omschrijving van die toezegging zullen wij goed blijven monitoren, maar alles afwegende zullen wij uiteindelijk voor het koninklijk besluit stemmen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan mevrouw Moonen namens D66.

Mevrouw Moonen (D66):

Voorzitter. Na alle rondes met vragen, discussies met deskundigen, de zojuist aangenomen moties en de gedane toezeggingen stellen wij vast dat er nog steeds noodzakelijke verbeteringen nodig zijn. Die zullen we ook scherp blijven volgen en we zullen de minister daarover laten rapporteren. Dat geldt ook in het bijzonder voor de uitvoering van de motie over participatie, die eigenlijk alleen maar aan belang wint, omdat hierdoor alle voorontwerpen op één plek bij elkaar komen in het DSO. Wij maken als D66 de afweging dat het verantwoord is om nu groen licht te geven, mede gelet op de dringende bestuurlijke wens vanuit de gemeenten, provincies en waterschappen om tot invoering over te gaan per 1 januari 2024. Bovendien zijn het diezelfde decentrale overheden, die zelf invloed kunnen uitoefenen op een ordentelijke invoering.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Moonen. De heer Verkerk namens de ChristenUnie.

De heer Verkerk (ChristenUnie):

Voorzitter. Ook onze fractie heeft de dringende wens gehoord van de verschillende gezagen en partners als het bedrijfsleven en het mkb, dat wij nu over deze wet moeten stemmen, zodat er voor hen echt voldoende tijd is om zich helemaal voor te bereiden en zich ook gericht voor te bereiden op de implementatie per 1 januari 2024. Ook de afgelopen week hebben wij meerdere reacties gekregen die benadrukten: neem nu ook een positief besluit. Daarom zal ook de ChristenUnie voor deze wet stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan mevrouw Kluit namens GroenLinks.

Mevrouw Kluit (GroenLinks):

Voorzitter. We hebben een aantal rapporten achter de rug over de gevolgen van bestuurlijke daadkracht voor de burgers in Nederland. Daarin komt steeds nadrukkelijk naar voren dat wij meer aandacht moeten besteden aan de uitvoeringspraktijk. Daar hebben we uitgebreid bij stilgestaan in het debat, maar onze zorgen over het digitaal stelsel en de complexiteit van de wetgeving zijn niet weggenomen. Ik hoop dan ook dat mijn fractieleden tegen deze wet stemmen en ik hoop dat anderen ons zullen volgen.

De voorzitter:

U heeft allemaal fractievergadering gehad vandaag? Dan is het woord aan mevrouw Fiers namens de Partij van de Arbeid.

Mevrouw Fiers (PvdA):

Voorzitter, dank u wel. De fractie van de Partij van de Arbeid zal vandaag tegen de invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2024 stemmen. Een onafhankelijk oordeel over een betrouwbaar en stabiel DSO ontbreekt. De signalen uit de uitvoeringspraktijk zijn omvangrijk en alarmerend. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft grote zorgen. De potentiële impact op de rechtszekerheid en rechtsbescherming van onze burgers is groot. Bij twijfel niet inhalen!

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Fiers. Dan de heer Janssen namens de SP.

De heer Janssen (SP):

Voorzitter. De vergunningverlening in Nederland bevindt zich op dit moment in een juridisch moeras. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft ons tot tweemaal toe gewaarschuwd dat dat moeras nog verder verdiept zal worden als de Omgevingswet nu per 1 januari 2024 ingevoerd zal worden. Hier zullen alle inwoners en bedrijven de gevolgen van gaan ondervinden. Wij vinden de invoering per 1 januari 2024 onverantwoord en zullen dan ook als leden van de SP-fractie tegenstemmen.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Janssen. Dan de heer Nicolaï namens de Partij voor de Dieren.

De heer Nicolaï (PvdD):

Voorzitter. Wij zullen tegen de invoering stemmen. Het is een onwerkbare wetgevingsbom die wordt losgelaten. Voor mij als jurist is het al bijna niet leesbaar. Er zou een prachtig digitaal stelsel komen waarin burgers, kleine ondernemers en alle anderen zouden kunnen waarnemen wat hun rechten en mogelijkheden zijn. Dat stelsel deugt van geen kanten. De hoogste bestuursrechter heeft ons nog gevraagd om in ieder geval te proberen af te dwingen dat het goed in elkaar zit. Het zit niet goed in elkaar. Straks kan je echt niet zien waar je aan toe bent. De boel gaat vastlopen. Iedereen die vandaag voorstemt, zal ik daarop aankijken.

De voorzitter:

Als het maar bij aankijken blijft, dan … Ik kijk nog even rond. De heer Otten namens de Fractie-Otten.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Voorzitter. Een aantal partijen, met name uit de coalitie, heeft hier altijd het hoogste woord over de Eerste Kamer die uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en rechtmatigheid van wetgeving zou moeten controleren. Bij dit ondoordachte politieke prestigeproject, deze Omgevingswet, is dat allemaal niet goed gebeurd. De wet is niet uitvoerbaar, het DSO-systeem werkt niet, hij is niet handhaafbaar, want de jurisprudentie moet eerst de komende twintig jaar worden uitgekristalliseerd, en hij brengt de rechtszekerheid in het geding. Helaas is dit soort politieke prestigeprojecten symptomatisch voor het visieloze wanbeleid van Nederland op dit moment …

De voorzitter:

Nee, nee, meneer Otten. Dit is geen stemverklaring. Een stemverklaring gaat alleen over uw eigen stem en niet over allerlei andere partijen of de regering. Gaat u voor- of tegenstemmen, meneer Otten?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Voorzitter, dank dat ik het woord weer krijg. De bouw zal hier ook door stilvallen en de rechtszekerheid komt in het geding. Al met al is dit een onverantwoordelijke sprong in het duister. Daarom hebben we deze hoofdelijke stemming ook aangevraagd, zodat we inderdaad weten wie deze sprong in het duister neemt, zoals de heer Nicolaï al aangaf. Er zullen namelijk nog heel veel nadelige gevolgen voor de Nederlanders zijn. Daarom stemmen wij heel erg tegen.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Wenst een van de andere leden nog een stemverklaring af te leggen? De heer Van Rooijen namens 50PLUS.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. De Eerste Kamer, de senaat, heeft als hoofdtaak bij wetten te kijken naar uitvoerbaarheid en juridische rechtmatigheid. Mijn fractie heeft dat gewogen en is tot een eindoordeel gekomen. Dat is dat wij tegen deze wet zullen stemmen, omdat deze wet op dit moment niet uitvoerbaar is. Mocht de wet worden aangenomen, dan is dat een veeg teken voor de stemming t.z.t. over de Pensioenwet, die ook niet uitvoerbaar is.

De voorzitter:

We stemmen vandaag overigens niet over een wet, maar dat zij u vergeven.

Wenst een van de andere leden een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval.

Ik verzoek de leden zo dadelijk duidelijk hun stem met het woord "voor" dan wel "tegen" uit te brengen, zonder enige bijvoeging.

In stemming komt het conceptbesluit.

Vóór stemmen de leden: Van den Berg, Berkhout, Beukering, De Blécourt-Wouterse, Bredenoord, Bruijn, De Bruijn-Wezeman, Dessing, Van Dijk, Dittrich, Doornhof, Essers, Frentrop, Geerdink, Hermans, Hiddema, Huizinga-Heringa, Jorritsma-Lebbink, Kennedy-Doornbos, Niek Jan van Kesteren, Keunen, Klip-Martin, Knapen, Van der Linden, Meijer, Moonen, Nanninga, Oomen-Ruijten, Van Pareren, Pijlman, Prins, Rietkerk, Rombouts, Schalk, Verkerk, Van der Voort, Lucas Vos, Van Wely, Arbouw, Backer en Van Ballekom.

Tegen stemmen de leden: Bezaan, De Boer, Crone, Faber-van de Klashorst, Fiers, Ganzevoort, Van Gurp, Van Hattem, Janssen, Karakus, Karimi, Ton van Kesteren, Kluit, Koffeman, Koole, Kox, Nicolaï, Otten, Prast, Raven, Recourt, Van Rooijen, Rosenmöller, Van Strien, Veldhoen, Mei Li Vos, De Vries, Van Apeldoorn en Baay-Timmerman.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit conceptbesluit met 41 stemmen voor en 29 stemmen tegen is aangenomen.

Hiermee zijn we gekomen aan het einde van de stemmingen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven