Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | nr. 22, item 8 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2016-2017 | nr. 22, item 8 |
Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij de behandeling van het Voorstel van wet van de leden Swinkels, Recourt en Van Oosten tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet teneinde de omvang van de wettelijke gemeenschap van goederen te beperken (33987),
te weten:
(Zie vergadering van heden.)
De voorzitter:
Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.
De heer Schouwenaar (VVD):
Voorzitter. Ik leg een verklaring af over zowel het wetsvoorstel als de motie.
Ik vind de gewijzigde motie onnodig. We hebben het wetsvoorstel inmiddels een jaar bij ons. Er is in twee uitgebreide schriftelijke rondes over gesproken. We hebben een expertmeeting gehouden. Overal is uitvoerig op gereageerd, ook door de indieners. Wij nemen aan dat een eventuele voortzetting geen nieuwe gezichtspunten zal opleveren.
Dit is niet alleen onnodig, maar ook oneindig, want als er nog een resultaat te verwachten zou zijn, door middel van een voortzetting van de behandeling, dan moet dat in een wet terechtkomen. Wij vrezen dat dit een langdurige zaak is, gelet op het feit dat dit wetsvoorstel zijn oorsprong vindt in het jaar 2004. Eigenlijk zet de gewijzigde motie het voorstel op de lange baan, richting de zijdeur, of ad infinitum, om het iets netter te zeggen. De motie zegt nee tegen het wetsvoorstel, zonder dat wij daarover hebben gestemd. Wij vinden dat niet juist. Het is een soort verkapt terugzendrecht, maar dat hebben wij niet, of volgens sommigen nog niet. We hebben ook nog een stemmingsprocedure. Mijn fractie zou graag de laatste procedure op een correcte wijze volgen.
De heer Backer (D66):
Voorzitter. Allereerst welkom aan de nieuwe leden, van wie we er twee al kennen. Mijn fractie neemt kennis van de gewijzigde motie. Het dictum heeft het voordeel dat het nu eenduidig is. Maar het staat nog steeds op gespannen voet met het constitutionele recht. Want de indieners verdedigen dit voorstel namens de gehele Tweede Kamer. Hun marge tot nu nog herziening is afwezig, dan wel heel gering. Inderdaad, aanpassing op een bepaald punt in tweede instantie is hier wel eens voorgekomen, maar als je kijkt naar de diversiteit van de ondertekenaars van de motie, zie je dat de kritiek zowel fundamenteel als op onderdelen heel gevarieerd is. De ChristenUnie wil eigenlijk een ander stelsel, terwijl andere partijen vragen hebben over het voorhuwelijks vermogen dan wel de Faillissementswet. Ik kan mij daarom voorstellen dat de indieners verwoorden dat het geen begaanbaar pad is om een herzien voorstel te formuleren dat én de Tweede Kamer passeert én hier op een voorspelbare meerderheid kan rekenen. Dan wordt het inderdaad een oneindig proces — dat overigens nu al heel lang heeft geduurd – om iets van de veranderingen te vertalen in een modern personen- en familierecht. Ik ben het eens met collega Schouwenaar: als je het zo breed vraagt, is eigenlijk sprake van een terugzendrecht. Laten we dat aan de commissie-Remkes overlaten. Ik roep de ondertekenaars op, de koninklijke weg te bewandelen en voor of tegen te stemmen. De fractie van D66 zal concluderend tegen de motie en voor het voorstel stemmen.
De heer Nagel (50PLUS):
Voorzitter. Onze fractie deelt de grote zorgen die in de motie worden uitgesproken niet. Bovendien moeten er zwaarwegende redenen zijn, willen wij anders stemmen dan onze Tweede Kamerfractie, die het primaat heeft. Daarmee gaan we niet voorbij aan de discussie. Wij menen dat er op dit moment tegen deze wetgeving een ja of een nee moet worden verwoord, er daarbij op wijzend als er naar het inzicht van een aantal leden onvolkomenheden in de wet zouden zijn, dat in de toekomst altijd nog met een aanvulling of een wijziging kan worden geregeld, geholpen door het feit dat er momenteel een kabinetsformatie gaande is. Dat is niet nieuw, want de meerderheid van deze Kamer heeft ook bij de wijziging van de Mediawet eerst de wet aangenomen en vervolgens nog gekeken naar mogelijke verbeteringen en wijzigingen.
Samenvattend zullen wij tegen de motie en voor het wetsvoorstel stemmen.
Mevrouw Strik (GroenLinks):
Voorzitter. Mijn fractie meent dat dit wetsvoorstel het huwelijksvermogensrecht beter laat aansluiten bij de huidige samenleving en bij keuzes die mensen maken en willen maken. Wij vinden die ommekeer van het basisstelsel belangrijk. Het lost inderdaad niet alle problemen op die er ook nu al in de praktijk zijn met betrekking tot insolventie en fiscale problematiek. Maar wij vinden dat die deels in de rechtspraktijk, deels door het komend kabinet kunnen worden opgelost. Het zou onjuist en onnodig zijn om instemming met dit wetsvoorstel afhankelijk te maken van mogelijke oplossingen van die problematiek.
De gewijzigde motie is, naast de al genoemde nadelen, te onbepaald om aan de initiatiefnemers een duidelijke boodschap te geven over wat er moet gebeuren. Er worden grote bezwaren genoemd, maar ze worden niet concreet gemaakt, waardoor het feitelijk eigenlijk neerkomt op een soort stemverklaring bij tegenstemmen. Misschien moet dat dan maar gebeuren. Met zo'n gewijzigde motie kunnen we de initiatiefnemers niet opzadelen.
De voorzitter:
Zijn er nog anderen die een stemverklaring wensen af te leggen? Ik constateer dat dit niet het geval is.
Ik stel voor, te stemmen bij zitten en opstaan.
Daartoe wordt besloten.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SGP, de ChristenUnie, de PvdA, het CDA, de PvdD, de OSF en de SP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fracties van de VVD, GroenLinks, 50PLUS, D66 en de PVV ertegen, zodat zij is verworpen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-ek-20162017-22-8.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.