Aan de orde is de stemming over drie moties, ingediend bij het beleidsdebat over de ruimtelijk-economische ontwikkeling in Nederland, te weten:

- de motie-Meindertsma c.s. inzake EU-beleid en consequenties daarvan ten aanzien van ruimtelijke ordening in Nederland (XXI-A);

- de motie-Meindertsma c.s. inzake een breed draagvlak en participatiemogelijkheden voor burgers en NGO's op het gebied van ontwikkelingsplanologie (XXI-B);

- de motie-Lemstra c.s. inzake lange termijninvesteringsstrategieën op het gebied van ruimtelijk-economisch beleid in Nederland (XXI-C).

(Zie vergadering van 21 maart 2005.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Mevrouw Bierman-Beukema toe Water (VVD):

Voorzitter. Wij hebben de eerste motie-Meindertsma inzake EU-beleid niet mee ondertekend omdat wij ons niet konden vinden in het dictum waarvan ook de regering afstand heeft genomen. De in de motie gevraagde voorziening heeft de regering inmiddels toegezegd. Voor ons is de motie daarmee overbodig geworden en wij zullen haar dan ook niet steunen.

Mevrouw Meindertsma (PvdA):

Mevrouw de voorzitter. De staatssecretaris heeft ons onlangs een reactie op deze moties gestuurd. Zijn reactie op mijn tweede motie over een breed draagvlak en participatiemogelijkheden voor burgers nopen ons tot enig nader overleg. Wij verzoeken u dan ook om deze motie aan te houden.

De voorzitter:

Op verzoek van mevrouw Meindertsma stel ik voor, haar motie (XXI-B) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Meindertsma c.s. (XXI-A).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de VVD-fractie tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Lemstra c.s. (XXI-C).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven