Aan de orde is de stemming over het wetsvoorstel Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en andere wetten in verband met de afschaffing van de verplichtingen om advies te vragen over algemene beleidsvoornemens van de rijksoverheid, waaronder regelgeving, en het stellen van een dwingende termijn aan advisering (afschaffing adviesverplichtingen) (23983).

(Zie vergadering van 27 juni 1995.)

De voorzitter:

Voor het afleggen van een stemverklaring is het woord aan de heer Hirsch Ballin.

De heer Hirsch Ballin (CDA):

De CDA-fractie had na het debat van vorige week behoefte aan beraad wegens het effect van het erin verwerkte amendement op de bijzondere positie van de Sociaal-Economische Raad in onze sociaal-economische orde. In het debat van vorige week heeft de regering bij monde van de minister van Justitie desgevraagd de verzekering gegeven dat de afweging over het al dan niet inschakelen van adviesorganen bij belangrijke sociaal-economische onderwerpen, in beginsel uitvalt ten gunste van een adviesaanvraag, gelet op het belang van die onderwerpen en de rol van de SER in onze overlegeconomie.

De minister van Justitie zei dat de SER daar een plaats in heeft gekregen en dat de regering die plaats wil ontnemen noch betwisten. Naar aanleiding van ons verzoek om met de SER een werkplan op te stellen en vast te leggen, heeft de regering kenbaar gemaakt, over de advisering over belangrijke sociaal-economische onderwerpen jaarlijks met de SER overleg te voeren en daarover zo mogelijk afspraken te maken. De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken heeft daaraan nog toegevoegd dat het parlement jaarlijks bij de begroting zal worden geïnformeerd over de inschakeling van adviesorganen, ook de Sociaal-Economische Raad, en de minister van Justitie heeft desgevraagd in tweede termijn nog verzekerd dat de SER ook naar het oordeel van de regering inderdaad een andere positie heeft dan andere organen.

Gelet op deze toezeggingen van de kant van de regering, die zoveel rechttrekken ten aanzien van het punt dat ons zorgen baarde, zal de CDA-fractie voor het wetsvoorstel stemmen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven