Raamwerk Subsidies 2025-2028

Voorwoord

 

Beste lezer,

 

Voor u ligt het nieuwe subsidiebeleid van gemeente Hollands Kroon. Waardevol voor onze organisatie, maar vooral waardevol voor onze samenleving.

 

Een subsidie is meer dan een zak geld. Het is de financiële zekerheid en slagkracht die vaak nodig is om echt bij te dragen aan de leefbaarheid van de samenleving. Met geld koop je geen leefbaarheid, maar je kunt het wel bereikbaar maken. Dat maakt de combinatie van een subsidie en – de vaak vrijwillige - inzet rond initiatieven goud waard.

 

De kracht van initiatiefnemers mag niet verspild worden aan het zoeken naar subsidies en aanvraagprocessen. Door heldere richtlijnen en een transparant proces zorgen wij dat subsidies vindbaar zijn en effectief worden ingezet. Dat is wat dit beleid biedt.

 

We gaan ervan uit dat dit subsidiebeleid uitnodigt tot het grijpen van nieuwe kansen en het aangaan van nieuwe samenwerkingen. Zo bouwen we – in Hollands Kroon - samen aan een vitale samenleving waarin iedereen mee kan doen.

 

Met vriendelijke groet,

 

Mary van Gent

Wethouder Sociaal domein

Gemeente Hollands Kroon

 

1. Inleiding

De gemeente Hollands Kroon heeft een rijk verenigingsleven en telt veel (vrijwilligers)organisaties die een belangrijke bijdrage leveren aan de maatschappelijke doelen van onze gemeente. Via subsidies geeft de gemeente richting aan het bereiken van haar ambities en beleidsdoelen. Dit gebeurt door inwoners, (vrijwilligers)organisaties en instellingen financieel te ondersteunen bij het realiseren van activiteiten die passen binnen het gemeentelijke beleid. Vaak betreft het activiteiten die zonder gemeentelijke bijdrage niet georganiseerd kunnen worden, maar die belangrijk zijn voor het behoud van een vitale samenleving.

1.1 Gemeentelijke visie

Hollands Kroon is een inclusieve, gezonde, vitale en kansrijke gemeente. Een gemeente die inwoners de mogelijkheid biedt zich te ontwikkelen en waarbij iedereen de kans heeft naar vermogen mee te doen. Een gemeente waar de inwoners zich bij elkaar betrokken voelen en problemen zo veel mogelijk zelf oplossen. De gemeente heeft daarbij oog voor (kwetsbare) inwoners die ondersteuning of hulp nodig hebben. Dit organiseren we vooral door samen te werken. Inwoners, maatschappelijke partners en gemeente zijn proactief, bevlogen, helpen elkaar en kennen elkaar. Zo bouwen we samen aan een gelukkige en mooie samenleving, voor én door de inwoners.

1.2 Sociale basis

In Hollands Kroon werken we samen met onze inwoners en partners aan een sterke sociale basis. Voor de gemeente Hollands Kroon betekent de sociale basis:

  • Ontmoeting, meedoen en het zorgen voor elkaar zijn doelen op zich met een innerlijke waarde.

  • Een sterke sociale basis helpt bij het vroegtijdig signaleren van problemen van inwoners, waardoor deze problemen gemakkelijker te verhelpen zijn of eerder doorverwezen kunnen worden.

  • Hiermee kunnen we ook zorgkosten beperken door professionele hulp proberen te voorkomen. Als professionele hulp wel nodig is, kunnen we deze bieden.

De inzet voor de sociale basis heeft als doel dat alle inwoners van Hollands Kroon zoveel mogelijk voor zichzelf en voor elkaar zorgen en deel uitmaken van een sociaal netwerk. Hiervoor is een breed en laagdrempelig aanbod van activiteiten en ondersteuning in de eigen buurt of wijk nodig. Dit aanbod komt tot stand door bewonersinitiatieven, de inzet van vrijwilligersorganisaties, professionele organisaties of door de gemeente. Subsidies dragen bij aan dit doel.

1.3 Doelstellingen Subsidiebeleid

Het subsidiebeleid van de gemeente Hollands Kroon heeft de volgende doelstellingen:

  • Een breed gedragen, transparant en toekomstbestendig subsidiebeleid dat Hollands Kroon ondersteunt om goede en gevarieerde voorzieningen te bevorderen en in stand te houden, belangrijke initiatieven te stimuleren en/of te ondersteunen, en de sociale netwerken in stand te houden, te verbeteren of te versterken.

  • Het verstrekken van inzicht binnen de planning- en controlcyclus ten aanzien van verleende subsidies en de mate waarin de subsidies bijdragen aan de gemeentelijke doelstellingen, om de uitvoering van het beleid transparant en controleerbaar te maken

1.4 De cyclus van subsidieverlening

Subsidieverlening is onderdeel van een cyclus die begint met het formuleren van beleidsdoelen. De activiteiten die de gemeente Hollands Kroon subsidieert, dragen bij aan deze maatschappelijke doelen. Op basis van de gemaakte afspraken kunnen organisaties starten met de uitvoering van de activiteiten. Tussentijds en na afloop geven de organisaties informatie over de voortgang en resultaten van de subsidieafspraken. Deze informatie wordt gebruikt om gemeentelijke beleidsdoelen en/of subsidieopdrachten opnieuw te formuleren of bij te stellen waar nodig.

 

Figuur 1: de cyclus van subsidieverlening

1.5 De effectiviteit van subsidiëren

In de afgelopen jaren is het subsidieverleningsproces aanzienlijk vereenvoudigd, waardoor de administratieve lasten voor aanvragende instellingen aanzienlijk zijn verminderd. Wij streven ernaar om niet alleen het proces, maar ook de effectiviteit van subsidiëring verder te optimaliseren.

Ons subsidiebeleid is gericht op het behalen van concrete en meetbare resultaten, evenals op het realiseren van maatschappelijke effecten. De gemeente beoordeelt niet alleen de uitvoering van activiteiten, maar ook de impact ervan op de gemeenschap. Door middel van monitoring en evaluatie kan de gemeente deze impact meten en toetsen aan onze beleidsdoelstellingen. Met de nieuwe uitwerkingsnota, waarin alle subsidieregelingen opgavegericht worden ingedeeld, kunnen we dit doel nog beter realiseren.

1.6 Wat wordt beoogd met dit Raamwerk Subsidies?

Dit raamwerk legt het algemene en overkoepelende beleid voor subsidieverstrekking in de gemeente Hollands Kroon vast. Het beschrijft de kaders, doelstellingen en uitgangspunten weer van het subsidiebeleid van de gemeente. Hiermee maken we het subsidiebeleid helder, inzichtelijk en transparant voor alle organisaties en inwoners van Hollands Kroon.

2. Kaders subsidie en inkoop

Artikel 4:23, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat een subsidie in principe gebaseerd moet zijn op een wettelijk voorschrift waarin de te subsidiëren activiteiten zijn omschreven. De Algemene Subsidieverordening (ASV) biedt een kaderregeling voor het subsidieproces die voor alle soorten subsidies van een gemeente toepasbaar is. De specifieke activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, worden echter niet in de ASV beschreven. Daarom voldoet een gemeentebestuur met alleen een ASV niet aan de eis van een wettelijk voorschrift zoals bedoeld in artikel 4:23 van de Awb. Deze activiteiten moeten worden uitgewerkt in een nadere regeling, ook wel subsidieregeling genoemd.

 

In artikel 3 van de ASV is een bepaling opgenomen die het college de bevoegdheid geeft om nadere regels te stellen waarin onder meer de te subsidiëren activiteiten zijn opgenomen. Ook wordt hierin vastgelegd welke doelgroepen voor de subsidie in aanmerking komen, hoe de subsidie wordt berekend en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald. Een ASV in combinatie met een subsidieregeling voor specifieke activiteiten vormt samen een wettelijk voorschrift op basis waarvan de subsidies kunnen worden verleend.

2.1 Nieuwe Algemene Subsidieverordening 2024

In de Algemene Subsidieverordening (ASV) staan de algemene regels voor het verlenen van subsidies. Deze verordening bevat bepalingen over onder andere de aanvraagtermijn, de in te dienen gegevens bij de aanvraag, de gronden voor weigering en de voorschriften voor de verantwoording van de subsidie. Samen met dit raamwerk wordt ook de nieuwe Algemene Subsidieverordening Hollands Kroon 2024 vastgesteld.

2.2 Uitwerkingsnota subsidies

De gemeente Hollands Kroon heeft ervoor gekozen bovengenoemde subsidieregelingen samen te brengen in de Uitwerkingsnota subsidies. Deze uitwerkingsnota wordt tezamen met de subsidieplafonds ieder jaar (onder voorbehoud van goedkeuring van de begroting door de gemeenteraad) voorafgaande aan het subsidiejaar door het college vastgesteld. Ter verduidelijking het volgende voorbeeld: de Uitwerkingsnota subsidie die betrekking heeft op het subsidiejaar 2025, wordt in 2024 door het college vastgesteld.

2.3 Specifieke subsidieverordeningen

Naast de ASV kunnen ook specifieke subsidieverordeningen door de raad worden vastgesteld. Dit gebeurt wanneer de beoogde subsidieverstrekking, het proces of de vereisten op een bepaald beleidsterrein te veel afwijken van de regels die in de ASV zijn neergelegd, of wanneer de wetgever dat vereist. In dat geval gelden de regels van die specifieke verordening en niet die van de ASV. De gemeente Hollands Kroon kent specifieke verordeningen op het terrein van: onderwijs, onderwijshuisvesting, leerlingenvervoer, re-integratie en cultureel erfgoed.

2.4 Buitenwettelijke subsidies

De enige subsidies die buiten deze verordeningen om verstrekt kunnen worden zijn de subsidies genoemd in artikel 4:23, lid 3 Awb. Dat zijn:

  • a.

    subsidies rechtstreeks op grond van een Europees programma;

  • b.

    subsidies in afwachting van een wettelijke regeling, voor maximaal een jaar;

  • c.

    subsidies die met naam van de ontvanger en het maximale subsidiebedrag zijn opgenomen in

  • de Programmabegroting. Deze begrotingssubsidie kan geschikt zijn als er maar één organisatie is die de gewenste activiteiten voor meerdere jaren (en op de gewenste manier) kan uitvoeren;

  • d.

    subsidies in incidentele gevallen, voor ten hoogste vier jaar. Dit betreft subsidie aan een beperkt aantal ontvangers voor min of meer eenmalige activiteiten.

2.5 Verschil tussen subsidie en inkoop (overheidsopdracht)

Volgens artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een subsidie een financiële bijdrage van een bestuursorgaan aan een aanvrager voor specifieke activiteiten, zonder dat daar een directe betaling voor geleverde goederen of diensten tegenover staat.

 

Bij inkoop (overheidsopdracht) gaat het om een schriftelijke overeenkomst tussen een of meer ondernemers en een of meer overheidsinstellingen. Deze overeenkomst is bindend en heeft betrekking op de uitvoering van werken, de levering van producten of de verlening van diensten.

 

Subsidie en inkoop (overheidsopdracht) zijn beide financiële instrumenten. Welke van de twee moet worden toegepast, hangt af van de specifieke situatie en omstandigheden. Dit is belangrijk omdat bij inkoop de Aanbestedingswet van toepassing is. De jurisprudentie biedt een ruime en functionele uitleg, waardoor het onderscheid niet altijd even duidelijk is. De volgende vijf vragen kunnen helpen bepalen of er sprake is van een subsidie of een overheidsopdracht:

  • 1.

    Hoeveel invloed wordt er door de aanbestedende dienst uitgeoefend op de activiteiten of de ontvanger?

  • 2.

    Bij wie ligt het initiatief, bij de aanbestedende dienst of bij de subsidieontvanger?

  • 3.

    Wordt een algemeen belang gediend of het belang van de aanbestedende dienst?

  • 4.

    Worden er commerciële activiteiten verricht? Wordt er bijvoorbeeld winst gemaakt?

  • 5.

    Zijn er derden betrokken bij de uitvoering van de activiteiten?

Voor ieder beleidsdoel moet worden afgewogen welk instrument, subsidie of inkoop, het meest geschikt is om het beoogde doel te realiseren, tenzij de gemeente besluit de opdracht zelf uit te voeren.

 

Tabel 1: Verschillenkader tussen subsidie en inkoop (overheidsopdracht

 

Subsidie

Inkoop

Algemene wet bestuursrecht 4:21

Burgerlijk wetboek 6:213

De aanspraak op financiële middelen, door eenbestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, andersdan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten

Een overeenkomst in de zin van deze titel is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andereeen verbintenis aangaan

Aanspraak op financiële middelen

Een wilsovereenstemming van 2 of meer partijen

Bestuursorgaan verstrekt vanwege het publiekebelang

Bepaalde activiteiten door aanvrager andersdan geleverde goederen/diensten

Uit te voeren werkenof leveren van producten of diensten

Geen afdwingbare tegenprestatie: worden de activiteiten niet uitgevoerd dan wordt de subsidie teruggevorderd

Er is een juridisch afdwingbare tegenprestatie

Subsidie wordtverleend via een individuele beschikking

Partijen gaan wederzijdse verplichtingen aan en tekenen contract

 

Als hulpmiddel om tot dit besluit te komen, is het afwegingskader subsidie vs. inkoop opgesteld, dat als bijlage bij deze nota is gevoegd. Deze praktische werkinstructie is een uitwerking van het afwegingskader. Door het beantwoorden van zeven vragen kan de ambtenaar van de gemeente bepalen of er voor subsidie of een overheidsopdracht gekozen moet worden.

2.6 Subsidie en staatsteun

Staatssteun is het direct dan wel indirect verstrekken van financiële steun aan ondernemingen door overheden. De EU wil gelijke concurrentievoorwaarden scheppen voor alle ondernemingen op de interne markt en heeft daarom staatssteunregels opgesteld om eventuele steun door overheden in goede banen te leiden. Deze staatssteunregels zijn neergelegd in de artikelen 107, 108 en 109 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

2.7 Wanneer is er sprake van staatssteun?

Er is sprake van staatssteun in de zin van het Europees recht wanneer voldaan wordt aan de vijf cumulatieve staatssteuncriteria, zoals genoemd in artikel 107, lid 1 van het VWEU:

  • 1.

    de steun wordt verleend aan een onderneming die een economische activiteit verricht;

  • 2.

    de steun wordt door staatsmiddelen bekostigd;

  • 3.

    deze staatsmiddelen verschaffen een economisch voordeel dat niet via normale commerciële weg zou zijn verkregen (non-marktconformiteit);

  • 4.

    de maatregel is selectief: het geldt voor één of enkele ondernemingen, een specifieke sector/ regio;

  • 5.

    de maatregel vervalst de mededinging (in potentie) en (dreigt te) leiden tot een ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer in de EU.

  • Staatssteun is alleen rechtmatig als zij past binnen de Europese regels daarover. Alle subsidieregelingen worden hieraan getoetst.

3. Algemene uitgangspunten

Subsidies zijn bedoeld om activiteiten te ondersteunen die bijdragen aan het bereiken van de doelstellingen van de gemeente. In ons nieuwe beleid willen we deze kernfunctie van subsidies weer centraal stellen. Dit betekent dat de activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie, moeten aansluiten bij het beleid van de gemeente en helpen bij het realiseren van deze gemeentelijke doelstellingen. Om dit te bereiken, hanteren we enkele algemene uitgangspunten.

 

Dit houdt in dat subsidieaanvragen zorgvuldig worden beoordeeld op hun waarde voor de gemeenschap en hun overeenstemming met de gemeentelijke doelstellingen. Door deze aanpak zorgen we ervoor dat publieke middelen efficiënt en effectief worden ingezet voor het welzijn van onze gemeente en haar inwoners.

3.1 Geen subsidie voor activiteiten die in strijd zijn met de wet

De gemeente Hollands Kroon vindt dat organisaties die activiteiten verrichten die in strijd zijn met een wettelijk voorschrift, het algemeen belang of de openbare orde niet voor een subsidie in aanmerking kunnen komen. Subsidiegeld mag niet bijdragen aan ongewenste maatschappelijke activiteiten, waaronder in ieder geval discrimineren en haatzaaien worden verstaan. Het bovenstaande is als weigeringsgrond opgenomen in de nieuwe ASV. Daarnaast subsidiëren wij geen activiteiten die een politiek, religieus of levensbeschouwelijk karakter hebben.

3.2 Vermogenstoets

Subsidie wordt alleen verstrekt voor redelijkerwijs te maken kosten. Dat betekent onder andere dat subsidie kan worden geweigerd wanneer de aanvrager ook zonder subsidieverlening over voldoende gelden – hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden – kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken. Het bovenstaande is als weigeringsgrond opgenomen in de nieuwe ASV.

3.3 Doelmatige en effectieve subsidieverstrekking

De meeste subsidieaanvragen worden jaarlijks ingediend door vrijwilligers van niet-professionele organisaties. Alle aanvragers van subsidies, en vooral deze vrijwilligers, hebben baat bij een eenvoudig en overzichtelijk subsidieproces met korte doorlooptijden. In de afgelopen jaren is het subsidieproces al vereenvoudigd, bijvoorbeeld door de aanvraagformulieren digitaal beschikbaar te stellen. Er zijn echter nog verdere verbeteringen mogelijk, zoals:

  • Het hanteren van korte en duidelijke termijnen voor het indienen, beoordelen, vaststellen en uitbetalen van subsidies;

  • Het zoveel mogelijk in één keer vaststellen en verstrekken van subsidies;

  • Het afleggen van verantwoording koppelen aan de hoogte van de subsidie, waarbij minder verantwoording nodig is bij lage subsidiebedragen.

De gemeente Hollands Kroon wil subsidies zo efficiënt en effectief mogelijk inzetten, zodat deze optimaal bijdragen aan het realiseren van de beoogde maatschappelijke en gemeentelijke doelen. Vanaf 2024,en zoveel eerder als mogelijk, worden de kaders genoemd in dit raamwerk consequent toegepast. Samengevat:

  • Het subsidiebeleid van Hollands Kroon is helder en transparant, en het subsidieproces verloopt zorgvuldig, transparant, klantvriendelijk en integer.

  • Voor alle subsidies worden subsidieregelingen of specifieke verordeningen (hierna subsidieregelingen) opgesteld, tenzij sprake is van een uitzonderingsgrond uit de Algemene wet bestuursrecht.

  • In alle subsidieregelingen is expliciet het maatschappelijke doel genoemd waar de subsidie aan bijdraagt.

  • In alle subsidieregelingen zijn concreet meetbare doelstellingen en resultaten geformuleerd.

  • In alle subsidieregelingen staan de noodzakelijke verantwoordingsverplichtingen.

  • Alle subsidieregelingen worden uiterlijk om de vijf jaar geëvalueerd op doelmatigheid en doeltreffendheid.

3.4 Vereenvoudiging regelgeving en deregulering

In het subsidiebeleid streven we naar deregulering, het vereenvoudigen van de regels en het verminderen van de administratieve lasten voor zowel de subsidieaanvragers als de gemeente. Daarom is er gekozen voor eenvoudige subsidieberekeningen met een minimaal aantal onderdelen. Om het aanvragen van subsidie eenvoudig te maken, gebruiken we een standaard aanvraagformulier. Er worden alleen de noodzakelijke gegevens opgevraagd voor de behandeling van de aanvraag of de vaststelling van de subsidie, en er worden geen onnodige beoordelingscriteria gesteld.

 

In de huidige Algemene Subsidieverordening (ASV) worden vier soorten subsidies onderscheiden: budgetsubsidie, incidentele subsidie, waarderingssubsidie en investeringssubsidie. Deze veelheid aan subsidies met elk hun eigen procedurele regels maakt de huidige ASV onnodig ingewikkeld. In de nieuwe ASV worden daarom twee soorten subsidies onderscheiden:

  • Structurele subsidie: Een subsidie die per kalenderjaar of voor een aantal kalenderjaren aan een aanvrager wordt verstrekt voor activiteiten met een voortdurend karakter.

  • Incidentele subsidie: Een eenmalige subsidie voor een bepaalde periode waarin specifieke activiteiten worden uitgevoerd.

De verantwoordingslast wordt aangepast aan de omvang van de subsidie. Er zijn vier categorieën van verantwoording:

  • 1.

    Subsidies tot en met € 10.000: worden direct vastgesteld. Wel kan steekproefsgewijze controle plaatsvinden;

  • 2.

    Subsidies tussen € 10.000 en € 50.000: inhoudelijk (financieel) verslag;

  • 3.

    Subsidies tussen € 50.000 en € 125.000: inhoudelijk (financieel) verslag, jaarrekening en Samenstellingsverklaring van boekhouder of accountant;

  • 4.

    Subsidies vanaf € 125.000: inhoudelijk verslag, jaarrekening en controleverklaring door accountant.

Bij een samenstellingsverklaring stelt de accountant een jaarrekening op zonder deze te controleren. De verantwoordelijkheid voor de inhoud ligt bij de organisatie. Bij een controleverklaring voert de accountant een gedetailleerde controle uit op de jaarrekening en geeft een oordeel over de betrouwbaarheid ervan. Dit biedt een hogere mate van zekerheid en de verantwoordelijk van dit oordeel ligt dus bij de accountant.

3.5 De kernwaarde blijft vertrouwen

De gemeente Hollands Kroon wil de inwoners en instellingen centraal stellen om de beoogde beleidsdoelen te bereiken. We geven hun het vertrouwen en de ruimte om hun kennis en vaardigheden in te zetten. Samen met hen stellen we de inhoudelijke ambities vast, waarna de gemeente zich richt op het faciliteren en ondersteunen van de manier waarop deze ambities worden gerealiseerd.

Dit betekent dat we de activiteiten zoveel mogelijk vrijheid geven. Waar nodig en mogelijk gaan we regelmatig in gesprek met subsidieontvangers om de doelen en activiteiten op elkaar af te stemmen en te versterken. Het meten van resultaten via indicatoren kan daarbij helpen, zonder dat dit een doel op zich is. De mate van benodigde afstemming hangt mede af van de aard van de gesubsidieerde activiteiten. Alle subsidieontvangers hebben een meldingsplicht voor significante afwijkingen, zowel positief als negatief, van zowel inhoudelijke als financiële aard. Aangezien het bij subsidies gaat om de inzet van gemeenschapsgeld, mogen inwoners verwachten dat de gemeente toeziet op een doelmatige en rechtmatige besteding.

3.6 Transparantie

Transparantie in het subsidieproces is een belangrijk uitgangspunt in de gemeente Hollands Kroon. Door de verleende subsidies op te nemen in een openbaar register, is het subsidiebeleid en de uitvoering daarvan transparant voor iedereen. We streven ernaar dit in 2024 te hebben gerealiseerd. Het kan potentiële subsidieaanvragers bovendien inzicht bieden in de mogelijkheden die de gemeente Hollands Kroon aan haar inwoners, instellingen, organisaties en bedrijven biedt om hen te ondersteunen. Ook zorgen wij ervoor dat op onze gemeentelijke website alle subsidiemogelijkheden op één overzichtelijke pagina terecht komen.

3.7 Wederkerigheid is belangrijk

Bij het verstrekken van een subsidie verwacht de gemeente een tegenprestatie in de vorm van activiteiten die bijdragen aan de maatschappelijke doelen die de gemeente met haar beleid nastreeft. Het ontvangen van een subsidie is geen vanzelfsprekendheid; daarom spreken we van ‘wederkerigheid’. We willen dat organisaties en inwoners bewuster nadenken over welke bijdrage zij kunnen leveren aan de versterking van de sociale basis. Van grotere, professionele instellingen verwachten we naar verhouding meer bijdrage dan van de kleinere vrijwilligersorganisaties.

 

"Representatie gemeente Hollands Kroon

 

Als u communiceert over het door ons gesubsidieerde project of activiteit, bent u verplicht ons gemeentelogo te gebruiken. Dit geldt voor drukwerk zoals flyers en folders, uw website, sociale media, digitale nieuwsbrieven en tijdens alle presentatiemomenten van het project, inclusief premières. U kunt het logo eenvoudig downloaden via onze website:

 

www.hollandskroon.nl/logos-hollands-kroon.

 

We stellen uw medewerking zeer op prijs."

 

Vanaf de subsidietoekenningen 2025 voegen wij aan elke beschikking standaard een representatieparagraaf toe:

 

“Bij subsidieregelingen kunnen verplichtingen die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie aan de subsidie worden verbonden, voor zover deze verplichtingen betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht. In de toelichting bij de subsidieregelingen wordt uiteengezet waarom daartoe wordt overgegaan.”

 

In alle subsidieregelingen, die straks samen worden gebracht in de Uitwerkingsnota, moet dit geregeld worden.

 

Over de verplichting dat de ontvanger van de subsidie het gemeentelogo moet gebruiken in alle communicatie, het volgende. Dit gaat om regels die los staan van het doel waarvoor de subsidie wordt gegeven (artikel 4:39 van de Awb). Zulke regels moeten gaan over hoe de gesubsidieerde activiteit wordt uitgevoerd of welke middelen daarbij worden gebruikt. Deze verplichtingen mogen alleen worden opgelegd als dat volgens de wet is toegestaan (artikel 4:39, eerste lid van de Awb). In de nieuwe ASV is dit geregeld in artikel 16, derde lid.

3.8 De gemeente voert een inclusief subsidiebeleid

Met inclusief beleid wordt bedoeld dat er rekening wordt gehouden met de mogelijkheden en beperkingen van mensen. Inclusief beleid (en daaruit voortvloeiende activiteiten) sluit geen mensen uit, maar maakt participatie en meedoen voor iedereen mogelijk. Het spreekt ook vanzelf dat in ons beleid en de uitvoering daarvan geen ruimte is voor het achterstellen of uitsluiten van mensen op basis van (persoonlijke) kenmerken, zoals godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, chronische ziekte, leeftijd of lichamelijke, mentale of zintuiglijke beperking.

Dit betekent dat de doelgroep voor wie de activiteit bedoeld is, weet (of kan weten) dat de activiteit wordt georganiseerd, dus dat er bekendheid wordt gegeven aan de activiteit. We doelen verder ook op de fysieke toegankelijkheid van de activiteit (toegankelijkheid van gebouwen of het organiseren van vervoer) en op het wegnemen van de te grote financiële drempels om mee te kunnen doen aan de activiteit.

In Hollands Kroon wordt al veel gedaan om aan de inclusie-eisen te voldoen. Denk aan algemene voorzieningen zoals dorpshuizen, het Informatiepunt Digitale Overheid, de Regenboogbijeenkomsten en de toegankelijkheid van onze website. Daarnaast zijn er voorzieningen vanuit de Wmo, Jeugdwet en Participatiewet, zoals trapliften, hulp bij het huishouden, specialistische jeugdzorg en een samenwerking met Probedrijven voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

 

Als leidraad en werkdocument voor het thema inclusie heeft de gemeente de Lokale Inclusie Agenda (LIA) opgesteld. In de LIA wordt beschreven wat de gemeente Hollands Kroon verder verstaat onder inclusie en hoe wij hierop gaan inzetten.

3.9 De vrijwilliger is belangrijk en onmisbaar

Het behouden en werven van vrijwilligers is essentieel voor de continuïteit van diverse taken, zoals onderhoud en klusjes. Momenteel is er een tekort aan vrijwilligers, en met de vergrijzing zal dit probleem in de toekomst alleen maar groter worden. Om dit aan te pakken, voert de gemeente een onderzoek uit naar manieren om ons vrijwilligersbestand te versterken en om te begrijpen welke behoeften organisaties hierbij hebben. De bevindingen van dit onderzoek zullen worden meegenomen in de uitwerking van onze subsidieregelingen, zodat we, indien nodig, subsidies kunnen verstrekken voor bijvoorbeeld cursussen of andere vormen van ondersteuning voor vrijwilligers en organisaties.

 

Vrijwilligers zijn onmisbaar; zij vormen het cement van de samenleving en zijn van groot belang voor verenigingen. Daarom vindt de gemeente Hollands Kroon het belangrijk om te investeren in vrijwilligers. Een mogelijke oplossingsrichting is het organiseren van een matchvloer, waar vrijwilligers zelf kunnen kiezen welke activiteiten ze willen ondernemen. De Hollands Kroonse Uitdaging heeft in samenwerking met andere lokale partijen al een start gemaakt met de organisatie van dergelijke matchvloeren. De eerste vrijwilligersdag vond recent plaats in Hippolytushoef en was een succes.

 

Het erkennen en waarderen van de bijdragen van vrijwilligers is cruciaal om hen gemotiveerd en betrokken te houden. Dit leidt uiteindelijk tot een sterkere, effectievere organisatie en een gezondere, veerkrachtigere gemeenschap. Als gemeente doen wij jaarlijks aan vrijwilligerswaardering. Momenteel loopt er een evaluatie om te onderzoeken hoe de huidige vorm van vrijwilligerswaardering aansluit bij de doelgroep en waar nog kansen liggen om deze beter af te stemmen op hun behoeften.

3.10 Meerjarig toekennen van subsidies

In de nieuwe ASV is het mogelijk om subsidies voor meerdere jaren toe te kennen, bijvoorbeeld voor een periode van vier jaar. Dit is vooral van toepassing op subsidieaanvragen waarbij weinig tot geen veranderingen in de activiteiten plaatsvinden. Dit wordt afgestemd met team financiën, zodat de langlopende verplichtingen op een juiste manier worden vastgelegd. Het college kan bij subsidieverlening voor meerjarige structurele subsidies beslissen dat jaarlijks indexering van een subsidiebedrag plaatsvindt. Wanneer subsidiebedragen worden geïndexeerd, gebeurt dit op basis van het consumentenprijsindexcijfer van het voorafgaande jaar.

 

De meerwaarde van meerjarige subsidies is vierledig:

  • Het biedt tijd, zekerheid en continuïteit voor maatschappelijke partners om hun activiteiten uit te voeren en geeft hun een langetermijnperspectief.

  • Het vermindert de last voor maatschappelijke partijen om jaarlijks een aanvraag met begroting in te dienen voor structurele activiteiten die naar verwachting niet zullen stoppen.

  • Het biedt mogelijkheden om extra en duurzaam te investeren in activiteiten die belangrijk zijn voor de gemeente en de inwoners, en die bijdragen aan de maatschappelijke opgaven.

  • Daarnaast verlaagt het toekennen van dergelijke meerjarige subsidies de ambtelijke inzet.

Het is hierbij belangrijk om te kijken naar het soort activiteit of partner, het type subsidie en de bijbehorende randvoorwaarden. Een meerjarige subsidie dient weloverwogen en op basis van de inhoud te worden toegekend, zodat deze daadwerkelijk bijdraagt aan de maatschappelijke doelstellingen.

3.11 Eigen vermogen van subsidieontvangers

Bij vermogensvorming is sprake van een spanningsveld. Enerzijds moeten gesubsidieerde instellingen voldoende vrijheid van handelen krijgen om slagvaardig en bedrijfsmatig te werken. In dat kader is het van belang een eventueel positief resultaat niet direct en volledig af te romen. Een kleine reserve biedt de mogelijkheid een korte periode waarin het financieel wat minder gaat te overbruggen. Afromen kan in een financieel gunstige periode als ongewenst effect hebben dat tegen het einde van het subsidiejaar uitgaven worden gedaan die niet direct noodzakelijk zijn. Anderzijds moet voorkomen worden dat, op kosten van de gemeenschap, overmatig aan reservevorming bij instellingen wordt gedaan. Reservevorming is dus tot op zekere hoogte wenselijk, maar het aantal en de omvang van de reserves moeten beperkt zijn. Om die reden is de gemeente voornemens via een nadere regeling aanvullende voorwaarden te stellen aan de vorming van reserves en het vormen van voorzieningen.

3.12 Prestatiegerichte samenwerking

Een aantal jaar geleden is de trend naar een meer zakelijke relatie met voornamelijk de professionele instellingen in gang gezet. Prestatieafspraken worden opgenomen in de subsidiebeschikkingen en vormen ook onderdeel van het regelmatige overleg met de instellingen. Daarmee blijven subsidieverstrekker en ontvanger scherp. De effectiviteit van het subsidiëren neemt daardoor ook toe.

3.13 Activiteiten in plaats van overhead

De Algemene wet bestuursrecht bepaalt dat subsidies bedoeld zijn om activiteiten te bekostigen. Hoewel overhead, zoals werkzaamheden op het gebied van sturing en ondersteuning en huisvestingslasten, noodzakelijk is voor gesubsidieerde instellingen, kan er een maximum worden gesteld aan de overheadkosten. Een maximum van 25% overhead is algemeen geaccepteerd, met een streefpercentage van 15%. Het beperken van de overheadkosten zorgt ervoor dat de gemeente de focus kan leggen op de subsidieactiviteiten die ten behoeve van de inwoners worden uitgevoerd.

3.14 Begrotingssubsidies

Subsidies op basis van een begrotingspost zijn bedoeld om een onevenredige belasting van het bestuursorgaan te voorkomen. Wanneer een activiteit door één ontvanger wordt uitgevoerd, is het niet noodzakelijk om een aparte subsidieregeling op te stellen. Wel dienen de naam van de ontvanger en het maximale subsidiebedrag in de begroting of de toelichting daarop te worden vermeld. Op deze manier is de democratische controle op de besteding van de subsidiegelden voldoende gewaarborgd.

Deze aanpak zorgt ervoor dat subsidies financieel beheersbaar blijven en dat de gemeenteraad zijn budgetrecht op subsidies behoudt. In het subsidieplafond van 2023 was driekwart van de subsidies in wezen een begrotingssubsidie. Voorbeelden van subsidies die in aanmerking komen voor een begrotingssubsidie zijn Kopgroep Bibliotheken, Wonen Plus Welzijn en Team Sportservice.

Het proces rondom de begrotingssubsidies behoeft verdere professionalisering, waarbij een goede inhoudelijke koppeling met de begroting wordt gemaakt. Dit aspect wordt meegenomen in de verdere ontwikkeling van de grote subsidieopdrachten. Onze visie, beleidskaders, gezamenlijke doelstellingen en de effecten van onze subsidiëring worden regelmatig besproken tussen de accounthouder van de gemeente en de subsidiepartner.

 

HOZE-groep (Hollands Kroon Overleg Zwembaden Exploitatie)

 

In het subsidieplafond zijn ook de vier binnenzwembaden opgenomen, die onder de HOZE-groep vallen. Hoewel deze zwembaden elk een eigen stichting vormen, werken ze samen binnen deze overlegstructuur.

De stichtingen van de zwembaden De Venne, De Wirg, De Terp en Den Krieck zijn verantwoordelijk voor de exploitatie van het zwembad. De gemeente Hollands Kroon is voornemens deze groep als subsidiepartners binnen het subsidieplafond te behouden, omdat deze specifiek zijn bedoeld voor de exploitatie van deze zwembaden.

3.15 Externe subsidieverwerving

De taken die gemeenten vanuit het Rijk toegewezen krijgen, nemen toe, terwijl de structurele geldstromen vanuit het Rijk steeds verder opdrogen. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) waarschuwt zelfs voor 2026 als een ‘Ravijnjaar’. Om de gevolgen van afnemende structurele geldstromen voor te zijn, is het verstandig om in te zetten op het verhogen van het aandeel derde geldstromen in de gemeentelijke begroting.

 

Daarom heeft de gemeente onlangs het adviesbureau Haute Equipe ingeschakeld om ondersteuning te bieden bij het aanvragen en begeleiden van externe subsidieverwerving. De expertise van dit adviesbureau ligt vooral op het fysieke domein, maar waar mogelijk zoekt Haute Equipe ook naar subsidiekansen binnen het sociaal domein.

 

Subsidieverwerving omvat het hele proces van het verkennen van subsidiekansen, de aanvraag en de verantwoording van de subsidie. Dit specialisme vereist aanzienlijke capaciteit en expertise gedurende de gehele beleidscyclus en binnen de gehele organisatie. Succesvolle subsidieverwerving vraagt om betrokkenheid van de hele organisatie: van subsidiecoördinatie en publieke zaken aan de voorkant tot financiën en control aan de achterkant.

 

Subsidieverwerving is geen individueel proces; het vereist de betrokkenheid van de hele organisatie. Het proces wordt aanzienlijk makkelijker en succesvoller als duidelijk is wie welke verantwoordelijkheden draagt. Zo weet iedereen binnen de organisatie precies wat er van hen verwacht wordt. Door de juiste ondersteuning te organiseren aan zowel de voor- als achterkant van subsidieverwerving, wordt het proces vlotter doorlopen.

 

Om aanvullende financiering in de vorm van subsidies te verkrijgen, is het raadzaam goed te investeren in de interne organisatie van subsidieverwerving. Deze investering levert veel op:

  • tijdig zicht op relevante subsidiekansen en de haalbaarheid daarvan;

  • meer succes met subsidieaanvragen;

  • aandacht voor het beheer van subsidieprojecten zodat het subsidiebedrag daadwerkelijk op de bankrekening komt;

  • meer slagkracht (financieel en organisatorisch) om ambities te realiseren door het organiseren van kennis en capaciteit;

  • een positief imago van subsidieverwerving binnen de organisatie;

  • effectieve en efficiënte inzet van capaciteit en middelen.

4. Afwegingskader

Bij iedere subsidieaanvraag moet telkens opnieuw worden beoordeeld in hoeverre het verlenen van de subsidie doeltreffend is. Deze doeltreffendheid wordt bepaald door de mate waarin de aangevraagde subsidie bijdraagt aan het verwezenlijken van de gemeentelijke beleidsdoelstellingen. Aangezien deze beleidsdoelstellingen aan veranderingen onderhevig kunnen zijn, is het niet wenselijk om de huidige beleidsdoelstellingen als leidend te beschrijven voor de beoordeling van subsidieaanvragen. In plaats daarvan is het zinvol om de beleidsdoelstellingen in algemene zin te vertalen naar beleidsuitgangspunten die kunnen dienen als toetsingsinstrument. Daarom worden in dit hoofdstuk de meest gebruikelijke beleidsdoelstellingen vertaald naar logische beleidsuitgangspunten die kunnen helpen bij de beoordeling van subsidieaanvragen.

4.1 Positieve gezondheid

De brede visie van positieve gezondheid legt een andere nadruk op het begrip ‘welzijn’. Volgens deze visie is gezondheid meer dan de aanwezigheid of afwezigheid van ziekte; het gaat om de kwaliteit van ons leven, die door meerdere dimensies wordt bepaald. Er zijn zes dimensies:

  • Lichaamsfuncties

  • Mentaal welbevinden

  • Zingeving

  • Kwaliteit van leven

  • Meedoen

  • Dagelijks functioneren

Figuur 2: model Positieve Gezondheid.

 

Door onze subsidies te richten op initiatieven die deze dimensies ondersteunen, creëert de gemeente een leefomgeving waarin alle inwoners tot hun recht kunnen komen. De gemeente Hollands Kroon nodigt subsidiepartners uit om hun aanvragen, waar mogelijk, te schrijven vanuit de visie van positieve gezondheid. Hierdoor kunnen wij als gemeente monitoren op welke dimensies we voldoende aanbod hebben en waar we achterblijven, zodat we gericht initiatieven kunnen zoeken om op die gebieden meer aanbod te bieden aan onze inwoners.

 

De komende jaren zullen de KOP4-gemeenten (Hollands Kroon, Den Helder, Schagen en Texel) deze visie steeds meer implementeren in zowel het sociale als het fysieke domein. Prioriteit wordt gegeven aan initiatieven die zorgen voor mentaal gezonde jeugd, een goede aansluiting tussen medische zorg en welzijn, het bevorderen van bewegen en initiatieven die de fysieke leefomgeving gezonder maken.

4.2 Regiovisie Sociaal Domein (Kop van NH)

Subsidies moeten primair bijdragen aan het welzijn van onze inwoners. Dit is gebaseerd op de overtuiging dat elk individu, ongeacht leeftijd of achtergrond, een waardevolle bijdrage kan leveren aan de maatschappij en dat subsidies hierbij kunnen ondersteunen. Deze overtuiging wordt weerspiegeld in de ‘Regiovisie Sociaal Domein’, die via acht ambities wordt uitgewerkt. Deze ambities variëren van het bevorderen van een waardig bestaan tot het garanderen van kwalitatieve en toegankelijke zorg. Een belangrijke pijler binnen deze visie is een sterke lokale sociale basis. Inwoners die met en dichtbij elkaar, en vooral ook voor elkaar zorgen en werken aan welzijn en positieve gezondheid, zijn hierbij essentieel. Subsidies dragen bij aan het versterken van deze lokale sociale basis en ondersteunen daarmee ook de realisatie van de ambities uit de Regiovisie.

4.3 Algemene toekenningscriteria

Er moet een afwegingskader zijn om duidelijk te maken welke toekenningscriteria gelden. Binnen de gemeente Hollands Kroon worden de volgende (algemene) criteria gehanteerd:

 

Alleen activiteiten die passen binnen de actuele beleidsdoelstellingen van de gemeente Hollands Kroon komen in aanmerking voor subsidie.

 

Activiteiten die aan meerdere beleidsdoelstellingen bijdragen, hebben de voorkeur vanwege hun versterkende effecten. Ook activiteiten met een bredere doelgroep dan de aanvrager zelf hebben de voorkeur. Dit betekent dat naast de directe deelnemers ook andere inwoners van de gemeente Hollands Kroon profiteren van de activiteit. Denk hierbij aan culturele activiteiten met voorstellingen voor de gemeenschap of voorzieningen die toegankelijk zijn voor verschillende doelgroepen, wat een meervoudig effect creëert.

 

Activiteiten die de inclusie in de gemeente Hollands Kroon bevorderen, genieten ook de voorkeur. Voorbeelden hiervan zijn activiteiten die kwetsbare groepen bereiken, zoals eenzame ouderen, mensen met een beperking of arbeidsmigranten. Deze activiteiten kunnen ook het contact tussen verschillende groepen, zoals jong en oud bevorderen, wat de sociale cohesie versterkt en wederzijdse ontmoetingen en begrip bevordert.

 

Alleen activiteiten waarvoor een aantoonbare behoefte bestaat onder de inwoners van Hollands Kroon worden gesubsidieerd. Dit betekent dat de activiteiten voornamelijk gericht zijn op en ten goede komen aan de inwoners van Hollands Kroon. De vraag naar voorzieningen en activiteiten vanuit de gemeenschap staat hierbij centraal.

 

Activiteiten waarbij de doelgroep betrokken wordt bij de planvorming genieten de voorkeur. Dit toont aan dat de vraag en behoefte van de doelgroep daadwerkelijk centraal staan. Het wordt verondersteld dat op deze manier gemeentelijke middelen effectiever worden ingezet en er betere en laagdrempeligere algemene voorzieningen worden gerealiseerd.

 

Uitsluitend activiteiten waarvoor gemeentelijke aanvullende ondersteuning aantoonbaar noodzakelijk is, worden gesubsidieerd. Dit betekent dat de subsidie essentieel moet zijn voor de uitvoering van de activiteit. Instellingen zijn in principe zelf verantwoordelijk voor het verwerven van voldoende inkomsten en deelnemers moeten de activiteiten zelf bekostigen. Aanvragers moeten beschikken over eigen menskracht en middelen. Bij de beoordeling wordt de actieve inzet om andere vormen van financiering te vinden meegenomen, wat een beroep doet op de financiële eigen kracht en verantwoordelijkheid van instellingen, verenigingen en deelnemers.

 

Activiteiten die tot stand komen door samenwerking met partners in Hollands Kroon genieten de voorkeur. Dit kan leiden tot een verbetering van het aanbod, een betere sociale toegankelijkheid, een groter en breder bereik van doelgroepen en een effectiever gebruik van accommodaties. Er is al veel samenwerking tussen subsidiepartners, en de gemeente kan helpen soortgelijke verenigingen samen te brengen, ideeën te stimuleren en successen te koesteren.

4.4 Verantwoordingsplicht subsidieontvangers

Subsidieontvangers zijn verplicht om de bereikte resultaten inzichtelijk te maken. De eisen hiervoor verschillen per type subsidie:

 

Structurele Subsidies

 

Structurele subsidies worden verleend op basis van duurzame activiteiten of producten. Gesubsidieerde partijen moeten hun prestaties en resultaten verantwoorden en de gemeente benoemen als financieel ondersteuner van de subsidieactiviteiten.

 

Incidentele Subsidies

 

De Hollands Kroonse Uitdaging: Initiatieven van bewoners, organisaties of ondernemers moeten bijdragen aan de leefbaarheid van Hollands Kroon en het behalen van specifieke door de gemeente geformuleerde doelstellingen. De uitvoering van de incidentele subsidies is ondergebracht bij de Hollands Kroonse Uitdaging. Gesubsidieerde partijen dienen hun resultaten inzichtelijk te maken en de gemeente te benoemen als financieel ondersteuner van de subsidieactiviteiten.

 

Cultuurfonds Hollands Kroon: Met het nieuwe cultuurbeleid wordt een Cultuurfonds opgericht dat ook incidentele subsidies verstrekt voor kunst en cultuur binnen de kaders van de gemeente. Dit cultuurfonds richt zich op kunst- en culturele doelstellingen. De Hollands Kroonse Uitdaging pakt de rol op van het nastreven van sociaal-culturele doelen binnen het nieuwe cultuurstelsel.

5. Subsidieplafond

Het doel van een subsidieplafond is in de eerste plaats bedoeld om subsidieregelingen met een open einde te voorkomen. Artikel 4:25, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat een aanvraag om subsidie moet worden afgewezen als het subsidieplafond is bereikt. Een subsidieplafond is het maximale bedrag dat gedurende een bepaalde periode beschikbaar is voor een specifieke subsidie die op basis van een verordening wordt verstrekt (artikel 4:22 van de Awb). Het moet expliciet als ‘subsidieplafond’ worden vastgesteld.

 

Een subsidieplafond is dus iets anders dan een vermelding op de begroting dat er voor een bepaald beleidsterrein een bepaald bedrag beschikbaar is voor subsidies. De begroting kan wel de basis vormen voor de vaststelling van een subsidieplafond. Het bedrag dat in de begroting voor een bepaald beleidsterrein beschikbaar is gesteld voor subsidies wordt overigens jaarlijks geïndexeerd. Indexatie gebeurt op basis van het consumentenprijsindexcijfer van het CBS.

 

De gemeenteraad van de gemeente Hollands Kroon heeft de bevoegdheid tot het vaststellen van de subsidieplafonds per beleidsterrein gedelegeerd aan het college. In de regel valt het vaststellen van een subsidieplafond qua tijdstip samen met de vaststelling van de begroting. Het college maakt daarbij de wijze van verdeling van de beschikbare middelen. Belangrijk is de verplichting om nadere regels te stellen over de verdeling van de beschikbare bedragen.

 

Bij de bekendmaking van de subsidieplafonds wordt gewezen op de mogelijkheid van verlaging en de gevolgen daarvan voor reeds ingediende aanvragen. Een subsidie ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.

 

Een subsidieplafond kan worden verlaagd, als:

  • het subsidieplafond wordt vastgesteld voordat de begroting voor het betrokken jaar is

  • vastgesteld of goedgekeurd;

  • de subsidieaanvragen waarop het subsidieplafond betrekking heeft, moeten worden ingediend voordat de begroting voor het betrokken jaar is vastgesteld of goedgekeurd;

  • er gewezen wordt op een mogelijke verlaging en de gevolgen daarvan voor de reeds ingediende aanvragen bij de bekendmaking van het subsidieplafond.

De verlaging van een subsidieplafond heeft in beginsel geen gevolgen voor aanvragen die vóór bekendmaking van de verlaging zijn ingediend (artikel 4:27, tweede lid, van de Awb). Dat is anders als aan de drie voorwaarden genoemd in artikel 4:28 van de Awb is voldaan:

  • aanvragen voor de desbetreffende subsidie moeten worden ingediend voordat de begroting is vastgesteld of goedgekeurd;

  • de verlaging vloeit voort uit vaststelling van de begroting;

  • de mogelijkheid van verlaging is aangekondigd bij de vaststelling van het oorspronkelijke subsidieplafond.

6. Samenspel college en raad

De raad stelt met de vaststelling van dit raamwerk en de ASV de kaders voor de uitvoering van het subsidiebeleid vast. Het college is verantwoordelijk voor de uitvoering van het subsidiebeleid. Het college neemt besluiten en regelt binnen de door de raad gestelde kaders hoe het instrument subsidie wordt ingezet om de gemeentelijke beleidsdoelen te realiseren. Op basis van de ASV is het college het bevoegde bestuursorgaan om subsidies te verlenen. De raad heeft vervolgens een controlerende rol op de uitvoering van het subsidiebeleid door het college. Daarnaast stelt de raad, vanuit het budgetrecht, de financiële kaders waarbinnen subsidies kunnen worden verstrekt.

 

De praktische uitvoering wordt grotendeels gemandateerd aan de ambtelijke organisatie. Het college blijft echter eindverantwoordelijk voor de uitvoering van het subsidieproces en voor het zorgvuldig beleggen van dit proces binnen de ambtelijke organisatie.

6.1 Informeren van de raad

De raad wil weten hoe het subsidie-instrument wordt ingezet, hoe subsidies aan doelen worden gekoppeld en of de beoogde effecten worden bereikt. Een jaarlijks gesprek over alle subsidies in detail is niet nodig. De raad ontvangt informatie via de Planning & Control (P&C) cyclus.

 

Het subsidie-instrument wordt gebruikt om de beleidsdoelstellingen te realiseren. De raad wordt vooral tijdens de beleidscyclus geïnformeerd. In de P&C-cyclus krijgt de raad informatie over de financiële aspecten van het subsidiebeleid en stelt de benodigde budgetten beschikbaar. Bij de rapportages en jaarrekeningen wordt de raad op de hoogte gebracht van financiële en belangrijke inhoudelijke afwijkingen. Eventuele bijsturingsmaatregelen kunnen door het college worden voorgesteld en door de raad worden goedgekeurd.

 

Daarnaast kan de raad periodiek in gesprek gaan met subsidieontvangers om een beter beeld te krijgen van de geleverde prestaties en hoe deze bijdragen aan de bestuurlijke doelen. Werkbezoeken zijn hiervoor de voorkeursmethode. In overleg met de griffie wordt jaarlijks bepaald welke werkbezoeken worden gepland en in de agenda’s opgenomen. De gemeente is van plan om jaarlijks een subsidiecafé te organiseren voor raadsleden en subsidiepartners die minder dan €10.000 ontvangen. De partnerbijeenkomst op 19 maart 2024 is zowel door subsidiepartners als raadsleden als zeer positief ervaren. Met dat in gedachte wordt het jaarlijkse subsidiecafé verder uitgewerkt.

 

Figuur 3: visuele weergave samenspel tussen college en raad

Aldus vastgesteld, onder gelijktijdige intrekking van de Kadernota Subsidies Hollands Kroon 2014

in de raadsvergadering van 17 oktober 2024.

De raad van de gemeente Hollands Kroon,

Griffier

J.M.M. Vriend

Voorzitter

A. van Dam

Naar boven