Verkeersbesluit voor het aanpassen van de verkeerssituatie aan De Heerlijkheid te Hendrik-Ido-Ambacht

2024-0101027

Burgemeester en wethouders van Hendrik-Ido-Ambacht;

Inleiding:

Vanaf de oplevering van de woningen aan De Heerlijkheid is voor het binnenterrein een inrijdverbod ingesteld door middel van het plaatsen van het bord C1 (gesloten in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee). Een uitzondering op dit verbod is van toepassing voor fietsers, taxi's, hulpdiensten en voertuigen hoger dan 2 meter.

Naar aanleiding van vragen en opmerkingen van bewoners is de situatie op het binnenterrein heroverwogen. Een voorstel voor aanpassing is voorgelegd aan de bewoners. Naar aanleiding hiervan is de situatie opnieuw beoordeeld en zijn opmerkingen van bewoners verwerkt in dit verkeersbesluit.

Om de verkeersveiligheid op het binnenterrein te vergroten wordt een aantal maatregelen genomen. Het binnenterrein wordt aangemerkt als woonerf en er wordt éénrichtingverkeer (met uitzondering van fietsers) ingesteld.

Op grond van artikel 15 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Gelet op:

• artikel 15, lid 1, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), ingevolge de plaatsing van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

• artikel 18, lid 1, onder d van de WVW 1994 in gevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap;

• het Algemeen Mandaatbesluit Hendrik-Ido-Ambacht 2024, vastgesteld d.d. 30 januari 2024;

• artikel 2 WVW 1994;

• het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990);

• het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW);

Motivering ten aanzien van dit besluit:

Op grond van artikel 21 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer moet het verkeersbesluit vermelden welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij moet worden aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Als ook andere van de in artikel 2, eerst en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen in het geding zijn, wordt vervolgens aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Doelstellingen en belangen

Met dit verkeersbesluit worden de volgende doelstellingen nagestreefd.

• Het verzekeren van de veiligheid op de weg;

• • o Door het aanmerken als woonerf van het binnenterrein wordt de maximumsnelheid verlaagd naar 15 km per uur;

  • o Door het aanmerken als woonerf van het binnenterrein mag niet meer geparkeerd worden op het binnenterrein;

  • o Het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) zorgt dat bestuurders elkaar niet hoeven passeren;

  • o Het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) zorgt er daarnaast voor dat een duidelijker zicht is op de toegangsweg naar het binnenterrein van De Heerlijkheid.

• Het beschermen van weggebruikers en passagiers;

• • o Door het aanmerken van het terrein als woonerf zal de gereden snelheid op het binnenterrein omlaag gaan. Dit is veiliger van alle weggebruikers.

  • o Door het instellen van het éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) wordt het zicht op de toegangsweg vergroot, wat zorgt voor een veiliger gebruik van deze toegangsweg.

• Het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

• • o Het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) op het binnenterrein van De Heerlijkheid leidt tot een verbetering van de bruikbaarheid van de weg. Dit omdat er minder gemanoeuvreerd hoeft te worden omdat er niet meer geparkeerd mag worden en mensen alleen nog motorvoertuigen uit één richting hoeven te verwachten.

• Het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van verkeer;

• • o Het aanmerken van het binnenterrein als woonerf heeft geen gevolgen voor weggebruikers, behalve dat de maximumsnelheid wordt verlaagd en er niet geparkeerd mag worden op het binnenterrein;

  • o Het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) op het binnenterrein heeft geen gevolgen voor weggebruikers;

  • o Bewoners van De Heerlijkheid kunnen een ontheffing aanvragen bij de gemeente indien zij beargumenteerd alsnog het binnenterrein met een voertuig lager dan 2 meter willen betreden.

Afwegingen bij dit besluit

Bovenstaande in acht nemend wegen we het volgende tegen elkaar af:

• Voorzien in het verzoek van bewoners om de verkeersveiligheid op het binnenterrein te vergroten;

• • o Door het binnenterrein aan te merken als woonerf wordt de maximumsnelheid verlaagd;

  • o Door het binnenterrein aan te merken als woonerf mag er niet geparkeerd worden op het terrein;

  • o Door het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) wordt het zicht op de toegangsweg naar het binnenterrein vergroot.

• Voorzien in het verzoek van bewoners het binnenterrein te kunnen betreden in uitzonderlijke gevallen;

• • o Door de mogelijkheid een ontheffing aan te vragen om het binnenterrein te betreden voor het laden en lossen van goederen van enige omvang of enig gewicht, blijft het binnenterrein toegankelijk voor bewoners.

Advies korpschef:

Overeenkomstig artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer heeft overleg plaatsgevonden met de, daartoe gemandateerde, verkeersadviseur van de politie-eenheid Rotterdam, werkzaam binnen het district Zuid-Holland-Zuid. De politie heeft bij de totstandkoming van dit verkeersadvies geconcludeerd dat door de voorgenomen maatregel de vrijheid van het verkeer, zoveel mogelijk wordt gewaarborgd, voldoende wordt bevorderd en de veiligheid op de weg wordt gegarandeerd.

Besluit:

Op basis hiervan worden met dit verkeersbesluit de volgende maatregelen genomen:

• 1. Het binnenterrein van De Heerlijkheid aan te merken als woonerf door het plaatsen van bord volgens model G5, en het einde van het woonerf door het plaatsen van bord volgens model G6 van bijlage I van het RVV 1990;

• 2. Het instellen van éénrichtingsverkeer (met uitzondering van fietsers) op het binnenterrein van De Heerlijkheid door middel van het plaatsen van bord volgens model D5 en onderbord volgens model OB02 van bijlage I van het RVV 1990;

• 3. Het bestaande inrijdverbod door middel van het geplaatste bord volgens model C1 van bijlage I van het RVV 1990, inclusief de geldende uitzonderingen (fietsers, taxi's, hulpdiensten en voertuigen hoger dan 2 meter) in stand te laten.

Bijlage:

Overzichtsafbeelding van te plaatsen borden waarmee de te nemen verkeersmaatregelen worden aangegeven.

Afbeelding plaatsing borden G5 (woonerf)

Afbeelding plaatsing borden G6 (einde woonerf)

Afbeelding plaatsing bord D5 (verplichte rijrichting, links) met onderbord OB02 (uitgezonderd fietsers)

Burgemeester en wethouders van Hendrik-Ido-Ambacht, 1 oktober 2024

Namens hen,

Mark de Vries

Teammanager Buitenruimte

Bezwaar en voorlopige voorziening

Dit verkeersbesluit met bijbehorende stukken ligt met ingang van de dag na bekendmaking gedurende zes weken, tijdens kantooruren, voor een ieder ter inzage in de publiekshal van het gemeentehuis, Weteringsingel 1 te Hendrik-Ido-Ambacht.

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan iedereen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, hiertegen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van burgemeester en wethouders van Hendrik-Ido-Ambacht, Postbus 34, 3340 AA Hendrik-Ido-Ambacht.

Het bezwaarschrift moet ten minste bevatten: naam en adres, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift is gericht en de gronden van het bezwaar. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn. Het indienen ervan is kosteloos.

Tevens bestaat de mogelijkheid om na indienden van het bezwaarschrift. Bij de voorzieningenrechter van de rechtbank, sector bestuursrecht, postbus 50954, 3007 BR Rotterdam een verzoek te doen tot het treffen van een voorlopige voorziening (waaronder schorsing), indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Voor de indiening hiervan is griffierecht verschuldigd.