Subsidiebeleid 2018 Gemeente Dongen Augustus 20173. SUBSIDIEBELEID 2018

1. INLEIDING

1.1. Aanleiding

Het huidige subsidieprogramma had een looptijd van 2013 t/m 2016 en is met een jaar verlengd tot en met 2017. Bij de vaststelling van het huidige subsidieprogramma is besloten om over te stappen naar een subsidiesystematiek die uitgaat van het subsidiëren van activiteiten. Deze ingeslagen weg willen we voortzetten en verbeteren. Om deze reden wordt nu niet ingezet op een herziening van de subsidiesystematiek, maar op de verbetering van het bestaande systeem.

De aanleiding voor deze herijking van het subsidiebeleid vinden we met name in het onderstaande:

  • Toekomstvisie 2025 Gemeente Dongen ‘Investeren in relaties’;

  • Professionalisering;

  • Transformatie sociaal domein en herijking zorgstructuur

  • Deregulering

  • Communicatievisie en inwonersparticipatie

1.2.Uitgangspunten

Op 9 maart 2017 heeft de gemeenteraad ingestemd met de 'Notitie uitgangspunten subsidiebeleid'.

Deze notitie is opgenomen in bijlage I. Samengevat zijn hierin de volgende uitgangspunten

geformuleerd.

1.3. Leeswijzer

In hoofdstuk 2 beschrijven we kort de ervaringen ten aanzien van de afgelopen subsidieperiode.

Daarnaast wordt hier stil gestaan bij participatie en treft u hier de uitkomsten van de sessies met

verenigingen aan. In hoofdstuk 3 gaan we in op het vernieuwde subsidiebeleid en hoe we de

uitgangspunten en de uitkomsten van de meedenksessies daarin meenemen. Hoofdstuk 4 gaat over

de algemene subsidieverordening. Hierin treft u een overzicht aan van de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de huidige subsidieverordening.

2. ERVARINGEN EN PARTICIPATIE

2.1.Algemeen

Cijfers

Jaarlijks zijn er in deze subsidieperiode (2013 t/m 2017) op basis van de 'Subsidieverordening

gemeente Dongen 2012' 50 tot 60 subsidies verleend, waaronder 8 BCF-contracten.1

Bezwaarschriften

In de afgelopen subsidieperiode zijn er vijf bezwaarschriften ingediend. Hiervan is één bezwaar niet

ontvankelijk verklaard. De andere vier zijn ongegrond verklaard. Van de vijf bezwaarschriften waren er

vier ingediend door een BCF-partij. Deze bezwaren hadden betrekking op het besluit om niet te indexeren in enig jaar.

Digitalisering

De eerste jaren van het afgelopen subsidieprogramma was er sprake van een papieren administratie.

In 2015 hebben we dit interne proces geëvalueerd. Dit heeft ertoe geleid dat we in 2015 en 2016

middels een LEAN-traject het interne proces verbeterd en gedigitaliseerd hebben. Met de lancering

van de nieuwe gemeentewebsite is het voortaan mogelijk om digitaal subsidie aan te vragen en te

verantwoorden. De wachttijd is verkort, doordat het college de afgelopen jaren de indieningsdatum

voor aanvragen heeft verschoven van 1 april naar 1 september. Naast het nieuwe proces is ook de

interne rolverdeling beschreven.

2.2. Participatie

In de nota 'Samen denken, samen doen' (Participatie 2017) worden drie vormen van

inwonerparticipatie onderscheiden: beleidsparticipatie, maatschappelijke participatie en

maatschappelijk initiatief.

Beleidsparticipatie

In juni 2017 hebben wij drie bijeenkomsten georganiseerd voor verenigingen en belangstellenden om

mee te denken over de herijking van het subsidiebeleid. Ongeveer 50 mensen hebben hier aan

deelgenomen. In bijlage II vindt u de uitkomsten van deze bijeenkomsten. De belangrijkste algemene

conclusies (over het huidige beleid) zijn:

  • De deelnemers zijn over het algemeen best tevreden over het subsidiebeleid;

  • De deelnemers waarderen het persoonlijk contact;

  • De deelnemers stellen de digitalisering van het proces op prijs, wel hebben de deelnemers ons enkele verbeterpunten meegegeven;

  • De deelnemers vinden het prettig om elkaar zo te ontmoeten.

Maatschappelijke participatie

Inwoners dragen bij aan de samenleving. Bij uitstek gebeurt dit in het Dongense verenigingsleven.

Een van de uitgangspunten is het behoud van het rijke en vitale verenigingsleven in Dongen met

ruimte voor innovatie. Subsidie is en blijft een instrument om gemeentelijke doelstellingen te bereiken en daarmee maatschappelijke participatie te bevorderen.

Maatschappelijk initiatief

De inwoner neemt het initiatief en de gemeente heeft vooral een faciliterende rol. In de

meedenksessies is ook de faciliterende rol van de gemeente aan bod gekomen.

Om het maatschappelijk initiatief te stimuleren heeft de raad de opdracht gegeven om de

mogelijkheden te onderzoeken van het 'Beste idee te van Dongen'. Dit is geen onderdeel van het

subsidiebeleid.

In het volgende hoofdstuk gaan we in op het vernieuwde subsidiebeleid en hoe we de uitgangspunten

en de uitkomsten van de meedenksessies daarin meenemen.

1 Beleidsgestuurde contractfinanciering

3.1 Visie

We willen dat Dongen een gemeente is en blijft waar het prettig wonen, werken en leven is. Dongen kent een rijk verenigingsleven. Subsidiebeleid is van belang om de gemeenschapszin/leefbaarheid, de vele evenementen en activiteiten en het bloeiende verenigingsleven te koesteren en voor de toekomst te behouden. We investeren in elkaar met het motto "Voor Dongen doen we dingen samen".

3.2 Rol van subsidies

Conform artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht wordt onder subsidie verstaan: de

aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde

activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde

goederen of diensten.

Subsidie is en blijft een instrument om gemeentelijke doelstellingen te bereiken. Daarmee willen we

het volgende effect bereiken:

We richten ons op het bevorderen van deze maatschappelijke participatie en het versterken van de

kracht van de samenleving. Eigen kracht en zelfredzaamheid zijn daarbij belangrijke uitgangspunten.

3.3 Vernieuwd beleid

Zoals eerder aangegeven willen we de weg die ingeslagen is met het huidige subsidieprogramma

voortzetten en verbeteren. Hieronder geven we aan op welke manier de uitgangspunten en de

uitkomsten/ideeën van de meedenksessies een vervolg krijgen in het vernieuwde subsidiebeleid.

3.4 Subsidiesoorten

In de onderstaande tabel hebben we een overzicht opgenomen van de subsidiesoorten en de

belangrijkste kenmerken.

In de 'Notitie uitgangspunten subsidiebeleid' is aangegeven dat we streven naar professionalisering

(o.a. goed opdrachtgeverschap en meer sturingsmogelijkheden) en rechtmatigheid. Dit heeft ertoe

geleid dat de algemene voorzieningen worden aanbesteed/ingekocht. Voor de overige BCF-partijen

zullen we na de komende periode overwegen om ook hier de overstap te maken naar

inkoop/aanbesteding op basis van de eerder genoemde argumenten, met name op het gebied van

rechtmatigheid.

3.5 Subsidieproces

Ter illustratie is hieronder het subsidieproces voor de jaarlijkse activiteitensubsidies afgebeeld.

4. ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

4.1 Vergelijking

In 2013 heeft de VNG een nieuwe modelverordening opgesteld. In de zomer van 2016 heeft de VNG

een update uitgebracht. Deze heeft als belangrijkste leidraad voor onze nieuwe verordening gediend.

Een vergelijking tussen de oude en nieuwe verordening is daarmee lastig te maken. Hieronder

hebben we een overzicht opgenomen van de belangrijkste veranderingen. In algemene zin geldt dat

we in vergelijking met de oude verordening artikelen hebben weggelaten die ook letterlijk vermeld

staan in de Algemene wet bestuursrecht.

4.2 Verordening

De Algemene subsidieverordening gemeente Dongen 2017 is opgenomen in bijlage III. Met het

vaststellen van deze verordening wordt de Subsidieverordening gemeente Dongen 2012 ingetrokken.

De nieuwe verordening treedt per 1 oktober 2017 in werking. Aanvragen om (incidentele) subsidie die

betrekking hebben op het jaar 2017 en ingediend zijn vóór de inwerkingtreding van deze verordening

worden afgedaan volgens de bepalingen van de Subsidieverordening gemeente Dongen 2012.

Aanvragen voor 2018 worden beoordeeld op basis van de nieuwe verordening.

4.3 Subsidieregeling

Met het vaststellen van de Algemene subsidieverordening gemeente Dongen 2017 regelt artikel 3

enkele zaken ten aanzien van de subsidiebevoegdheid, subsidieregeling en subsidieplafonds. Op

basis daarvan stelt de gemeenteraad jaarlijks de gemeentebegroting vast en daarmee het totale

subsidieplafond. Het college is bevoegd te besluiten over de verstrekking van subsidies met

inachtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen middelen. Het college bepaalt bij

subsidieregeling de subsidietypen en de wijze van verdeling van de subsidie. Het college kan

subsidieplafonds per cluster vaststellen. In dat geval bepaalt het college bij subsidieregeling welke

activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie en de wijze van verdeling van de betrokken

subsidie. In deze subsidieregeling worden de beleidsregels per cluster opgenomen. Deze worden ter inzage gelegd voor de gemeenteraad.

 

 

BIJLAGE I: NOTITIE UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEBELEID

Inleiding

In de programmabegroting 2017 is de herijking van het subsidiebeleid opgenomen. Het huidige

subsidiebeleid had een looptijd van 2013 t/m 2016 en is onlangs verlengd tot en met 2017.

In deze notitie beschrijven we de concrete aanleiding voor de herijking, de reikwijdte van het

subsidiebeleid, de uitgangspunten en tot slot het proces om de herijking te realiseren.

De aanleiding voor deze herijking vinden we in het onderstaande:

Toekomstvisie 2025 gemeente Dongen "Investeren in relaties";

Professionalisering;

Transformatie sociaal domein en herijking zorgstructuur;

Deregulering;

Communicatievisie en inwonerparticipatie.

Dongen kent een rijk verenigingsleven. Subsidiebeleid is van belang om de gemeenschapszin/leefbaarheid, de vele evenementen en activiteiten en het bloeiende verenigingsleven te koesteren en voor de toekomst te behouden.

Toelichting

  • 1.

    Toekomstvisie 2025 gemeente Dongen "Investeren in relaties"

  • In 2016 heeft de gemeenteraad de toekomstvisie 2015 gepresenteerd. Samenwerken en investeren in relaties zijn daarin de rode draad. Deze visie is uitgewerkt in de volgende pijlers:

    • Dongen leeft!

    • Dongen zorgt!

    • Veilig Dongen!

    • Dongen onderneemt!

    • Dongen dient!

  • 2.

    Professionalisering

  • Samenwerken vraagt om een verdere professionalisering van de relatie tussen gemeente en maatschappelijke (professionele) partners. De activiteiten van deze partners moeten bijdragen aan de ambities en doelen van de gemeente. Een van de opgaven is goed opdrachtgeverschap. We willen meer sturen op resultaten: van output naar outcome (maatschappelijk effecten).

  • In de Strategische Meerjarenagenda Hart voor Brabant (SMA) is opgenomen dat we de samenwerking rondom inkoop binnen het sociaal domein willen intensiveren.

  • Daarnaast willen we als organisatie professioneel, proactief, creatief en dienstverlenend zijn richting de samenleving.

  • 3.

    Transformatie sociaal domein en herijking zorgstructuur

  • De transities op het gebied van jeugd, wmo en participatie zijn een feit. Onze visie is gebaseerd op eigen kracht, zelfredzaamheid, het belang van de sociale omgeving, preventie, signalering en toereikende ondersteuning. Er wordt gewerkt vanuit het principe van één huishouden, één gezin en één regisseur.

  • Momenteel wordt gewerkt aan de doorontwikkeling ofwel transformatie van het sociaal domein.

  • Onderdeel daarvan is de herijking van de zorgstructuur. Ook hier is sprake van professionalisering van de relatie tussen gemeente en maatschappelijke partners en de relatie tussen gemeente en inwoners.

  • 4.

    Deregulering

  • Als overheid willen we bijdragen aan het verminderen van de regeldruk. Om professionele samenwerking te bewerkstelligen is het nodig om vooraf heldere afspraken te maken, daarnaast is vertrouwen essentieel. We streven naar het vergroten van efficiency en sturingskracht om daarmee de regeldruk te verminderen.2

  • 5.

    Communicatievisie en inwonerparticipatie

  • Naar aanleiding van de toekomstvisie hebben we ook een nieuwe communicatievisie opgesteld. Op basis hiervan wordt ook gekeken hoe ruimte geboden kan worden aan inwonerparticipatie.

  • 2Zoals ook is opgenomen in de Strategische Meerjarenagenda Hart voor Brabant 2016-2020 (uitvoeringsprogramma Wmo).

Reikwijdte subsidiebeleid

In de programmabegroting 2017 is in totaal afgerond € 11,4 miljoen opgenomen aan subsidies en

Inkomensoverdrachten3. De verdeling daarvan ziet er als volgt uit.

  • 1.

    Samenwerkingspartijen

  • Deze groep betreft o.a. de verbonden partijen en de gemeenschappelijke regelingen4. De bevoegdheden van college en raad zijn duidelijk beschreven in diverse governance-documenten.

  • Deze groep vormt geen onderdeel van het gemeentelijk subsidiebeleid.

  • 2.

    Inkoop

  • Op basis van het huidige subsidiebeleid wordt aan instellingen die taken/activiteiten uitvoerenwaarvan het college vindt dat deze structureel nodig zijn om de gemeentelijke doelen op langeretermijn te behalen, een basissubsidie verleend. Met deze instellingen hebben we tot nu toe een BCF-subsidie)contract afgesloten. Dit zijn o.a. de algemeen maatschappelijke voorzieningen en de MFApartners.

  • Wij streven naar professionalisering (o.a. goed opdrachtgeverschap en meer sturingsmogelijkheden) en rechtmatigheid. Op basis van de onderstaande overwegingen komen wij tot de conclusie dat subsidie niet het geschikte instrument is om dit te bereiken. We willen (in de toekomst) dan ook overgaan tot inkoop/aanbesteding.

  • Volgens de aanbestedingswet is er sprake van een overheidsopdracht;

  • Aansluiting algemene voorzieningen op maatwerkvoorzieningen (en omgekeerd) in het sociaal domein;

  • Betere samenwerking aanbieders;

  • Samenwerken met andere gemeenten;

  • Behoud vertrouwde partners versus stimuleren concurrentie;

  • Regeldruk/werkdruk.

  • Een nadere toelichting bij deze overwegingen vindt u in de bijlage bij deze notitie.

  • Algemeen maatschappelijke voorzieningen

  • We starten in samenwerking met een of meerdere gemeenten uit de (sub)regio met de volgende algemeen maatschappelijke voorzieningen: maatschappelijke werk (inclusief maatschappelijk werk voor mensen met een beperking / kwetsbare inwoners), welzijnswerk, jeugd- en jongerenwerk, ouderenwerk. Deze voorzieningen in het voorliggend veld hebben een directe link met de kosten in het sociaal domein. Dit betekent dat deze diensten geen onderdeel meer uitmaken van het nieuwe subsidiebeleid. De betrokken partners van deze algemeen maatschappelijke voorzieningen zijn eerder op de hoogte gebracht van de overweging van de gemeente om over te gaan tot inkoop/aanbesteding.

  • MFA-partners

  • Ook met de partijen op sociaal-cultureel vlak willen we overgaan tot inkoop. Met deze partijen is in het kader van de ontwikkeling van de MFA een samenwerkingsovereenkomst opgesteld waarin is opgenomen dat de gemeente met hen vanaf de opening een meerjarige subsidierelatie aangaat. Deze afspraak respecteren wij voor de aankomende periode (als uitzondering op de regel). Daarna zullen wij ook overwegen om hier de overstap te maken naar inkoop/aanbesteding op basis van de eerder genoemde argumenten met name op het gebied van rechtmatigheid.

  • Het welzijnswerk en jongerenwerk valt onder de categorie algemeen maatschappelijke voorziening en wordt uitgevoerd door ContourdeTwern. ContourdeTwen is tegelijkertijd ook een MFA partner. Omdat de link met het sociaal domein echter dusdanig groot is en omdat we aanhaken bij de gezamenlijke aanbesteding van de algemeen maatschappelijke voorzieningen met de subregio, kiezen we ervoor hier al wel over te stappen op inkoop.

  • 3.

    Bijdragen

  • Hieronder vallen bijdragen aan diverse partijen. Het gaat hier o.a. om lidmaatschappen, bijdragen aan bepaalde organisaties/platforms, bijdragen oud papier. Deze groep vormt geen onderdeel van het gemeentelijk subsidiebeleid.

  • 4.

    Subsidies

  • Uiteindelijk blijven de subsidies over. Op deze groep heeft het subsidiebeleid betrekking. Deze groep kunnen we op verschillende manieren nog verder onderverdelen.

  • Op basis van inhoud: het betreft zowel subsidies op sociaal vlak (sociaal-maatschappelijk en sociaal-cultureel5) of op het terrein van omgeving (verkeer/vervoer, cultureel erfgoed6, etc.);

  • Op basis van soort taak/activiteit: we kunnen een onderscheid maken tussen wettelijke taken7(bijvoorbeeld anti-discriminatievoorziening) en niet-wettelijke taken (sport, cultuur, etc.).

3 De inkoop Wmo, jeugd en participatie maakt hier geen onderdeel van uit. Inhoudelijk zijn deze natuurlijk wel nauw met elkaar verbonden.

4 Dit betreft: Diamantgroep, Jeugdzorg Hart van Brabant, GGD Hart voor Brabant, Zwemsport, Regio Hart van Brabant, Belastingsamenwerking West-Brabant, Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant, Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, bijdrage aan Tilburg voor ICT en archief.

5 Hieronder vallen de subsidies die verstrekt worden binnen de clusters: muziekgezelschappen, sport, koren & toneel, cultuurhistorisch erfgoed, maatschappelijke zorg, volksfeesten, sociaal-cultureel en leefbaarheid & wijk- en dorpraden.

6 De subsidies op het gebied van cultureel erfgoed zijn gericht op de instandhouding van onze gemeentelijke monumenten door het verlenen van subsidies t.b.v. onderhoud en restauratie. Deze groep is vaak duurder uit met onderhoud en restauratie, omdat er meer deskundigheid bij komt kijken, bestaande materialen, detailleringen en kleuren moeten worden toegepast. Op dit moment kent de gemeente een aparte subsidieverordening voor cultureel erfgoed. De komende periode gebruiken we om te onderzoeken of we cultureel erfgoed wel of niet aansluiten op het subsidiebeleid.

7 Wettelijke taken moeten we uitvoeren. In sommige gevallen hebben we wel invloed op hoe we deze uitvoeren. Procesmatig passen deze in het subsidiebeleid.

Uitgangspunten:

Bij de herijking van het subsidiebeleid baseren wij ons op de onderstaande uitgangspunten.

Inhoudelijk

  • Aansluiten pijlers toekomstvisie raad:

  • De subsidies gaan we indelen op basis van de pijlers uit toekomstvisie, waar nodig zal een verdere onderverdeling plaatsvinden in (nieuwe of bestaande) clusters.

  • Subsidie is een instrument om gemeentelijke doelstellingen te bereiken:

  • Wij houden daarbij vast aan het subsidiëren van activiteiten. We gebruiken subsidie om activiteiten te stimuleren. We verwachten een tegenprestatie voor daarvoor in aanmerking komende subsidies in de zin van activiteiten in de buitenruimte in de drie kernen.

  • Aansluiten bij hoofddoelstellingen sociaal domein:

  • Gebaseerd op eigen kracht, zelfredzaamheid, het belang van de sociale omgeving, preventie, signalering en toereikende ondersteuning.

  • Behoud van vitaal en rijk verenigingsleven met daarnaast ruimte voor innovatie / nieuwe initiatieven.

Financieel

  • Geen bezuiniging:

  • Er ligt geen bezuinigingsmaatregel ten grondslag aan deze herijking van het subsidiebeleid.

  • Het gaat met name om een verdere professionalisering van het subsidiebeleid.

  • Indexering:

  • De subsidieplafonds worden jaarlijks geïndexeerd.

  • Apart stimulerings-/innovatiebudget:

  • Dit willen we inzetten om innovatieve of nieuwe initiatieven vanuit de samenleving die bijdragen aan de gemeentelijke doelstellingen (tijdelijk) te steunen.

Procesmatig

  • Digitalisering:

  • Afgelopen jaar is veel geïnvesteerd in het digitaliseren van het subsidieproces. Het digitaal aanvragen en verwerken van subsidies blijft dan ook het uitgangspunt. Digitalisering draagt bij aan verdere deregulering.

  • Accountmanagement:

  • Zoals ook in de toekomstvisie staat beschreven, kan online dienstverlening een nadelig effect hebben. Er is minder direct contact met de samenleving. Om informatie op te halen en te weten wat er leeft willen we investeren in de relatie met verenigingen / stichtingen en andere initiatiefnemers.

  • Rol gemeente:

  • Afhankelijk van de mate van beleidsvrijheid en de mate van invloed (op de uitvoering) kan de rol van de gemeente worden bepaald. Daarbij kan onderscheid gemaakt worden tussen:

  • reguleren, regisseren, stimuleren, faciliteren en loslaten.

  • Op het gebied van activiteiten in de samenleving kijken we hoe we zaken (mede) mogelijk kunnen maken. De gemeente heeft dan de rol van facilitator. Faciliteren bestaat uit

  • accommoderen, subsidiëren en adviseren. Subsidie is dus een van de middelen. We kijken niet alleen hoe we de beschikbare budgetten zo goed mogelijk in kunnen zetten, maar ook hoe we op andere manieren een bijdrage kunnen leveren (zonder het initiatief naar ons toe te trekken).

  • Duurzaamheid:

  • We onderzoeken op welke wijze we duurzaamheid onderdeel kunnen maken van het

  • subsidiebeleid.

Risico's en kansen

Risico

Het wijzigen van subsidiebeleid kan onrust met zich meebrengen, omdat organisaties niet weten waar

ze financieel aan toe zijn. Formeel zijn de subsidierelaties opgezegd per 31 december 2017. Bij

eventuele grote nadelige verschillen hebben organisaties via de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

recht op een redelijke termijn voor (gedeeltelijke) afbouw van de subsidie.

Kansen

  • Op dit moment zijn alle beleidsregels hetzelfde voor alle clusters. Door meer differentiatie aan te brengen in de beleidsregels kunnen we beter aansluiten bij het gemeentelijk beleid op specifieke onderdelen.

  • Momenteel zijn organisaties voor vier jaar opgenomen in het subsidieprogramma. Mocht er budget overblijven, dan kunnen andere organisaties incidenteel subsidie aanvragen. Meer ruimte voor innovatie kan leiden tot nieuwe initiatieven.

Proces

Tijdpad

Het tijdpad voor de herijking van het subsidiebeleid ziet er globaal als volgt uit:

* Inwonerparticipatie geven we als volgt vorm. We vragen subsidieontvangers en andere belanghebbenden naar hun ervaringen en vragen hun input voor nieuw beleid. Dit verwerken we en koppelen we naar hen terug.

Organisatie

De gemeente Dongen wil in de toekomst anders omgaan met maatschappelijke opgaven.

Opgavegestuurd werken en projectmatig werken zijn werkvormen die we gaan toepassen. Bij de

herijking van het subsidiebeleid proberen we zo veel mogelijk bij deze ontwikkeling aan te sluiten.

Financiën

Het project "herijking subsidiebeleid" wordt met eigen mensen gedaan. Er wordt geen externe

expertise ingehuurd. Het opstarten van de inkoopcontracten zal wel een kleine bijdrage vragen van de

gemeente Dongen.

Communicatie

Op het gebied van communicatie sluiten we aan bij het hierboven beschreven tijdpad. We maken

gebruik van diverse communicatiemiddelen die passen bij de fase van de herijking. We vinden het van

groot belang om na de vaststelling van de kaders de betrokken organisaties en andere belanghebbenden bij het proces te betrekken.

Bijlage: inkoop/aanbesteding versus subsidie

Inkoop- en aanbestedingsbeleid gemeente Dongen

Het inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente Dongen stamt uit 2015. Onze doelstelling op

het gebied van inkoop en aanbesteding is het juridisch en inkooptechnisch rechtmatig verwerven van

noodzakelijke en kwalitatief gewenste producten, diensten en werken tegen lage integrale kosten op

langere termijn.

Subsidie

Artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht geeft de definitie van 'subsidie'. Valt een betaling

onder deze definitie (het 'subsidiebegrip'), dan is er sprake van subsidie. Het subsidiebegrip luidt als

volgt:

'De aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde

activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde

goederen en diensten.'

Uit de bovenstaande volgt dat - wanneer er sprake is van een betaling voor een opdracht - deze

betaling niet kan worden aangemerkt als een subsidieverstrekking of omgekeerd. Oftewel: opdracht

en subsidie sluiten elkaar uit.

Een hulpmiddel om te bepalen of er sprake is van subsidie is het beantwoorden van de volgende drie

vragen:

  • 1. Komt het initiatief voor een subsidieaanvraag van degene die de activiteiten verricht?

  • 2. Zijn de activiteiten gericht op derden c.q. het algemeen belang?

  • 3. Worden de activiteiten verricht door een rechtspersoon zonder winstoogmerk?

Wanneer één van deze vragen met 'nee' wordt beantwoord, is er mogelijk geen sprake van subsidie,

maar van een overeenkomst/inkoop (= betaling voor een opdracht).

De gemeente Dongen heeft in 2012 het initiatief genomen en organisaties uitgenodigd een offerte uit

te brengen / een aanbod te doen voor activiteiten waarmee de gemeentelijke doelstellingen

gerealiseerd konden worden. Met de verkozen organisaties zijn met ingang van 2013 BCF-contracten

afgesloten waarin geregeld is welke prestaties van de organisatie worden verwacht, zowel inhoudelijk

(resultaat) als kwantitatief (volume). Ook voor de aankomende (beleids)periode komt de opdracht (en

het initiatief daarvoor) van de gemeente.

Conclusie is dat de hierboven vermelde vraag 1 met 'nee' beantwoord moet worden. De gemeente

neemt het initiatief en verleent opdracht voor te leveren producten en/of prestaties.

Voor wat betreft vraag 3: de genoemde professionele organisaties hebben in alle gevallen de

stichtingsvorm als rechtspersoon en werken zonder winstoogmerk. Wel werken allen tegen een

kostendekkend tarief.

Overheidsopdracht

Volgens de Aanbestedingswet 2012 is een 'overheidsopdracht' een schriftelijke overeenkomst onder

bezwarende titel (= tegen een tegenprestatie zoals betaling) die tussen één of meer dienstverleners

en één of meer aanbestedende diensten is gesloten.

In de volgende gevallen is er sprake van een overheidsopdracht:

  • Inkoop van een levering, dienst of werk;

  • Inhuur van derden;

  • Subsidie waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • o Er is sprake van bezwarende titel;

  • o Er worden door de gemeente eisen gesteld aan de uitvoering;

  • o Er geldt een verplichting tot het uitvoeren van het werk of leveren van dienst.

  • Voor een gedetailleerde uitwerking verwijzen wij naar de Handreiking

  • Overheidsopdrachten en subsidie van de VNG of op de site www.pianoo.nl.

  • Verkoop waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • Er is sprake van bezwarende titel;

  • Er worden door de gemeente eisen gesteld aan de uitvoering;

  • Er geldt een verplichting tot het uitvoeren van het werk of leveren van dienst.

  • Concessies voor een openbaar werk of dienst:

In plaats van reguliere tegenprestatie (meestal geld) ontvangt de ondernemer het

exploitatierecht. Belangrijk hierbij is dat het exploitatierisico ligt bij de exploitant. Als dit laatste

niet het geval is, dan is er geen sprake van een concessie, maar van een gewone overheidsopdracht.

Voor de maatschappelijke professionele organisaties is er sprake van een overheidsopdracht. De

gemeente wil immers in ruil voor een financiële betaling bepaalde concrete tegenprestaties geleverd

hebben. Daarmee vallen de afspraken met de genoemde organisaties onder het regime van het

Europees - / landelijk - / gemeentelijk inkoop- en aanbestedingsbeleid.

Sturing

Op basis van inkoop / aanbesteding kan de gemeente beter sturing geven. Het leidt tot een zakelijkere relatie tussen gemeente en aanbieder.

Aansluiting algemene voorzieningen op maatwerkvoorzieningen (en omgekeerd)

Het is zeer gewenst dat de activiteiten, die uitgevoerd worden in het voorliggend veld, aansluiten bij / afgestemd worden op de aanvullende hulp en ondersteuning, die we als gemeente hebben ingekocht

bij zorgaanbieders. Er is op dit moment sprake van een overlap / een grijs gebied tussen algemene en maatwerkvoorzieningen.

Deze verbinding kan gelegd worden door de procedure voor de contractering van zowel

maatwerkvoorzieningen als algemene voorzieningen in 2017 gelijk op te laten lopen. Nieuwe

contracten krijgen daarmee dezelfde werkingsduur (2018 -2021).

Betere samenwerking aanbieders

Algemene voorzieningen zijn geen 'eilandjes' . Ze moeten elkaar en andere lokale organisaties

kennen en met elkaar samenwerken.

Het is mogelijk dat de partijen invulling geven aan die samenwerking door als consortium of

samenwerkingsband in te schrijven op één of meer onderdelen van een aanbesteding.

Mogelijke samenwerking met andere gemeenten

De inkoop van maatwerkvoorzieningen vanaf 2018 doen we gezamenlijk met de gemeenten Goirle,

Hilvarenbeek en Oisterwijk. Naar alle waarschijnlijkheid sluiten de andere gemeenten uit de regio Hart

van Brabant bij deze inkoop aan.

Het is mogelijk om ook bij de contractering van partijen in het voorliggend veld (de algemene

voorzieningen) gezamenlijk op te trekken. De meeste professionele organisaties hebben een

werkgebied dat meerdere gemeenten beslaat.

Onze verwachting is dat we - net als bij de inkoop van maatwerkvoorzieningen - verbeterslagen

kunnen maken en efficiënter kunnen werken door gezamenlijk op te trekken.

Deze mogelijkheid wordt op dit moment samen met de gemeenten Oisterwijk, Hilvarenbeek en Goirle

verder verkend.

Behoud vertrouwde partners versus stimuleren concurrentie

De gemeente kiest ervoor de inkoop te beperken tot één aanbieder, vanwege de opgebouwde relaties

/ kennis van de Dongense gemeenschap. Anderzijds biedt inkoop de mogelijkheid om meerdere

partijen in te laten schrijven, waardoor partijen genoodzaakt zijn zich te bezinnen op hun positie en

zich meer concurrerend op te stellen. Bij (langdurige) subsidierelaties is dat niet het geval.

Hoeveelheid werk / regeldruk

De hoeveelheid werk die gemoeid is met de voorbereiding van een meerjarige subsidieuitvoeringsovereenkomst

voor een professionele instelling, wijkt niet veel af van het werk dat gemoeid

is met een inkoopprocedure. Alleen gelden voor een inkoop bepaalde gestandaardiseerde

inkoopdocumenten. Inkoop en subsidie starten allebei met het opstellen van een uitgebreid

programma van eisen. De afspraken die in een contract worden neergelegd, komen grotendeels

overeen. Contractbeheer / beheer van subsidierelaties zijn eveneens te vergelijken. De eerste keer

aanbesteden kan voor de professionele maatschappelijke partners meer werk betekenen, omdat het

om een nieuwe manier gaat. Zowel bij subsidie als bij inkoop moet echter een offerte worden

ingediend.

Bij inkoop volstaat een eenvoudige procedure omdat het gaat om de inkoop van maatschappelijke diensten als bedoeld in artikel 14 Algemene aanbestedingswet. De gemeente hoeft alleen te Subsidiebeleid 2018 gemeente Dongen 17 publiceren dat ze een dienst gaat inkopen en de gegunde opdracht bekend te maken, rekening houdende met de grondbeginselen van inkoop en aanbesteding, zoals transparantie en dergelijke. Een aanbesteding is verder procedurevrij.

BIJLAGE II: UITKOMSTEN MEEDENKSESSIES SUBSIDIEBELEID

BIJLAGE III: ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE DONGEN 2017

 

Naar boven