Gemeenteblad van Amsterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2024, 125015 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2024, 125015 | beleidsregel |
Aanvullend Convenant Erfpacht 2021 (ACE2021)
Artikel 1 Toepassingsbereik en definities
Dit beleid is van toepassing op erfpachtrechten, die zijn uitgegeven door de gemeente Amsterdam aan een Corporatie onder de AB1998 of de AB1985T.
In dit beleid wordt verstaan onder:
(Erfpacht)grondwaarde: de waarde van het perceel die ten grondslag ligt aan de berekening van de canon. Deze waarde is vastgesteld op basis van de bestemming, het toegestane gebruik en de maximaal toegestane vloeroppervlakte zoals opgenomen in de erfpachtakte. Hieronder valt niet de waarde van de opstallen die op het perceel aanwezig zijn.
Samenwerkingsafspraken: De Samenwerkingsafspraken voor de volkshuisvesting voor de periode 2024 t/m 2027 (vastgesteld door het College van B&W op 12 maart 2024 ). Alsook de Samenwerkingsafspraken 2020-2023 (vastgesteld door het College van B&W op 12 november 2019).Daarnaast ook de Samenwerkingsafspraken 2015-2019 (Gemeenteblad 27 juni 2015, nr. 166/664), alsmede de Uitwerking van de Samenwerkingsafspraken, vastgesteld door de Gemeenteraad op 13 juli 2016.
Artikel 2. Werking van het ACE
Het ACE geldt voor de sloop van de bebouwing (voornamelijk sociale huurwoningen en gebouwde parkeerplaatsen) van op erfpachtrechten van Corporaties waarop de AB1985 dan wel AB1998 van toepassing zijn, ten behoeve van nieuwbouw. Deze afspraken zijn ook van toepassing ingeval van één van de onderstaande situaties:
Artikel 3. Bepaling van het Plangebied
De Gemeente en de Corporatie bepalen gezamenlijk de grenzen van het Plangebied. De Gemeente en de Corporatie bepalen gezamenlijk de grenzen van de (één of meerdere) Projecten in het Plangebied.
Artikel 4. Realisatie van woningen onder het ACE 2021
Het gemeentelijk beleid vormt het uitgangspunt voor het woningbouwprogramma binnen een plangebied.
Het beleid gedurende de collegeperiode 2018-2022 heeft als uitgangspunt dat minimaal 40% van de woningen in het sociale segment, en 40% in het middeldure segment wordt gerealiseerd. Een hoger aandeel dan 20% vrije sector wordt door de gemeente niet wenselijk geacht.
Ten aanzien van het woningbouwprogramma binnen ACE-projecten geldt het volgende:
Op projectniveau komen Gemeente en Corporatie gezamenlijk tot overeenstemming wat betreft het wenselijke en haalbare programma, rekening houdend met het gemeentelijke beleid ten aanzien van bouwen en wonen, met inachtneming van de in lid a. van dit artikel omschreven compensatie voor gesloopte Sociale huurwoningen.
De te realiseren marktwoningen kunnen desgewenst worden ontwikkeld door een derde partij. Na acceptatie van de in artikel 9 bedoelde erfpachtaanbieding worden dan de tussen de Gemeente en de Corporatie overeengekomen rechten en verplichtingen, voortvloeiende uit de geaccepteerde erfpachtaanbieding voor wat betreft het gedeelte van de overeenkomst dat handelt over marktwoningen van het project door de Corporatie aan de derde partij overgedragen ter verdere ontwikkeling van het project.
De Gemeente is gerechtigd om haar medewerking aan de (juridische) overdracht zoals bedoeld in lid g. te weigeren indien de derde partij naar haar oordeel niet (in voldoende mate) voldoet aan de eisen gesteld in de Beleidsregel Integriteit en Overeenkomsten, vastgesteld door de gemeente op 28 maart 2017
Artikel 5. Realisatie van niet-woonbestemmingen
De te realiseren niet-woonbestemmingen kunnen desgewenst worden ontwikkeld door een derde partij; na acceptatie van de in artikel 9 bedoelde erfpachtaanbieding worden dan de tussen de Gemeente en de Corporatie overeengekomen rechten en verplichtingen, voortvloeiend uit de geaccepteerde erfpachtaanbieding voor de niet-woonbestemmingen van het project door de corporatie aan de derde partij overgedragen ter verdere ontwikkeling van het project.
De Gemeente is gerechtigd om haar medewerking aan de (juridische) overdracht zoals bedoeld in lid a. te weigeren indien de derde partij naar haar oordeel niet (in voldoende mate) voldoet aan de eisen gesteld in de Beleidsregel Integriteit en Overeenkomsten, vastgesteld door de gemeente op 28 maart 2017.
Artikel 6. Grondruil en perceeluitbreiding
Indien het nieuwbouwprogramma geheel gerealiseerd wordt binnen het bestaande perceeloppervlak (uitgegeven erfpachtpercelen) van de Corporatie, dan vindt afrekening van de bestemmingswijziging van het erfpachtrecht volledig plaats op basis van ACE-afkoopsommen zoals weergegeven in artikel 10 en 11.
Om tot optimale planvorming te komen, kunnen partijen overeenkomen dat grondruil plaatsvindt binnen een plangebied of project. De grondruil kan plaatsvinden tussen Gemeente en de Corporatie en tussen Corporaties onderling. Bij grondruil kunnen bestemmingen en erfpachtvoorwaarden die voor de verschillende percelen gelden, worden “meegenomen” over de perceelgrenzen heen.
Voor de perceeloppervlakte die onder grondruil valt, gelden de ACE-afkoopsommen zoals weergegeven in artikel 10 en 11, indien:
De omvang van het in erfpacht uitgegeven perceel per saldo wel toeneemt, maar de footprint van de nieuwe bebouwing niet groter is dan 130% van de footprint van de oude bebouwing, èn de footprint van de bebouwing met maximaal 500 m2 perceel toeneemt door de herontwikkeling. Hierbij gelden de volgende randvoorwaarden:
Artikel 8. Juridische uitwerking
De sloop en nieuwbouw wordt ten aanzien van de erfpacht als volgt vormgegeven:
De Gemeente heeft de voorkeur dat bestaande erfpachtrechten worden beëindigd door middel van afstand door de Corporatie om niet, onder voorbehoud van direct opvolgende verkrijging van nieuw gevestigde erfpachtrechten. Deze nieuw gevestigde erfpachtrechten worden door de Gemeente bij voorkeur voorgesplitst uitgegeven. Onder voorgesplitst uitgeven wordt in casu verstaan: het splitsen door de Gemeente van het vol eigendom (van het perceel met daarop te realiseren opstallen) in appartementsrechten, gevolgd door uitgifte in erfpacht door de Gemeente aan de Corporatie.
De Gemeente doet een erfpachtaanbieding, waarin alle afspraken zijn opgenomen, waaronder hetgeen in de artikelen 10, 11 en 12 is bepaald. Na acceptatie van de erfpachtaanbieding, en na bestuurlijke goedkeuring, is de Corporatie gehouden om:
Artikel 10. De bepaling van de afkoopsom
De in artikel 9 onder a bedoelde afkoopsom is – in prijspeil 2021, met inachtneming van het bepaalde in artikel 11 – opgebouwd uit:
een bedrag van 50% van de grondprijs conform het gemeentelijke Grondprijsbeleid voor iedere nieuw gerealiseerde parkeerplaats ten behoeve van andere dan Sociale huurwoningen (alleen voor zover het aantal nieuwe parkeerplaatsen het aantal parkeerplaatsen, bedoeld in lid b. overstijgt), met een minimum van € 1.864 per parkeerplaats.
Er geldt voor de afkoopsom een minimumbedrag van € 5.101 per nieuw gerealiseerde woning, die alleen in werking treedt in het geval dat het onder ACE-afkoopsommen te realiseren programma leidt tot een lagere grondprijs per woning dan € 5.101, alsmede € 83 per m2 bvo niet-wonen, alsmede € 1.864 per parkeerplaats.
Indien de canon, op het moment van erfpachtwijziging, nog is afgekocht tot minimaal 50 jaar na de datum van de erfpachtwijziging, kan het lopende tijdvak gehandhaafd blijven. In dat geval wordt het bedrag, bedoeld in lid a., b. en c. van dit artikel niet meegenomen in de berekening van de afkoopsom. In dat geval worden de bedragen, bedoeld in lid a., b. en c. van dit artikel, in mindering gebracht op het in lid k. van dit artikel bedoelde bedrag.
Artikel 11. Nadere bepalingen inzake de afkoopsom
Ten aanzien van de in artikel 10 bedoelde afkoopsom geldt voorts:
Indien de canon voor het lopende tijdvak van het bestaande erfpachtrecht is afgekocht (en er geen sprake is van de in artikel 8 lid b. bedoelde situatie), wordt de restantwaarde van de betaalde afkoopsom verrekend met de te betalen afkoopsom voor het eerste tijdvak van het nieuwe erfpachtrecht. Hierbij geldt, dat de te verrekenen restantwaarde ten hoogste gelijk is aan de som van de onder artikel 10 leden a., b. en c. bedoelde bedragen.
Voor het gewijzigde, dan wel nieuw aangevangen tijdvak stelt de Gemeente een canon vast, die wordt berekend als een percentage van de Erfpachtgrondwaarde. Deze Erfpachtgrondwaarde wordt ontleend aan de berekening zoals bedoeld in artikel 10, met inachtneming van het bepaalde in artikel 11.
Artikel 13. Inrichting openbare ruimte
De kosten ten behoeve van de inrichting van eventuele openbare ruimte binnen de grenzen van het erfpachtrecht, komen voor rekening van de Corporatie.
Kosten ten behoeve van de inrichting van openbare ruimte buiten de grenzen van het erfpachtrecht, komen voor rekening van de Gemeente.
Ten behoeve van de fiscale afwikkeling van de grondlevering spreken de Gemeente en de Corporaties af, dat per Project bezien wordt, op welke wijze de gronden worden geleverd.
Artikel 15. Geldigheidsduur van het ACE 2021 en evaluatie
Het ACE 2021 is geldig vanaf datum publicatie t/m 31 december 2027.
De Gemeente en Corporaties evalueren het ACE 2021 in 2027. De uitkomst(en) van de evaluatie kan door Gemeente en Corporaties worden gebruikt als input voor nieuwe prestatieafspraken, waarbij een verlenging van het ACE-2021 één van de mogelijkheden is.
Artikel 16. Onvoorziene omstandigheden
Partijen treden met elkaar in overleg op het moment dat de uitvoering van het ACE 2021 onhaalbaar dreigt te worden door:
die op het moment van het vaststellen van het ACE 2021 niet voorzienbaar waren.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-125015.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.