Collegebesluit tot eerste wijziging van het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veenendaal;

 

Overwegende dat

op grond van interne en externe feedback aanpassingen en verbeteringen kunnen worden doorgevoerd van een aantal al bestaande punten zodat er een betere verdeling tussen de thema’s ontstaat;

 

Gelet op

op de Omgevingsvisie Veenendaal;

 

Besluit

vast te stellen de Regeling tot eerste wijziging van het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal

 

Artikel I Wijziging regeling

Het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal wordt als volgt gewijzigd.

 

  • A.

    In de tweede alinea van hoofdstuk 2 wordt:

    • a.

      de tekst ‘Voor ontwikkelingen onder de 750 m2 bruto vloeroppervlak zijn geen punten benodigd.’ vervangen door: Voor ontwikkelingen onder de 750 m2 bruto vloeroppervlak zijn geen punten per thema benodigd, maar geldt er wel een minimaal aantal punten voor het totale puntensysteem.;

    • b.

      wordt na de zinsnede ‘bij transformatie wordt maatwerk per ontwikkeling geleverd.’ de tekst ingevoegd: Ook moet rekening gehouden worden met het feit dat de Inrichtingseisen Veenendaalse openbare ruimte (verder IVOR) leidend zijn wanneer maatregelen in de openbare ruimte worden uitgevoerd.

       

  • B.

    In de tabel van hoofdstuk 2 wordt:

    • a.

      voor ‘Kleine ontwikkelingen’ een nieuwe rij ingevoegd:

      Kleine ontwikkelingen

      | <750 m2 bruto vloer

      n.v.t.

      n.v.t.

      n.v.t.

      n.v.t

      n.v.t.

      n.v.t

      10

    • b.

      wordt in de tweede rij na het woord ‘Kleine’ ingevoegd: tot middelgrote;

    • c.

      wordt in de derde rij na het woord ‘Middelgrote’ ingevoegd: tot grote;

       

  • C.

    In de derde alinea van hoofdstuk 2 vervalt de tekst ‘Voor ontwikkelingen onder de 750 m2 zijn in bovenstaande tabel geen mini- male punten benoemd. Dit betekent niet dat het puntensysteem niet geldt. Voor deze ontwikkelingen wordt maat- werk toegepast (zie hoofdstuk 4). Het puntensysteem wordt gebruikt als leidraad voor de verdere uitwerking van het plan.’

     

  • D.

    In de tabel van hoofdstuk 3 wordt:

    • a.

      in de 21e rij het woord ‘appartementen’ vervangen door: woningen, vervalt de zinsnede ‘op het balkon’ en vervalt de zin ‘Deze maatregel kan alleen toegepast worden als het plan (ook) appartementen bevat.’;

    • b.

      vervalt de 24e rij met de zinsnede ‘Geveltuintjes per 10 m2’.

       

  • E.

    In paragraaf 3.2 wordt in de eerste alinea:

    • a.

      na de zinsnede ’tellen mee voor het puntenaantal.’ een nieuwe zin ingevoegd: Over de kosten van het beheer en onderhoud worden nadere afspraken gemaakt.;

    • b.

      de zinsnede ‘kleine ontwikkelingen’ vervangen door: klein tot middelgrote ontwikkelingen.

       

  • F.

    In de tabel van paragraaf 3.2:

    • a.

      wordt in de eerste rij de zin ‘straatplek ontmoeten’ vervangen door: Straatplek, buurtplek, ontmoetingsplek, steunplek, bovenwijkse plek en wordt de zin ‘Conform de staalkaart voor ‘straatplek ontmoeten’ van de gemeente Veenendaal’ vervangen door: Conform de staalkaarten in het themaprogramma BOSS.

    • b.

      vervalt de tweede rij met de zinsnede ‘Straatplek spelen’.

       

  • G.

    In de tabel van paragraaf 3.3.

    • a.

      vervalt de zevende rij met de zinsnede ‘Voldoende laadvoorzieningen voor elektrische auto’s van 11 kW (of meer)’;

    • b.

      worden na de rij met de zinsnede ‘MPG = 0,65’ de volgende rijen ingevoegd:

      Hoogwaardige herinzet van restmateriaal uit sloop

      2

      Bij sloop van gebouwen komt veel materiaal vrij, dat vaak laagwaardig wordt ingezet. Bijvoorbeeld als fundering. Hoogwaardig hergebruik wil zeggen het 1 op 1 hergebruiken van materialen, zonder verdere bewerking. Om het aantal punten te behalen, moet de hoogwaardige herinzet via een verificatie Circulair Sloopproject of een BREEAM score worden aangetoond.

      Omgang restmateriaal bouw

      1

      Bij realisatie van gebouwen ontstaat bouwafval: puin

      en overig afval. Na nascheiding wordt dit laagwaardig

      hergebruikt i.p.v. hoogwaardig. Hiermee wordt inzichtelijk

      in welke mate restmaterialen tijdens de bouw opnieuw

      wordt ingezet en welke maatregelen zijn getroffen

      om restmateriaal te voorkomen.

      Verificatie: Berekening percentage bouwafval t.o.v.

      totale bouw. Aantoonbare afspraken met afnemers

      en verwerkers, waaruit blijkt wat de bestemming van

      bouwafval is. Een overzicht van herbruikbare materialen

      met bestemming.

      Minimaal 30% (in kg) van de toegepaste materialen heeft een non-virgin of biobased herkomst.

      Als de herkomst binnen Regio Foodvalley is.

      2

      +2

      Hergebruik van bestaande materialen voorkomt de nieuwe productie ervan. Hierdoor zijn minder grondstoffen nodig en is er sprake van een lagere C02 uitstoot.

      Door het gebruik van biobased bouwmaterialen, wordt er C02 vastgelegd. Berekening vindt plaats op basis van de Building Circularity Index of een eigen berekening, op basis van de meest actuele versie van de

      Leidraad Meten van circulariteit (CB’23).

      Demontabel bouwen met een minimale losmaakbaarheidsindex van 0,4.

      2

      Door demontabel te bouwen, is er een hoge mate van

      losmaakbaarheid. Hierdoor kunnen materialen hoogwaardig

      worden hergebruikt. Berekening vindt plaats op basis van de Building Circularity Index of een eigen berekening op basis van de Leidraad Circular Buildings:

      een meetmethodiek voor losmaakbaarheid.

      Het inzetten van emissieloos of emissiearm materieel tijdens de bouw.

      2

      Het betreft hier de voor het werk te gebruiken mobiele werktuigen (zoals generatoren, hijskranen, grondverzet- en graafmachines, hoogwerkers, etc.). De voor het werk te gebruiken mobiele werktuigen hebben een Stage V norm. Dit moet worden aangetoond door elk werktuig dat op de bouwplaats wordt gebruikt op een lijst aan te leveren, met de daarbij behorende emissienorm

      en overige relevante kenmerken (zoals merknaam, kenteken, chassisnummer en type). Zie ook de Handreiking Aanbesteden zero-emissie bouwmaterieel

      (Buyer group, juni 2022).

      Woningen met een parkeervak op eigen terrein hebben leidingdoorvoeren tot aan de opstelplek.

      3

      Het realiseren van laadpalen voor minimaal 10% van de parkeerplaatsen op particulier terrein.

      3

  • H.

    In de tabel van paragraaf 3.5 wordt:

    • a.

      na de eerste rij een nieuwe rij ingevoegd:

      Er dient minimaal 25 mm waterberging te worden gerealiseerd over het totaal verharde oppervlakte binnen het plangebied.

      verplicht

      Verplicht. Voor kavels met onbekende verharding wordt uitgegaan van 50% verharding van de kavel.

    • b.

      in de derde rij wordt beide keren ‘(10 mm)’ vervangen door: (20 mm);

 

Artikel II Overgangsrecht

  • 1.

    Als vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling een aanvraag om vergunning/ontheffing op grond van het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal is ingediend waarop nog niet beslist is, wordt daarop het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal toegepast zoals dat gold voor de inwerkingtreding van deze regeling.

  • 2.

    Op bezwaarschriften gericht tegen een beschikking op een aanvraag om vergunning/ontheffing wordt beslist met toepassing van het Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal zoals deze gold voor de inwerkingtreding van deze regeling.

 

Artikel III Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

 

Artikel IV Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: 1e wijziging Puntensysteem Omgevingsvisie Veenendaal.

 

 

 

Vastgesteld in de vergadering van 11 oktober 2022

 

mevrouw drs. S.M. Deelstra

secretaris

 

de heer K.J.G. Kats

burgemeester

 

Naar boven