RECTIFICATIE Besluit tot wijziging van Beleidsregels toezicht & handhaving kwaliteit kinderopvang gemeente Utrecht

Deze rectificatie vervangt het Besluit tot wijziging van Beleidsregels toezicht & handhaving kwaliteit kinderopvang gemeente Utrecht (besluit van 22 maart 2022 door Burgemeester en Wethouders), dat is gepubliceerd op 29 maart 2022 , Gemeenteblad 139052 .

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht,

  • Gelet op artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht in samenhang met de artikelen 1.61 lid 1, 1.65 lid 1, 1.66 en 1.72 lid 1 Wet kinderopvang);

 

Overwegende dat de resultaten van een kleinschalige verkenning en een werkconferentie met alle houders van kinderopvangcentra in Utrecht aanleiding geven in de beleidsregels enkele wijzigingen voor te stellen en actuele wijzigingen in de relevante wetgeving te verwerken

 

besluiten de Beleidsregels toezicht & handhaving kwaliteit kinderopvang gemeente Utrecht als volgt te wijzigen:

 

 

 

Artikel I

De Beleidsregels toezicht & handhaving kwaliteit kinderopvang gemeente Utrecht worden als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    Paragraaf 1.4 eerste alinea komt te luiden:

Zowel Inspectie Kinderopvang, houders als ouders hechten aan goede, veilige en gezonde kinderopvang. Het college realiseert zich dat alleen toezicht en handhaving op basis van wet- en regelgeving geen garantie is voor kwalitatief goede kinderopvang. De kwaliteit van de kinderopvang is een gezamenlijke verantwoordelijkheid waar vanuit verschillende perspectieven een bijdrage aan kan worden geleverd. De Inspectie Kinderopvang hanteert daarom een dialooggerichte wijze van werken.

 

  • B.

    Paragraaf 3.1, derde alinea komt te luiden:

  • Met uitzondering van het nader onderzoek in het kader van de handhaving stelt de toezichthouder de houder in de gelegenheid van het conceptrapport kennis te nemen en daarop een zienswijze te geven. De toezichthouder neemt deze zienswijze op in het rapport, stelt het vervolgens vast en publiceert het in het LRK. Deze werkwijze is vastgelegd in door het Ministerie vastgestelde beleidsregels.

 

  • C.

    De bestaande tekst van alinea zeven en acht van paragraaf 4.2.1 vormen een nieuwe paragraaf, genummerd paragraaf 4.2.2 luidende ‘Geen herstellend traject’.

 

  • D.

    Paragraaf 4.2.2 wordt vernummerd tot paragraaf 4.2.3

 

  • E.

    Paragraaf 4.3, derde alinea komt te luiden:

  • Bij de volgende overtredingen met een hoge prioriteit in het Afwegingsoverzicht wordt in beginsel altijd een bestuurlijke boete opgelegd, het betreft:

 

  • • Het niet voldoen aan de eisen ten aanzien van de administratie van gegevens;

  • • De overtreder exploiteert een niet-geregistreerde kinderopvangvoorziening;

  • • Het niet of onvoldoende naleven van een exploitatieverbod;

  • • Het niet of onvoldoende medewerking verlenen aan de toezichthouder;

  • • Het niet opvolgen van een bevel van de toezichthouder.

 

  • Voor een aantal overtredingen geldt dat een bestuurlijke boete zal worden opgelegd bij herhaalde constatering van dezelfde overtreding binnen 24 maanden bij dezelfde houder. Het gaat om de volgende vier overtredingen:

 

  • • Het niet voldoen aan de eisen ten aanzien van een verklaring omtrent gedrag (VOG) en het Personenregister kinderopvang (PRK);

  • • Het niet voldoen aan de eisen ten aanzien van de beroepskwalificatie;

  • • Het niet voldoen aan de eisen van beroepskracht-kind ratio (BKR);

  • • Het niet onverwijld doorgeven van wijzigingen ten behoeve van het LRK.

 

  • Bij de eerste overtreding wordt handhavend opgetreden door de houder een schriftelijke waarschuwing te sturen. Hierin wordt de houder gewaarschuwd dat een volgende constatering van dezelfde overtreding binnen 24 maanden in beginsel zal worden bestraft met een bestuurlijke boete. De waarschuwing geldt nadrukkelijk op houderniveau. Als binnen 24 maanden op dezelfde of een andere locatie van de gewaarschuwde houder een overtreding wordt geconstateerd volgt direct een bestuurlijke boete.

 

  • F.

    Boven de bestaande tekst van alinea acht van paragraaf 4.3 wordt een nieuwe tussenkop ingevoegd, luidende ‘Berekening bestuurlijke boete’.

 

  • G.

    In paragraaf 4.3 wordt na de negende alinea een nieuwe alinea ingevoegd, luidende:

Het college matigt ambtshalve de bestuurlijke boete wegens het niet voldoen aan de eisen van beroepskracht-kind ratio (BKR) met 50% als de bestuurlijke boete wordt opgelegd wegens een overtreding die korter duurt dan de helft van de opvangduur.

 

  • H.

    Paragraaf 4.4 Handhaving voorschoolse educatie vervalt.

 

  • I.

    Paragraaf 4.5 Gedoogbeleid ouderparticipatiecrèches vervalt.

 

  • J.

    In paragraaf 4 vervallen de paragrafen 4.4 en 4.5 en worden de paragrafen 4.6 en 4.7 vernummerd tot paragraaf 4.4 en 4.5.

 

  • K.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Exploitatie zonder toestemming college van B en W’ wordt als volgt gewijzigd:

  • a.

    De tekst van de regeling zal luiden:

  • Een kindercentrum, een gastouderbureau of een voorziening voor gastouderopvang wordt niet in exploitatie genomen voordat een onderzoek door de Inspectie Kinderopvang heeft plaatsgevonden waaruit blijkt dat de exploitatie redelijkerwijs zal plaatsvinden in overeenstemming met de bij of krachtens de artikelen 1.48d, tweede en derde lid, 1.49 tot en met 1.59, 160a en 1.60c gestelde regels uit de Wet kinderopvang.

    • b.

      Het boetebedrag van ’20.500’ wordt vervangen door ’22.500’.

 

  • L.

    De tekst van de regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Onverwijld melden wijzigen aan het college’ wordt gewijzigd en zal luiden:

De houder van een kindercentrum of van een gastouderbureau doet van een wijziging in de daartoe aangewezen gegevens onverwijld mededeling aan het college, nadat deze wijziging hem bekend is geworden. Hierbij verzoekt de houder de gegevens te wijzigen.

 

  • M.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Administratie’ wordt als volgt gewijzigd:

  • a.

    De tekst van de regeling wordt als volgt gewijzigd:

    • 1.

      Kolom 1, rij 2:

  • De tekst in deze cel wordt gewijzigd en zal luiden

De administratie is zodanig ingericht dat op verzoek tijdig gegevens kunnen worden verstrekt.

  • 2.

    Kolom 1, rij 3:

  • De tekst in deze cel wordt ingevoegd en zal luiden

De administratie is compleet.

  • b.

    De prioriteit van de regeling in rij 1 en rij 2 luidt ‘Hoog’

  • c.

    Het boetebedrag voor de regeling in rij 2 is ’ € 1.000’

 

  • N.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Kinderdagverblijf / Voorschoolse educatie’ wordt als volgt gewijzigd:

  • a. De tekst van de regeling wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. Kolom 1, rij 1:

  • Aan de opsomming in deze cel wordt een nieuw lid ingevoegd .

  • - de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de verplichting tot inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker en hoe daarmee de kwaliteit van de voorschoolse educatie wordt bevorderd.

  • 2. Kolom 1, rij 2:

  • De tekst in deze cel wordt gewijzigd en zal luiden:

  • De houder van een kindercentrum waar voorschoolse educatie wordt aangeboden, stelt jaarlijks voor elke locatie voorschoolse educatie een opleidingsplan vast dat in elk geval tot uitdrukking brengt op welke wijze de kennis en vaardigheden van de beroepskracht voorschoolse educatie met betrekking tot de kennis en vaardigheden, worden onderhouden. De houder geeft op concrete en toetsbare wijze uitvoering aan het opleidingsplan, evalueert het plan jaarlijks en stelt het plan aan de hand van de evaluatie zo nodig bij.

  • 3. Kolom 1, rij 3:

  • De tekst in deze cel wordt gewijzigd en zal luiden:

  • Het aanbod voorschoolse educatie is zodanig ingericht dat een kind het wettelijk voorgeschreven aantal uren aan voorschoolse educatie kan ontvangen.

 

  • O.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Inrichting administratie voorschoolse educatie’ vervalt.

 

  • P.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Werkzame ouders OPC’s’ vervalt.

 

  • Q.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Passende beroepskwalificatie of deskundigheidseisen / Algemeen’ wordt als volgt gewijzigd:

    • 1.

      Kolom 1, rij 1:

  • De tekst in deze cel wordt gewijzigd en zal luiden:

  • Beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende opleiding.

    • 2.

      Kolom 1, rij 2:

  • De tekst in deze cel wordt gewijzigd en de eerste zin van de regeling zal luiden:

  • De inzet van beroepskrachten in opleiding en stagiairs geschiedt overeenkomstig de voorwaarden opgenomen in de meest recent aangevangen cao Kinderopvang met dien verstande dat gedurende de dagopvang maximaal een derde deel van het totaal minimaal aantal op het kindercentrum in te zetten beroepskrachten, bestaat uit beroepskrachten in opleiding of stagiairs.

 

  • R.

    De tekst van de regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Passende beroepskwalificatie pedagogisch beleidsmedewerker’ wordt als volgt gewijzigd en zal luiden:

  • Pedagogisch beleidsmedewerkers beschikken over een voor de werkzaamheden passende opleiding.

 

  • S.

    De tekst van de regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Passende beroepskwalificatie / Meertalige opvang ’ wordt als volgt gewijzigd en zal luiden:

  • Beroepskrachten meertalige buitenschoolse opvang beschikken over een voor de werkzaamheden passende opleiding.

 

  • T.

    De regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Inrichting administratie beroepskwalificatie, getuigschrift, certificaat vervalt.

 

  • U.

    Aan de regeling in het Afwegingsoverzicht dagopvang / buitenschoolse opvang / gastouderopvang / gastouderbureau onder de kop ‘Inzet pedagogisch beleidsmedewerker’ worden twee nieuwe rijen toegevoegd met als tussenkop ‘Voorschoolse Educatie’ en als volgt gewijzigd:

    • 1.

      Na de tussenkop wordt een nieuwe rij toegevoegd waarvan de tekst zal luiden:

  • Onverminderd de bij of krachtens artikel 1.50 van de Wet kinderopvang voorgeschreven inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker ten behoeve van de kinderopvang, zet de houder van een kindercentrum waar voorschoolse educatie wordt aangeboden een pedagogisch beleidsmedewerker in ten behoeve van de verhoging van de kwaliteit van de voorschoolse educatie.

    • 2.

      Aan de regeling wordt een nieuwe rij toegevoegd waarvan de tekst zal luiden:

  • De houder bepaalt jaarlijks de inzet per kindercentrum van het minimaal aantal uren per jaar, dat jaarlijks wordt bepaald door het aantal kinderen waaraan in het kindercentrum op 1 januari van het betreffende jaar voorschoolse educatie wordt aangeboden te vermenigvuldigen met tien uur.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

 

 

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 22 februari 2022.

De burgemeester

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Gabrielle G.H.M. Haanen

Naar boven