Gemeenteblad van Rheden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rheden | Gemeenteblad 2020, 210361 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rheden | Gemeenteblad 2020, 210361 | Beleidsregels |
Beleidsregel Uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014
Onvoldoende regie en coördinatie bij aanleg van kabels en leidingen kan leiden tot inefficiënte werkprocessen en onnodige werkzaamheden. Zo kan (financiële) schade voortkomen uit onnodige verleggingen, het tijdens de uitvoering steggelen over verantwoordelijkheden tussen netbeheerders en slechte bereikbaarheid voor de omgeving (maatschappelijke schade). De gemeente Rheden, in haar functie als beheerder van de openbare ruimte, voeren de regie en coördinatie bij aanleg van kabels en leidingen. Voor een goede uitoefening van deze taken heeft de betrokken afdeling van de gemeente Rheden de “uitvoeringsvoorschriften ondergrondse Infrastructuur gemeente Rheden 2014” , ontwikkeld. De uitvoeringsvoorschriften worden door de Gemeente Rheden van toepassing verklaard in alle gevallen waarin de Gemeente Rheden , al dan niet op grond van een geldende verordening, overeenkomst of regeling, vergunning, instemmingbesluit of toestemming verleent voor werkzaamheden aan of ten behoeve van ondergrondse infrastructuur.
Doel van uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014 is:
Het bereiken en handhaven van deze doelstellingen wordt ondersteund door gedetailleerd uitgewerkte, uniforme voorbereidings- en uitvoeringsvoorschriften ten behoeve van alle werken in het openbare gebied van de Gemeente Rheden.
Hiertoe worden nadere eisen gesteld aan de gegevens die moeten worden verstrekt bij aanvragen van een vergunning c.q. instemming en worden nadere voorwaarden gesteld aan het voorbereiden en uitvoeren van werken in het beheergebied van de gemeente Rheden. De Uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014 zijn van toepassing op alle leidingen, zowel buisleidingen als kabels en is derhalve bedoeld voor alle partijen die werkzaam zijn in de graafketen (netbeheerders van leidingen, bedrijven in de Grond- Weg- en Waterbouw (GWW), projectontwikkelaars etc.).
Binnen de gemeentegrens van de gemeente Rheden zijn medewerkers gemandateerd om namens het College van Burgemeester en Wethouders vergunning c.q. instemming te verlenen. De vergunning-/instemmingverlening is het gemeentelijke instrument om zorg te dragen voor de veiligheid, de beperking van overlast, het voorkomen van schade en het borgen van de kwaliteit van de openbare ruimte.
Het verband tussen de wetten, verordeningen en uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014 kan in rangbepaling als volgt worden weergegeven:
In de praktijk kan er een rolverdeling bestaan tussen beheerder – vergunninghouder – opdrachtgever en grondroerder. Ook kan het zijn dat deze rollen door één en dezelfde partij worden vervuld. Voor de Gemeente Rheden is echter alleen de vergunninghouder zowel financieel, operationeel als juridisch te allen tijde aansprakelijk en verantwoordelijk voor het (doen) opvolgen van de bepalingen in het Uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014. Dit ongeacht hoe de relatie tussen vergunninghouder enerzijds en een eventuele beheerder, opdrachtgever en grondroerder anderzijds is. De Gemeente Rheden behoudt zich echter het recht voor om in dringende gevallen handhavingsmaatregelen rechtstreeks met de grondroerder af te handelen en de vergunninghouder pas later daarvan in kennis te stellen.
Het College van Burgemeester en Wethouders of de betrokken afdeling, die krachtens mandaat bevoegd is namens het College op te treden.
De coördinator kabels en leidingen van de betrokken afdeling.
De opzichter kabels en leidingen van de betrokken afdeling.
Degene die als natuurlijk persoon handelende in de uitoefening van een beroep of een bedrijf dan wel als rechtspersoon een kabel- c.q. buisleidingennet beheert. In het kader van dit handboek is de beheerder ook degene die in het bezit is van alle benodigde wettelijke concessies, OPTA registraties en overige noodzakelijke documenten ten behoeve van het rechtsgeldig leggen, hebben en onderhouden van kabels en/of leidingen.
De natuurlijke persoon of rechtspersoon, in de regel een (net)beheerder, aan wie de Gemeente Rheden vergunning, instemming of toestemming heeft verleend voor het leggen, hebben, houden, onderhouden etc. van ondergrondse infrastructuur in gemeentegrond. Een derde partij kan optreden namens de beheerder in het vergunningaanvraagproces, mits rechtsgeldig en voldoende door deze gemandateerd.
De natuurlijke persoon of rechtspersoon die aan de Gemeente Rheden vergunning, instemming of toestemming verzoekt voor het leggen, hebben, houden, onderhouden etc. van ondergrondse infrastructuur in gemeentegrond. Een derde partij kan als aanvrager optreden namens de beheerder in het vergunningaanvraagproces, mits rechtsgeldig en voldoende door deze gemandateerd.
De natuurlijke persoon of rechtspersoon die opdracht geeft tot het uitvoeren van een werk waarbij graafwerkzaamheden worden verricht. Een derde partij kan als opdrachtgever optreden namens de beheerder in het realisatieproces, mits rechtsgeldig en voldoende door beheerder en vergunninghouder gemandateerd.
De natuurlijke persoon of rechtspersoon onder wiens verantwoordelijkheid of leiding de feitelijke (graaf)werkzaamheden worden verricht. Een derde partij kan onder de vlag van de grondroerder het feitelijke werk uitvoeren in het realisatieproces, mits rechtsgeldig en voldoende door beheerder, opdrachtgever en vergunninghouder gemandateerd.
Een gewaarmerkte tekening die de gerealiseerde ligging aangeeft, welke leidingen gelegd zijn in X-, Y- en Z-coördinaten volgens het RD-stelsel alsmede hoeveel leidingen gelegd zijn in een sleuf(deel).
Het met behulp van een sleufloze techniek maken van een holle ruimte in de grond zonder daarbij de omringende grondslag te verwijderen.
Holle buis voor het doorstromen van gassen of vloeistoffen, bestemd om hetzij een gas of een vloeistof te transporteren, hetzij een vloeistof als intermediair te gebruiken voor het transport van warmte of een opgelost of verpulverd product. Een voorziening ten behoeve van het inblazen en omvatten van (glasvezel)kabel is geen buisleiding maar wordt gelijkgesteld aan een leiding.
Een incident met voor de omgeving mogelijke grote gevolgen, die niet zelfstandig kunnen worden afgewikkeld en waarbij gecoördineerde inzet van hulpverleningsorganisaties en diensten van verschillende disciplines is vereist om de gevolgen te beperken.
Het terugbrengen van de verhardingsmaterialen op een vakkundige wijze in zijn oorspronkelijk verband.
Wegen en wateren, inclusief fietspaden, voetpaden, trottoirs, bermen, plantsoenen en parken, die in eigendom of beheer zijn bij de Gemeente Rheden.
Verhardingsconstructie bestaande uit een bitumen, cement of kunststof gebonden materiaal.
De locatie waar graafwerkzaamheden worden verricht.
Het handmatig en/of mechanisch verrichten van werkzaamheden in de ondergrond.
Afsluitbare ondergrondse holle behuizing voor het onderbrengen van voornamelijk telecommunicatie appendages of apparatuur met toegangsluik onder de verharding of op maaiveldniveau. Moet altijd toegankelijk blijven.
De verbinding tussen een distributieleiding en de installaties in een perceel/pand.
Instantie de uitvoering geeft aan de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION) en het voorkomen van graafschade als doelstelling heeft alsmede zorgdraagt voor de uitwisseling van kabel- en leidinggegevens.
Kabels en leidingen met toebehoren.
Het aanbrengen, leggen, onderhouden, omleggen, vernieuwen, herstellen en verwijderen van ondergrondse infrastructuur en het verrichten van de hierbij behorende werkzaamheden.
Gegevens over de werkelijke plaats van een leiding, zoals deze op het moment van vaststelling visueel waarneembaar en controleerbaar zijn.
Sleuven met over het algemeen beperkte afmetingen, die worden gemaakt ten behoeve van de toegang tot een handhole, het opgraven van een kabelrol ten behoeve van klantaansluitingen, het maken van aftakkingen, voor het herstellen van kabels c.q. leidingstoringen of voor inspectiedoeleinden.
Een of meer ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), daaronder mede begrepen lege buizen, ondergrondse en bovengrondse ondersteunings- en beschermingswerken, bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie.
Het door de Gemeente Rheden eenzijdig vastgesteld en voor de vergunninghouder verplicht schema in de ligging van ondergrondse infrastructuur in de gemeentegrond.
Verhardingsconstructie bestaande uit elementen of andere ongebonden materialen al of niet op een puinfundering, waaraan geen bindmiddel is toegevoegd.
Het terugbrengen van de verhardingsmaterialen op een niet noodzakelijke vaktechnische wijze maar wel zodanig dat het functionele gebruik door het verkeer volledig is hersteld en geen gevaar ontstaat voor de weggebruiker.
De opening die ontstaat door het verwijderen van verharding en/of grond ten behoeve van het leggen van ondergrondse infrastructuur.
Schriftelijke vergunning c.q. vergunning voor de aanleg, het houden, het onderhoud, het vervangen, het verwijderen van één of meer kabels en leidingen, waaronder begrepen een netwerk van leidingen alsmede de bij de kabel en/of leiding behorende voorzieningen. In dit handboek wordt hierna met vergunning ook bedoeld instemmingbesluit.
De stallingsplaats van haspel-, vracht-, directie-, materiaalwagens, enz.
De Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION) verplicht de vergunningaanvrager en grondroerder om, vóór het werk begint, de tekeningen van alle aanwezige ondergrondse infrastructuur te raadplegen. Dit doet de grondroerder door een graafmelding c.q. oriëntatiemelding te doen bij het Kadaster-sectie KLIC.
Tevens verplicht de WION leidingbeheerder en grondroerder om uiterlijk 20 werkdagen na het leggen van ondergrondse infrastructuur de ligginggegevens van deze leidingen digitaal beschikbaar te hebben voor raadpleging en bij het aantreffen van onbekende kabels en leidingen deze te melden bij het Kadaster-sectie KLIC.
De in dit handboek te hanteren term woonerf heeft betrekking op een openbare weg met een inrichting en verkeersbesluit conform een erf in de zin van de RVV. Dit is gedaan met de bedoeling om verwarring met het begrip erf uit de Telecommunicatiewet, de Concessiewet en nutsovereenkomsten te voorkomen.
In de Uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014 wordt op diverse onderdelen verwezen naar normen, richtlijnen e.d. Hieronder is een beknopte omschrijving weergegeven welke deze betreffen.
Nederlands Normalisatie instituut.
Het Nederlandse centrum van normalisatie helpt bedrijven en andere partijen om onderling heldere en toepasbare afspraken te maken. NEN draagt bij aan veiligheid, gezondheid, milieu en innovatie.
Het bedrijfsleven en andere partijen maken in normcommissies zelf afspraken over producten en werkwijzen. NEN bemiddelt in het afwegen van de verschillende belangen en zorgt voor neutrale procesbegeleiding. NEN biedt direct toegang tot Europese (NEN-EN) en mondiale normalisatieplatforms.
Nederlandse Praktijk Richtlijnen.
De NPR geeft toelichting op en aanwijzingen voor het verantwoord gebruik van de NEN- en NEN-EN normen.
CROW is het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte. Deze not-for-profitorganisatie ontwikkelt, verspreidt en beheert praktisch toepasbare kennis voor beleidsvoorbereiding, planning, ontwerp, aanleg, beheer en onderhoud. Dit gebeurt in samenwerking met alle belanghebbende partijen, waaronder het Rijk, provincies, gemeenten, adviesbureaus, uitvoerende bouwbedrijven in de grond-, water- en wegenbouw, toeleveranciers en vervoerorganisaties.
De RAW-systematiek, beheerd en onderhouden door CROW, is sinds jaar en dag dé standaard voor bestekken in de grond-, water- en wegenbouw (GWW). Bij de meeste werken in de GWW wordt de systematiek gevolgd.
3 Vergunningen en toestemmingen voor (graaf)werkzaamheden
3.4 Algemene procedure groot werk
Voordat werkzaamheden met een tracélengte >15 meter kunnen plaatsvinden, dient de gemeente Rheden, op basis van de geldende Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur gemeente Rheden 2014 (AVOI), een instemmingbesluit te zijn verkregen. De procedure voor het aanvragen van een vergunning staat gedetailleerd omschreven in de AVOI van de gemeente Rheden. Daarnaast kan het ook noodzakelijk zijn een bouwplaatsvergunning aan te vragen voor het oprichten/plaatsen van bouwketen/portocabins, materiaalcontainers etc. Dit is een separate procedure.
Voor alle graafwerkzaamheden die uitgevoerd worden in openbare gronden binnen de gemeente Rheden moet door vergunninghouder of zijn rechtsgeldig gemandateerde grondroerder, minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan de start van de uitvoering van de werkzaamheden een melding worden gedaan bij de gemeente Rheden. Deze melding dient digitaal te worden gemeld via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR).
Na het einde van het werk dient dit direct digitaal te worden afgemeld via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR).
Vergunningaanvrager dient zelf te inventariseren welke vergunningen en instemmingen er van overige beheerders van openbare ruimte, zoals onder andere ProRail, het waterschap Rivierenland, Rijks- en provinciale Waterstaat, Gasunie enz. nodig zijn voor het betreffende werk en deze separaat en tijdig aan te vragen.
Indien de werkzaamheden ten behoeve van ondergrondse infrastructuur, anders dan ten behoeve van de eigen klantaansluiting, gronden van particulieren kruisen is de vergunning aanvrager verplicht om voorafgaand aan de aanvraag bij de Gemeente Rheden schriftelijk overeenstemming, onder een eventuele gebruiksvergoeding, met betreffende grondeigenaar te bereiken en deze situaties bij de aanvraag kenbaar te maken.
Ten behoeve van het verkrijgen van een vergunning kan het noodzakelijk zijn om vooraf verkeersplannen volgens de CROW 96b in te dienen waarvoor door vergunningaanvrager zelf overleg en afstemming met onder andere politie, verzorgings- en hulpdiensten, particuliere en openbare vervoerders alsmede de Gemeente Rheden moet worden gevoerd.
Bij de vergunningaanvraag dient, bij grotere werken op eigen initiatief, zulks naar het oordeel van de Gemeente Rheden, een algemeen tijdschema en een gedetailleerd werkplan, als bedoeld in paragraaf 26 van de U.A.V. 1989, te worden overlegd. Daarin dient rekening te worden gehouden met de werkzaamheden van derden. De vergunningaanvrager dient betreffende deze werkzaamheden van derden een coördinerende rol te vervullen.
3.5 Algemene procedure klein werk
Voor alle graafwerkzaamheden die uitgevoerd worden in openbare gronden binnen de gemeente Rheden moet door vergunninghouder of zijn rechtsgeldig gemandateerde grondroerder, minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan de start van de uitvoering van de werkzaamheden een melding worden gedaan bij de betrokken afdeling. Deze melding dient digitaal te worden gemeld via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR).
Na het einde van het werk dient dit direct digitaal te worden afgemeld via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR).
Te plaatsen handholes c.q. kabelinspectieputten zijn uitgesloten van de uitzonderingsprocedure klein werk, hoewel de omvang van de te verrichten werkzaamheden onder de regeling vallen. Dit in verband met het beslag op ondergrondse ruimte van de voorziening waardoor een zorgvuldige toetsing en afstemming met overige gebruikers en de plannen van de Gemeente Rheden.
3.6 Uitzonderingsprocedure spoedeisend werk c.q. calamiteit
Spoedeisende werkzaamheden c.q. werkzaamheden ingevolge een calamiteit, als bedoeld in artikel 4 lid 4 van de AVOI, ten gevolge van een ernstige belemmering of storing in de dienstverlening via het betreffende net, waarvan uitstel niet mogelijk is, kunnen direct na signalering en met inachtneming van de wettelijke verplichtingen (o.a. WION), uitgevoerd worden. Deze werkzaamheden dienen alsnog de eerstvolgende werkdag te worden gemeld via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR).
Tijdens kantooruren zullen de werkzaamheden zoals genoemd onder lid 3 worden uitgevoerd door de Gemeente Rheden, mits de werkzaamheden dit toelaten. In het geval de werkzaamheden dit niet toelaten alsook buiten kantooruren kan hiervoor een aannemer worden benaderd. Alle kosten die moeten worden gemaakt zullen door de Gemeente Rheden worden gedeclareerd bij de kabel- en/of leidingbeheerder.
3.8 Tijdelijk opschorten van de instemming/vergunning
In geval van weersomstandigheden (bijvoorbeeld wateroverlast, zware sneeuwval of ijzel, strenge vorst), waarbij de uitvoering van de werkzaamheden tot overlast voor de bewoners en/of schade voor de Gemeente Rheden door bijvoorbeeld breuk van vastgevroren bestratingsmateriaal en/of niet goed te verdichten ondergrond leidt zal de Gemeente Rheden overgaan tot het tijdelijk opschorten van de vergunning (“breekverbod”). De vergunninghouder en grondroerder zijn gehouden zich aan onderstaande richtlijnen te houden, ook al heeft de Gemeente Rheden (nog) geen expliciete melding van een breekverbod gemaakt:
Op het weerstation KNMI in De Bilt gelden de volgende condities:
3.9 Sancties bij het verrichten van werkzaamheden zonder vergunning
Als door de Gemeente Rheden geconstateerd wordt dat een werk in uitvoering is, zonder dat er voor dat werk een vergunning is verleend en/of geen melding is gedaan via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR) en het werk valt niet onder de definitie spoedeisend werk c.q. calamiteit, hanteert de Gemeente Rheden de volgende procedure:
Als door de Gemeente Rheden achteraf geconstateerd wordt dat een werk is uitgevoerd, zonder dat er voor dat werk een vergunning is verleend en/of geen melding is gedaan via http://meldpunt.opbrekingen.nl (MOOR) en het werk viel niet onder de definitie spoedeisend werk c.q. calamiteit, hanteert de Gemeente Rheden de volgende procedure:
het vorderen van de verplichting aan betreffende kabel- en/of leidingbeheerder om onverwijld de aangebrachte voorzieningen, kabels en/of leidingen in de openbare grond te verwijderen, ook indien daarvoor reeds gegraven en herstelde sleuf moet worden ontgraven en dienstverlening moet worden beëindigd;
4 Richtlijnen ten behoeve van de tracé engineering
4.1 Bepalingen ten aanzien van de tracébepaling
Bij de tracébepaling van leidingen zijn drie aspecten van belang:
Het doel van deze liggingen is:
4.3 Aanvullende eisen voor horizontale ligging
Bij het passeren van bomen moet een aantal, in dit handboek omschreven, voorzorgsmaatregelen worden getroffen die schade aan de betreffende boom en later aan de te leggen kabel/leiding voorkomt. Hiermede moet bij het traceren terdege rekening gehouden worden gehouden en waar mogelijk zullen bij voorkeur alternatieve routes worden gekozen.
4.5 Aanvullende eisen voor verticale ligging
Bij boringen/persingen, in welke vorm ook, is de diepteligging afhankelijk van de situatie ter plaatse. De minimale verticale dagmaat ten opzichte van de te kruisen leidingen bedraagt ten minste 0,50 m, waarbij de te boren/persen leiding onder de bestaande leiding dient te worden gevoerd. Genoemde minimale verticale dagmaat dient aantoonbaar te worden gegarandeerd om afwijkingen tijdens de uitvoering op te vangen.
4.6 Kruising gesloten verhardingen
Het opbreken van gesloten verhardingen is niet toegestaan tenzij in overleg met wegbeheerder aangetoond kan worden dat zulks niet te vermijden is.
4.7 Ligging nabij andere objecten
Objecten die kunnen worden beïnvloed door de tracering en aanleg van leidingen dienen vooraf door de aanvrager te worden geïdentificeerd. Objecten kunnen onder meer zijn: bestaande wegen, spoorwegen, waterlopen, voetpaden, kademuren, viaducten, tunnels, naastliggende leidingen, bomen en gebouwen.
4.8 Bepalingen ten aanzien van de engineering/werkvoorbereiding
De vergunningaanvrager is verplicht om in zijn werkvoorbereiding te inventariseren welke kabel- en leidingbeheerders belangen hebben in het beoogde tracé, deze te informeren over de voorgenomen werkzaamheden en gegevens over de aard en ligging van die belangen op te vragen. In ieder geval zal een oriëntatiemelding moeten worden gedaan bij het Kadaster-sectie KLIC.
De vergunningaanvrager dient zich te overtuigen van de plaats van alle reeds in het werk gelegen leidingen. Hiertoe dienen in het beoogde tracé proefsleuven gegraven te worden, waarbij de vergunningaanvrager zich dient te houden aan de CROW-publicatie 250: “Richtlijn zorgvuldig graafproces” alsmede de AVOI-, Handboek- en WION-bepalingen.
Van de gemaakte proefsleuven en de maatvoeringen van de daarin aangetroffen kabels en leidingen houdt vergunningaanvrager een actuele registratie bij die op eerste aanzeggen aan de wegbeheerder wordt overhandigd. Indien afwijkingen van het vigerende standaardprofiel dan wel het door gemeente Rheden aangewezen standaardtracé worden geconstateerd zal de vergunningaanvrager in overleg met de wegbeheerder een nieuw beoogd tracé uitzetten.
Kabels en leidingen van de netbeheerder die door het vergunningplichtige werk blijvend buiten gebruik zijn gesteld dan wel kabels en leidingen die de afgelopen 10 jaar geen dienst hebben gedaan/niet in gebruik zijn genomen dienen te worden verwijderd. De Gemeente Rheden zal besluiten hoe de netbeheerder dient te handelen, waarbij als uitgangspunt geldt dat de netbeheerder op zijn kosten deze verlaten kabels en leidingen moet verwijderen op een door de Gemeente Rheden aan te geven tijdstip.
Koppelbalken ten behoeve van funderingen mogen alleen worden gekruist als de afstand tussen de bovenkant van de koppelbalken en het maaiveld ten minste 2,00 meter bedraagt en de te overbruggen ruimte tussen de koppelbalken is voorzien van een gewapende betonplaat waarboven de leidingen een veilige ligging verkrijgen.
Tijdelijk aan te brengen voorzieningen, ten behoeve van werkzaamheden aan kabels en leidingen, in de openbare ruimte dienen de goedkeuring te hebben van de coördinator K&L. Deze tijdelijke voorzieningen, zoals damwanden, heipalen, etc. dienen na voltooiing van de werkzaamheden te worden verwijderd. Mocht dit om welke reden dan ook niet mogelijk zijn, dan kan alleen door de wegbeheerderbesloten worden deze voorzieningen tot een nader te bepalen maat onder het maaiveld te verwijderen. In de regel is deze maat minimaal 2,50 meter.
Er kan sprake zijn van voorbereide huisaansluitingen, waarbij de voor de huisaansluiting bedoelde buis, kabel of leiding al op de volledig benodigde lengte gemeten vanaf de hoofdleiding tot aan de klantaansluiting, in de openbare grond tijdelijk moet worden opgeborgen (voornamelijk bij CAI-, FTTH- en Datanetten). In die gevallen moet deze voorbereiding zo strak mogelijk opgerold en gebundeld, verticaal op de juiste diepte onder een beschermende voorziening te worden weggezet evenwijdig tegen de erfgrens van het perceel waar de voorziening voor bedoeld is. Het hiervoor eventueel benodigde tracé of straatoversteken dienen tegelijk met de aanleg van de hoofdsleuf te worden aangebracht.
Voor aanleg van handholes c.q. ondergrondse lasmoffen, gelijktijdig met de aanleg van de bijbehorende leidingtracés, dient in de aanvraag iedere handhole c.q. ondergrondse lasmof specifiek genoemd te worden. De locatie van de handhole c.q. ondergrondse lasmof dient middels een detailschets apart aangegeven te zijn. De handhole c.q. ondergrondse lasmof wordt in het te verlenen instemmingbesluit specifiek benoemd.
Afgaande en inkomende buizen en kabels moeten onder de eventueel aanwezige kabels en/of leidingen van derden worden gelegd. De in- en uitgaande buizen van de handhole dienen onderlangs het tracé uitgebogen te worden naar de handhole toe. Verweving van het kabel- c.q. buizenstelsel dient zoveel mogelijk te worden voorkomen.
Handholes c.q. ondergrondse lasmoffen mogen niet geplaatst worden nabij (hoofd)rioleringen, (hoofd)leidingen en/of huis- en bedrijfsaansluitingen van de nuts-/telecombedrijven. Minimale afstand is 1,00 meter. Wanneer niet aan deze voorwaarden kan worden voldaan, dient vergunningaanvrager zelf contact op te nemen met de betreffende eigenaar van de aansluiting teneinde van hem schriftelijke toestemming te verkrijgen voor een belemmering van zijn rechten. Deze toestemming is onderdeel van de aanvraag voor een vergunning.
De maximale toegestane uitwendige breedte van de handhole is 70 centimeter. Indien deze niet toepasbaar is door ruimtegebrek, dient een andere locatie te worden bepaald of er dienen meerdere handholes van een kleiner formaat te worden toegepast. Bij handholes van afwijkend formaat dienen deze vooraf ter goedkeuring aan de wegbeheerder van de gemeente Rheden te worden voorgelegd.
Bij plaatsing in de rijweg of een onderdeel daarvan moet de handhole en het deksel van een dermate solide constructie (minimaal verkeersklasse D400 NEN-EN 124) zijn dat alle soorten wegverkeer over de plaats van de handhole kunnen rijden of erop staan zonder dat daardoor verzakkingen ontstaan in de rijweg als gevolg van bezwijken of verzakken van de handhole.
De handhole(s) c.q. ondergrondse lasmof(fen) blijft/blijven eigendom van de vergunninghouder. De vergunninghouder draagt zorg voor het beheer van de handhole c.q. ondergrondse lasmof, waaronder het op eerste aanzegging van de coördinator of toezichthouder K&L op de juiste hoogte stellen van de handhole.
De handholes c.q. ondergrondse lasmoffen mogen niet aangebracht worden in kabel- en leidingtracés, rijbanen, parkeerplaatsen, uitwegen, op kruisingen, ter plaatse van de aansluitlocatie van woningen en binnen een afstand van 3,00 meter vanaf bomen. Handholes c.q. ondergrondse lasmoffen dienen bij voorkeur geplaatst te worden in voetpaden, bermen of groenvoorzieningen.
5 Voorwaarden en eisen ten aanzien van de uitvoering
Iedere aanvraag voor zowel groot als klein werk wordt door de gemeente Rheden beoordeeld op bodemverontreiniging. In het bodeminformatiesysteem zijn alle bij de Gemeente bekende verontreinigingen opgenomen. Wanneer een bodemonderzoek in de nabijheid van het tracé bekend is, kan het volgende blijken:
Voor het hergebruik van grond is het besluit Bodemkwaliteit van kracht. Daarnaast is er nog een aantal aanvullende voorschriften. Deze zijn van toepassing wanneer te ontgraven grond elders wordt hergebruikt en wanneer grond van buiten de locatie op het terrein wordt toegepast. Ook het gebruik van secundaire bouwstoffen zoals puingranulaat is aan voorschriften gebonden. Vergunninghouder of diens gemachtigde grondroerder kan hierover contact opnemen met desbetreffende afdeling van de Gemeente Rheden.
Als bij grondwerkzaamheden duidelijk afwijkend (bodem)materiaal waaronder asbestverdacht materiaal wordt waargenomen moeten de werkzaamheden worden gestopt en het materiaal worden onderzocht. De resultaten van dit bodemonderzoek dienen aan milieuafdeling van de gemeente Rheden te worden overlegd. Aan de hand van de resultaten wordt bepaald of de werkzaamheden kunnen worden voortgezet.
5.2 Inventariseren bestaande ondergrondse infrastructuur
De vergunninghouder dient zich te overtuigen van de plaats van alle reeds in het werk gelegen leidingen. Naast de verplichtingen uit hoofde van de WION, die toeziet op schadepreventie, dient door vergunninghouder ook een onderzoek in het kader van het borgen van de ondergrondse ruimtelijke ordening te worden uitgevoerd.
Dit dient te geschieden door het tijdig opvragen van de leidinggegevens en overige voorwaarden bij het Kadaster-sectie KLIC c.q. bij de betreffende kabel- en/of leidingbeheerders. Op het werk dient, naast een kopie van het vergunning c.q. goedgekeurde melding inclusief tekening(en), tenminste één exemplaar van de in lid 1 bedoelde tekening(en) aanwezig te zijn.
De vergunningaanvrager dient zich te overtuigen van de plaats van alle reeds in het werk gelegen leidingen. Hiertoe dienen in het beoogde tracé proefsleuven gegraven te worden, waarbij de vergunningaanvrager zich dient te houden aan de CROW-publicatie 250: “Richtlijn zorgvuldig graafproces” alsmede de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur Gemeente Rheden 2014 (AVOI), Uitvoeringsvoorschriften ondergrondse infrastructuur gemeente Rheden 2014- en WION-bepalingen.
Van de gemaakte proefsleuven en de maatvoeringen van de daarin aangetroffen kabels en leidingen houdt vergunninghouder een actuele registratie bij die op eerste aanzeggen van de coördinator of toezichthouder K&L wordt overhandigd. Indien afwijkingen van het vigerende standaardprofiel dan wel het door gemeente Rheden aangewezen tracé worden geconstateerd zal de vergunninghouder in overleg met de wegbeheerder een nieuw tracé uitzetten.
5.3 Informatie en communicatie
Namens de vergunninghouder dient er altijd één aan te spreken verantwoordelijke persoon op het werk aanwezig te zijn. De naam van deze persoon moet bij alle betrokken partijen bekend zijn. Deze persoon heeft tot taak te controleren en te verifiëren dat alle gespecificeerde materialen worden toegepast en dat de constructiewerkzaamheden worden uitgevoerd volgens het bestek, de specificaties, de tekeningen en de gemaakte afspraken, alsmede dat de uitvoering geschiedt overeenkomstig het gestelde in de vergunning. Hij dient de door gemeentelijke en andere toezichthouders gevraagde informatie te verstrekken en de nodige medewerking te verlenen om hun werk mogelijk te maken.
Bij werkzaamheden, waarbij de bereikbaarheid van belanghebbenden c.q. omwonenden tijdelijk wordt verminderd, alsmede bij grotere wegafzettingen, dient de vergunninghouder minimaal 5 werkdagen voor aanvang van de werkzaamheden de belanghebbenden en omwonenden schriftelijk op de hoogte te stellen. Hierbij wordt in ieder geval informatie gegeven over:
In het geval dat sprake is van bovengenoemde situatie(s) hanteert de betrokken afdeling van de gemeente Rheden de volgende procedures:
het uitreiken van een beschikking aan grondroerder, waarbij grondroerder direct het opbreek-, graaf- en legwerk moet staken in het werkingsgebied van betreffend vergunning dan wel goedgekeurde melding, direct moet overgaan tot het aanvullen van de gegraven sleuf alsmede het herstellen van de verharding en er eerst door gemeente Rheden wordt overlegd met vergunninghouder over het tijdstip en de condities waaronder het graafwerk weer mag worden hervat.
5.5. Opnemen en herstel verharding
De vergunninghouder is verplicht de ondergrond en de verharding na afloop van de werkzaamheden minimaal weer terug te brengen in de hoedanigheid en kwaliteit zoals deze bestond voor het aanvangen van de werkzaamheden. In het geval van verhardingen niet ouder dan 3 jaar moet voorafgaand aan de werkzaamheden betrekking hebbende op klein c.q. groot werk met de wegbeheerder overlegd worden over de wijze waarop vergunninghouder de vereiste kwaliteit wil bereiken en die, voor een periode die voor betreffende verharding algemeen gebruikelijk is, kan garanderen. In het geval dat de door de Gemeente Rheden gewenste duurzame kwaliteit niet kan worden bereikt kan zij verzoeken om de kabels en leidingen via een ander tracé te leggen dan wel de verharding over de volle breedte opnieuw te leggen. De kosten van het herstel van de verharding komen voor rekening van de vergunninghouder.
Asfalt en overige gesloten verhardingen dienen door vergunninghouder tijdelijk te worden hersteld met door vergunninghouder voor diens rekening aan te leveren betonklinkers. Het definitieve herstel wordt op kosten van de vergunninghouder uitgevoerd door de Gemeente Rheden. De tarieven die de Gemeente Rheden in rekening brengt zijn conform een vooraf vastgestelde prijsopgave.
Indien een verharding gebroken of beschadigde elementen bevat dient vergunninghouder deze zelf en voor eigen rekening en risico te vervangen door elementen van gelijke samenstelling en hoedanigheid, zulks ter beoordeling van de wegbeheerder of de toezichthouder K&L, tenzij tijdens een vooropname de hoeveelheid gebroken of beschadigde elementen zijn geïnventariseerd.
De afgevoerde grond c.q. niet voor aanvulling geschikte grond moet door vergunninghouder worden aangevuld met zand c.q. grond conform het Besluit bodemkwaliteit dat door vergunninghouder voor eigen rekening en verantwoording wordt aangeleverd. Vergunninghouder dient op verzoek van de Gemeente Rheden aan te tonen dat de geleverde bouwstoffen aan alle te stellen eisen voldoen. De vervoerskosten komen voor rekening van de vergunninghouder.
5.7 Maatregelen in het belang van het verkeer
In geval van doodlopende straten of woonerven dient vergunningaanvrager er zorg voor te dragen, middels tijdelijke verkeersmaatregelen en/of aan te brengen tijdelijke voorzieningen (bijvoorbeeld rijplatenbanen, tijdelijke waterkruisingen of doorsteken door groenstroken etc.), dat de bereikbaarheid per auto van aanliggende woningen en bedrijven tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zoveel mogelijk, en de bereikbaarheid voor hulpdiensten te allen tijde is gegarandeerd. Het aanbrengen, opruimen en weer in oorspronkelijke staat brengen van de openbare ruimte geschiedt door en voor rekening van de vergunninghouder.
De noodzakelijke verkeersvoorzieningen ter plaatse van de uit te voeren werken dienen, op aanwijzing van de wegbeheerder of toezichthouder K&L, door vergunninghouder te worden verzorgd. De kosten komen ten laste van de vergunninghouder. De planning en uitvoeringswijze van voorzieningen en maatregelen dienen tenminste drie weken voor aanvang van de werkzaamheden door de vergunninghouder bij de wegbeheerder worden ingediend, tenzij anders is overeengekomen.
Als de door vergunninghouder uit te voeren werkzaamheden begeleid dienen te worden door tijdelijke verkeersregelinstallaties (VRI), dan dient de vergunninghouder dit 3 weken van tevoren te melden bij de wegbeheerder. Binnen 5 werkdagen na aanlevering zal door de Gemeente Rheden het een en ander beoordeeld worden. Eventuele opmerkingen zullen door aannemer verwerkt moeten worden alvorens de tijdelijke VRI in gebruik te nemen.
Verkeersvoorzieningen, die tijdelijk geen dienst doen, dienen door vergunninghouder terstond verwijderd c.q. afgedekt te worden tot het tijdstip dat deze weer nodig zijn. Het afvoeren van deze voorzieningen dient op een zodanig zorgvuldige wijze te geschieden dat er geen beschadigingen hieraan optreden. Bouwmaterialen dienen goed beveiligd te worden zodat derden daartoe geen toegang hebben.
Vergunninghouder draagt zorg voor een regelmatige en voldoende controle op de instandhouding van verkeersborden, wegbebakening en -afzettingen, ook buiten de normale werktijden en dient zorg te dragen voor het spoedig mogelijk herstel van deze verkeersmaatregel. Dit geldt ook voor de door de Gemeente Rheden geplaatste verkeersvoorzieningen. Eventuele aanwijzingen door de wegbeheerder of toezichthouder K&L, met betrekking tot verkeersmaatregelen dienen terstond te worden opgevolgd.
De verkeersmaatregelen en voorzieningen mogen maximaal 72 uur voor aanvang van de werkzaamheden, afgedraaid, worden aangebracht. Het omdraaien mag pas twee uur voorafgaand aan de aanvang van de werkzaamheden geschieden. Na afloop van de werkzaamheden dienen de verkeersmaatregelen en voorzieningen, direct zodra de situatie dit toelaat, weer te worden afgedraaid. Indien de werkzaamheden worden onderbroken en de situatie laat dit toe dan dienen de verkeersmaatregelen en voorzieningen te worden afgedraaid gedurende het staken van de werkzaamheden. Twee uur voor de hernieuwde opstart van het werk dient het afdraaien ongedaan gemaakt te worden.
Vergunninghouder houdt het gemotoriseerde bestemmingsverkeer naar woningen, winkels, bedrijven, bouwwerken, landerijen enz. in overleg met de betrokkenen zoveel mogelijk in stand. Indien met de betrokkenen geen overeenstemming kan worden bereikt over de beperking van de bereikbaarheid, treedt de vergunninghouder tijdig, minimaal 3 weken vooraf, in overleg met de Gemeente Rheden.
5.8 Maatregelen ten behoeve van de overlastbeperking
In erfontsluitingswegen mogen tussen 20.00 uur ’s avonds en 07.00 uur ’s ochtends geen werkzaamheden worden uitgevoerd.
In de winkelstraten en evenementenpleinen mogen geen opbrekingen zijn of worden uitgevoerd gedurende namens Burgemeester en Wethouders vergunde evenementen, inclusief de opbouw- en afbreekperiode.
De dag voorafgaande aan een zaterdag of nationale feestdag moet om uiterlijk 12.00 uur het graven van geulen en het leggen/trekken van kabels etc. worden gestaakt en moet onverwijld worden overgegaan tot het aanvullen en verdichten van hoofdgeulen, het aanbrengen van de verhardingen en het opruimen van de werkomgeving. Uiterlijk om 16.30 uur moeten alle werkzaamheden gereed zijn.
Vergunninghouder dient alles te doen wat op grond van de meest actuele inzichten redelijkerwijs mogelijk is en verwacht mag worden om hinder als gevolg van b.v. lawaai, stank, modder e.d. veroorzaakt door voertuigen, machines, apparaten etc. tot een aanvaardbaar niveau te beperken. Indien vergunninghouder bij hoge uitzondering door de Gemeente Rheden wordt toegestaan ’s avonds c.q. ‘s nachts te werken is vergunninghouder verplicht in verband hiermee aanwijzingen van de Gemeente Rheden op te volgen en zelf zorg te dragen voor de benodigde aanvullende vergunningen/ontheffingen.
5.9 Voorbereide huis/klantaansluitingen
Er kan sprake zijn van voorbereide huisaansluitingen, waarbij de voor de huisaansluiting bedoelde buis, kabel of leiding al op de volledig benodigde lengte gemeten vanaf de hoofdleiding tot aan de klantaansluiting, in de openbare grond tijdelijk moet worden opgeborgen (voornamelijk bij CAI-, FTTH- en Datanetten). In die gevallen moet deze voorbereiding zo strak mogelijk opgerold en gebundeld, verticaal op de juiste diepte onder een beschermende voorziening te worden weggezet evenwijdig tegen de erfgrens van het perceel waar de voorziening voor bedoeld is. Het hiervoor eventueel benodigde tracé of straatoversteken dienen tegelijk met de aanleg van de hoofdsleuf te worden aangebracht.
6 Voorwaarden en eisen ten aanzien van het grondwerk
6.1 Operationele eisen civieltechnische werkzaamheden
Voor het aanvullen van de sleuf, een pers- c.q. lasput moet(en) de kabel- en leidingbeheerder(s) van de vrijgegraven naastliggende en/of kruisende kabels en leidingen altijd in de gelegenheid worden gesteld om zijn/hun kabels en leiding(en) te inspecteren. Vergunninghouder is verplicht om de informatie en coördinatie ter zake uit te voeren.
Dwarssleuven in trottoir, fietspad en/of rijweg alsmede langs sleuven ter hoogte van in-/uitritten naar parkeergelegenheden op eigen erf, garageboxen, erven en terreinen van bedrijven dienen dezelfde dag te worden bestraat en afgewerkt. Indien een en ander niet mogelijk of niet praktisch is dienen noodmaatregelen te worden getroffen zodat de bereikbaarheid van genoemde objecten dezelfde dag weer gegarandeerd is.
De vergunninghouder hoeft geen betere kwaliteit te leveren dan aanwezig was voordat met de graafwerkzaamheden werd begonnen. Uitzondering hierop zijn situaties waarbij in gezamenlijke vooropname van het tracé met de wegbeheerder nadere afspraken zijn gemaakt. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd door de vergunninghouder en ter goedkeuring aangeboden aan de wegbeheerder. Vergunninghouder dient zelf het initiatief tot een vooropname te nemen.
Alle materialen en elementen dienen onbeschadigd te worden opgeleverd. De vergunninghouder dient bij beschadiging zelf te zorgen voor herstel en te zorgen voor vervangend materiaal. Uitzondering hierop zijn situaties waarbij in gezamenlijke vooropname van het tracé met de wegbeheerder nadere afspraken zijn gemaakt over het leveren van elementen door de Gemeente Rheden.
De visuele- en fysieke (elektronische conuswaarde registratie) controle op het aanvullen en verdichten van de sleuven dient plaats te vinden door of namens de vergunninghouder. De vergunninghouder levert op aan de wegbeheerder en/of toezichthouder K&L. Indien de aanvulling c.q. verdichting niet aan de door de Gemeente Rheden gehanteerde normen voldoet, wordt vergunninghouder in de gelegenheid gesteld dit binnen twee weken te herstellen. Na deze periode vindt wederom een controle door de Gemeente Rheden plaats waarbij vergunninghouder verplicht kan worden om ter plaatse, op aanwijzing van de toezichthouder K&L een aantal fysieke (elektronische conuswaarde registratie) verdichtingsmetingen uit te voeren.
6.2 Technische eisen grondwerkzaamheden
Alvorens een asfaltconstructie wordt verwijderd moeten de zijkanten tot de gewenste diepte op steenmaat worden ingezaagd en met behulp van een compressor worden verwijderd. Bij mechanisch te verrichten grondwerk dient de sleuf minimaal 0,50 meter breder te zijn dan de bakbreedte van de graafmachine. Het ondergraven van de asfaltverharding is niet toegestaan. De vrijgekomen materialen dienen te worden onderscheiden naar:
Teerhoudende vrijgekomen materialen dienen voor rekening van vergunninghouder te worden afgevoerd naar een erkend verwerkingsbedrijf. Er dient door de vergunninghouder zelf voor de benodigde afvalstroomnummers te worden gezorgd. De acceptatie- en verwerkingskosten komen in alle gevallen voor rekening van vergunninghouder.
7 Aansprakelijkheid, schade en verzekeringen
Ongeacht het verlenen van een vergunning door de Gemeente Rheden en/of goedkeuring door andere bevoegde instanties, is de vergunninghouder jegens de Gemeente Rheden en/of derden aansprakelijk voor schade als gevolg van de uitvoering van het werk.
7.2 Schade als gevolg van ingravingen
Schade aan gemeentelijke of andere eigendommen dient te worden vermeden. Mochten toch beschadigingen optreden dan dient vergunninghouder deze direct te melden aan de toezichthouder K&L en aan de beheerder van het beschadigde eigendom. Hierna geeft vergunninghouder zo spoedig mogelijk, doch in elk geval binnen 24 uur nadat hem daarvan is gebleken, schriftelijk kennis aan de wegbeheerder.
Het herstel van de schade vindt plaats in overleg en voor rekening van de veroorzaker. Uitgangspunt bij het herstel van de (voorziene) schade als gevolg van de werkzaamheden is dat de vergunninghouder de situatie in oorspronkelijke staat herstelt. Daarop zijn ook de vergunningsvoorwaarden en deze uitvoeringsvoorschriften gericht.
In deze gevallen zullen al vóór het verstrekken van de vergunning specifieke afspraken worden vastgelegd. Afhankelijk van de omvang van het werk kan in de voorwaarden "het 1e jaar onderhoud groen" en "inboet beplanting na het 1e groeiseizoen" worden voorgeschreven. De schade aan bomen wordt vastgesteld op basis van de Richtlijnen NVTB (Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen).
In geval van schade of vervanging aan/van groenvoorzieningen zal de betrokken afdeling voor herstel c.q. vervanging zorgdragen. De kosten hiervan worden doorbelast aan de vergunninghouder.
Van schade die ontstaat buiten de sleuf is sprake als ten gevolge van werkzaamheden schade ontstaat buiten de sleuf (aan materialen, lantaarnpalen, verkeerslichten, geparkeerde auto's, e.d.). Voor zover het gemeentelijke eigendommen betreft zal de Gemeente Rheden deze schade verhalen op vergunninghouder. Afhankelijk van de specifieke situatie kan het wenselijk zijn dat er voorafgaand aan de werkzaamheden een gezamenlijke schouw en vastlegging plaatsvindt. Ontstane schades zullen zoveel mogelijk door de toezichthouder K&L worden vastgelegd, in een schaderapport en op foto.
Verborgen gebreken is de definitie voor buitenproportionele verzakking van opgeleverd en goedgekeurd hersteld straatwerk. In dergelijke gevallen zal de vergunninghouder in staat gesteld worden de verharding, opnieuw, te herstellen. Als norm voor "buitenproportioneel" wordt een verzakking aangehouden van meer dan 0,03 meter, die zich binnen één jaar na het eerste herstel voordoet (CROW-norm voor "ernstige schade").
Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd met inachtneming van de geldende wet- en regelgeving ten aanzien van veiligheid en arbeidsomstandigheden. De op dit gebied van kracht zijnde voorschriften moeten op het werk beschikbaar zijn.
7.5 Bereikbaarheid aangrenzende gebouwen
De bereikbaarheid van woningen, openbare gebouwen en dergelijke voor (mindervalide) voetgangers dient te worden gewaarborgd. In dit verband dient rekening gehouden te worden met de toegankelijkheid voor hulpmiddelen zoals rollators en scootmobielen. In overleg met de betrokkenen en de toezichthouder K&L moet de bereikbaarheid worden gegarandeerd.
8 Voorwaarden en eisen ten aanzien van groenvoorzieningen
8.1 Eisen en uitvoering groenvoorzieningen
De Gemeente Rheden besluit aan de hand van de melding van vergunninghouder of beplanting (bomen, planten, struiken, gras) mag worden verwijderd of gesnoeid en, zo ja, of vergunninghouder dit zelf mag uitvoeren en onder welke voorwaarden. Ingeval tijdelijk uitgenomen beplanting moet worden teruggebracht gelden in elk geval de hierna te noemen voorwaarden in lid 2 t/m lid 6.
8.2 Bescherming te handhaven bomen
Voor elke ten onrechte gerooide en/of beschadigde boom, waarvoor geen kapvergunning is verleend zal aan vergunninghouder een boete per boom worden opgelegd, afhankelijk van de waarde van de betreffende boom, berekend volgens de Richtlijnen NVTB (Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen) Versie 2007-2.
8.3 Herstel groenvoorzieningen
Als ten gevolge van de werkzaamheden onvoorzien een boom zoveel schade oploopt dat deze gerooid moet worden dient vergunninghouder alsnog een kapvergunning bij de Gemeente Rheden aan te vragen. Herplant van de betreffende boom wordt verzorgd door de betrokken afdeling op kosten van vergunninghouder.
Vastgesteld bij besluit van burgemeester en wethouders d.d. 14 januari 2014.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-210361.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.