Reclame en bewegwijzeringsbeleid Gemeente Epe 2017

 

 

1. Doelstelling

 

1.1 Reclamebeleid

In diverse beleidsstukken zijn uitspraken gedaan over reclame-uitingen, maar er ontbreekt een integraal en gemeentebreed beleidskader. Dit vraagt om een integrale benadering en visie, zodat de kwaliteit van de openbare ruimte beter gewaarborgd kan worden.

 

Er zijn diverse aanleidingen voor het opstellen van dit beleid:

  • -

    Recente discussies met externe aanvragers vanuit het bedrijfsleven vragen om een duidelijker standpunt over wanneer wel en niet medewerking wordt verleend tot het plaatsen van reclame of bewegwijzering.

  • -

    De ontwikkelingen rondom de herstructurering van de centra van Epe en Vaassen vormen een natuurlijk moment voor het herzien van reclame-uitingen.

  • -

    De raad heeft het college verzocht om de integrale toegankelijkheid voor mensen met een functiebeperking in de centra te verbeteren.

     

In het reclamebeleid staat de kwaliteit van de openbare ruimte centraal. Het reclamebeleid zal zich daarom met name richten op uitingen in het openbare gebied én uitingen grenzend aan het openbaar gebied en van invloed zijn op de ruimtelijke kwaliteit van het openbare gebied. Voor wat betreft uitingen aan panden cq. bebouwing geldt een ander beleidskader. De regels hiervoor zijn uitgewerkt in de Welstandsnota en voor wat betreft het centrum van Vaassen in het Beeldkwaliteitplan Centrum Vaassen, dat als aanvulling op de Welstandsnota is vastgesteld. In dit beleidsstuk wordt daar niet nader op ingegaan. Daarnaast zijn terrassen eveneens geen onderdeel van dit beleid.

 

In dit reclamebeleid spelen diverse belangen en invalshoeken. Vanuit economisch oogpunt moeten bedrijven zich binnen redelijke grenzen voldoende kunnen presenteren. Zo dient aan de gebruikers van winkels, bedrijf- en kantoorgebouwen ruimte te worden gelaten om hun naam op, aan of bij de vestigingsplaats te presenteren.

 

De gemeente Epe is een toeristische gemeente met een groen karakter. Wij hechten daarom een groot belang aan de kwaliteit van de openbare ruimte.

 

Bij het aanbrengen en plaatsen van reclame-uitingen moeten, uit het oogpunt van openbare orde en veiligheid, de uitgangen en nooduitgangen van gebouwen en de doorgaande routes naar gebouwen altijd vrijgehouden worden voor de hulpverlenende diensten.

 

Als wegbeheerder heeft de gemeente de zorg voor de veiligheid en doorstroming van het verkeer. Vanuit die invalshoek stelt de wegbeheerder eisen aan de plaatsing van reclameobjecten.

 

Het welzijnsbeleid is er op gericht de diverse (sport)clubs te stimuleren zoveel mogelijk inkomsten te verwerven, waardoor contributies en eigen bijdragen laag gehouden kunnen worden en de gemeentelijke bijdragen beperkt. Voor (mede)financiering van diverse evenementen en ter ondersteuning van de exploitatie van verenigingen wordt vaak een beroep gedaan op sponsors. Sponsoring vindt doorgaans plaats met als voorwaarde dat reclame mag worden gevoerd.

 

In november 2012 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen waarin is opgeroepen om algemene richtlijnen op te stellen voor het gebruik van de openbare ruimte in de dorpscentra/kernwinkelgebieden gericht op het waarborgen van een vrije doorgang voor mensen met een lichamelijke beperking. De toegankelijkheid van de openbare ruimte is daarom ook een belangrijk aandachtspunt.

 

Zoals uit het bovenstaande blijkt, spelen er diverse belangen en zijn er verschillende invalshoeken waarin een evenwicht wordt gezocht.

 

1.2 Bewegwijzeringsbeleid

Hoewel veel auto’s tegenwoordig vaak zijn uitgerust met een navigatiesysteem, kan een goede bewegwijzering een aanvullende service bieden aan de bezoekers van onze gemeente.

Uit een onderzoek van het CROW, gepubliceerd in het vakblad Verkeerskunde van februari 2010, blijkt dat, zelfs als in de toekomst alle voertuigen zijn uitgerust met navigatiesystemen, de borden en palen langs de weg nodig zijn om het gemotoriseerd verkeer, de fietsers en voetgangers via de gewenste routes te leiden. De bewegwijzering dient een logisch en samenhangend geheel te zijn. Hierbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen de bovenlokale (landelijke) bewegwijzering en de meer lokale bewegwijzering naar zaken als belangrijke openbare voorzieningen, winkelcentra en recreatievoorzieningen.

 

 

De gemeente Epe heeft tot op heden geen vastgesteld beleid met betrekking tot de bewegwijzering van lokale objecten en voorzieningen. Eventuele verzoeken om een bepaalde bestemming beter bereikbaar te maken door middel van bewegwijzering worden daarom momenteel op basis van algemene landelijke richtlijnen beoordeeld. Het is wenselijk om lokaal beleid te formuleren, zodat bij verzoeken vanuit onze samenleving één duidelijke lijn kan worden getrokken. Ook wordt met dit beleid de wildgroei aan bebording beperkt. In deze nota staat de lokale bewegwijzering centraal, en specifiek de bebording langs de wegen die in eigendom en beheer zijn bij de gemeente Epe.

 

 

Het doel van deze beleidsnota is om op een praktische wijze een leidraad te bieden om de lokale bewegwijzering op een goede en eenduidige wijze te organiseren, zodat een uniform straatbeeld ontstaat en verrommeling wordt voorkomen. Dit moet ertoe leiden dat bezoekers, zowel gemotoriseerd als fietsverkeer, in de gemeente eenvoudig(er) hun bestemming kunnen bereiken.

 

 

Naast bovenstaande kan een goed bewegwijzeringsplan een bijdrage leveren aan een verhoging van de verkeersveiligheid en -leefbaarheid. Bewegwijzering kan namelijk het zogenaamde ‘zoekverkeer’, dat de doorstroming belemmerd en verkeersonveilige situaties veroorzaakt, beperken.

Vooral op de gebiedsontsluitingswegen – de doorgaande wegen met een maximumsnelheid van 50 en 80 km per uur – mag zoekverkeer voor niet te veel oponthoud zorgen. Op de erftoegangswegen –de verblijfswegen met een maximumsnelheid van 30 en 60 km per uur – is enig oponthoud niet erg. Deze wegen zijn juist bedoeld en ingericht voor lagere snelheden en uitwisseling van verkeer.

Hieruit volgt dus dat bewegwijzering met name belangrijk is langs gebiedsontsluitingswegen, maar ook langs de overige hoofdroutes naar de diverse kernen. Daarnaast stimuleert een goede lokale bewegwijzering de lokale economie en informeert het op een doeltreffende manier de toeristische mogelijkheden die onze gemeente biedt.

 

 

De weggebruikers, zoals veel van onze bewoners en forensen, die dagelijks van ons wegennet gebruik maken, kennen veelal de juiste routes. Voor deze groep is geen bewegwijzering nodig.

De bewegwijzering is vooral bedoeld voor die groep die de gemeente met de (vracht)auto, fiets, openbaar vervoer of wandelend, incidenteel bezoekt en de weg niet kent. De bewegwijzering is vooral gericht op de toeristische en recreatieve bezoeker.

 

2. Huidige situatie

 

2.1 Ontbreken integraal beleid reclame-uitingen

Op basis van een analyse van de huidige regelgeving wordt geconcludeerd dat er in diverse regelgeving uitspraken worden gedaan over reclame-uitingen. De nadruk hierbij ligt met name op verbodsbepalingen in de APV en een regelgeving voor uitstallingen bij winkels en voor mobiele reclameobjecten en het aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving. Zoals al eerder geconstateerd ontbreekt overkoepelend integraal beleid.

 

2.2 Wie regelt nu de lokale bewegwijzering?

De verwijzingen naar gemeentelijke instellingen en bedrijfsterreinen worden veelal door de gemeente geplaatst. De overige verzoeken voor verwijzingen naar de overige lokale objecten, zoals restaurants, campings en dagrecreatieve bedrijven werden tot voor kort door het Veluws bureau voor toerisme in behandeling genomen. Zij zorgden eveneens voor de plaatsing en het onderhoud van de verwijsborden. Aanvragers kregen bij het Veluws bureau voor toerisme de mogelijkheid om 1 of meerdere verwijsborden te kopen die, verdeeld over 32 locaties, langs onder andere de invalswegen naar de centra op de masten werden bevestigd. De verwijsborden werden veelal niet tot en met het bedrijf of instelling zelf geplaatst. Met het faillissement en de overgang van Veluws bureau voor toerisme naar Stichting promotie gemeente Epe zijn alle bestaande contracten met de 30 deelnemende bedrijven en instellingen in onze gemeente komen te vervallen. De gemeente is vanaf nu, als gevolg van het faillissement, de aangewezen instantie voor het in behandeling nemen van particuliere verzoeken voor objectverwijzingen.

Het is buiten goed zichtbaar dat er tot op heden geen duidelijk beleid over lokale verwijzingen beschikbaar is. Zo worden recreatieve bedrijven in Emst, Wissel, Oene en De Dellen vaak al vanaf de ringweg in Epe verwezen, De verwijsborden worden hierbij veelal na iedere zijweg langs de invalsweg herhaald. Ook is geconstateerd dat de routes naar de bestemmingen vaak niet consequent verwezen worden, waardoor weggebruikers die de route volgen alsnog verdwalen. Op sommige locaties zijn meer dan 8 verwijzingen op een paal aangebracht, waardoor weggebruikers niet met één oogopslag inzicht krijgen in de route die ze moeten volgen. Verder zijn enkele bedrijven op de verwijsborden al van naam veranderd, failliet verklaard of verplaatst. Veel van de huidige verwijsborden zijn ook niet van reflectie voorzien en daardoor ’s nachts niet zichtbaar voor weggebruikers. Op de onderstaande foto’s geven wij u een impressie van de huidige verwijsborden, zoals wij deze in Epe langs de invalswegen hebben staan.

 

Bestaande verwijsborden op de kruispunten Julianalaan - Hoofdstraat en Oenerweg - St. Anthonieweg te Epe

 

 

 

 

Bestaande verwijsborden langs de Oenerweg richting industrieterrein Kweekweg te Epe

 

 

 

 

3. Uitgangspunten Reclame

 

Dit hoofdstuk richt zich op permanente reclame. Allereerst worden beschreven hoe de juridische borging is geregeld. Vervolgens worden er enkele algemene uitgangspunten beschreven. Tenslotte worden de verschillende vormen van permanente reclame nader uitgewerkt. De in dit hoofdstuk geformuleerde uitgangspunten zijn juridisch vertaald in de beleidsregel welke in bijlage 4 is opgenomen. Deze beleidsregel is het juridisch toetsingskader. Dit hoofdstuk vormt daarbij de achtergrond en beschrijft de inhoudelijke overwegingen. Bij enkele vormen van reclame worden uitvoeringsacties geformuleerd.

 

3.1 Juridische borging

Uitgangspunt is dat voor reclame-uitingen die passen binnen dit reclamebeleid geen vergunningplicht geldt. In de APV wordt aan de relevante artikelen toegevoegd dat deze beleidsnotitie als toetsingskader geldt. Uitgangspunt daarbij is dat als de reclame-uitingen passen binnen deze beleidsnotitie er geen vergunning nodig is. Er kan overigens wel een vergunningplicht gelden op basis van andere regelgeving zoals bijvoorbeeld de bouwregelgeving.

 

3.2 Algemene beleidsregel

Reclame-uitingen in de openbare ruimte zijn niet toegestaan, tenzij de uitingen in dit beleid uitdrukkelijk zijn genoemd.

 

 3.3 Uitgangspunten permanente reclame nader uitgewerkt 3.3.1 Uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg bij winkels en bedrijven

 

3.3.1 Uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg bij winkels en bedrijven

Reclame hoort bij winkelen. Dit zijn dan ook gebieden die zich lenen voor reclame in de openbare ruimte. Aan de andere kant zijn de centra ook gebaat bij een goed toegankelijk openbaar gebied en ruime looproutes. De gemeenteraad heeft in dit kader een motie aangenomen waarin is opgeroepen om algemene richtlijnen op te stellen voor het gebruik van de openbare ruimte in de dorpscentra/kernwinkelgebieden gericht op het waarborgen van een vrije doorgang voor mensen met een lichamelijke beperking.

 

Zoals in bijlage 1 aangegeven bestaat er al een beleidsregel waarin nadere regels voor uitstallingen bij winkels en bedrijven zijn geformuleerd. In de huidige beleidsregel worden onder andere de volgende criteria gehanteerd:

  • -

    Ondernemers mogen voor het plaatsen van uitstallingen een strook van 0.80 meter vanuit de gevel gebruiken;

  • -

    Er dient een (flexibel in te vullen) obstakelvrije ruimte van 1.50 meter te worden gehanteerd; vervolgens kunnen er weer uitstallingen worden geplaatst;

  • -

    Er is een maximum gesteld aan het aantal m2 uitstallingen en de afmetingen van de uitstalling

  • -

    Er is een maximum afmeting van een reclamebord vastgelegd

  • -

    Het plaatsen van (individuele) verwijzingsborden in straten naar winkels in andere straten is niet toegestaan

 

Uitgangspunten

In de praktijk blijkt dat de regels niet altijd nageleefd worden, maar ook dat indien de regels wél worden toegepast een goede doorgang in de centra voor minder validen nog lang niet altijd gegarandeerd is. In dit beleid worden de uitgangspunten van de beleidsregel gehandhaafd en aangescherpt. Voor een inhoudelijke beschrijving verwijzen wij u naar artikel 11 van de beleidsregel in bijlage 4.

 

3.3.2 Bedrijventerreinen

Dit betreft de bedrijven die vallen binnen de bestemmingsplannen Kweekweg en Eekterveld. De welstandsnota geeft regels voor reclame uitingen op het pand en voor vlaggenmasten. Daarnaast biedt het bestemmingsplan mogelijkheden om ‘bouwwerken, geen gebouw zijnde’ (o.a. reclamezuilen) te realiseren. Deze bouwwerken zijn doorgaans vergunningplichtig en op basis daarvan eveneens onderhavig aan een welstandstoets. Omdat op een bedrijventerrein bedrijvigheid voorop staat en een terrein daarmee een andere beeldkwaliteit heeft dan bijvoorbeeld een centrum én omdat de uitstraling van het bedrijventerrein gewaarborgd wordt via welstand, achten wij het niet noodzakelijk nadere regels te stellen aan reclame-uitingen.

 

3.3.3 Het beroep, de dienst, het bedrijf buiten het bedrijventerrein

Voor beroepen, diensten en bedrijven (niet zijnde aan huis gebonden beroepen, zie hiervoor paragraaf 3.3.4) buiten het bedrijventerrein in het buitengebied, maar ook de kernen worden reclame-uitingen vrijstaand aan de weg en niet in de openbare ruimte alleen toegestaan bij daar aanwezige legale beroepen, diensten en bedrijven. De gemeente Epe is een recreatieve gemeente met onder andere het buitengebied als visitekaartje. Het landelijke karakter van het buitengebied van de gemeente Epe willen wij daarom behouden en daar waar mogelijk versterken. Tankstations vallen buiten deze regeling en worden geregeld in de desbetreffende bestemmingsplannen.

 

3.3.4 Woningen – aan huis gebonden beroepen

Reclame uitingen op particuliere percelen met een woonbestemming zijn niet toegestaan, tenzij het een aan huis verbonden beroep betreft of een ondergeschikte bedrijfsfunctie die bij recht is toegestaan. Bij aanwezigheid van voortuinen is plaatsing van een bord in de tuin mogelijk, mits voldaan wordt aan de uitgangspunten zoals geformuleerd in de beleidsregel van bijlage 4.

 

3.3.5 Sportparken

Bij sportvelden is naar binnen gerichte reclame (naar het veld of tribune) toegestaan. Naar buiten gerichte reclame is niet toegestaan. Sportterreinen zijn binnen de gemeente vaak in een “groene” omgeving gesitueerd. Het aanbrengen van reclames niet gericht op het complex zelf is slecht passend en niet aanvaardbaar. Alleen naar buiten gerichte naamsduidingen die betrekking hebben op de sportclub zijn toegestaan.

 

 3.3.6 Mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het aankondigen van activiteiten en commerciële reclame

In de nu geldende beleidsregel “voorwerpen en uitstallingen op of aan de weg” biedt de kaders voor mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het tijdelijk aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving. Dit in de vorm van A3/4 borden en driehoeksborden. In de praktijk blijkt dat er ook door commerciële partijen gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om reclame te maken. Daarnaast worden er, naast de voorgeschreven locaties, gebruik gemaakt van de openbare ruimte op locaties waar dit niet gewenst is. Vaak geeft dit een rommelig beeld. Ook de uitstraling van de gebruikte borden draagt niet bij aan een verzorgde openbare ruimte.

 

Uitvoeringsactie

Voorgesteld wordt daarom om én voor een ander soort bebording te kiezen én dit op een andere wijze te gaan organiseren. Voor wat betreft de bebording zal de huidige mogelijkheid om borden te plaatsen voor het aankondigen van de tijdelijke activiteiten worden vervangen door een vast netwerk van A0 reclamedisplays. Een vast netwerk zorgt voor een hogere kwaliteit van de openbare ruimte door nette, goed onderhouden A0 reclamedisplays en geeft ook een representatievere uitstraling van deze reclamevorm. Tevens is het onderhoud van de openbare ruimte gemakkelijker en leidt het tot een administratieve lastverlichting voor de gemeente voor wat betreft de wijze van organiseren zal worden onderzocht of met een private marktpartij een meerjarencontract kan worden afgesloten om de exploitatie en verantwoordelijkheid van de borden over te nemen. Het is belangrijk dat de mogelijkheid geboden blijft om culturele, maatschappelijke en niet commerciële doelen kenbaar te maken tegen lage tarieven. Hiervoor kunnen prioriteringsregels worden opgesteld die aan de exploitant worden opgelegd. Daarnaast moet het ook mogelijk zijn om in beperkte mate commerciële reclame op de borden te kunnen maken, te meer omdat er in de openbare ruimte op dit moment geen enkele mogelijkheid wordt geboden en dit de uitvoering naar verwachting ook exploitabel maakt.

 

 

3.3.7 Informatie displays (vitrines)

Een informatie display is een groot (vaak) digitaal informatiebord met een maximum van ongeveer 8m2. Het display biedt de mogelijkheid om activiteiten op het gebied van bijv. toerisme, cultuur, ontspanning, verkeersveiligheid en sport aan te kondigen. Daarnaast biedt een informatie display ruimte voor reclame, waardoor de display een combinatie is van informatieoverdracht en advertentiemogelijkheden. Met het handhaven op (illegale) bebording en reclame, en het ontbreken van de mogelijkheid om reclame te maken, is het belangrijk om een alternatief te bieden. Daarnaast kan een informatie display bijdragen aan een verder profilering van de gemeente Epe. Een beperkt aantal informatiedisplays op strategisch gekozen locaties binnen de gemeente is daarom aanvaardbaar.

 

Uitvoeringsactie

Voorgesteld wordt de gemeentelijke informatie displays te betrekken bij het onderzoek naar het vermarkten van de A0 borden, zodat er een integraal aanbod van kwalitatief hoogstaande reclame-uitingen wordt gerealiseerd.

 

 3.3.8 Aankondiging activiteiten ondernemersverenigingen

In de kernen Epe en Vaassen staan bij de toegangswegen evenementen(portaal)borden (Epe) en spandoeken (Vaassen) waarop evenementen van de ondernemersverenigingen worden aangekondigd. De kernen Emst en Oene hebben deze borden niet, maar in Oene leeft wel de wens om borden te plaatsen

 

Evenementenbord in Epe

 

Spandoek met evenement in Vaassen

 

Uitgangspunten

Evenementenborden/portalen voor het aankondigen van activiteiten van de ondernemersvereniging(en) zijn toegestaan bij de invalswegen van alle kernen. Deze activiteiten dragen bij aan levendige en aantrekkelijke centra en kernen. Een combinatie met het aankondigingen van andere Eper evenementen is daarbij denkbaar om ‘wildgroei’ van borden in de openbare ruimte te voorkomen. Bij het toevoegen van nieuwe evenementenborden dient de locatie ruimtelijk aanvaardbaar te zijn en geen belemmering voor de verkeersveiligheid op te leveren. Daarnaast dient ook rekening te worden gehouden met bouwregelgeving. Handelsreclame op deze borden is niet toegestaan.

 

3.3.9 Plattegrondkasten en Abri’s

De huidige plattegrondkasten en abri’s zijn, incl. de mogelijkheid om reclame te maken, al vermarkt voor een langere periode. Uitbreiding of uitbesteding van de plattegrondkasten en abri’s is daarom momenteel niet aan de orde.

 

3.3.10 Vlaggenmasten

Het is toegestaan om vergunningvrij een vlaggenmast op een erf van maximaal 6 meter hoog (maximaal 1 per erf) (art. 2, lid 14, bijlage II Bor) te hebben. Daarnaast bieden ook de bestemmingsplannen en welstandnota voldoende handvatten om vlaggenmasten te beoordelen.  In dit beleid wordt er daarom geen extra aandacht aan besteed.

 

3.3.11 Reclamemasten

Reclamemasten zijn hoge masten met rondom vaak meerzijdige reclamevlakken die veelal zijn gesitueerd langs snelwegen en/of bij bedrijventerreinen. Ze zijn interessant op locaties waar veel publiek langskomt en kenmerken zich door een aanzienlijke hoogte en omvangrijke reclameborden/platen. Ze hebben een zodanige maat en schaal dat ze een grote invloed kunnen uitoefenen op de directe omgeving. Ze trekken meestal sterk de aandacht en zijn daardoor zeer beeldbepalend. Op basis van de huidige bepalingen in de bestemmingsplannen zijn reclamemasten niet toegestaan.

 

Uitgangspunt

Gezien bovengenoemde eigenschappen en het dorpse karakter van Epe vinden wij reclamemasten niet passend. Reclamemasten zijn daarom niet toegestaan.

 

3.3.12 (Weiland)borden en (span)doeken op particuliere percelen. Een weilandbord is een bord dat vaak op grond met een agrarische, woon- of natuurbestemming wordt geplaatst (particuliere percelen) en zichtbaar is vanaf de weg. Daarnaast zijn ook vaak (span)doeken en andersoortige (handels)reclame uitingen op deze gronden aanwezig. De borden staan niet op of aan de weg, maar er net naast (op private gronden). Deze reclame-uitingen schaden het uiterlijk aanzien van de gemeente en daarmee de kwaliteit van de openbare ruimte.

 

 

Uitgangspunt

Deze reclame-uitingen zijn niet toegestaan, omdat deze het uiterlijk aanzien van de gemeente schaden en daarmee tevens de kwaliteit van de openbare ruimte.

 

3.3.13 Lichtmastreclame 

Lichtmastreclame zijn lichtbakken die zijn bevestigd aan verlichtingsmasten. Er zijn momenteel geen lichtmastreclames binnen de gemeente aanwezig en toegestaan. Dit beleid wordt voortgezet. Lichtmastreclames zij niet passend binnen het dorpse en groene karakter van Epe.

 

Uitgangspunt

Deze reclame-uitingen zijn niet toegestaan

 

3.3.14 Sponsormogelijkheden

Sinds enige tijd is het mogelijk voor zowel commerciële partijen als burgers gemeentelijke groenvakken te adopteren. Het gaat hierbij om zelfstandige groeneenheden, zoals bijvoorbeeld rotondes te adopteren. De adoptant maakt met de gemeente Epe afspraken over het groenobject. De gemeente houdt zelf nadrukkelijk regie over het ontwerp en de realisatie met als kaders het groenstructuurplan, landschapsontwikkelingsplan en bestemmingsplan.

 

Voor de adoptie van groen door commerciële partijen en burgers gelden verschillende uitgangspunten waar de adoptant aan moet voldoen. Deze zijn beschreven in een notitie over de adoptie van openbaar groen. Een belangrijk verschil hierbij is dat alleen voor de commerciële bedrijven de mogelijkheid voor sponsoring en het plaatsen van borden in de geadopteerde groenvakken bestaat. De adopterende partij blijft vijf jaar verantwoordelijk voor het stuk grond dat in bruikleen is en is daarmee onderhoudsplichtig en aansprakelijk voor de door haar geplaatste inrichting. Na vijf jaar is verlenging mogelijk. Als tegenprestatie mag op de betrokken plek maximaal 4 borden met bedrijfsnaam en of logo worden geplaatst. De reclame-uitingen van de bedrijven is beperkt tot met een afmeting van 0,40 m x 0,50m op de aanrijrichtingen van het groenelement.

 

Uitgangspunten

Momenteel wordt de mogelijkheid geboden van sponsoring van zelfstandige groeneenheden, zoals rotondes en bloemperken. Afhankelijk van de inrichting van de groeneenheden kan het ook mogelijk zijn dat bedrijven ook delen van grotere groeneenheden adopteren, mits de gewenste inrichting past in het grotere geheel. Het groenbeleid en de stedenbouwkundige waarden van deze gebieden zijn hierin bepalend. In een tijd waarin naast bedrijven ook burgers steeds meer gaan participeren in het beheer en onderhoud van de openbare ruimte kan het bieden van kleinschalige sponsormogelijkheden aanvaardbaar zijn. Vanwege de diversiteit aan mogelijke vormen van burgerparticipatie is het niet mogelijk om in dit beleid specifieke voorwaarden op te nemen. In zijn algemeenheid kan wel worden gesteld dat de sponsoring ondergeschikt moet zijn en de verkeersveiligheid gewaarborgd moet worden. Aan het gemeentelijk stedenbouwkundig overleg kan worden voorgelegd of de reclame-uiting (sponsoring) aanvaardbaar is in relatie tot de omgeving.

 

3.4 Uitgangspunten tijdelijke reclame-uitingen nader uitgewerkt 

Deze paragraaf richt zich op reclame-uitingen met een tijdelijk karakter. Daarna hebben de reclame-uitingen geen betekenis meer en dienen de uitingen te worden weggehaald.

 

Uitgangspunt is dat voor reclame-uitingen die passen binnen dit reclamebeleid geen vergunningplicht geldt. In de APV wordt aan de relevante artikelen toegevoegd dat deze beleidsnotitie als toetsingskader geldt. Uitgangspunt daarbij is dat als de reclame-uitingen passen binnen deze beleidsnotitie er geen vergunning nodig is. Er kan overigens wel een vergunningplicht gelden op basis van andere regelgeving zoals bijvoorbeeld de bouwregelgeving.

 

3.4.1 Aankondiging evenementen

Op dit moment wordt voor het aankondigen van evenementen de mogelijkheid geboden om gebruik te maken van de mogelijkheid om driehoeksborden en sandwichborden te plaatsen op de daarvoor aangewezen lantaarnpalen. In de praktijk worden er meer borden geplaatst ook op niet aangewezen lantaarnpalen. Daarnaast worden er vaak op de invalswegen van de kernen en langs de A50 evenementen aangekondigd. Hiervoor geldt op dit moment geen beleid. Het aankondigen van evenementen wordt echter wel wenselijk geacht omdat activiteiten bijdragen aan de aantrekkelijkheid van een kern.

 

Uitvoeringsactie

Er wordt een beleidsregel opgesteld waarbij in ieder geval rekening gehouden wordt met de volgende uitgangspunten:

  • -

    Er worden locaties aangewezen waar activiteiten die een algemeen en/of sociaal-cultureel belang behartigen/beogen en die in de gemeente zal worden gehouden kunnen worden aangekondigd;

  • -

    Daar waar mogelijk liggen deze locaties op gemeentelijk grondgebied;

  • -

    De verkeersveiligheid moet gewaarborgd blijven;

  • -

    De aankondigingen dienen na afloop van het evenement binnen uiterlijk een week te worden verwijderd.

     

3.4.2 Mobiele reclameborden

Mobiele reclameborden worden vaak op of bij een openbare weg geplaatst, bedoeld om (tijdelijk) reclame te maken, maar kunnen ook op eigen terrein zijn geplaatst. Mobiele reclameborden worden als ontsierend geacht voor de omgeving en kunnen daarnaast ook hinderlijk zijn voor het verkeer. Ze vormen een grote aantasting van het straatbeeld en het uiterlijke aanzien van de woon- en leefomgeving. 

 

Uitgangspunt

Het verbod op mobiele reclameborden blijft gehandhaafd in de APV. Ontheffingen voor mobiele reclame-uitingen zullen dan ook niet worden verleend. Als alternatief wordt de mogelijkheid geboden om reclame te maken op de A0 borden. De huidige ontheffingsmogelijkheid wordt daarom uit de APV gehaald.

 

 3.4.3 Bouwborden

Bouwborden zijn tijdelijke borden bij de bouwplaats van een nieuw- of verbouwproject. Op deze borden wordt informatie gegeven over het bouwen, de architect, het bouwplan, andere betrokkenen en informatie over verhuur of verkoop. Na afloop van de werkzaamheden verdwijnen de bouwborden. Uitgangspunt voor een bouwbord is dat deze geplaatst wordt op de bouwplaats zelf of direct grenzend aan de bouwplaats, tenzij dit in alle redelijkheid niet mogelijk is (denk hierbij bijvoorbeeld aan borden ten behoeve van werkzaamheden van bijv. het Waterschap).

 

Een bouwbord is vergunningvrij op basis van de categorieën van gevallen waarin voor bouwactiviteiten en planologische gebruiksactiviteiten geen omgevingsvergunning is vereist (artikel 2 bijlage II Bor).

 

Uitgangspunt

Bouwborden zijn toegestaan:

  • -

    Bouwborden gedurende de bouwactiviteit (van tijdelijke aard)

  • -

    Alleen toegestaan op of direct aan het terrein zelf

 

3.4.4 Makelaarsborden

Een makelaarsbord is een reclamebord ten behoeve van de verhuur/verkoop van onroerend goed. Uitgangspunt voor het plaatsen van een makelaarsbord is dat deze aangebracht wordt op het pand en/of op het betreffende perceel zelf. Makelaarsborden bij gebouwen die te koop staan, zijn voor de activiteit bouwen niet vergunningplichtig.

 

Uitgangspunt

Makelaarsborden zijn op basis van dit beleid toegestaan gedurende de verkoop / verhuur van het onroerend goed.

 

 3.4.5 Verkiezingsborden

In de gemeente Epe worden rond verkiezingstijd speciale verkiezingsborden geplaatst. Van gemeentewege worden er op 6 locaties in onze gemeente borden geplaatst waar de plaatselijke partijen hun verkiezingsposters op kwijt kunnen. Alle deelnemende partijen hebben voldoende ruimte om de posters op te plakken.

 

Uitgangspunt

De gemeente stelt borden beschikbaar waar de verkiezingsposters op kunnen worden geplaatst. Naast de door de gemeente beschikbaar gestelde borden mogen de deelnemende partijen eigen borden plaatsen. Hiervoor gelden de volgende richtlijnen:

  • -

    de deelnemende partijen mogen de borden niet eerder dan 14 dagen voor de verkiezingsdatum plaatsen;

  • -

    de borden mogen niet groter zijn dan 1 m2;

  • -

    de borden mogen alleen met toestemming van de eigenaar worden geplaatst op particuliere grond;

  • -

    de borden/posters mogen niet op bomen worden geplakt of gespijkerd;

  • -

    borden mogen de verkeersveiligheid niet in gevaar brengen

  • -

    borden moeten binnen een week na de verkiezingen zijn verwijderd; zo nodig worden ze van gemeentewege, op kosten van de partij die heeft geplaatst, verwijderd.

 

Iedere politieke partij mag maximaal 12 reclameborden binnen de gemeente Epe plaatsen, waarvan 4 in Epe, 4 in Vaassen, 2 in Oene en 2 in Emst.

 

Een verkiezingsbord is niet vergunningplichtig voor de activiteit bouwen als deze er korter dan 31 dagen staat.

 

3.4.6 Spandoeken

Spandoeken worden meestal gebruikt door verenigingen en charitatieve instellingen ter ondersteuning van campagnes of collectes en zijn regelmatig onderdeel van een landelijke campagne. Dat betekent dat er vaak ook landelijk promotiemateriaal wordt gemaakt in de vorm van (onder andere) spandoeken. In die zin is de verwachting dat het niet reëel is om te verwachten dat deze instellingen gebruik gaan van de A0 borden. Het huidige beleid, zoals verwoord in de beleidsregel voorwerpen en uitstallingen op of aan de weg, kan worden voorgezet. Het betreft hier geen commerciële reclame.

 

Uitgangspunten

De volgende uitgangspunten blijven gehandhaafd:

  • -

    maximaal 3 spandoeken in Epe:

    • *

      Heerderweg nabij Dellenweg;

    • *

      Eperweg - S 9; ter hoogte van de Brakerweg;

    • *

      Oenerweg nabij Oude Oenerweg;

    • *

      Kolthovenweg / Tongerenseweg;

 

  • -

    maximaal 3 spandoeken in Vaassen;

    • *

      Pr. Bemhardlaan/Dorpsstraat;

    • *

      Laan van Fasna t.p.v. rotonde Deventerstraat;

    • *

      Laan van Fasna t.p.v. Poelweg;

       

  • -

    maximaal 2 spandoeken in Emst en

    • *

      Deventerweg t.p.v. sportterrein;

 

  • -

    maximaal 2 spandoeken in Oene;

    • *

      Eperweg t.p.v. parkeerplaats - ter hoogte van de Vijgenkampsweg.

 

De hangperiode bedraagt maximaal 14 dagen en mag niet eerder beginnen dan 14 dagen voor aanvang van de activiteit. Uiterlijk de dag na de einddag van het activiteit dienen de borden c.q. spandoeken te worden verwijderd. Een spandoek tussen twee palen is niet vergunningplichtig voor de activiteit Bouwen als deze korter dan 31 dagen staat.

 

3.5 Excessenregeling

Het college kan handhavend optreden indien een reclame-uiting in ernstige mate in strijd is met de redelijke eisen van welstand. Een reclame-uiting is ‘in ernstige mate in strijd met de redelijke eisen van welstand’ als er sprake is van een exces, dat wil zeggen een buitensporigheid in het uiterlijk die ook voor leken duidelijk is. Vaak heeft dit betrekking op het niet passen van een reclame-uiting in de omgeving door slecht materiaalgebruik, afwijkend contrasterend kleurgebruik, te opvallende reclames, etc.

 

4. Uitgangspunten bewegwijzering

 

4.1.1 Hoe is de landelijke en regionale bewegwijzering geregeld?

Het opstellen, realiseren en beheren van de landelijke en regionale auto-, fiets- en wandelbewegwijzering was altijd de taak van de ANWB, maar is vanaf 1 januari 2015 ondergebracht bij de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBd). De Nationale bewegwijzeringsdienst is een organisatie van, voor en door de wegbeheerders. De aansturing van de Nationale Bewegwijzeringsdienst gebeurt door vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat, IPO, VNG en Unie van Waterschappen. De Nationale Bewegwijzeringsdienst heeft - namens de minister van Infrastructuur en Milieu - met ingang van 1 januari 2015 een aantal wettelijke taken op het gebied van bewegwijzering gekregen, te weten:

  • -

    het opstellen en vaststellen van bewegwijzeringsplannen voor alle wegbeheerders;

  • -

    afstemming en coördinatie tussen de verschillende wegbeheerders;

  • -

    het opstellen en beheren van de database voor bewegwijzering in ons land;

 

Zij behartigen daarnaast voor onze gemeente het beheer en onderhoud van de bestaande landelijke en regionale routebewegwijzering. 

 

4.1.2. Wat valt er onder lokale bewegwijzering?

Onder de lokale bewegwijzering vallen de verwijzingen naar objecten en voorzieningen op lokaal niveau. Het gaat hierbij om utilitaire of toeristische verwijzing. Onder utilitaire objectverwijzing worden objecten als politiebureau en gemeentehuis verstaan. Toeristische objectverwijzing zijn bijvoorbeeld attracties en campings. ANWB-bewegwijzering, zoals verwijzingen naar objecten die nationaal en/of regionaal verkeer aantrekken vallen niet onder de lokale bewegwijzering. Ook wandel-, fietsroutes en paddenstoelen vallen buiten deze categorie. De landelijke richtlijnen voor toepassing van deze bewegwijzering zijn opgenomen in CROW publicatie: “Richtlijn Bewegwijzering 2014”

 

 4.1.3. Eisen aan bewegwijzering

In CROW publicatie 322 “Richtlijn bewegwijzering 2014” worden een aantal eisen aan bewegwijzering gedestilleerd, te weten:

 

Uniformiteit: De borden dienen uniform te zijn qua vormgeving, afmetingen en kleurstelling.

Dit verhoogt de herkenbaarheid en zorgt voor een rustiger straatbeeld.

 

Leesbaarheid: De informatie dient duidelijk leesbaar te zijn. Dit betekent dat de letters voldoende groot moeten zijn, er een goede contrastwerking dient te zijn en dat de borden ook bij duisternis moeten opvallen.

 

Begrijpelijkheid: De aanduidingen op de bewegwijzering dienen voor een ieder begrijpelijk te zijn.

Dit kan op twee manieren worden bewerkstelligd: enerzijds moeten de objectnamen zo worden omschreven dat de betekenis direct helder is, anderzijds kan worden gewerkt met algemeen geaccepteerde symbolen. Hierbij is de voorkeur voor korte krachtige, en dus, snel leesbare benamingen.

 

Continuïteit: De verwijzing naar een eenmaal in de bewegwijzering opgenomen voorziening of object dient te worden voortgezet totdat het betreffende doel is bereikt, of totdat de aanduiding niet meer noodzakelijk wordt geacht.

 

4.2 Uitgangspunten

 

Wel of niet verwijzen?

  • -

    Het te verwijzen object moet van algemeen publiekelijk belang zijn, regelmatig verkeer van buiten de gemeente aantrekken en passen binnen de opgestelde criteria, zoals opgenomen in de bijgaande tabel.

  • -

    Objecten die buiten de gemeente Epe zijn gesitueerd, worden in principe niet verwezen via het gemeentelijk bewegwijzersysteem.

     

 

Waar verwijzen?

  • -

    Objecten worden verwezen vanaf de aftakking van de dichtstbijzijnde hoofdroute. Dus niet vanaf alle invalswegen van de bebouwde kom. (zie bijlage 2 voor een overzicht van de hoofdroutes)

  • -

    Er worden alleen verwijsborden geplaatst op locaties die een beslispunt zijn (waar duidelijk een keuze in rijrichting moet worden gemaakt.

 

Nieuwe aanvraag:

  • -

    Een nieuwe aanvraag voor het plaatsen van een verwijzing naar een object wordt beoordeeld door de afdeling Ruimte van de gemeente Epe.

 

Uitvoering:

  • -

    De bewegwijzering wordt uitgevoerd in strokenborden waarbij één bord per object wordt vermeld.

  • -

    Per locatie worden maximaal 8 verwijzingen op een flespaal of mast opgenomen.

  • -

    Ter verduidelijking voor de weggebruiker worden symbolen toegepast.

  • -

    Verwijzingen naar toeristisch-recreatieve objecten worden verwezen op bebording in de kleur bruin. Overige objecten worden verwezen in de kleur blauw.

 

4.3. Randvoorwaarden voor een goede bewegwijzering

Daarnaast zijn er een aantal randvoorwaarden die van invloed zijn op de kwaliteit van onze lokale bewegwijzering.

 

Minimalisatie aantal verwijzingen

Het aantal wegwijzers per locatie en/of route dient zo veel mogelijk te worden geminimaliseerd, zeker op kruispunten. Bij een te groot aantal verwijzingen is het aanbod aan informatie voor de weggebruiker niet meer op te nemen en verliest de bewegwijzering zijn waarde. Tevens komt de verkeersveiligheid dan onder druk te staan. Daarnaast kan het uiterlijk aanzien van de gemeente worden ontsierd door een veelheid aan bewegwijzeringsborden op één locatie.

 

Voorkeur voor gebiedsbewegwijzering boven objectbewegwijzering

Uitgangspunt voor het nieuwe beleid is de methodiek van grofmazige gebiedsbewegwijzering boven gedetailleerde objectbewegwijzering. Dit betekent dat er bij voorkeur wordt verwezen naar een winkelgebied, bedrijventerrein of sportcomplex in plaats van naar een individuele winkel, bedrijf of sportvereniging.

 

Ideale route

Een object of voorziening dient te worden bewegwijzerd via de meest ideale (en zo mogelijk snelste) route, rekening houdend met de verkeersveiligheid en - leefbaarheid. Dit betekent dat verkeer zo veel mogelijk via de gebiedsontsluitingswegen en overige hoofdroutes wordt geleid (zie bijlage 2). Indien van toepassing wordt vervolgens via de erftoegangsweg(en) de meest gerichte route naar de bestemming bewegwijzerd. Hierbij worden gevoelige locaties, zoals basisscholen, zo veel mogelijk vermeden.

 

4.4. Selectiecriteria

 

4.4.1 Werkwijze voor bepaling van gewenste bewegwijzering.

Voor het bepalen van een aanvraag voor objectenbewegwijzering, wordt de onderstaande selectiecriteria gehanteerd. Deze bestaat uit een viertal stappen.

1. Selectie aan de hand van vragenlijst

2. Beoordeling op aanvullende criteria op de selectie (bijlage 3)

3. Keuze van systeem bewegwijzering

4. Wie betaalt de kosten?

 

Bij aanvragen

voor bewegwijzering geeft onderstaand selectieschema duidelijkheid of de aanvraag gehonoreerd wordt en welke voorzieningen in aanmerking komen voor bewegwijzering. Aanvragen kunnen op deze wijze evenwichtig en objectief worden beoordeeld.

De vragenlijst luidt als volgt:

  • 1.

    Betreft het een voorziening grotendeels gericht op recreatie en/of toerisme?

Ja, ga door naar 5

Nee, ga door naar 2

 

  • 2.

    Betreft het een voorziening van algemeen maatschappelijk nut?

Ja, ga door naar 3

Nee, ga door naar 13

 

  • 3.

    Betreft het een voorziening die in noodgevallen (ziekte of misdrijf) voor onbekenden snel te vinden moet zijn?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 4

 

  • 4.

    Betreft de voorziening het gemeentehuis?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 5

 

  • 5.

    Voorziening toegankelijk voor toeristen, recreanten en/of passanten?

Ja, ga door naar 6

Nee, ga door naar 13

 

  • 6.

    Betreft het een toeristisch infokantoor, dagrecreatieve voorziening of sportaccommodatie?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 7

 

  • 7.

    Betreft het een verblijfsrecreatieve voorziening?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 8

 

  • 8.

    Betreft het een horecaonderneming met verblijfsaccommodatie (hotel) en/of congresaccommodatie?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 9

 

  • 9.

    Betreft het een horecaonderneming met restaurantfunctie?

Ja, ga door naar 10

Nee, ga door naar 11

 

  • 10.

    Ligt de voorziening buiten de bebouwde kom?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 13

 

  • 11.

    Is de voorziening uniek/van bijzondere betekenis voor de streek?

Ja, ga door naar 12

Nee, ga door naar 13

 

  • 12.

    Doelverwijzing mogelijk indien voldaan wordt aan de aanvullende criteria van bijgevoegde tabel (Bijlage 3)

 

  • 13.

    Doelverwijzing is niet mogelijk

 

4.4.2. Aanvragen voor objectverwijzingen die niet worden gehonoreerd? 

Voorzieningen die niet apart worden opgenomen in de objectbewegwijzering, kunnen worden vermeld op de kaarten van de plattegrond-informatiekasten die langs de invalswegen van onze dorpen zijn geplaatst. Deze plattegronden bieden mogelijkheden voor aanduiding van voorzieningen die minder verkeer van buiten de gemeente aantrekken. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan scholen, kerken, bibliotheken, apotheken, tandartspraktijken, sportverenigingen, en woonzorginstellingen. Een verzoek hiertoe kan bij de gemeente worden ingediend. De toegekende aanvragen worden door de gemeente verzameld en – overeenkomstig het huidig onderhoudscontract met een private partij – eens per drie jaar op de plattegrondkaarten verwerkt.

 

 

 

 4.4.3 Uitvoering objectenbewegwijzering

Objecten, die gelegen zijn binnen een bebouwde kom, worden bewegwijzerd binnen een straal van 1500 meter rondom dit object met een maximum aantal op 5 locaties. Objecten, die gelegen zijn buiten de bebouwde kom, worden bewegwijzerd vanaf de dichtstbijzijnde hoofdroute (zie bijlage 2). Hiervoor geldt eveneens een maximum aantal op 5 locaties. Een uitzondering hierop vormen de sportaccommodaties, die gelegen zijn op een sportcomplex, en waar 2 of meer sporten kunnen worden beoefend. Deze worden buiten dit sportcomplex niet afzonderlijk bewegwijzerd, maar worden bewegwijzerd onder de noemer van het sportcomplex, waarop deze gelegen zijn. Op het terrein van dit sportcomplex kunnen dan afzonderlijke verwijzingen naar de verschillende, op dit terrein gelegen, sportaccommodaties worden geplaatst.

 

Over het te kiezen type objectwegwijzer wordt onderscheid gemaakt naar:

  • -

    Objectenwegwijzers binnen de bebouwde kom

  • -

    Objectenwegwijzers buiten de bebouwde kom

 

Objectwegwijzers binnen de bebouwde kom

Voor de bewegwijzering van alle objecten binnen de bebouwde kommen van onze gemeente, wordt het klein model strokenbord toegepast. Het kan voorkomen, dat er onvoldoende ruimte is voor het plaatsen van het klein model strokenbord, dan kan gekozen worden voor het systeem van een mast met vanen.

 

klein model strokenbord

 

Mast met vanen

 

Objectwegwijzers buiten de bebouwde kom

Vanwege het bereiken van uniformiteit (beleidsuitgangspunt), is het toepassen van hetzelfde systeem als buurgemeenten gewenst. Voor bewegwijzering van objecten buiten de bebouwde kom wordt dan ook gekozen voor het systeem, zoals dit door het CROW in richtlijn 322 “Richtlijn bewegwijzering 2014” wordt voorgesteld en zoals hiernaast is weergegeven. Een strokenbord groot model op 2 flespalen. Eventueel kan gekozen worden om de strokenborden op een mast te plaatsen, als er onvoldoende ruimte is voor 2 flespalen.

 

Groot model strokenbord

 

4.4.4 Uitvoering van de objectbewegwijzeringsborden

De borden worden uitgevoerd conform de nieuwe CROW-richtlijn: Bewegwijzering 2014 (nr. 322)

  • -

    Lokale objectborden hebben een blauwe ondergrond met uitgespaard wit retro reflecterend vlak met zwart opschrift, klasse II of III, en zijn voorzien van symbolen en richtingspijlen.

  • -

    Toeristische objectborden hebben een bruine ondergrond met uitgespaard opschrift op een wit retro reflecterend veld, klasse II of III, en zijn voorzien van richtingspijlen en symbolen, die voor de weggebruiker snel herkenbaar zijn, mede ook om mensen, die last hebben van woordblindheid, tegemoet te komen.

  • -

    Afmetingen borden:

     

  • *

    Binnen de bebouwde kom:

Model Vaan: Eenregelig 900 x 150 mm

Tweeregelig 900 x 200 mm

Model Strokenbord Eenregelig 1130 x 175 mm

Tweeregelig 1130 x 265 mm

 

  • *

    Afmeting borden buiten de bebouwde kom:

Model Strokenbord Eénregelig 1500 x 230 mm

Tweeregelig 1500 x 350 mm

 

 

4.4.5 Bewegwijzering op industrieterreinen

Zoals op de foto’s in paragraaf 1.6. al is aangeven, beschikt industrieterrein Kweekweg in Epe, ten zuiden van de Oenerweg, over een verouderd, rommelig en niet consistent bewegwijzeringsysteem.

Het gedeelte van industrieterrein Kweekweg, ten noorden van de Oenerweg, beschikt op het kruispunt Oenerweg – Korte Veenterweg wel over een moderner bewegwijzeringsysteem, echter leidt dit het onbekend (vracht)verkeer via de minder toegankelijke Korte Veenteweg naar de Lange Veenteweg en de Dorperhofweg. Deze route is vanuit verkeersveiligheidsoogpunt niet gewenst en vraagt om een aanpassing. De bewegwijzering is op dit deel van het industrieterrein verder ook niet consistent doorgevoerd. Op Industrieterrein Eekterveld in Vaassen worden weggebruikers vanaf de Spinfondsweg, Aalbosweg en Talhoutweg middels bedrijvenverwijzer/plattegrond-informatiekasten naar de bedrijven verwezen. De informatiekasten zijn echter niet overal evengoed zichtbaar voor lokaal onbekend verkeer.

 

huidige bewegwijzering Kweekweg Noord te Epe

 

huidige bewegwijzering industrieterrein Eekterveld te Vaassen

 

Een goed bewegwijzeringsysteem draagt bij aan de verkeersveiligheid op onze industrieterreinen. Het beperkt zoekverkeer en voorkomt dat vrachtwagenchauffeurs op het industrieterrein gaan keren (grote massa, dode hoek). Uitgangspunt van het nieuwe bewegwijzeringssysteem is dat alle gevestigde bedrijven op onze industrieterreinen bij de hoofdtoegangen worden benoemd. Indien men verderop moet afslaan om het betrokken bedrijf te bereiken, wordt dit opnieuw aangegeven. Zo wordt men altijd tot bij het bedrijf geleid.

 

Op bedrijventerreinen is uitsluitend uniforme bewegwijzering toegestaan, dat aan de volgende voorwaarden voldoet:

  • -

    op het frame dient de naam van het betreffende bedrijventerrein te worden vermeld;

  • -

    op één frame moeten meerdere bedrijfsnamen worden vermeld;

  • -

    op het frame dient ook de straatnaam te worden vermeld;

  • -

    de maatvoering van een straatnaambord moet duidelijk leesbaar zijn. De borden hebben bij voorkeur de volgende afmetingen: hoogte 15 cm en breedte 150 cm;

  • -

    de straat- en bedrijfsnamen moeten in het donker ook goed zichtbaar zijn (reflecterend);

  • -

    alleen toegestaan voor bedrijven die positief bestemd zijn of die niet in strijd zijn met het geldende bestemmingsplan;

 

 

Voor industrieterrein Kweekweg in Epe adviseren wij de huidige bebording te vervangen door het hiervoor genoemde bewegwijzeringssysteem. Voor industrieterrein Eekterveld moet in overleg met de industriekring worden bepaald of dit bewegwijzeringssysteem een waardevolle aanvulling biedt voor hun bedrijvenverwijzer/plattegrond informatiekast.

 

4.4.6. Plaatsing en financiering verwijzingen naar particuliere objecten

Een bedrijf of instelling (niet gemeentelijke) die een verwijzing wil hebben, kan vermeld worden op de gemeentelijke verwijsborden, mits het voldoet aan de door de gemeente gestelde criteria. Het toetsen en plaatsen van de bebording gebeurt door de gemeente of wordt uitbesteed aan derden.

De kosten voor de leverantie van de borden en het plaatsen hiervan zijn voor rekening van de aanvrager. Bij verwijzingen naar gemeentelijke instellingen zijn de kosten voor de gemeente.

 

5. Handhaving

 

5.1 Handhaving reclame

Daar waar mogelijk wordt getracht met partners een convenant te sluiten over de nakoming van de in dit beleid geformuleerde regels. Dit betreft met name de uitingen in de centra. Indien noodzakelijk wordt het instrument ‘handhaving’ ingezet. Hierbij zal jaarlijks worden bekeken welke zaken uit dit beleid worden opgepakt. Uitgangspunt hierbij is het verbeteren van de kwaliteit van de openbare ruimte en het tegengaan van verrommeling.

 

Ten tijde van vaststelling van deze nota worden bestaande reclamevormen op grond van het overgangsrecht toegestaan, met uitzondering van illegaal geplaatste reclame-uitingen, verplaatsbare reclame-uitingen zoals reclamevoertuigen. Bij vernieuwing van de reclame wordt getoetst aan het voorliggende beleid.

 

De op het moment van het van kracht worden van dit beleid bestaande legale reclame-uitingen mogen in ongewijzigde vorm blijven bestaan.

 

Voor wat betreft de maatregelen voor uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg wordt in overleg met de ondernemersverenigingen nadere afspraken gemaakt.

 

5.2 Handhaving bewegwijzering

Bij de realisering van het gehele bewegwijzeringbeleid is een goede handhaving van groot belang.

Het gedogen van het plaatsen van eigen verwijsborden door particulieren komt de uniformiteit en de overzichtelijkheid van het gehele verwijsbordensysteem niet ten goede. Hieruit vloeit voort, dat, indien wordt geconstateerd, dat eigenhandig en in strijd met het verwijsbordenbeleid wordt gehandeld, direct handhavend zal worden opgetreden.

 

Bestaande toeristisch recreatieve objectverwijzingen, die qua kleurstelling of selectiecriteria niet voldoen aan de in dit beleidsplan gestelde eisen, moeten worden vervangen of verwijderd.

 

Aanbevolen wordt alle toeristisch recreatieve objectbewegwijzering oude stijl buiten de bebouwde kom binnen één jaar te vervangen of te verwijderen. Hiervoor wordt samen met een bebordingsbedrijf contact opgenomen met de betreffende recreatieve ondernemers. Samen met hen wordt een nieuw bewegwijzeringsplan opgesteld voor zijn/haar onderneming. De kosten voor het plaatsen van deze nieuwe bebording worden betaald door de ondernemer. De oude bebording wordt hierbij kosteloos verwijderd. Deze werkwijze is in het verleden succesvol door andere gemeenten toegepast. Voor de bestaande objectverwijzingen, binnen de bebouwde kom, die niet voldoen aan de selectiecriteria, wordt bij constatering contact opgenomen met de eigenaar. Het bord wordt dan in overleg verwijderd. Voor de gemeentelijke objectbewegwijzering bevelen wij aan om na vaststelling van de beleidsnota – waar mogelijk – alle verouderde borden te vervangen als voorbeeldfunctie. Voor de private objecten, die wel voldoen aan het beleid, kiezen we de weg van de geleidelijkheid, waarbij we de toeristische ondernemers zullen stimuleren om deel te nemen aan de nieuwe bewegwijzering, die aansluit bij de landelijke richtlijn en het imago van de gemeente Epe, maar ook van het private object, zal verhogen.

 

 5.3 Handhavingsmatrix

Bij de reclame-uitingen mogen legale bestaande situaties blijven bestaan en is het beleid slechts van toepassing bij vernieuwing en nieuwe situaties.

 

Na de 1e constatering volgt er een vooraanschrijving als er een overtreding is geconstateerd. Voordat het dwangsombesluit wordt verstuurd is er een 2e controle. Dat is om te kijken of de overtreding na de vooraanschrijving al ongedaan is gemaakt. Nadat de termijn in het dwangsombesluit is beëindigd volgt er een 3e controle. Is de overtreding niet ongedaan gemaakt dan heeft de overtreder een dwangsom verbeurd. De dwangsom moet dan ingevorderd worden met een invorderingsbeschikking.

 

De begunstigingstermijn wordt in principe standaard gesteld op 5 dagen, maar hier kan van afgeweken worden. Dit geldt ook voor de hoogte van het dwangsombedrag. Hier kan ook van afgeweken worden.

 

Overtreding

Dwangsomhoogten

Plaatsen één of meerdere reclame-uiting(en) op de weg en zichtbaar vanaf de weg in afwijking van de voorwaarden

€ 500.- per overtreding per dag met een maximum van € 2.500,-

Plaatsen bewegwijzering op de weg in afwijking van de voorwaarden

€ 300,- per overtreding per dag met een maximum van € 1.500,-

Plaatsen van één of meerdere reclamebord(en) bij legale beroepen, diensten en bedrijven voor zover gelegen buiten de bedrijventerreinen in afwijking van de voorwaarden

€ 1.000,- per overtreding per dag met een maximum van € 5.000,-

Plaatsen van één of meerdere reclamebord(en) bij een aan huis verbonden beroep in afwijking van de voorwaarden

€ 500,- per overtreding per dag met een maximum van € 2.500,-

Plaatsen van één of meerdere reclamebord(en) bij sportvelden in afwijking van de voorwaarden

€ 100,- per overtreding per dag met een maximum van € 500,-

Plaatsen van één of meerdere evenementenbord(en) in afwijking van de voorwaarden

€ 100,- per overtreding per dag met een maximum van € 500,-

Plaatsing van één of meerdere bouwbord(en) in afwijking van de voorwaarden

€ 100,- per overtreding per dag met een maximum van € 500,-

Plaatsing van één of meerdere makelaarsbord(en) (te koop/te huur borden) in afwijking van de voorwaarden

€ 100,- per overtreding per dag met een maximum van € 500,-

Plaatsing van één of meerdere verkiezingsbord(en) in afwijking van de voorwaarden

€ 500,- per overtreding per dag met een maximum van € 2.500,-

Plaatsen van één of meerdere spandoek(en) in afwijking van de voorwaarden

€ 500,- per overtreding per dag met een maximum van € 2.500,-

Plaatsing van één of meerdere uitstalling(en) en voorwerpen op of aan de weg

€ 500,- per overtreding per dag met een maximum van € 2.500,-

  

 

 

Bijlage 1 Juridische kader

 

Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg

 

Artikel 2:10 is opgenomen dat het is verboden is om de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, als het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg. Het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. Van dit verbod kan ontheffing worden verleend en geldt niet voor evenementen en standplaatsen.

 

Het bevoegd bestuursorgaan kan in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels stellen ten aanzien van terrassen en uitstallingen. Het college heeft met toepassing van dit in 2009 de beleidsregel “uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg” vastgesteld. Deze beleidsregel geeft nadere regels voor uitstallingen bij winkels en bedrijven en voor mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving. Dit betreft met name tijdelijke aankondigingen.

 

De regels voor uitstallingen bij winkels en bedrijven kent geen vergunning- of meldingplicht. Het belastbaar feit bij de precariobelasting is het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Het voornemen om mobiele reclameobjecten te plaatsen moet van tevoren bij de gemeente worden gemeld. Belastinggrondslag is de door uitstallingen en voorwerpen per m2 ingenomen grond. Voor mobiele reclameobjecten en vlaggen is de grondslag het aantal geplaatste voorwerpen.

 

Verbodsbepalingen reclame in de APV

Artikel 2:42 de leden 2, 4 en 5 waarin is opgenomen dat het verboden is zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op een openbare plaats of dat gedeelte van een onroerende zaak dat vanaf die plaats zichtbaar is een aanplakbiljet of ander geschrift, afbeelding of aanduiding aan te plakken, te doen aanplakken, op andere wijze aan te brengen of te doen aanbrengen.

Daarnaast is bepaald dat het college aanplakborden kan aanwijzen voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen. Het is verboden deze aanplakborden te gebruiken voor het aanbrengen van handelsreclame.

 

Artikel 4:15 waarin is opgenomen dat het verboden is op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift, aankondiging of afbeelding waardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstige hinder ontstaat voor de omgeving.

Bij de vaststelling van dit beleid is artikel 4:15 opgenomen in de APV:

  • 1.

    Het is verboden op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf de weg zichtbaar is.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor onverlichte:

    • a.

      opschriften, aankondigingen en afbeeldingen in het inwendig gedeelte van een onroerende zaak, die niet kennelijk gericht zijn op zichtbaarheid vanaf de weg;

    • b.

      opschriften of aankondigingen op of aan onroerende zaken, daartoe aangewezen door de overheid;

    • c.

      opschriften en aankondigingen op of aan onroerende zaken dienstbaar aan openbaar vervoer, indien deze zijn aangebracht ten dienste van dat vervoer.

  • 3.

    Het verbod geldt niet voor reclame die is toegestaan op grond van de door het college vastgestelde beleid inzake reclame en bewegwijzering.

 

Artikel 5:7 waarin is opgenomen dat het verboden is een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame, op de weg te parkeren met het kennelijk doel om daarmee handelsreclame te maken. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) / omgevingsvergunning

Voor reclame-uitingen die tevens moeten worden aangemerkt als bouwwerk (is een omgevingsvergunning voor de activiteit “bouwen” nodig. Daarbij wordt getoetst aan o.a. bestemmingsplan, Bouwbesluit (voor constructie en veiligheid in voorkomende gevallen, denk aan grote bouwwerken) en welstand. De onderstaande bouwwerken zijn doorgaans vergunningplichtig:

  • -

    Vlag(gen) (incl. vlaggenstokhouders) en vlaggenmasten met reclame (buiten de vergunningvrije vlaggenmast);

  • -

    Reclamezuil(en);

  • -

    Lichtmast;

  • -

    Reclameframe(s)

 

Vergunningsvrij voor activiteit bouwen

Er is de laatste jaren op het gebied van bouwen door het rijk veel gedereguleerd. Het bouwen van verschillende soorten bouwwerken is daardoor vergunningsvrij geworden. Op grond van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn de volgende onderdelen vergunningvrij voor de activiteit Bouwen:

  • -

    Een vlaggenmast op een erf van maximaal 6 meter hoog (maximaal 1 per erf) (art. 2, lid 14, bijlage II Bor);

  • -

    Een bouwbord, mits in de onmiddellijke nabijheid van het terrein waar gebouwd wordt (art. 2, lid 20, bijlage II Bor).

  • -

    Makelaarsborden bij gebouwen die te koop staan zijn voor de activiteit bouwen niet vergunningplichtig

  • -

    Een verkiezingsbord als deze er niet langer dan 31 dagen staat.

  • -

    Bouwwerken ten behoeve van infrastructurele of openbare voorzieningen, zoals onder andere abri’s (niet hoger dan 3 meter, maximaal 15 m2) en straatmeubilair zijn ook voor de activiteit bouwen vergunningvrij (art. 2, lid 18, bijlage II Bor). Onder dit artikel vallen ook plattegrondkasten langs de openbare weg.

  • -

    Een spandoek tussen twee palen is niet vergunningplichtig voor de activiteit Bouwen als deze korter dan 31 dagen hangt.

 

Bouwwerken moeten, omgevingsvergunningsvrij of niet, wel altijd aan de regels van het Bouwbesluit voldoen. Wanneer er geen omgevingsvergunning vereist is (en er ook geen andere regelgeving, zoals de APV van toepassing is) kan de gemeente geen verdere eisen stellen aan het bouwwerk. Behalve in het geval van een exces volgens de welstandnota.

 

Vrijheid van meningsuiting

Bij het maken van beleid voor reclame in de openbare ruimte moet rekening worden gehouden met het grondrecht om gedachten en gevoelens te openbaren op grond van artikel 7 van de Grondwet. Dit artikel ziet toe op de vrijheid van meningsuiting. In artikel 7 lid 4 van de Grondwet wordt het maken van handelsreclame uitgezonderd van deze bescherming van het recht op meningsuiting. Zo valt bijvoorbeeld een bord met een religieuze boodschap hieronder.

Onder handelsreclame verstaat men reclame voor commerciële doeleinden in ruime zin. Hierdoor kan de gemeente dus regels opstellen die handelsreclame verbieden of binden aan voorschriften.

Dat men een grondrecht heeft om gedachten en gevoelens te mogen uiten, betekent overigens niet dat de gemeente alle openbaringen van gedachten en/of gevoelens altijd moet dulden. Wanneer een voorwerp is geplaatst waarop gedachten en/of gevoelens zijn geopenbaard, moet de gemeente bijvoorbeeld beoordelen of het voorwerp voldoet aan de volgende regels:

  • -

    Voor wat betreft de constructie van het voorwerp de regels uit het Bouwbesluit (bv. in het geval van een gevaarlijke constructie) (zie Wabo);

  • -

    Als het voorwerp in de openbare ruimte wordt geplaatst de regels uit de APV

 

 

Bijlage 2 Overzicht hoofdroutes gemeente Epe

 

 

 

Bijlage 3 Tabel: Criteria voor gemeentelijke bewegwijzering

 

 

 

Object

Algemeen Maatschappelijk Nut

Wel of niet bewegwijzerd

Overweging

1

Gemeentehuis Epe

Wel

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan.

2

Politiebureau

Wel

Heeft belangrijke hulpverlenende functie

3

Brandweer

Niet

Trekt nauwelijks onbekend verkeer aan.

4

Huisartsen, tandartsen, dierenartsen

Niet

Trekt nauwelijks onbekend verkeer aan.

5

Huisartsenpost

Wel, mits

Wordt verwezen mits de huisartsenpost bereikbaar is voor spoedgevallen en acute hulp.

6

Apotheek

Niet

Wordt hoofdzakelijk door plaatselijke bewoners bezocht.

7

Begraafplaatsen/uitvaartcentra

Wel

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan.

8

Woonzorgcentra/bejaardentehuis

Niet

Is een normaal woongebouw met bezoekers die de weg erheen kennen.

9

Streekverpleeghuis

Wel

Trekt ook verkeer vanuit de regio aan

10

Bibliotheek

Niet

Trekt nauwelijks onbekend verkeer aan.

11

Theater

Wel

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan

12

Buurthuizen

Niet

Trekken nauwelijks onbekend verkeer aan.

13

Dorpshuizen / Kulturhus

Wel

Trekt ook verkeer vanuit de regio.

14

Kinderdagverblijven

Niet

Trekt nauwelijks onbekend verkeer aan.

15

Scouting

Niet

Trekt nauwelijks ter plaatse onbekend verkeer aan.

16

Onderwijsinstellingen

Niet

Trekken nauwelijks onbekend verkeer aan.

17

Winkelcentra

Niet

Het winkelcentrum heeft geen bovenlokale functie en het Centrum wordt al verwezen via de ANWB-bewegwijzering.

18

Bedrijfsterreinen die niet vallen onder bovenlokaal bewegwijzerde terreinen.

Niet

Opnemen in ANWB bewegwijzering.

19

Tankstations en andere voorzieningen voor weggebruikers

Niet

Trekken niet veel onbekend verkeer aan en/of hoeven niet te worden verwezen (zijn duidelijk zichtbaar).

20

VVV

Wel

Heeft belangrijke hulpverlenende functie.

21

Hotels, pensions

Wel, mits

Trekt bij uitstek ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: er is sprake van een speciaal daartoe aangelegde toegangsweg en het minimaal aantal slaapeenheden is 10

22

B&B, appartementen

Wel, mits

Trekt ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: Vergunning van de gemeente en ingeschreven bij KvK, locatie beschikt over minimaal 10 slaapeenheden en een speciaal daartoe aangelegde toegangsweg

23

Recreatie-, bungalow-, of stacaravanpark

Wel, mits…

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: Vergunning van de gemeente en ingeschreven bij KvK. Park beschikt over minimaal 20 bungalows, vakantiehuisjes of stacaravans in bedrijfsmatige verhuur en een speciaal daartoe aangelegde toegangsweg

24

Campings / minicampings

Wel, mits…

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: Vergunning van de gemeente en ingeschreven bij KvK. Camping beschikt over minimaal 20 staanplaatsen in bedrijfsmatige verhuur en een speciaal daartoe aangelegde toegangsweg

25

Jeugdherbergen en groepsaccommodaties

Wel, mits…

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: vergunning van de gemeente. ingeschreven bij KvK en minimum grootte van de groep die kan worden ontvangen is 20 personen.

26

Musea

Wel

Musea trekken relatief veel onbekend verkeer aan.

27

Restaurants, eetcafé’s

Wel, mits…

Trekt ook ter plaatse onbekend verkeer aan. Mits voldoet aan criteria: Gelegen buiten bebouwde kom en ingeschreven bij KvK.

28

Cafés, cafetaria’s

Niet

Trekt nauwelijks onbekend verkeer aan.

29

Sportaccommodaties

(Sportpark, Sporthal)

Wel

Alleen accommodaties worden verwezen, deze trekken ook ter plaatse onbekend verkeer aan.

30

Sportverenigingen

Niet

Alleen op de accommodaties worden deze verwezen.

31

Gymnastieklokalen

Niet

Trekt nauwelijks ter plaatse onbekend verkeer aan.

32

Kerken, moskeeen en andere geloofsgebouwen

Niet

Trekt nauwelijks ter plaatse onbekend verkeer aan.

33

Grafheuvels

Wel

Gelegen op moeilijk vindbare plaatsen, mits openbaar toegankelijk

34

Visvijvers

Wel

Vanaf de ontsluitingsweg, mits openbaar toegankelijk

35

Molen

Wel, mits…

Mits openbaar toegankelijk en van culturele of historische waarde

36

Toeristisch Belangrijke Objecten

Wel

Mits openbaar en toegankelijk. Gemeente neemt besluit in overleg met VVV.

37

Dagrecreatieve bedrijven

Wel

Dagrecreatieve voorzieningen zoals bijvoorbeeld Dierenpark Wissel of een outdoorbedrijf kunnen bewegwijzerd worden, mits vergunning en ingeschreven bij KvK.

38

Kuuroord, welnesscentrum

Wel

Trekken relatief veel onbekend verkeer aan

39

Publieke oplaadpunten elektrische auto’s

Wel

Trekken relatief veel onbekend verkeer aan

 

 

Bijlage 4 Beleidsregels Reclame- en bewegwijzering

Beleidsregels Reclame- en bewegwijzering gemeente Epe 2017, zoals vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

Aan gevel/pand: permanente reclame-uitingen aan een gevel of pand die bestaan uit borden of losse belettering. Deze kunnen loodrecht of evenwijdig bevestigd worden ten opzichte van de gevel/pand.

 

Aan huis verbonden beroep: een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.

 

Buitengebied: gebied gelegen buiten de bebouwde kom, waarbij voor de bepaling van de bebouwde kom wordt aangesloten bij de borden die de bebouwde kom aangeven.

 

Bedrijf: onder een bedrijf worden naast alle bedrijven met een planologische bedrijfsbestemming en een agarische bedrijfsbestemming ook zakelijke, toeristische en maatschappelijke diensten verstaan.

 

Billboards: grote reclameobjecten met een permanent of tijdelijk karakter die vrijstaan op het perceel.

 

Bewegwijzering: geheel van visuele middelen die op, langs of boven de weg zijn aangebracht om de weggebruiker in staat te stellen zijn route te bepalen.

 

Bouwborden: op bouwborden wordt aangegeven wat er gebouwd wordt of gaat worden en bijvoorbeeld wie de opdrachtgever, architect of aannemer is. Als de werkzaamheden zijn afgerond, worden deze borden verwijderd. Bouwborden hebben een tijdelijk karakter.

 

Commerciële reclame: iedere openbare aanprijzing van goederen, diensten, activiteiten of namen waarmee kennelijk een commercieel belang wordt gediend

 

Driehoeksborden: een reclamedrager waarbij deugdelijke borden met drie ijzeren dragers voorzien zijn van commerciële of niet-commerciële opschriften.

 

Evenementenborden: borden met reclame voor een voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak.

 

Handelsreclame: zie commerciële reclame

 

Ideële reclame: reclame met een maatschappelijk doel, waaronder niet wordt verstaan politieke reclame.

 

Informatiedisplay: een (groot) digitaal informatiebord/scherm met bewegende beelden voor informatie, commerciële boodschappen en vermaak.

 

Lichtreclame: reclame voorzien van een kunstlichtbron.

 

Makelaarsborden (te koop/te huurborden): borden waarop wordt aangegeven dat een kavel of onroerend goed te koop staat of een onroerend goed te huur staat.

 

Ondergeschikt: deel uitmaken van/afhankelijk zijn van.

 

Onroerende zaken: onroerende zaken zijn volgens het artikel 3:3, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek onder meer de grond, de met de grond verenigde beplantingen en de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd.

 

Pand: een gebouw. Hieronder vallen ook de bedrijfsverzamelgebouwen, waarin meerdere bedrijven zijn gevestigd.

 

Perceel: is een stuk grond, soms fysiek begrensd door middel van een omheining of een natuurlijke afscheiding (zoals een heg of een sloot), volgens de afmetingen in het Kadaster.

 

Permanente reclame: reclame-uiting waarbij het object waarop de reclame is bevestigd een permanent karakter heeft.

 

Reclame: Iedere openbare aanprijzing van goederen, diensten, activiteiten of namen waarmee kennelijk een commercieel of ideëel belang wordt gediend.

 

Reclameobject: reclamedrager waarop een tekst of afbeelding is aangebracht gericht op het maken van handelsreclame;

 

Reclamebord: een bord met reclameaanduiding;

 

Reclame-uiting: Elke aanduiding van reclame, in de vorm van een opschrift, aankondiging en mededeling, al dan niet in combinatie met een bouwkundige uitbreiding of attentie-element.

 

Reclamezuilen: een op de grond staand permanent reclameobject voor een bedrijf, bedrijfsverzamelgebouw of bedrijventerreinen.

 

Sandwichborden: een specifieke reclamedrager waarbij de borden zijn opgebouwd uit twee veelal (dik) kartonnen dragers van tijdelijke reclame-uitingen die zijn verbonden door een plastic koppeldraad en tweezijdig dezelfde tekst voeren.

 

Spandoek: een uitgespannen doek waarop een reclame-uiting of boodschap is aangebracht.

 

Tijdelijke reclame: reclame die gedurende een korte periode geplaatst is. Deze reclame wordt geacht het tijdelijk karakter te hebben verloren, wanneer deze periode is verlopen.

 

Te koopborden: borden waarop wordt aangegeven dat een kavel of onroerend goed te koop staat of een onroerend goed te huur staat.

 

Uitstallingen en voorwerpen: uitstallingen van goederen en winkelwaren, automatische verkoop-, weeg- en speeltoestellen, reclameobjecten niet zijnde gevelreclame, zoals borden, zuilen, spandoeken. Ook vlaggen, wimpels en vlaggenstokken vallen hieronder.

 

Vlaggen: een vlag aan de gevel voorzien van reclame.

 

Vlaggenmasten: een mast met daaraan een vlag.

 

Weilandborden: een in het weiland geplaatste reclame-uiting aangebracht op of aan een verrijdbaar onderstel of bord (bouwwerk).

 

Artikel 2 Algemeen

1 Reclame-uitingen op de weg en zichtbaar vanaf de weg zijn niet toegestaan, tenzij in deze beleidsregel anders is bepaald;

2  Bewegwijzeringen op de weg zijn niet toegestaan, tenzij in deze beleidsregel anders is bepaald.

 

Artikel 3 Reclameborden bij legale beroepen, diensten en bedrijven voor zover gelegen buiten de bedrijventerreinen en niet zijnde aan huis verbonden beroepen

Het plaatsen van één of meerdere reclamebord(en) met handelsreclame geplaatst op het eigen perceel is toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • -

    Er is alleen reclame toegestaan voor diensten of producten die in het pand of op het betreffende perceel plaatsvinden of verkocht worden.

  • -

    De plaatsing van een reclamebord moet voor de voorgevel op eigen perceel of, bij ligging op een hoek, ook aan de zijzijde.

  • -

    Beperkte aanlichting is toegestaan. Lichtbakken zijn niet toegestaan.

  • -

    De hoogte van een reclamebord is max. 1.80 meter.

 

Artikel 4 Woningen / Aan huis gebonden beroepen

Het plaatsen van max. één reclamebord met handelsreclame is toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • -

    Handelsreclame bij woningen is niet toegestaan, tenzij het een aan huis verbonden beroep betreft of een ondergeschikte bedrijfsfunctie die bij recht is toegestaan

  • -

    Er mag alleen handelsreclame gemaakt worden voor diensten of producten die in het pand of op het betreffende perceel plaatsvinden of verkocht worden.

  • -

    De plaatsing van een reclamebord moet voor de voorgevel op eigen perceel of, bij ligging op een hoek, ook aan de zijzijde.

  • -

    De hoogte van een reclamebord is max. 1.20 meter.

  • -

    De oppervlakte van het gehele reclamebord (incl. eventuele poten) is max. 1 m2.

 

Artikel 5 Sportparken

  • 1.

    Er mag alleen sprake zijn van naar binnen gerichte reclame (naar het veld of tribune).

  • 2.

    Er mag alleen sprake zijn van naar buiten gerichte naamsduidingen die betrekking hebben op de sportclub.

 

Artikel 6 Nadere regels voor mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving - driehoeksborden

regels voor mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving.

Het voornemen om mobiele reclameobjecten te plaatsen dient door de organisator tenminste 10 werkdagen voorafgaand aan de plaatsing te worden gemeld aan burgemeester en wethouders.

  • 1.

    Er zijn per activiteit maximaal 12 driehoeksborden toegestaan verdeeld over :

    • -

      maximaal 4 borden per activiteit in Epe

    • -

      maximaal 4 borden per activiteit in Vaassen

    • -

      maximaal 2 borden per activiteit in Emst en

    • -

      maximaal 2 borden per activiteit in Oene;

  • 2.

    De borden mogen niet eerder dan 14 dagen voor het begin van de aan te kondigen activiteit worden geplaatst; in dezelfde periode mag geen reclame voor meer dan 3 activiteiten worden gemaakt;

  • 3.

    De borden worden geplaatst op de daartoe in de bijlage aangewezen lantaarnpalen (zie bijlage bij beleidsregel);

  • 4.

    Evenementenborden voor ondernemersverenigingen zijn toegestaan op de invalswegen van de kernen mits dit bord ruimtelijk aanvaardbaar is en geen belemmering voor de verkeersveiligheid oplevert.

 

Artikel 7 Bouwborden

  • 1.

    Bouwborden zijn toegestaan gedurende de bouwactiviteit;

  • 2.

    De bouwborden zijn alleen toegestaan op of direct aan het terrein waar gebouwd wordt.

 

Artikel 8 Makelaarsborden (te koop/te huurborden)

  • 1.

    Er is maximaal 1 makelaarsbord toegestaan tijdens periode van verkoop/verhuur van het onroerend goed;

  • 2.

    De makelaarsborden zijn alleen toegestaan op of direct aan het terrein/pand dat te koop/te huur staat.

 

Artikel 9 Verkiezingsborden

De gemeente stelt borden beschikbaar waar de verkiezingsposters op kunnen worden geplaatst. Naast de door de gemeente beschikbaar gestelde borden mogen de deelnemende partijen eigen borden plaatsen. Hiervoor gelden de volgende richtlijnen:

  • 1.

    de deelnemende partijen mogen de borden niet eerder dan 14 dagen voor de verkiezingsdatum plaatsen;

  • 2.

    de borden mogen niet groter zijn dan 1 m2;

  • 3.

    de borden mogen alleen met toestemming van de eigenaar worden geplaatst op particuliere grond;

  • 4.

    de borden/posters mogen niet op bomen worden geplakt of gespijkerd;

  • 5.

    borden mogen de verkeersveiligheid niet in gevaar brengen

  • 6.

    borden moeten binnen een week na de verkiezingen zijn verwijderd; zo nodig worden ze van gemeentewege, op kosten van de partij die ze heeft geplaatst, verwijderd.

 

Artikel 10 Nadere regels voor mobiele reclameobjecten die worden gebruikt voor het aankondigen van activiteiten in de gemeente of in de omgeving - Spandoeken

  • 1.

    Op de hieronder vastgestelde locaties mogen spandoeken, niet zijnde handelsreclame worden opgehangen:

     

Er mogen maximaal 4 spandoeken in Epe hangen:

  • -

    Heerderweg nabij Dellenweg;

  • -

    Eperweg - S 9; ter hoogte van de Brakerweg;

  • -

    Oenerweg nabij Oude Oenerweg;

  • -

    Kolthovenweg / Tongerenseweg.

 

Er mogen maximaal 3 spandoeken in Vaassen hangen;

  • -

    Pr. Bemhardlaan/Dorpsstraat;

  • -

    Laan van Fasna t.p.v. rotonde Deventerstraat;

  • -

    Laan van Fasna t.p.v. Poelweg.

 

Er mag maximaal 1 spandoek in Emst hangen

  • -

    Deventerweg t.p.v. sportterrein;

 

Er mag maximaal 1 spandoek in Oene hangen;

  • -

    Eperweg t.p.v. parkeerplaats - ter hoogte van de Vijgenkampsweg.

     

  • 2.

    De hangperiode van de spandoeken is maximaal 14 dagen en mag niet eerder beginnen dan 14 dagen voor aanvang van de activiteit.

  • 3.

    Uiterlijk de dag na de einddag van de activiteit moeten de borden c.q. spandoeken worden verwijderd.

 

Artikel 11 Uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg bij winkels en bedrijven

  • 1.

    Ondernemers mogen voor het plaatsen van uitstallingen een strook van 0.80 meter vanuit de gevel gebruiken. De aanwezigheid van de luifel of andere bebouwing is daarvoor niet bepalend. Uitzondering hierop geldt voor panden waarbij voor de voorgevel op eigen terrein meer ruimte aanwezig is dan de 0.80 meter tot het openbare gebied. In dat geval mag een bredere strook worden gehanteerd tot max. het openbare gebied;

  • 2.

    Vanaf de strook voor uitstallingen moet een obstakelvrije ruimte van minimaal 1.50 meter worden gehanteerd (bij geen uitstallingen een strook van 2.30 meter vanaf de gevel); als de doorgang vanwege uitstallingen en/of reclameborden minder breed is dan 1.50 meter zijn uitstallingen en/of reclameborden niet toegestaan;

  • 3.

    Het is toegestaan buiten de zone voor uitstallingen van 0.80 meter reclameborden te plaatsen mits de obstakelvrije ruimte (zie lid 2) blijft gehandhaafd en de reclameborden niet anderszins tot hinder en verminderde toegankelijkheid van de doorgang leiden;

  • 4.

    In uitzondering op de leden 1, 2 en 3 moeten aan de oostzijde van het centrum in Epe (Marktplein, Sternpassage, Scheuterstraat en Gruttersplein) de uitstallingen en reclameborden binnen een zone van 1.25 meter direct aan de gevel worden geplaatst.

  • 5.

    Er geldt een maximum van 1 reclamebord per winkel met uitzondering van winkels met een gevellengte van minimaal 12,50 meter; daar zijn maximaal 2 reclameborden toegestaan;

  • 6.

    Per winkel kan een maximum aantal m2 voor het winkelpand voor uitstallingen en/of reclameborden worden ingenomen. Bij een gevellengte groter dan 10 meter mag maximaal 1/3 aan oppervlakte voor uitstallingen worden gebruikt, met een maximum van 5 meter. Bij een gevellengte kleiner dan 10 meter mag maximaal 1/2 aan oppervlakte worden gebruikt voor uitstallingen;

  • 7.

    De maximale afmeting van een uitstalling bedraagt 1.50 x 0.80 x 1.80 meter (Ixbxh);

  • 8.

    De maximale afmeting van een reclamebord bedraagt A0 formaat

  • 9.

    Uitstallingen en voorwerpen mogen niet aan luifels, zonweringen, e.d. worden bevestigd, tenzij deze op een minimale hoogte van 2.20 meter zijn aangebracht;

  • 10.

    Uitstallingen en voorwerpen mogen niet op brandkranen worden geplaatst. Ook mogen deze niet worden bevestigd aan straatmeubilair en lantaarnpalen;

  • 11

    Losse voorwerpen zoals opgestapelde stoelen/tafels en dergelijke zijn niet toegestaan;

  • 12

    Het plaatsen van (individuele) verwijzings- en reclameborden in straten naar winkels in andere straten is niet toegestaan;

  • 13

    Uitstallingen en reclameborden dienen voor de voorgevel van de winkel te worden geplaatst;

  • 14

    Het plaatsen van uitstallingen en voorwerpen op de weg (waartoe ook fietspaden, parkeerplaatsen en bermen behoren) is niet toegestaan;

  • 15

    Uitstallingen en voorwerpen mogen alleen tijdens openingstijden van het bedrijf aanwezig zijn.

     

Artikel 12 Niet toegestane reclame

Reclamemasten, lichtmastreclame, (weiland)borden, (span)doeken met handelsreclame en mobiele reclameborden zijn niet toegestaan.

 

Artikel 13 Bewegwijzering

  • 1.

    Het is alleen toegestaan om bewegwijzering te plaatsen die voldoen aan de gestelde criteria die in het Reclame- en bewegwijzeringsbeleid gemeente Epe 2017 genoemd staan. Eigen bewegwijzering is niet toegestaan.

  • 2.

    Aanvragen om bewegwijzering worden op basis van het selectieschema dat in de bijlage van het Reclame- en bewegwijzeringsbeleid gemeente Epe 2017 staat, afgehandeld.

  • 3.

    De kosten voor bewegwijzeringsborden zijn voor de aanvrager.

 

Artikel 14 Excessenregeling

Het college kan handhavend optreden als een reclame-uiting of bewegwijzering als er sprake is van een exces, dat wil zeggen een buitensporigheid in het uiterlijk die ook voor leken duidelijk is. Vaak heeft dit betrekking op het niet passen van een reclame-uiting in de omgeving door slecht materiaalgebruik, afwijkend contrasterend kleurgebruik, te opvallende reclames, etc. 

 

Artikel 15 Overgangsrecht Bestaande reclame-uitingen die geplaatst zijn met de benodigde vergunningen of ten tijde van het plaatsen bij recht waren toegestaan en afwijken van het nieuwe beleid, worden gerespecteerd. Voor deze reclame-uitingen geldt een zogeheten ‘uitsterfconstructie’ of overgangsrecht. Dat wil zeggen dat de rechten van de vergunninghouders worden gerespecteerd en dat de bestaande, vergunde reclame-uitingen kunnen blijven hangen c.q. staan. Het nieuwe beleid is alleen van toepassing op nieuw aan te brengen reclame-uitingen na de ingangsdatum van deze beleidsregels.

 

Artikel 16 Hardheidsclausule

In uitzonderlijke gevallen of in gevallen van algemeen maatschappelijk belang kan het college van burgemeester en wethouders gemotiveerd afwijken van deze beleidsregel.

 

Artikel 17 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin deze beleidsregel niet voorziet, beslist het college.

 

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking,

 

Artikel 19 Intrekking beleidsregel

De beleidsregel uitstallingen en voorwerpen op of aan de weg wordt ingetrokken

 

Artikel 20 Citeertitel

De beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregels Reclame- en bewegwijzering gemeente Epe 2017.

 

 

 

 

Bijlage plaatsing driehoeksborden

 

Epe:

Sint Antonieweg lantaarnpaal nr. 0220

lantaarnpaal nr. 0214

Heerderweg lantaarnpaal nr. 716

lantaarnpaal nr. 722

lantaarnpaal nr. 717

Lohuizerweg lantaarnpaal nr. 0275

lantaarnpaal nr. 0277

Hoofdstraat lantaarnpaal nr. 62

lantaarnpaal nr. 75

lantaarnpaal nr. 76

Korte Kuipersweg lantaarnpaal nr. 3

lantaarnpaal nr. 10

 

Emst:

Eperweg lantaarnpaal nr. 9

lantaarnpaal nr. 7

lantaarnpaal nr. 3

Vaassenseweg lantaarnpaal nr. 937

lantaarnpaal nr. 941

lantaarnpaal nr. 939

 

Vaassen:

Emsterweg lantaarnpaal nr. 977

Apeldoornseweg lantaarnpaal nr. 0236

lantaarnpaal nr. 0235

lantaarnpaal nr. 0230

Dorpsstraat lantaarnpaal nr. 6

lantaarnpaal nr. 8

Laan van Fasna lantaarnpaal nr. 596

lantaarnpaal nr. 616

lantaarnpaal nr. 619

lantaarnpaal nr. 412

lantaarnpaal nr. 411

lantaarnpaal nr. 413

 

Oene:

Deventerweg lantaarnpaal nr. 1

Keizerstraat lantaarnpaal nr. 3

lantaarnpaal nr. 1

Eperweg lantaarnpaal nr. 8

Houtweg lantaarnpaal nr. 4

Donselaarsweg lantaarnpaal nr. 11

 

 

Toelichting Reclame- en bewegwijzering gemeente Epe 2017

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.

 

Artikel 2 Algemeen In dit artikel wordt het algemeen verbodsverbod en de uitzonderingen hierop genoemd. Ook wordt er iets over bestrating genoemd. Dit om duidelijk te maken wat men moet doen bij nieuwe bestrating of herbestrating.

 

Artikel 3 t/m 13 Dit wordt toegelicht in het Reclame- en bewegwijzeringsbeleid gemeente Epe 2017

 

Artikel 14 Excessenregeling In dit artikel wordt uitgelegd wat onder een exces wordt verstaan en wat het college doet bij een exces.

 

Artikel 15 Overgangsrecht Hierin wordt genoemd wat er met bestaande reclame gebeurt.

 

Artikel 16 Hardheidsclausule Er zijn natuurlijk altijd situaties die anders behandeld moeten worden dan wat er in deze beleidsregel staat. In dit artikel is opgenomen dat het college gemotiveerd kan afwijken van deze beleidsregel.

 

Artikel 17 Onvoorziene omstandigheden

Als zich situaties voordoen waarvoor deze beleidsregel geen oplossing biedt, dan beslist het college over de afhandeling hiervan.

 

Artikel 18 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 19 Intrekking beleidsregel In dit artikel staat welke beleidsregel ingetrokken wordt. De beleidsregel wordt ingetrokken als deze beleidsregel in werking treedt.

 

Artikel 20 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

 

Naar boven